In deze serie gaat 7DTV host Ronnie Overgoor in gesprek met partners en clienten van DLA Piper over actuele thema's als climate change, vastgoed, arbeidsrecht en ondernemen. Iedere maand een nieuwe aflevering. De volledige video is te zien op 7dtv.nl (https://www.7dtv.nl/programma/22/dla-piper-talk)…
7DTV - Het grootste business video platform van Nederland
Janet Meesters van DLA Piper praat ons bij over de situatie in de bouw en wat de impact is van de Covid-19 Corona crisis waarin we nu zitten. ⇨ Abonneer je nu op het kanaal van 7DTV voor meer video’s: https://bit.ly/2Je2J5D Opdrachtgevers en aannemers, de hele bouw heeft ermee te maken. Dat zorgt in het algemeen voor meer welwillend om in gesprek te gaan en samen te werken. Er is een aantal problemen zichtbaar. Om te beginnen uitval. Uitval van arbeid door ziekte, maar ook door het wegvallen van buitenlandse arbeidskrachten in de bouw. En daarnaast uitval in de aanlevering van materialen, waardoor vertragingen optreden en kosten hoger worden. Tweede probleem: Er zijn overheidsmaatregelen, adviezen in de vorm van de richtlijnen RIVM. Maar wat betekent dat voor projecten in de bouw? Hoe volg je deze adviezen goed op? En het derde punt: het risico dat verhoudingen juridiseren. Veel partijen zijn betrokken. Iedereen heeft te maken met de crisis en iedereen begint met indekken en waarschuwen. Er is een heel breed besef dat de bouw echt door moet. Geleerd door de financiële en economische crisis jaren geleden die heeft geleid tot achterstanden in de woningbouw, maar ook bij de infrastructurele projecten van de overheid.Plus we hadden al problemen en uitdagingen door het acute stikstof probleem, de issues omtrent PFAS. Ofwel: iedereen wil dat de bouw doorgaat nu en de branche heeft nu samen met de overheid een protocol samengesteld: Samen Veilig Doorwerken. Een goed initiatief waarin afspraken zijn gemaakt om samen veilig door te kunnen werken.
DLA Piper Covid-19 Taskforce lid Erik Lutjens vertelt over de consequenties voor de pensioenen ten gevolge van de corona crisis. ⇨ Abonneer je nu op het kanaal van 7DTV voor meer video’s: https://bit.ly/2Je2J5D Erik Lutjens is pensioenspecialist bij DLA Piper en praat in dit gesprek over actuele ontwikkelingen op het gebied van pensioenen. Pensioenpremies zijn een heel belangrijk onderdeel van de loonkosten voor een werkgever. Wat gebeurt er als deze premies niet of later worden betaald? Niet alleen voor de werkgevers een actueel item. Ook voor de pensioenfondsen en verzekeraars van belang, want ook al worden premies niet, of uitgesteld, betaald, zij zullen toch aan de opbouw van de pensioenaanspraken moeten blijven doen. De stichting arbeid heeft een oproep gedaan aan de pensioenfondsen en verzekeraars om coulant te zijn en dit zien we doordat premiebetalingen voor in ieder geval 30 dagen opgeschort kunnen worden. Risico is wel zo zegt Lutjens, dat we hiermee een soort stuwmeer van pensioenpremie schulden opbouwen als we niet oppassen. Daarom dat men ook in afwachting is voor een pensioenpremie subsidie, net als bij de loonkosten, de NOW regeling. Ga in overleg met je pensioenuitvoerder, dat is het devies van Erik Lutjens, pensioenspecialist en partner bij DLA Piper, zo meldt hij op 7DTV.
DLA Piper Covid-19 Taskforce lid Johan Zwemmer vertelt over de arbeidsrechtelijke gevolgen van de nieuwe NOW regeling van de overheid, de tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid. Waarom grijpt de overheid in en hoe doet ze dat? De situatie vanuit arbeidsrechtelijk perspectief is dat er een enorme vraaguitval is als gevolg van de corona crisis. Omzetdaling heeft gevolgen voor werkgelegenheid. Minder omzet, maar dus wel werknemers in dienst, daar hebben werkgevers mee te kampen. Want werknemers hebben recht op loon en op het moment dat er geen werk is hebben ze ook recht op loon. De vraag nu is of de problemen in de risicosfeer van de werkgever liggen, of dat de overheid hier debet aan is? Want zij heeft maatregelen getroffen waardoor nu zeer veel bedrijven een grote omzetdaling zien. Vandaar dus nu de NOW regeling van de overheid, de tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid. Johan spreekt over wat deze regeling inhoudt, maar gaat daarna dieper in op de toekomst die werkgevers te wachten staat. Werkgevers moeten gaan nadenken over de gevolgen op de langere termijn is zijn mening. Want de situatie van voor de corona crisis komt niet meer terug. En het blijft geld kosten, werkgever zijn.
Hoe draagt de structuur van haaienhuid bij aan de verduurzaming van grote industrieën? Josefien Groot, oprichter Qlayers, lanceerde ze samen met haar compagnon een duurzame en hypermoderne coating voor vliegtuigen, schepen en windturbines. Haaienhuid Compagnons Josefien Groot en Ruben Geutjens hebben een coating van haaienhuid-structuren ontwikkeld. Josefien: ‘De structuur van de haaienhuid vermindert de wrijvingsweerstand met water. Een haai heeft kleine schubjes. Daarbovenop zitten kleine lijntjes die de mini-tornado’s stroomlijnen die zich opbouwen op het oppervlak. Als je diezelfde structuur aanbrengt op een vliegtuig, schip of een blad van een windturbine, kun je het hetzelfde effect gebruiken om de energie-efficiëntie van een oppervlakte te verhogen.’ USP Na de eerste stappen van de haaienhuid-printtechnologie kwam Qlayers erachter dat grote oppervlakten nog handmatig worden gecoat. Josefien: ‘Door het handmatig coaten verlies je tot 50% procent aan verf. We hebben een strategische shift gemaakt. We besloten om de industrie een handje te helpen en processen te verbeteren en te versnellen. Voor grote partijen zijn we interessant omdat we efficiënter werk leveren door te automatiseren. Met als gevolgd: geen onnodige verspilling van verf meer, lagere personeelskosten en we maken het werk veel veiliger.’ Deze video is tot stand gekomen in samenwerking met DLA Piper, één van de grootste zakelijke juridische dienstverleners wereldwijd.
Waarom mislukken er zoveel IT-projecten bij grote bedrijven en overheden? Kahled Dadi, tech-advocaat bij DLA Piper, geeft inzicht in de verantwoordelijkheden, zorgplicht en betrokkenheid van IT-leveranciers. In deze digital worldis nieuwe software snel verouderd en volgt het ene IT-traject het andere alweer snel op. Dadi: ‘Elk bedrijf moet een tech-companyworden. Oude systemen, filosofieën en bedrijfsmethodes moeten omgeturnd worden naar een digitale setting. Er wordt veel geïnvesteerd in IT, maar het converteren van oude bedrijfssystemen naar nieuwe systemen is lastig. Een andere methode is om op nul te beginnen en te starten met nieuwe digitale standaarden. Het gaat vaak mis omdat de kennis over oude systemen alléén in het hoofd van de oudere generatie medewerkers zit. Als zij met pensioen gaan, gaat de kennis over oude bedrijfssystemen verloren. Dat maakt de koppeling naar nieuwe technologie moeilijk. Een falende transitie naar nieuwe software ligt op de loer als organisaties de kennis over een platform niet up-to-date houden.’ Beter voorkomen dan genezen In een arrest uit 1986 heeft de Hoge Raad voor het eerst een uitspraak gedaan over de verantwoordelijkheden, of de zorgplicht, van een IT-leverancier. Dadi: ‘Een van de kernpunten is dat een leverancier een opdracht af moet slaan en aan de opdrachtgever terug moet geven wanneer hij de middelen en kennis niet heeft om de gewenste opdracht uit te voeren. Door het geld wat erin omgaat, de betrokken van de politiek en het maatschappelijke speelveld waarin dergelijke IT-projecten zich bevinden, zijn betrokken partijen steeds kritischer. In een aanbesteding moet je als leverancier aangeven of je in het verleden een misser hebt gemaakt of een ontbinding hebt gehad door een wanprestatie. Leveranciers willen projecten dan ook zo goed mogelijk uitvoeren. Vijftien jaar geleden was een mislukt project juist een up-sale, want daar werd geld aan verdiend. Daarnaast worden klanten steeds slimmer en handiger als het over IT gaat.’ Verwachtingen en risico’s Onderzoek wijst uit dat veel projecten mislukken door het gebrek aan communicatie tussen de IT-gebruikers uit een organisatie en de IT-dienstverleners. Dadi: ‘Een nieuw systeem moet niet vanuit de dienstverlener worden opgelegd. De eindgebruiker moet ermee werken en moet daarom al vanaf de start meegenomen worden in het transitietraject. De verantwoordelijkheid voor de veiligheidsrisico’s van het IT-systeem ligt bij de eindgebruiker. Die afdeling moet de veiligheid en robuustheid van de systemen kunnen waarborgen. Om een succesvolle en veilige implementatie uit te voeren moet het verwachtingspatroon bij eindgebruikers kloppen, waarbij communicatie en betrokkenheid belangrijk zijn. Maak het niet te complex.’ Benieuwd naar de ontwikkelingen van IT-projecten? Kijk dan de hele aflevering! Deze video is tot stand gekomen in samenwerking met DLA Piper, één van de grootste zakelijke juridische dienstverleners wereldwijd.
In september 2019 startte de Vrije Universiteit Amsterdam met de master International Business Law: Climate Change And Sustainability. Mede-oprichter Alexandra Duarte Correia is trots: ‘Wij zijn een pionier binnen het aanbod van masters’ Correia (Assistent Professor VU University Amsterdam): ‘De nieuwe master ‘International Business Law: Climate Change And Sustainability’ is uniek en wordt wereldwijd als eerste aangeboden. Het is een combinatie van de bestaande studierichting International Business Law met de specifieke focus op één van de van de meest complexe juridische uitdagingen van onze tijd: klimaatverandering. Duurzaamheid gaat hand in hand met zakelijk overleven, nieuwe kansen en grote successen.’ Maatschappelijke druk Correia: ‘Klimaatverandering is een fundamentele maatschappelijke verandering en de grootste uitdaging van de mensheid. Het heeft effect op alle maatschappelijke gebieden: de manier waarop we leven, produceren en consumeren. De druk om te veranderen wordt steeds groter en vormt zich in de gehele samenleving: van burgers tot investeerders, van bedrijven tot overheden. De vraag naar duurzaamheidsprofessionals is groot en wordt alleen maar groter. Dit geldt voor vele vakgebieden, waaronder recht. Met deze professionele uitdaging in gedachte is ons nieuwe master-programma ontwikkeld. Onze rechtenstudenten worden voorbereid met kennis en vaardigheden om antwoorden te vinden op de nieuwe duurzaamheidsuitdagingen. Als jonge, afgestuurde advocaten hebben zij na het volgen van deze master een voorsprong op concurrerende advocaten. Zij maken deel uit van een nieuwe generatie van advocaten die meer kennis hebben van het combinatieveld tussen recht en duurzaamheid dan hun concurrenten.’ Deze video is tot stand gekomen in samenwerking met DLA Piper, één van de grootste zakelijke juridische dienstverleners wereldwijd.
Hoe ziet de toekomst van de arbeidsmarkt eruit? Dat is de vraag die de Nederlandse regering heeft gesteld aan de Commissie Regulering van werk. Johan Zwemmer (partner DLA Piper) is lid van deze commissie en geeft ons een kijkje in de veranderende wereld van arbeid. Zzp’ers, platformwerkers, flexibele contracten en detachering: de arbeidsmarkt is volop in ontwikkeling, maar de structuur voor het arbeidsrecht in Nederland stamt nog uit 1907. Hoe zit dat? ‘Het is een kant op gegroeid die eigenlijk voor veel participanten op de arbeidsmarkt helemaal niet meer goed te begrijpen is. Tel daarbij op dat de structuur van het arbeidsrecht in 1907 is bedacht: ruim 110 jaar geleden was de wetgeving gericht op een onderneming als klassieke arbeidsorganisatie – dat ging om organisaties die goederen produceren en vermarkten en in dat kader mensen in dienst namen. In de dienstenmaatschappij waar we nu in leven sluit het arbeidsrecht niet langer aan op hoe arbeid wordt verricht. Dat leidt tot allerlei problemen op het gebied van aansprakelijkheid en verantwoordelijkheid die werkgevers hebben.’ Commissie Regulering van werk Op verzoek van Minister Koolmees onderzoekt de Commissie Regulering van werk of de regels, wetgeving en belastingstelsel op het gebied van arbeid nog wel aansluit bij de huidige inrichting van de arbeidsmarkt. ‘We hebben de afgelopen maanden honderden mensen gesproken: van platformwerkers en zzp’ers tot vakbonden en grote werkgevers. De kern van het discussiepunt is: wat willen we met regulering van werk? En hoe behouden we hetgeen we belangrijk vinden aan werk? We moeten vooral de richting schetsen waar het naartoe gaat. (…) De bedoeling van zo’n discussiestuk – de tussenrapportage – was met name om te voelen in het Nederlandse denken of die waarden van werk die wij daar onderscheiden gedeeld worden door participanten aan de arbeidsmarkt. Zoals waardecreatie bevorderen, bescherming van een zwakkere positie in een onderhandelingspartij en de verantwoordelijkheid van partijen binnen een arbeidsovereenkomst en de rol van het collectief.’ Universeel fundament Fiscaliteit, onderwijs, sociale zekerheid en arbeidsrecht – de commissie kijkt integraal naar de inrichting van werk. Wat moet er gereguleerd worden op de arbeidsmarkt en wat niet? Als uitgangspunt ligt er een blanco vel, maar er spelen een aantal constanten: waardecreatie bevorderen, ordening van verhoudingen en bescherming van een participant op de arbeidsmarkt die dat nog steeds nodig heeft. ‘We willen qua terminologie zo duidelijk mogelijk zijn, een voorbeeld daarvan is de term ‘universeel fundament’ die we in de tussenrapportage hebben gelanceerd. Universeel fundament wil zeggen dat als je de regulering inricht en je gaat werk inrichten op basis van die drie constanten, dan ga je ook constateren dat we als mens dezelfde risicio’s of type lasten hebben – ongeacht wat voor werk je doet of op wat voor basis. Moet je dat dan niet op een andere manier regelen voor elke participant op de arbeidsmarkt? Of je nou zelfstandig ondernemer of werknemer bent? Allebei loop je dezelfde risico’s. Wat hoort daar dan in? Arbeidsongeschiktheid – elk mens kan ziek worden – en bijstand, ouderdom en denk ook aan scholing. Je moet wendbaar zijn om je tot je zeventigste zinvol te zijn op de arbeidsmarkt. Leg de verantwoordelijkheid van scholing nog meer bij de werkgever. (…) Een onderdeel in het advies is dat iedereen wendbaar en geschoold moet zijn, zodat ze ook in een ontwikkelende economie werk kunnen vinden.’ Nieuwsgierig geworden naar de laatste ontwikkelingen op het gebied van arbeidsrecht? Kijk de hele aflevering met Johan Zwemmer, expert in arbeidsrecht en partner bij DLA Piper. Deze video is tot stand gekomen in samenwerking met DLA Piper, één van de grootste zakelijke juridische dienstverleners wereldwijd.
Binnen de life science industry blinkt men vaak uit in wetenschappelijke kennis, maar niet altijd in bedrijfseconomische, financiële en juridische knowhow. Johan Renes is partner bij DLA Piper, Europees octrooigemachtigde en gespecialiseerd in strategisch advies binnen de life science en farmaceutische sector. Het proces van wetenschappelijk onderzoek tot aan het op de markt brengen van een (medicinaal) eindproduct duurt lang en is een kostbaar traject. Renes: ‘De schattingen lopen uiteen, maar er worden bedragen genoemd van meer dan 100 miljoen tot 2 miljard euro. Wat zijn de risico’s van het niet goed organiseren van het financiële en juridische vlak bij de ontwikkeling van een medicijn? Renes: ‘Tijdens de ontwikkeling van medicijnen zijn we constant bezig met derisken. Eén op de duizend medicijnen komt uiteindelijk op de markt. Je moet steeds een fase verder komen om de kans op slagen groter te maken. Als de stof geweldig werkt, maar hij is niet geoctrooieerd, kan iedereen het namaken en is het moeilijk om de investering terug te verdienen. Als de stof van verschillende partijen is, wordt het voor een investeerder lastig om zekerheid te krijgen om uiteindelijk beschikking te hebben over die stof. Onderwerpen zoals het eigendom van de stof of de ontwikkelaar ervan, zijn belangrijk en hierbij is het terugbrengen van risico’s erg belangrijk.’ Van laboratorium naar BV ‘Universiteiten zijn gericht op onderzoek. Wil je een eenduidig antwoord van een wetenschapper, bedenkt hij er 200 vragen bij. Terwijl het voor een nieuw idee juist nodig is dat je het developmentproces ingaat. Zowel de juridische als technische follow-upis niet de natuurlijke richting van universiteiten. Het is juist belangrijk dat bij een nieuw idee het eigendom verzekerd wordt, de rechten vastgelegd worden en een BV wordt opgezet. In de meest ideale situatie wordt bij de eerste stap van een nieuwe uitvinding meteen een BV opgericht.’ Rol DLA Piper ‘Mijn oorspronkelijke rol is om een octrooi-portefeuille op te bouwen. Alle uitvindingen die onderweg zijn naar een product leg ik vast en daar maak ik een samenhangend geheel van. Daarnaast houd ik mij bezig met de juridische aspecten van de octrooi-portefeuille. Alles wat ik doe, moet de kans op een eventuele investering vergroten.’ Nieuwsgierig geworden naar de laatste ontwikkelingen op het gebied van het opbouwen van een octrooi-portefeuille? Kijk de hele aflevering met Johan Renes, partner bij DLA Piper. Deze video is tot stand gekomen in samenwerking met DLA Piper, één van de grootste zakelijke juridische dienstverleners wereldwijd.
De grootste bedrijven van de wereld zien meer kansen dan bedreigingen als het gaat om een energie neutrale economie. Is dat optimisme of realistisch? Ronnie Overgoor gaat in gesprek met expert Paul Hopman (Country Managing Partner DLA Piper). ‘We moeten de doelstellingen van het Klimaatakkoord van Parijs halen. Halen we die niet, zijn de risico’s groot. Bij grote organisaties staat climat changehoog op de agenda. Er zijn zelfs hele afdelingen in dienst om zich daar dagelijks mee bezig te houden. Zij maken beleid om grote bedrijven sustainablete maken. Dit zijn vaak mammoettankers die soms wel 15 graden hun koers moeten verleggen. Het World Economic Form komt elk jaar met een risicorapport. Uit het laatste rapport blijkt dat we anders zijn gaan denken over risico’s. Na de crisis waren ze financieel gerelateerd, tegenwoordig zijn ze klimaatgerelateerd. In het rapport staat ook welke risico’s de meeste impact hebben. Van de vijf gaan er vier over het klimaat’, aldus Hopman. Financiële sector ‘In december 2017 is het ‘Network Greening of Central Banks and Supervisors for Greening the Financial System’ (NGFS) opgericht. In oktober 2018 is er een tussentijdse rapportage gepubliceerd: de groep van deelnemende centrale banken is toegenomen. Maar een aantal belangrijke landen met grote economieën zijn hier nog niet bij betrokken, zoals de Verenigde Staten. Het netwerk heeft ervoor gezorgd dat climat changehoog op de agenda staat en dat er nieuwe initiatieven tot stand komen. De Nederlandse Bank is een van de koplopers en is vanaf het eerste uur betrokken. Zij heeft al een aantal rapporten uitgegeven waarin belangrijke vraagstukken aan de orde worden gesteld en financiële risico’s in kaart worden gebracht.’ ‘Binnen de financiële sector zijn een aantal partijen al actief op weg naar sustainable.Allereerst verstrekt men financieringen aan windmolenparken, zonne-energie en biomassa. Men verstrekt kredieten aan bedrijven met elektrische motoren, zoals bussen en auto’s. Maar ook in de vastgoedsector, waar men bezig is met het stellen van bepaalde klimaateisen. Partijen kunnen kortingen krijgen op rente indien zij sustainablevastgoed ontwikkelen.’ Wet- en regelgeving ‘Een andere verandering zit in wet- en regelgeving. De Europese Commissie is met een actieplan gekomen en één van de belangrijkste vragen die op de agenda staat is: wat is eigenlijk de definitie van - en wanneer is iets sustainable? Welke investeringen kunnen we als sustainablekwalificeren? Je kan daar een breed debat over voeren en daarom komt de Europese Commissie met Europese richtlijnen. Op dit moment is er binnen het politieke debat en de peilingen minder draagvlak wanneer je te scherp inzet op het sustainable zijn. Veel mensen vinden het belangrijk, maar als men het echt zelf raakt, blijkt de wil en de wens niet helemaal met elkaar overeen te stemmen’, aldus Hopman. Nieuwsgierig geworden naar de laatste ontwikkelingen van climat change? Kijk de hele aflevering met Paul Hopman (Country Managing Partner DLA Piper). Deze video is tot stand gekomen in samenwerking met DLA Piper, één van de grootste zakelijke juridische dienstverleners wereldwijd.
Tijdens het Hotel Investment Seminar op 18 september a.s. komen alle trends en ontwikkelingen binnen de hospitality industry voorbij. Dit jaarlijkse event wordt georganiseerd door CBRE, DLA Piper, Hilton Wordwild en Hospitality Support Group. Een jaar geleden ging Ronnie Overgoor ook in gesprek met Jan Roersma (Hospitality Support Group), Jan Steinebach (CBRE) en Rutger Oranje (DLA Piper). Wat is er de afgelopen 12 maanden gebeurd op het gebied van hospitality industry en wat zijn de laatste ontwikkelingen? Aan tafel Jan Roersma biedt met Hospitality Support Group advies op het gebied van hotelontwikkelingen en financieringen. Daarnaast heeft de Hospitality Support Group een bedrijf dat zich bezighoudt met de inrichting van hotels en een bedrijf dat hotels runt. Jan Steinebach runt als Head of Hotels de Nederlandse tak van vastgoedspecialist CBRE. Naast advies zijn zij verantwoordelijk voor taxaties en transacties bij de verkoop van hotels. Rutger Oranje is partner bij DLA Piper. Hij begeleidt hotels bij de vele juridische aspecten, zowel bij verkoop, koop, huur, of bij het afsluiten van hotelmanagementovereenkomsten. Laatste ontwikkelingen Oranje: ‘We zien nog steeds een goede transactiemarkt, waarbij alles wel steeds duurder wordt. Er is nog steeds heel veel vraag van buitenlandse beleggers naar hoteltransacties.’ Steinebach: ‘Er is een enorme druk op de markt. Alle grote hoteltransacties zijn de afgelopen vijf jaar al gedaan. Als je nu aan beleggers of eigenaren vraagt of ze bereid zijn om hun hotel te verkopen, is het antwoord: wat moet ik er dan voor terugkopen? Er is niet alleen schaarste op de hotelvastgoedmarkt, maar ook het aanbod aan kantoren is erg laag. Roersma: ‘Globaal wordt er enorm veel gereisd en bijvoorbeeld Amsterdam wordt alleen maar aantrekkelijker. Het probleem is dat druk erop blijft staan, maar de prijzen zijn veel te hoog. In de exploitatie zie je echter nog steeds een enorme sterke markt, want de hotels draaien erg goed.’ Hotel Investment Seminar 2019 Het Hotel Investment Seminar 2019 heeft als thema ‘creating value for investers’, met daarin interessante thema’s, waaronder sustainability. Oranje: ‘Er zijn allerlei eisen waaraan hotels tegenwoordig moeten voldoen. Voor de exploitant is het prettig wanneer de eigenaar van een pand een miljoen heeft geïnvesteerd om het gebouw energiezuiniger te maken. Maar de eigenaar wil ook zijn return zien. Er ligt een uitdaging in het betalen van deze investering. Steinebach: ‘Hotelexploitanten spelen hierop in door extra kosten door te leggen aan de gast. Het zij vrijwillig, het zij door hogere kamerprijzen. Roersma: ‘Iedereen moet sustainabledenken. Later hebben we het niet meer over sustainable, want straks is het gewoon. De hotels die nu duurzaamheid kunnen uitstralen, zijn voorlopers, maar de rest van die wereld moet nog aansluiten. Ook de oudere hotels moeten sustainable worden.’ Steinebach: ‘De kosten gaan zitten in het verduurzamen van bestaande hotels. De omlooptijd van een exploitant in een hotel is veel langer dan in een kantoorgebouw. Er zijn geen tussenpauzes in de exploitatie om een hotel goed aan te pakken.’ Roersma: ‘In Amerika zijn in 2025 50% van alle zakenreizigers millennials. Dat zijn de mensen die leven met het feit dat sustainability een part of life is. We zullen ons écht aan moeten passen. Nieuwsgierig geworden naar meer ontwikkelen in deze markt? Kijk dan de hele aflevering! Deze video is tot stand gekomen in samenwerking met DLA Piper, één van de grootste zakelijke juridische dienstverleners wereldwijd.
Betrokken bij alles wat met mensenrechten te maken heeft: dat is óók DLA Piper. Hoe zien de pro bono werkzaamheden van deze global law firm eruit? En wat is de juiste balans tussen idealisme en commercie? Ronnie Overgoor gaat in gesprek met Michiel Coenraads, partner bij DLA Piper. Coenraads: ‘Omdat we wereldwijd een van de grootste kantoren zijn, vinden we bij DLA Piper onze pro bono werkzaamheden enorm belangrijk. Onze medewerkers vinden het ontzettend leuk om in een internationaal team te werken aan iets wat impact maakt. Op jaarbasis werken we ongeveer 200.000 uur op basis van pro bono. Er is wereldwijd veel vraag naar pro bono advocaten en om structuur in onze werkzaamheden te brengen kiezen we voor drie thema’s: kinderrechten, de rechten van migranten en de ‘rule of law’. Dit laatste thema gaat over het versterken van rechtssystemen in landen waar de rechtspraak – zoals we die in Nederland kennen - ontbreekt. We trainen bijvoorbeeld rechters en officieren van justitie in het Caribisch gebied, Kosovo of Nepal. We werken samen met onze kantoren, onze cliënten on the ground en met lokale advocaten.’ Migrantenrechten zijn mensenrechten ‘Migranten behoren tot een bevolkingsgroep die het wereldwijd moeilijk heeft. Deze groep krijgt veel media-aandacht en staat hoog op de agenda. We willen vluchtelingen - die bijvoorbeeld naar Nederland komen - helpen een nieuw leven op te bouwen, zodat ze zich snel thuis voelen en onderdeel worden van de Nederlandse samenleving. We geven onder andere workshops in Amsterdam aan vluchtelingen of werken één op één als mentor.’ Ook op het gebied van kinderrechten is DLA Piper actief. Coenraads: ‘Wij werken samen met Unicef. Dit is een van onze dertien key clients, net zoals Amazon en ING. We helpen Unicef met het ontwikkelen van internationale standaarden voor kinderen, zoals de ontwikkeling van wetgeving tegen kinderarbeid in Bangladesh. Met de skills die we hebben, dragen we bij aan het verbeteren van de misstanden die op internationaal niveau spelen.’ Mensenrechten De cliënten van DLA Piper zijn bijna allemaal multinationals die internationaal zakendoen. Internationalisering en globalisering gaan hand in hand met mensenrechten, volgens Coenraads: ‘Er zijn wereldwijd ongeveer 100.000 multinationals met 900.000 dochterbedrijven. Zij zijn samen verantwoordelijk voor ongeveer twee derde van de wereldhandel. Internationalisering en globalisering van handel zijn dé thema’s vanaf de jaren ‘50. Het andere globale thema – mensenrechten – gaat hiermee hand in hand. Met de start van globalisering van de handel startte ook de ontwikkeling van mensenrechten als business-element. Hiermee bedoel ik de ontwikkeling van algemene standaarden bij de Verenigde Naties en de Europese Unie. Die twee thema’s horen bij elkaar en die moet je op een holistische manier bekijken. Er zijn mensenrechtenadvocaten die heel erg moedig werk verrichten, met de poten in de modder staan en opkomen voor mensen die in de knel zitten. Ik vind dat iedere advocaat verder moet kijken en zijn nek moet uitsteken.’ Deze video is tot stand gekomen in samenwerking met DLA Piper, één van de grootste zakelijke juridische dienstverleners wereldwijd.
Michiel Stokman (Co-founder RevenYOU): ‘Drie miljard mensen krijgen er door ons een tweede inkomensstroom bij’ ⇨ Abonneer je nu op het kanaal van 7DTV voor meer video’s: https://bit.ly/2Je2J5D Wereldwijd miljarden mensen toegang geven tot eenvoudig beleggen met behulp van kunstmatige intelligentie en machine learning? Dat is het doel van de Nederlandse startup RevenYOU. Het platform is nog niet gelanceerd, maar RevenYOU is nu al 50 miljoen euro waard. Hoe zit dit? We gaan in gesprek met co-founder Michiel Stokman. RevenYOU is de toekomst van het beleggen. Het is een innovatief open platform voor de nieuwe generatie. Het bedrijf vindt het belangrijk dat beleggen voor individuele gebruikers makkelijker en transparanter wordt. Dat lukt - volgens de founders van RevenYOU - alleen als je toegang hebt tot de beste beleggers of beleggersteams. “Vergelijk ons platform met Spotify of YouTube. We hebben geen inhoud, maar faciliteren een dienst. We hebben een eigen codetaal ontwikkeld die erg snel en vergelijkbaar is met de codetaal die gebruikt wordt door alle professionele algoritme-beleggers. Daarbij is onze code in ons platform ook nog eens veilig: bugs zijn verleden tijd en het ‘connect’ met externe data.’ Beleggen vanaf €5 Via het platform is het straks mogelijk om met een inleg vanaf vijf euro te beleggen. In potentie krijgen ruim drie miljard mensen er een extra – duurzame - inkomensstroom bij. ‘Via onze app scroll je door de top tien van beleggers, gefilterd naar de wens van de klant. Je kan bijvoorbeeld een top tien selecteren van beleggers met het hoogste rendement en het laagste risico. Of je selecteert een top tien van beleggingsteams uit je eigen land. Ik ben er nu al van overtuigd dat ons bedrijf hét platform wordt in de beleggingswereld. We zijn door iedere kenner, expert en specialist doorgezaagd en zij vinden het nog steeds een goed idee. In deze connected wereld heeft ongeveer de helft van de mensen een smartphone en 15 tot 20 procent een bankrekening. Toch is beleggen alleen toegankelijk voor mensen in de hoogste sociale klasse. Daar wil ik verandering in brengen’, aldus Stokman. Regelgeving ‘Het juridische veld rondom fintech-bedrijven is gigantisch. Wij zijn een partij uit Nederland en moeten het hebben van onze slimmigheid, want we hebben niet de investeringsomgeving zoals gecreëerd in Silicon Valley of China. We hebben een flink aantal juristen en advocatenbureaus die ons daarbij helpen en inmiddels mogen we onszelf ook expert noemen. Een vergunning om met aandelen te handelen, is een vereiste. De aanvragen hiervoor lopen nu. We willen natuurlijk al wel live, dus hebben we besloten dit te doen in een cryptocurrency-omgeving. Dit wordt niet gezien als geld, waardoor we vrijer kunnen opereren en het systeem uitgebreid kunnen testen. Daarna willen we de stap maken naar de gereguleerde beleggingsmarkt.’ Kennisnetwerk & aandeelhouders ‘We hebben een grote investeerder die ook aandeelhouder wordt, daarnaast zijn we een Stichting Administratiekantoor. Daar zitten aandeelhouders in die geen stemrecht hebben. Dit zorgt ervoor dat je veel mensen met kennis om je heen verzamelt, maar het bedrijf wel op een eigen doelgerichte manier kan managen’, aldus Stokman. Deze video is tot stand gekomen in samenwerking met DLA Piper, één van de grootste zakelijke juridische dienstverleners wereldwijd. Bekijk ook andere afleveringen van 7DTV: Henri Bosman: "Banken denken niet mee in crisistijd" ⇨ https://youtu.be/b_wX7ybc3PA Willemijn Verloop: "Het gaat niet alleen om geld" ⇨ https://youtu.be/L8tfWGYcE8g
Moeten Nederlandse beursgenoteerde bedrijven beter worden beschermd tegen vijandelijke overnames en activistische aandeelhouders of is het wetsvoorstel ‘Wettelijke bedenktijd’ overbodig? Hierover gaan we in gesprek met Henk Arnold Sijnja, partner bij DLA Piper. ‘Het wetsvoorstel wettelijke bedenktijd is ingediend door het kabinet, kort na de overnamepogingen van Unilever en AkzoNobel twee jaar geleden. In de samenleving – en in het bijzonder in de politiek – heerste toen de opvatting dat Nederland zijn kroonjuwelen aan het verkopen was. Unilever werd benaderd met een vijandelijk overnamebod door wereldleider Kraft Heinz en kort daarna gebeurde hetzelfde bij AkzoNobel door wereldwijde verfleverancier PPG’. Wat is de definitie van een vijandelijk bod? Sijnja: ‘Dit is een bod door een koper op een beursonderneming die niet wenst te worden overgenomen. De primaire verantwoordelijkheid - om te beoordelen of een overnamepoging vijandelijk of gewenst is - ligt bij het bestuur en de raad van commissarissen.’ Complexiteit Wanneer een beursgenoteerd bedrijf niet overgenomen wíl worden, kan het bestuur toch tegen elk bod ‘nee’ zeggen? Sijnja: ‘Niet de directie en het bestuur beslissen of de betreffende beursonderneming wordt verkocht, dat is aan de aandeelhouders. Zij zijn de eigenaren. De aandelen van Nederlandse beursvennootschappen zijn voor meer dan 80 procent in buitenlandse handen, zoals internationale beleggings- en pensioenfondsen en private equity. Het doel van de directie en het bestuur is het - op lange termijn - voortbestaan van de onderneming, waarbij de strategie gericht is op waardecreatie. Zij moeten denken en handelen in het belang van de onderneming, wat inhoudt dat zij bij een goed bod rekening moeten houden met het aandeelhoudersbelang. Tegelijkertijd hebben dergelijke grote ondernemingen vaak duizenden werknemers, productiefaciliteiten en hebben een belangrijke band met de samenleving. Daardoor moeten zij ook rekening houden met de werknemersbelangen, afnemers en investeerders.’ Wettelijke bedenktijd Wat lost de wet ‘wettelijke bedenktijd’ op? Sijnja: ‘Na een overname is men in bezit van de aandelen en daardoor wel eigenaar, maar daarmee heeft men nog geen beslissingsbevoegdheid. Het eerste wat een overnemer daarom doet, is het bestuur wisselen. Dat is noodzakelijk om daadwerkelijk zeggenschap te krijgen. De wet ‘wettelijke bedenktijd’ schorst voor 250 dagen het recht van aandeelhouders op om het bestuur en de raad van commissarissen te wijzigen. Het is een middel om een vijandige overnamepoging tegen te houden of een activistische aandeelhouder af kan brengen van zijn - misschien wel - goed bedoelde acties of mooie bod.’ Symboolpolitiek ‘De checks and balances die er op dit moment in het ondernemingsrecht zijn, ofwel de macht van de aandeelhouder versus de macht van het bestuur en de raad van commissarissen, vind ik al gebalanceerd genoeg. Het bestuur en de raad van commissarissen hebben genoeg middelen om zich voor te bereiden op een bod, om de dialoog aan te gaan met alle partijen en om alternatieven te onderzoeken. In mijn optiek is de wet ‘wettelijke bedenktijd’ vooral symboolwetgeving om als regering aan de samenleving te laten zien dat zij er alles aan doen om ‘BV Nederland’ te beschermen. Er zijn echter genoeg middelen om ondernemingen te beschermen, bijvoorbeeld de responstijd van een half jaar. Dit geeft het bestuur de mogelijkheid om het recht van aandeelhouders - om bijvoorbeeld de wijziging van het bestuur - te schorsen met 180 dagen’, aldus Sijna. Deze video is tot stand gekomen in samenwerking met DLA Piper, één van de grootste zakelijke juridische dienstverleners wereldwijd.
Moeten Nederlandse beursgenoteerde bedrijven beter worden beschermd tegen vijandelijke overnames en activistische aandeelhouders of is het wetsvoorstel ‘Wettelijke bedenktijd’ overbodig? Hierover gaan we in gesprek met Henk Arnold Sijnja, partner bij DLA Piper. ‘Het wetsvoorstel wettelijke bedenktijd is ingediend door het kabinet, kort na de overnamepogingen van Unilever en AkzoNobel twee jaar geleden. In de samenleving – en in het bijzonder in de politiek – heerste toen de opvatting dat Nederland zijn kroonjuwelen aan het verkopen was. Unilever werd benaderd met een vijandelijk overnamebod door wereldleider Kraft Heinz en kort daarna gebeurde hetzelfde bij AkzoNobel door wereldwijde verfleverancier PPG’. Wat is de definitie van een vijandelijk bod? Sijnja: ‘Dit is een bod door een koper op een beursonderneming die niet wenst te worden overgenomen. De primaire verantwoordelijkheid - om te beoordelen of een overnamepoging vijandelijk of gewenst is - ligt bij het bestuur en de raad van commissarissen.’ Complexiteit Wanneer een beursgenoteerd bedrijf niet overgenomen wíl worden, kan het bestuur toch tegen elk bod ‘nee’ zeggen? Sijnja: ‘Niet de directie en het bestuur beslissen of de betreffende beursonderneming wordt verkocht, dat is aan de aandeelhouders. Zij zijn de eigenaren. De aandelen van Nederlandse beursvennootschappen zijn voor meer dan 80 procent in buitenlandse handen, zoals internationale beleggings- en pensioenfondsen en private equity. Het doel van de directie en het bestuur is het - op lange termijn - voortbestaan van de onderneming, waarbij de strategie gericht is op waardecreatie. Zij moeten denken en handelen in het belang van de onderneming, wat inhoudt dat zij bij een goed bod rekening moeten houden met het aandeelhoudersbelang. Tegelijkertijd hebben dergelijke grote ondernemingen vaak duizenden werknemers, productiefaciliteiten en hebben een belangrijke band met de samenleving. Daardoor moeten zij ook rekening houden met de werknemersbelangen, afnemers en investeerders.’ Wettelijke bedenktijd Wat lost de wet ‘wettelijke bedenktijd’ op? Sijnja: ‘Na een overname is men in bezit van de aandelen en daardoor wel eigenaar, maar daarmee heeft men nog geen beslissingsbevoegdheid. Het eerste wat een overnemer daarom doet, is het bestuur wisselen. Dat is noodzakelijk om daadwerkelijk zeggenschap te krijgen. De wet ‘wettelijke bedenktijd’ schorst voor 250 dagen het recht van aandeelhouders op om het bestuur en de raad van commissarissen te wijzigen. Het is een middel om een vijandige overnamepoging tegen te houden of een activistische aandeelhouder af kan brengen van zijn - misschien wel - goed bedoelde acties of mooie bod.’ Symboolpolitiek ‘De checks and balances die er op dit moment in het ondernemingsrecht zijn, ofwel de macht van de aandeelhouder versus de macht van het bestuur en de raad van commissarissen, vind ik al gebalanceerd genoeg. Het bestuur en de raad van commissarissen hebben genoeg middelen om zich voor te bereiden op een bod, om de dialoog aan te gaan met alle partijen en om alternatieven te onderzoeken. In mijn optiek is de wet ‘wettelijke bedenktijd’ vooral symboolwetgeving om als regering aan de samenleving te laten zien dat zij er alles aan doen om ‘BV Nederland’ te beschermen. Er zijn echter genoeg middelen om ondernemingen te beschermen, bijvoorbeeld de responstijd van een half jaar. Dit geeft het bestuur de mogelijkheid om het recht van aandeelhouders - om bijvoorbeeld de wijziging van het bestuur - te schorsen met 180 dagen’, aldus Sijna. Deze video is tot stand gekomen in samenwerking met DLA Piper, één van de grootste zakelijke juridische dienstverleners wereldwijd.
De klimaatwet haalt bijna dagelijks het journaal en de komende jaren is de impact van deze wet op het bedrijfsleven enorm. Daarom organiseerde DLA Piper het event ‘Climate change: change your business’ rondom dit actuele thema. In een interactieve setting werden tijdens dit event de ontwikkelingen over het klimaatakkoord, klimaattafels en de klimaatwet besproken. Janet Meesters (advocaat DLA Piper) deelt de key takeaways van het event. Provinciale Staten De klimaatwet moet nog door de Eerste Kamer en staat tot die tijd hoog op de agenda in Den Haag. ‘De afgelopen verkiezingen werden gepositioneerd als de klimaatverkiezingen. Toch moeten we het effect van het politieke spelletje relativeren. De Provinciale Statenverkiezingen hebben consequenties voor de Eerste Kamer, maar er werd deze verkiezingsronde geen nieuwe regering gevormd. In Den Haag is een heel breed draagvlak voor de klimaatwet. Echter geeft de uitslag van de verkiezingen goed weer dat er bij een groot aantal burgers onvoldoende draagvlak is voor de veranderingen in het klimaat, de klimaatwet en haar consequenties. Een burger wordt niet blij van de boodschap dat de gevolgen van de klimaatwet direct voelbaar zijn in de portemonnee’, aldus Meesters. De grote vervuilers van Nederland Nederland wordt als het braafste jongetje uit de klas gezien. Klopt dit beeld? ‘Als alleen Nederland iets doet aan het klimaat, zet dat niet veel zoden aan de dijk. Aan de andere kant hebben we ons – samen met alle andere landen in de wereld - verbonden aan het akkoord van Parijs, waardoor we met zijn allen verantwoordelijk zijn voor het behalen van de doelstellingen. Als iedereen redeneert vanuit zijn eigen land, schiet het niet op. Het belangrijkste is dat we grensoverschrijdend omgaan met klimaatverbetering. Dat geldt zeker voor de grootste vervuilers van Nederland waarvan sommige bedrijven hun hoofdkantoren notabene in het buitenland hebben staan.’ Klimaatheffing DLA Piper ervaart dat startups, scale-ups én gevestigde namen uit het bedrijfsleven druk bezig zijn met het klimaat. ‘Aan de ene kant zijn het de nieuwkomers die de wereld wakker schudden met hun innovaties, aan de andere kant innoveert de gevestigde orde zelf ook. De overheid moet een coördinerende, positieve en stimulerende rol aannemen. Vanuit de industrie wordt positief gereageerd op nieuwe maatregelen, mits de heffing niet te hoog is én op een goede manier wordt ingezet. Waarbij de heffing bijvoorbeeld terugvloeit om innovaties te subsidiëren. Het bedrijfsleven rammelt al een aantal jaar aan de deur van de overheid met de boodschap: wij innoveren, steun ons, doe mee en geef ons sturing.’ Burger centraal Oud-politicus Diederik Samsom was keynote-spreker tijdens het Climate Event. Zijn conclusie? De toepassing van groene energie wordt steeds betaalbaarder en vaker toegepast. In zijn verhaal stelde hij de burger centraal in plaats van het bedrijfsleven. Hij is van mening dat burgers persoonlijk gemotiveerd moeten worden om bij te dragen aan een beter klimaat. Dat gebeurt alleen als we in ons land ook de positieve ervaringen delen van klimaatverbetering, zoals de buurman die de financiële voordelen van zonnepanelen laat zien op zijn energierekening’, aldus Meesters. Benieuwd naar de verwachtingen van Meesters over de impact van de klimaatwet en de ontwikkelingen binnen het bedrijfsleven op het gebied van klimaat? Kijk de hele aflevering! Deze video is tot stand gekomen in samenwerking met DLA Piper, één van de grootste zakelijke juridische dienstverleners wereldwijd.
DLA Piper is actief is in 40 landen en 85 steden. Ronnie Overgoor gaat in gesprek met Paul Hopman (Country Managing Partner DLA Piper). Wat is zijn visie op de ontwikkelingen in de advocatuur? Wat voor veranderingen zie je in de arbeidsmarkt? ‘De arbeidsmarkt staat natuurlijk al langer in de spotlights. Hoe trek je goede mensen aan en hoe behoud je ze, zijn belangrijke issues. Hoe zorg je dat medewerkers zich blijven ontwikkelen en dat ze uitgedaagd blijven? De advocatuur biedt een hele steile leercurve. Daarnaast krijg je veel kansen om binnen ons kantoor in Nederland of internationaal te werken. Het mooie aan de advocatuur is dat er altijd nieuwe, leergierige en ambitieuze mensen uit de schoolbanken komen en rechtstreeks bij ons kantoor starten. Zij dagen mij uit,' aldus Hopman. Robots, AI en andere technologie: wat is de impact in de advocatuur? ‘Dat zie je nu natuurlijk al binnen ons kantoor: processen die geautomatiseerd worden en databanken die met behulp van AI worden doorzocht. DLA Piper valt regelmatig in de prijzen als innovatieve partij. Toch staan we nog aan het begin van al deze ontwikkelingen in de innovatie die voorhanden is. De innovatie heeft nog wel een ontwikkeling door te maken om de snelheid en service te bieden die wij – en onze klanten - gewend zijn. Je ziet door de eeuwen heen dat er innovaties komen die mensen mogelijkerwijs vervangen en ondervangen ook bepaalde vragen, maar genereren weer nieuwe vragen. Dat zie je ook in de banenkwestie – daar is in de politiek een groot debat over gaande: vervangt technologie de mens? Er ontstaan juist weer nieuwe banen in de IT en als data-analist. Er komt ook weer nieuw werk voor in de plaats.’ Als je kijkt naar de kantoren van DLA Piper: wat is dan de thematiek die juridisch heel uitdagend zijn? ‘Sustainability is een onderwerp dat veel klanten raakt. Dat gaat natuurlijk over het Parijs-akkoord en om te voldoen aan 2050. Dat raakt real estate, heeft invloed op de financiële sector, de energiesector en het heeft uiteraard invloed op de patenten-kant die wij bedienen. Er zullen nieuwe uitvindingen komen die mensen willen beschermen.' Hoe ziet DLA Piper de toekomst? ‘Wij blijven veranderen en moeten veranderen om aan de wens van de klant te voldoen. Bepaalde politieke ontwikkelingen en de Brexit zullen voor veranderingen zorgen. Er zijn geen zaken waar ik direct van wakker lig, maar er zijn altijd thema’s waar je je hoofd over breekt. Ben je als kantoor in staat om voortdurend de stappen te zetten die er nodig zijn? De mens houdt niet echt van verandering en we zien het vaak als iets bedreigends, maar als managing partner is het je taak of rol om mensen te overtuigen dat je stappen moet maken en te veranderen als de markt er om vraagt', aldus Hopman. Nieuwsgierig geworden naar de laatste ontwikkelingen binnen de advocatuur? Kijk de hele aflevering met Paul Hopman (Country Managing Partner DLA Piper). Deze video is tot stand gekomen in samenwerking met DLA Piper, één van de grootste zakelijke juridische dienstverleners wereldwijd.
De flexibilisering van de arbeidsmarkt neemt toe. Steeds meer Nederlanders gaan ondernemen, flexwerken en freelancen. Men werkt voor platform-bedrijven, zoals Uber en Deliveroo. Behoor je dan tot de groep werknemers of ZZP’ers? Hélène Bogaard, partner bij DLA Piper, aan het woord. Bogaard: ‘Er is onlangs een rapport verschenen van de Belgische professor Marc de Vos waarin de ontwikkelingen binnen het arbeidsrecht in kaart zijn gebracht. Hij beschrijft drie megatrends, namelijk een talent-, economische en technologische verschuiving. Je ziet vergrijzing, migratie en allerlei trends in de economie, maar met name in de technologie gaat de verandering het hardst. Als je die megatrends projecteert op de toekomst, praten we niet meer over het hebben van een baan, maar over een loopbaan. We hebben het niet meer over zekerheid, maar over flexizekerheid. We zijn veel meer onderdeel geworden van een platformeconomie. Marc de Vos roept de Rechtspraak op om het arbeidsrecht hierop aan te passen.’ Deliveroo-casus Onlangs is er een uitspraak geweest van de Amsterdamse kantonrechter over de huidige contractvormen bij Deliveroo. ‘In deze zaak zie je dat ze hebben geprobeerd het huidige arbeidsrecht toe te passen op de Deliveroo-casus. (…) Er zijn eigenlijk drie stromingen. Een partij wil de wetgeving graag laten zoals hij is: je hebt een arbeidsovereenkomst en een overeenkomst van opdracht. Daar gaan we om de zoveel tijd over procederen. Of je hangt er een inkomen aan waarbij iedereen met een uurtarief onder de 75 euro beschermd moet worden en boven dit bedrag als ZZP’er wordt bestempeld. Of je voegt een subcategorie toe naar Brits voorbeeld. In de ‘gig economy’ van Groot-Brittannië is in de employment law onderscheid gemaakt tussen employees, workers en self-employed individuals. WAB Ook in Nederland is het arbeidsrecht aan herziening toe. Een ‘grondige opknapbeurt voor de arbeidsmarkt’ noemt minister Wouter Koolmees het pakket maatregelen van de Wet Arbeidsmarkt in Balans (WAB). Maar ZZP’ers worden overgeslagen in dit wetsvoorstel. ‘In dit voorstel wordt met name de flexrelatie besproken, niet de ZZP-relatie. Langere proeftijd, de verplichte transitievergoeding en andere zaken met betrekking tot arbeidsrelatie komen in dit wetsvoorstel aan bod, maar de ZZP-relatie is geparkeerd. De Commissie Regulering van werk buigt zich over de toekomst van de arbeidsmarkt en gaat het komende jaar ZZP-problematiek monitoren en nader onderzoek doen. In november 2019 komen zij met een aanbeveling.’ Nieuwsgierig geworden naar de laatste ontwikkelingen met betrekking tot de flexibilisering van de arbeidsmarkt? Kijk de hele aflevering met Hélène Boogaard, partner bij DLA Piper. Deze video is tot stand gekomen in samenwerking met DLA Piper, één van de grootste zakelijke juridische dienstverleners wereldwijd.
Op 25 mei 2018 werd de Algemene verordening gegevensbescherming ingevoerd. Vooral bekend als AVG of GDPR. Hoe is de invoering gegaan en wat is na een half jaar de status ervan? Ronnie Overgoor gaat in gesprek met specialist Richard van Schaik van DLA Piper over de impact van GDPR op het media- en reclamevak. De stress nam in april en mei behoorlijk toe bij het Nederlandse bedrijfsleven: ‘In de aanloopfase werd er door een groot aantal bedrijven in kaart gebracht wat voor data ze in huis hebben. Welke data heb ik? Waar gaat dat naartoe? Wie heeft toegang tot die data? Welke functie heeft die data en wat doe ik ermee? Dat soort vragen werden beantwoord en daar moest ook een juridische grondslag voor gevonden worden.’ Compliant We zoomen in op de media- en reclamewereld. Weet men in die sector inmiddels van de hoed en de rand wat GDPR betreft? ‘De grote adverteerders en grote uitgavers weten echt wel hoe het in elkaar steekt. Of ze dan compliant zijn dat is dan weer een ander verhaal, maar ze weten echt wel hoe het moet. Kijk naar een gemiddelde website en je ziet uitgebreide statements en uitgebreide verhalen hoe ze met persoonsgegevens omgaan.’ ‘Het is vaak de angst dat AVG een belemmering is voor merken en marketeers: als we de consument echt om toestemming moeten vragen haakt hij of zij af. Maar dat is vaak niet zo. Als je op een goed en leuke manier om toestemming vraagt kun je daar ook sympathie mee winnen.‘ Handhaving: hoe werkt dat? ‘Het is nog vrij rustig op dat vlak. In Europa zijn inmiddels twee boetes uitgedeeld, dus dat valt ook nog mee. Hier zijn alleen een paar speldenprikken uitgedeeld. De Nederlandse toezichthouder heeft aan 30 organisaties uit verschillende industrieën gevraagd of ze willen laten zien hoe ze persoonsgegevens hebben verwerkt. Daarnaast werden er waarschuwingen uitgedeeld omdat er nog geen privacy officer is aangesteld.‘ 'De Nederlandse toezichthouder lijkt een capiciteitsprobleem te hebben om de handhaving goed uit te voeren. Dat geldt niet voor andere Europese landen, zoals Duitsland waar streng wordt gecontroleerd. Als internationale organisatie kun je niet zomaar achterover gaan leunen. (…) De Franse, Duitse en Italiaanse toezichthouders zijn erg streng, dus als je internationaal opereert of internationale campagnes wil uitzetten, dan is het belangrijk dat je met die regelgeving rekening houdt.' Innovatief Op het gebied van Digital Out-of-Home en spraak gestuurde technologie gaan we de komende tijd flinke stappen zetten. ‘De AVG wet is ook voor die innovatieve ontwikkelingen van belang. De wetgeving loopt per definitie achter, zeker in deze technische wereld waarin het zo snel gaat. (…) Het is een grote uitdaging om alle partijen met allemaal een eigen agenda bij elkaar te brengen. De markt is het meest gebaat bij een heldere wet -en regelgeving.' Nieuwsgierig geworden naar de laatste ontwikkelingen binnen de AVG-wetgeving in het marketing- en reclamevak? Kijk de hele aflevering met Richard van Schaik (specialist bij DLA Piper). Deze video is tot stand gekomen in samenwerking met DLA Piper, één van de grootste zakelijke juridische dienstverleners wereldwijd.
Klimaatwetgeving verandert, dat heeft gevolgen voor het internationale en Nederlandse bedrijfsleven. Helpt een scherpe wetgeving bij het oplossen van het klimaatprobleem? Ronnie Overgoor gaat hierover in gesprek met Janet Meesters en Arjen de Snoo, juridische adviseurs op het gebied van milieu en klimaat bij DLA Piper. Het klimaat is veel onder de aandacht en de ontwikkelingen over dit onderwerp zijn vaak in het nieuws. ‘Tot nu toe ging het vooral om deelonderwerpen van het klimaat, zoals meer ruimte voor een rivier of CO2-uitstoot, terwijl het nu dagelijks over ontwikkelingen voor een beter klimaat gaat’, aldus de Snoo. Polderen Waar staan we nu? ‘De doelstellingen die gehaald moeten worden in de Klimaatwet - waarin Nederland streeft om in 2050 nagenoeg klimaatneutraal te zijn - zijn algemeen. Om deze doelstellingen te halen is het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) gestart met klimaattafels. Het doel van deze klimaattafels is concrete maatregelen vanuit de samenleving en bedrijfsleven initiëren om de algemene doelstellingen te halen. De klimaattafels zijn per onderwerp verdeeld, zoals industrie, landbouw en elektriciteit. Aan deze tafels nemen alle stakeholders plaats, zoals onderwijs, bedrijfsleven, overheid en maatschappelijke organisaties’, aldus Meesters. Kansen Is de Klimaatwet volhoudbaar? ‘Sceptici van nieuwe klimaatwetgeving denken in korte termijn, door te stellen dat er door een nieuwe klimaatvisie miljoen banen op de tocht komen te staan en miljarden dollars worden weggegooid. De nieuwe klimaatwetgeving biedt kansen voor onze economie. Het levert juist banen op, omdat je nieuwe specialisten nodig hebt. Het is goed om te zien dat het bedrijfsleven eigenlijk al jarenlang heel bewust is van het klimaatprobleem en zelf met initiatieven is gekomen richting de overheid. De boodschap van het bedrijfsleven luidt: we moeten er iets aan doen, wij zijn er klaar voor’, aldus Meesters. 2019 Hoe ziet de roadmap van 2019 eruit? ‘Voor de overheid is de vrijblijvendheid er af en moeten er drastische beslissingen worden genomen om de ambitieuze doelstellingen te halen. Hierdoor kom je in een spanningsveld terecht: kun je het bedrijfsleven zelf laten beslissen of is er meer sturing van de overheid nodig?Je kan het niet meer bij woorden laten. Je moet er nu acties aan verbinden en laten zien wat je doet om te voorkomen dat je er door een rechter of door de maatschappij toe gedwongen wordt. Ik verwacht dat er vanaf 2019 concretere stappen worden gezet in deze overeenkomsten, daar kleeft een juridische kant aan. Je wilt voorkomen dat er de ene dag een afspraak wordt gemaakt en dat het bedrijfsleven, of de overheid, de volgende dag besluit toch van de afspraak af te zien. Overheden en bedrijven moeten er zich er nog bewuster van worden dat wanneer zij niet meedoen, ze juridisch enorm veel gedonder krijgen. Ons juridische specialisme zetten we in om bedrijven en overheden binnen klimaatwetgeving te adviseren’, aldus de Snoo. Nieuwsgierig geworden naar de laatste ontwikkelingen binnen de klimaatwetgeving en de juridische gevolgen hiervan voor het bedrijfsleven en overheid? Kijk de hele aflevering met Janet Meesters en Arjen de Snoo (legal directors bij DLA Piper). Deze video is tot stand gekomen in samenwerking met DLA Piper, één van de grootste zakelijke juridische dienstverleners wereldwijd.
Alexander Tsoutsanis (legal director bij DLA Piper) werkt samen met organisaties en merken die te maken krijgen met piraterij. Ronnie Overgoor duikt samen met Tsoutsanis in de wereld van illegale streaming. Het is gratis met een reden ‘Ik werk voor grote klanten die een probleem met piraterij hebben. Vaak speelt dat offline, maar in sommige gevallen ook online. Bij offline moet je denken aan kopiëren, zoals namaakschoenen of namaaklikeur. Bij online piraterij gaat het bijvoorbeeld om ongeautoriseerd kijken naar allerlei sportwedstrijden. Er zit wel degelijk een businessmodel achter. Primair is de content advertentie-gedreven en daarnaast wordt er malware verspreidt. Er is een gratis signaal en beeld, maar dat je vaak pas te zien krijgt als je vijf keer een advertentietje hebt weggeklikt, ook wel ‘pay per click’ genoemd. Bij elke klik gaat een paar eurocent naar degene die de illegale piraterij het internet instuurt. (…) De uitdaging ligt bij de aanbieder: hoe bereiken zij een doelgroep die oprecht in de inhoud geïnteresseerd is, maar er tegelijkertijd geen abonneegeld voor over hebben’, aldus Tsoutsanis. De schade verspreidt zich als een olievlek ‘De schade van het aftappen en illegaal streamen is moeilijk te becijferen, maar verspreidt zich als een olievlek.’ Wat is het gevolg van deze illegale acties? ‘Bij sport - zoals voetbal - worden hele dure rechten betaald om wedstrijden uit de Eredivisie of Champions League uit te zenden. Dat wordt terugverdiend met advertentie-inkomsten. Op deze manier gaat er geld terug naar de voetbalbonden, waarmee geïnvesteerd wordt in breedtesport-ontwikkelingen, zoals de bouw van stadions en de verbetering van de jeugdopleiding. In het geval van piraterij lopen ze dat geld mis’, aldus Tsoutsanis. Georganiseerde criminaliteit ‘Je moet niet iedereen hetzelfde etiket opplakken, omdat niet elk individu kwade bijbedoelingen heeft. Maar het merendeel van de grote platforms zijn bedrijven en groepen die zich bewust zo inrichten, met verschillende vennootschappen in diverse landen en met betrokken intermediaire mensen, dat je zeker kan spreken van georganiseerde criminaliteit. De mensen achter goed georganiseerde internet piraterij hebben het zo ingericht dat ze inzetten op een verdeel en heers. Oftewel: de site wordt gehost in Nederland, er wordt gebruik gemaakt van een andere hostingprovider in Frankrijk en men zit ook voor een stukje in Amerika. De uitdaging van de rechthebbende is hoe je zo’n club aanpakt die in drie landen zit. Grote, internationale advocatenkantoren zijn bij uitstek gericht om een maatwerk oplossing te bieden om in meerdere landen tegelijk actie te ondernemen, zodat je de piraterij kunt aanpakken. De Europese regelgeving geeft genoeg handvaten om dit aan te pakken', aldus Tsoutsanis. Nieuwsgierig geworden naar het laatste nieuws over de piraterij in de streamingswereld? Kijk dan de hele aflevering met Alexander Tsoutsanis (legal director bij DLA Piper). Deze video is tot stand gekomen in samenwerking met DLA Piper, één van de grootste zakelijke juridische dienstverleners wereldwijd.
Wat zijn de laatste ontwikkelingen in de hospitality industry? Tijdens het Hotel Investment Seminar op 13 september a.s. komen alle trends en ontwikkelingen voorbij. Dit jaarlijkse event wordt georganiseerd door CBRE, DLA Piper, Hilton Wordwild en Hospitality Support Group. Ronnie Overgoor in gesprek met Jan Roersma (Hospitality Support Group), Jan Steinenbach (CBRE) en Rutger Oranje (DLA Piper). Aan tafel Jan Roersma biedt met Hospitality Support Group advies op het gebied van hotelontwikkelingen en financieringen. ‘Daarnaast hebben we een bedrijf dat zich bezighoudt met inrichting en een bedrijf dat hotels runt.’ Jan Steinenbach runt als Head of Hotels de Nederlandse tak van vastgoedspecialist CBRE. ‘Naast advies, zijn we verantwoordelijk voor taxaties en transacties bij de verkoop van hotels.’ Rutger Oranje is partner bij DLA Piper. ‘Aan hotels zitten heel veel juridische aspecten, zowel bij verkoop, koop, huur, of bij het afsluiten van hotelmanagementovereenkomsten. ‘Hotels’ is een van de assets die we vaak tegen komen bij transacties in de vastgoedwereld. Vaak hebben hotelmanagement- of huurcontracten een duur van twintig jaar. Door allerlei regelgeving gaat dit in de toekomst veranderen.’ IFRS-regelgeving en managementcontracten. ‘De International Financial Reporting Standards (IFRS) gaat vanaf 2019, naast koop, ook gelden voor huur. Dit betekent dat de huurcontracten geactiveerd moeten worden en dat je pand ook op de balans moet komen. Hierdoor kan de winst op je winst- en verliesrekening een heel ander beeld geven. Partijen die dit liever niet willen, moeten kortere huurcontracten afsluiten zodat het niet nodig is om die huur te activeren’, aldus Roersma. De verwachting is dat er door deze wijziging in de IFRS-regelgeving veel meer managementcontracten worden afgesloten. Roersma verwacht dat dit nog weleens kan gaan wringen in de toekomst: ‘veel investeerders willen een bepaald vast inkomen genereren uit de huur en willen geen onregelmatig inkomen hebben van een managementovereenkomst.’ Oranje: ‘wat ook meespeelt is dat wanneer de winst anders is dan je begroot had, je in de knel kan komen met je financieringen.’ Veranderende hotelmarkt in Amsterdam Roersma: ‘er is maar één woord voor de hotelmarkt: ‘booming’.Dat is begonnen nadat alle musea zo’n zes à zeven jaar geleden weer open zijn gegaan. Dat heeft een nieuwe stroom toeristen op gang gebracht en vanuit daar is het hard gegaan door meer congressen, een beter imago van Amsterdam en bijvoorbeeld de opkomst van Airbnb.’ Steinenbach: ‘Vergeet daarbij de invloed van citymarketing van I Amsterdam niet, wat een van de meest succesvolle citymarketing-strategieën ter wereld is. Amsterdam heeft het echt aan zichzelf te danken dat het een succes is geworden.’ Vastgoed versus hospitality ‘Tot twintig jaar geleden waren hotelmaatschappijen, zoals Hilton, de enige die in hun eigen vastgoed durfden te investeren. Naarmate er meer transparantie is gekomen en daarmee inzicht in hotelexploitaties, kwamen er investeerders die in hotels wilden investeren. Daardoor kregen we de ‘asset-light-strategie', waardoor een hele hoop hotelmaatschappijen hun vastgoed hebben afgestoten en bij vastgoedinvesteerders terecht is gekomen. Nu zie je juist weer de trend dat hotelpartijen zien dat ze kunnen verdienen aan het vastgoedmodel. Hierdoor zijn ze nu hun eigen vastgoed aan het terugkopen’, aldus Steinenbach. Nieuwsgierig geworden naar meer ontwikkelen in deze markt? Kijk dan de hele aflevering! Deze video is tot stand gekomen in samenwerking met DLA Piper, één van de grootste zakelijke juridische dienstverleners wereldwijd.
Het World Economic Forum plaatste blockchain - de technologie die aan de basis staat van cryptovaluta als Bitcoin, maar vele andere toepassingen kent - in het rijtje van zeven ontwikkelingen die de wereld drastisch gaan veranderen. Maakt deze technologie het investeren en handelen in vastgoed voor een grote groep toegankelijk? Ronnie Overgoor in gesprek met Tim Rutgers (co-founder van Bloqhouse). Bloqhouse Een traditionele markt volledig op z’n kop zetten, of ‘disrupten’: dat is vaak de uitkomst van de toepassing van blockchaintechnologie. Hoe werkt het voor de vastgoedsector? ‘Wij hebben een software platform ontwikkeld voor vastgoedfondsen die het mogelijk maakt om investeringen op te halen uit de markt. Ten tweede, zorgen we ervoor dat we de verhandelbaarheid van die investeringen via blockchain faciliteren.’ Bloqhouse is ontstaan vanuit een eigen behoefte. Rutgers: ‘We wilden zelf starten met investeren in vastgoed, maar dan met lagere bedragen in een digitale omgeving die je goed begrijpt. (…) Het idee was om investeringen toegankelijker te maken voor mensen die met minder geld willen instappen. Het is vergelijkbaar met een crowdfunding-campagne, waarbij je op de website fondsen ziet waarin je kan investeren. Daarnaast zie je een digitaal overzicht van rendementen die worden opgehaald. We zijn volop in ontwikkelingen, hebben inmiddels vier mensen in dienst en onze eerste klant binnengehaald. Maar we moeten nog live gaan’, aldus Rutgers. Samenwerking DLA Piper ‘Wij zijn anderhalf jaar geleden gestart met dit idee en zochten een juridische partij. Ik ging met Bram Vlaanderen (DLA Piper) in gesprek over ons plan, hij was vanuit een persoonlijke interesse al erg enthousiast. Hij gaf aan dat het misschien interessant kon zijn om een keer met de partners van DLA Piper te praten, om te kijken wat we voor elkaar konden betekenen. We hebben toen een samenwerking afgesloten waarbij zij ons adviseren in het eerste traject. Enerzijds om zelf te kunnen leren over blockchain en anderzijds om ons te kunnen helpen met het in de markt zetten van ons product.’ Toegevoegde waarde ‘Voor ons zit de toegevoegde waarde in de secundaire handel van de aandelen. Nu zijn er allerlei gecentraliseerde plekken waar je jouw aandelen of instrumenten naar toe kan brengen, waar vervolgens op gehandeld kan worden. Daar moet je flink voor betalen. Enerzijds als investeerder, anderzijds als partij die willen verdienen via investeringen. De blockchain maakt het mogelijk dat te decentraliseren, om daarmee die kosten naar nul te krijgen. Ofwel: het goedkoper, toegankelijker en efficiënter maken van investeringen.’ Nieuwsgierig geworden naar blockchain en de samenwerking tussen Bloqhouse en DLA Piper? Kijk dan de hele aflevering! Deze video is tot stand gekomen in samenwerking met DLA Piper, één van de grootste zakelijke juridische dienstverleners wereldwijd.
Bestuurders en toezichthouders staan volop in de schijnwerpers. In de rechtzaal én in de media wordt steeds vaker op de man gespeeld. Is dat een goede zaak of moet daar verandering in komen? Ronnie Overgoor in gesprek met Marnix Holzer (partner bij DLA Piper) over ongefundeerde, persoonlijke aanvallen op bestuurders en commissarissen. Het uitvoeren van de taak van bestuurder of commissaris wordt steeds lastiger en zelfs gevoeliger. Hoe komt dat? Holzer: ‘Vroeger ging het over functioneren van organen als de raad van bestuur (RvB) en de raad van commissarissen (RvC) in het algemeen. Maar sinds enkele jaren wordt er één persoon uitgelicht en aangevallen met vaak niet gefundeerde aantijgingen, zoals belangenverstrengeling of machtsmisbruik. Deze aantijgingen worden gedaan door de advocaten van procespartijen en daarbij zorgt het mediageweld ervoor dat het heel persoonlijk wordt. Het is mode geworden om bij de raad van commissarissen van vijf personen de president-commissaris eruit te lichten. Natuurlijk vangen hoge bomen veel wind, maar door deze persoonlijke aanvallen door advocaten en media is het voor hen steeds moeilijker geworden om hun werk te doen.’ Gezocht: goede bestuurders 'De maatschappij heeft behoefte aan goede bestuurders en toezichthouders. Er wordt een bepaald klimaat in stand gehouden waarin die mensen klappen opvangen en de rug rechten. Maar het toelaten van ongefundeerde, persoonlijke aanvallen daar verzet ik me tegen.' Integriteit 'Dat RvC’s en RvB’s tegenwoordig meer aangesproken worden op gedrag, culturele en ethisch normatieve aspecten vind ik een goede zaak. Maar waar het mij om gaat is het doorslaan naar ongefundeerde verwijten. Primair vind ik de verantwoordelijkheid liggen bij advocaten om verwijten inhoudelijk en zakelijk te houden, in plaats van het op de persoon te spelen. Ten tweede ligt er een taak bij de rechters door advocaten bij een vonnis terecht te wijzen. De buitenwereld en de andere advocaten kijken daar naar, waardoor het de volgende keer minder snel zal gebeuren. Ten derde ligt er een taak bij de media, waarbij feitenonderzoek belangrijk is. En wees, wanneer je het als medium fout hebt, dan ook ruiterlijk. Het is de taak van de media om kritisch te zijn en verslag te doen van het geschil dat er ligt, waarbij meningen mogen worden verkondigd. Maar als blijkt dat door een uitspraak - of feitenonderzoek - zij fout zaten, geef dat dan toe,' aldus Holzer. Bekijk het hele interview met Marnix Holtzer, Partner bij DLA Piper. Deze video is tot stand gekomen in samenwerking met DLA Piper, één van de grootste zakelijke juridische dienstverleners wereldwijd.
Duncan Stutterheim investeert in 'zijn' Amsterdam. Aan de verkoop van zijn dance- en mediabedrijf ID&T hield hij ongeveer 32 miljoen over, daarna bouwde hij binnen enkele jaren een beginnend imperium op in cultureel vastgoed in onze hoofdstad. Zo is hij (mede)eigenaar van het Westergasfabriekterrein, de Adam toren en Nachtlab. Ronnie Overgoor in gesprek met de vastgoedman. Nachtlab Toen hij ID&T verkocht wilde Stutterheim het geld verstandig beleggen. ‘Ik heb geen goed gevoel bij aandelen en obligaties, maar wel bij vastgoed waarbij ik mee kan denken over de invulling. Vier jaar geleden kocht ik een warehouse in Amsterdam West. Toen ik een jaar of achttien was heb ik zelf nog in deze oude loods gedanst tijdens de start van de house-muziek. We hebben er allerlei nachtleven-bedrijven inzitten. Beneden is een warehouse met evenementen en boven twintig dj-studio’s. Het 7000 vierkante meter grote pand hebben we Nachtlab genoemd,’ aldus Stutteheim. A’DAM toren ‘In dezelfde periode kwam ook de A’DAM toren in beeld. ‘ID&T zocht een nieuw hoofdkantoor en zelf zochten we nieuwe plek, omdat we wegwilden uit Zuidoost. De toren kwam toen op de markt, omdat heel de vastgoedwereld stilstond. Meer dan 32 partijen hadden interesse. We zijn partner geworden met Sander Groet, Hans Brouwer en ontwikkelpartij Lingotto. Aan de tekentafel kwam er al snel het hoofdthema ‘muziek’ uit. Daar hebben we een 24uurs totaalbeleving voor verzonnen. Slapen, eten, werken, uitgaan en de droom van Sander: een uitkijkdek.’ Westergasfabriek ‘Ik ben twee jaar geleden benaderd door Harvest Vastgoed. Zij zochten vermogende mensen voor in een cv-constructie, zij zetten de deal op en kopen daarmee de panden. De Westergasfabriek is wel iets iconisch wat je overneemt. Het is voor mij de eerste keer in mijn leven dat ik iets overneem. Ik heb altijd zelf iets bedacht, gecreëerd en gemaakt.’ DLA Piper Met de A’DAM toren en de Westergasfabriek doet Stutterheim de twee grootste deals van zijn leven en werkt hij samen met DLA Piper. ‘In de tijd van ID&T werkten we ook al met het internationale DLA, omdat we veel zaken deden in Amerika. Die internationale deals vielen deels onder het Amerikaanse en deels onder het Nederlandse recht. Dat was erg ingewikkeld. Bij zulke grote en gecompliceerde deals heb je de beste mensen nodig. Het kost wat, maar dan heb je ook wat’, aldus Stutteheim.
Het fiscale landschap staat niet stil. In Amerika heeft president Trump een hervorming van het Amerikaanse belastingstelsel doorgevoerd en Europa heeft ook plannen om het belastingstelsel grondig te herzien. Wat zijn de fiscale trends voor US internationals? Jian-Cheng Ku (advocaat en belanstingadviseur bij DLA Piper) praat ons bij. Wat houdt de hervorming van het belastingstelsel in de US precies in? Jian-Cheng Ku legt het uit: ‘Het is een grote ontwikkeling voor belastingadviseurs. Het is sinds 1986 de grootste tax reform in de US is en is genoemd ‘Tax Cuts and Job Act’. De wet bewerkstelligt een belastingverlaging voor individuen en bedrijven. Tegelijkertijd is het ook bedoeld als stimulans om werkgelegenheid terug te halen naar de US. Dat zijn de letterlijke woorden van Trump. (…) Het is een groot land en veranderingen in de wetgeving brengen een bepaalde onzekerheid tot stand. Dat hebben we afgelopen half jaar gezien. Het was al duidelijk dat er hervormingen werden doorgevoerd en dan zie je dat bedrijven stil gaan zitten qua investeringen.’ Multinationals in de US Wat merken multinationals in de US van deze wetswijziging? Jian-Cheng Ku: ‘Een belangrijke verandering binnen de Tax Reform is dat het Federal Tax Rate - de vennootschapsbelasting in Nederland – van 35 procent naar 21 procent is gegaan. Relatief gezien was dat hoog als je het vergelijkt met andere landen. Trump heeft die hoge belastingen willen aanpakken door een Tax Cut te geven aan die multinationals. Dat is goed nieuws, maar het moet ook worden gefinancierd. (…) Het is een ontwikkeling die past binnen de wereldwijde trend van gebeurtenissen binnen de tax-ontwikkelingen. Veel landen proberen te concurreren – onder meer – door het fiscale klimaat. Je hoort gemende geluiden over deze ontwikkelingen.’ Europa beweegt mee Tegelijkertijd lezen we over de ontwikkelingen om het belastingstelsel voor multinationals in heel Europa rigoureus te hervormen. Is dat een reactie op Amerika? ‘Die gesprekken gaan al meer dan tien jaar terug. Toen werd er ook al gesproken met de Europese Commissie en het Europees Parlement om een grotere belastinghervorming te laten plaatsvinden. Er worden gesprekken gevoerd om te kijken of we een belastingstelsel moeten invoeren voor heel Europa. Dat staat zeker op de agenda.’ Race to the bottom Landen zijn verwikkeld in een onderlinge strijd, Jian-Cheng Ku noemt het een “race tot he bottom”. ‘Landen proberen een lager VPB-tarief aan te bieden om op die manier fiscaal aantrekkelijk te zijn voor multinationals. Als de Verenigde Staten zich daar ook in mengt, kan het op langere termijn schadelijk zijn voor de economie.’ (…) ‘Nederland moet meebewegen, dus zij moeten meegaan in de internationale trends die zich afspelen in de tax-wereld. Je ziet dat er meer en meer focus is op een reële economie. Wij willen als land een goed fiscus-klimaat aanbieden.’ In kritische artikelen lees je over 'Nederland als belastingparadijs'. 'Nederland heeft een normaal vennootschapsbelasting-tarief en we hebben een goede belastingdienst met hoog opgeleide mensen die de belastingpositie van multinationals controleert.' (...) 'De case Starbucks is lastig. Er zijn zaken die wellicht spannender zijn en in deze zaak wordt bevestigd dat het Nederlandse ruling-proces gedegen en sterk is.' Wat zijn trends in de fiscale wereld? In dit boeiende gesprek geeft Jian-Cheng Ku inzicht in de belangrijkste ontwikkelingen op het gebied van tax reforms voor multinationals.
Het vervangen van het huidige pensioenstelsel staat al enige tijd op de politieke agenda. Heeft de arbeidsmarkt – met het toenemende aantal ZZP’ers en ‘beroepswisselaars’ – het pensioenstelsel volledig ingehaald of mogen we onze pensioenvoorziening nog steeds terecht als één van de beste ter wereld beschouwen? Specialist Erik Lutjens (pensioenrecht advocaat bij DLA Piper en hoogleraar pensioenrecht aan de Vrije Universiteit) aan het woord. Waarom wil men het stelsel aanpassen? Lutjens: ‘De discussie in ontstaan na de financiële crisis in 2008. Toen bleek dat pensioenen voor werknemers minder zeker waren dan men altijd dacht. Omdat een aantal pensioenfondsen, doordat het vermogen daalden, in onder-dekking kwamen en tekorten kregen. De dreiging ontstond dat pensioenen gekort moesten worden en in een aantal gevallen is dit ook gebeurd voor zowel werknemers als pensioengerechtigden. Dat heeft de discussie op gang gebracht of dit stelsel nog wel houdbaar was.’ Lage rente De lage rente van pensioenfondsen wordt een sluipmoordenaar genoemd. Hoe lang mag die lage rentestand duren voor het systeem om zeep wordt geholpen? Lutjens: ‘Vanwege de regels over de financiële opzet, is die lage rente heel zorgwekkend. Al jarenlang is die rente erg laag, dat heeft een beweging op gang gebracht. Men vraagt zich af of in 2020 – een magisch jaartal in dit verband – de pensioenen opnieuw gekort moeten worden door een aantal pensioenfondsen, omdat ze vanwege die lage rente onvoldoende dekking hebben. Óf de rente moet stijgen óf je moet aan de andere kant van de balans iets anders gaan doen.’ Solidariteit Welke redenen worden genoemd om het stelsel flink aan te pakken? Lutjens: ‘Het pensioenstelsel sluit niet meer bij veranderende arbeidsmarkt aan en de doorsneepremie - het specifieke fenomeen in Nederland - zou oneerlijk zijn voor jongeren. Ons stelsel is altijd opgebouwd als een collectief op solidariteit gebaseerd stelsel waarin je risico’s deelt: iedereen heeft gelijke kansen. (…) In de basis is het heel eenvoudig, je betaalt premie, het wordt zorgvuldig belegd en er is goed toezicht.’ Stabiele fundamenten We hoppen massaal van job naar job, het groeiende aantal ZZP’ers, de levensverwachting: wat zijn de belangrijkste externe factoren die de hervorming van het pensioenstelsel beïnvloeden? Lutjens: ‘Er zijn een aantal factoren die relevant zijn voor het pensioenstelsel, maar de vraag die zich opdringt is: moeten we de fundamenten wijzigen of moet je het bouwwerk laten staan en renoveren? Misschien kun je er voor zelfstandigen zelfs een gebouw naast zetten.’ Maatschappelijke discussie Toch is er veel onvrede over het huidige stelsel en wordt er al jaren gesproken over herzieining. Lutjens: ‘Die discussie is heel belangrijk. Je hebt het over lange periodes en een belangrijke inkomensaspecten voor mensen. Dat er kritisch naar gekeken wordt is een belangrijke ontwikkeling. (…) Daar komt de steeds langere levensduurverwachting bij waardoor er steeds meer vermogen nodig is. Die combinatie van factoren is de aanleiding geweest voor een steeds bredere maatschappelijke discussie over het pensioenstelsel waar ook veranderingen op de arbeidsmarkt en in het leefpatroon en de aansluiting van het pensioenstelsel daarop treedt steeds meer op de voorgrond.’ Ben jij benieuwd naar de visie van Erik Lutjens op de herzieningen van het pensioenstelsel? Bekijk dan het hele interview! Deze video is tot stand gekomen in samenwerking met DLA Piper, één van de grootste zakelijke juridische dienstverleners wereldwijd.
Johan Renes is partner bij DLA Piper, Europees octrooi-gemachtigde en is gespecialiseerd in strategisch advies in de life sciences en de biotech sector. In dit gesprek op 7 Ditches TV nuanceert hij de, in zijn ogen, met one-liners doorspekte discussies en politieke statements op het gebied van de prijs van geneesmiddelen: ‘Het is een ingewikkeld proces dat door het gebruik van oneliners en politieke statements over het algemeen nogal plat wordt geslagen.’ Hoe komt de prijs van geneesmiddelen tot stand? ‘In principe gaat het om het terugverdienen van investeringen die je moet doen. Het is de enorme fail rate waardoor de prijs zo hoog wordt.' Is geneesmiddelen ontwikkeling niet teveel een spel van ondernemers en investeerders geworden in plaats van wetenschap? Johan: ‘Lastige discussie, geneesmiddelen voor kleine groepen worden vaak ontwikkeld door kleinere bedrijven, een groot bedrijf kan een geneesmiddel met een markt minder dan 500 miljoen helemaal niet ontwikkelen. Ontwikkeling van een geneesmiddel duurt 8 tot 12 jaar, dat is een erg onzeker proces, zeker aan het begin van het proces is de kans dat het mislukt vele malen groter dan dat het lukt. Het hele proces heet dan ook derisken, je maakt steeds het risico van falen kleiner. Maar degene die aan het begin dat risico nemen moeten dus om dat te willen doen een hoog rendement halen.’ Maar waarom zou ik dat als ondernemer dan doen? Johan: ‘Er zijn ook gewoon mensen, ik ben zelf ook ooit als moleculair bioloog begonnen, die de drive hebben om mensen te genezen. Wat is de rol van andere spelers in dit domein, zoals de overheid en de zorgverzekeraars? Als overheid moet je kiezen: ga ik regels afspreken om auto's veiliger te maken die geld kosten, ga ik milieumaatregelen nemen, of ga ik geneesmiddelen vergoeden. Als zorgverzekeraar moet je ook kiezen, ga ik een patiënten groep van 100.000 vergoeden of ga ik een patiënten groep van 20.000 vergoeden? Regulering Johan: ‘Ik denk niet dat je teveel kunt reguleren, het moet natuurlijk heel strikt, het moet veilig zijn, het moet werken, dus dat moet je wel goed toetsen, maar de termijnen die daarmee gepaard gaan, dat zou wat mij betreft wel wat korter mogen.’ Is dat bureaucratie? ‘Het is een belangrijk traject, er zitten liabilities aan als het niet goed gaat, dus dan wordt het vanzelf bureaucratie.’ Symbool politiek Johan: ‘We hebben de discussie gehad over Orkambi, dat gaat over niet heel veel patiënten. Het is symboolpolitiek in de zin dat als ik korting moet bedingen op een medicijn van 120.000 euro maar het is maar voor duizend patiënten of ik beding 10% korting op een geneesmiddel dat veel goedkoper is, maar voor een miljoen patiënten, volgens mij is er dan meer te halen bij die miljoen patiënten en kan ik daaruit die Orkambi patiënten wel financieren. De rol van Nederland in het internationale speelveld Johan: ‘Dat vind ik een moeilijk onderwerp, we zijn natuurlijk een heel klein land. We kunnen in de wereld van het onderzoek natuurlijk een bijdrage leveren, we zijn een slim land, maar we moeten niet gaan denken dat wij als overheid het allemaal zelf gaan doen. Die kans is natuurlijk 0 met de onderzoeksgroepen en de middelen die we hebben in dit kleine landje. Is het gelijk verdeeld? Er gaan mensen dood van de honger of het gebrek aan drinkwater en hier hebben we het over geneesmiddelen voor ziektes voor een paar mensen. Johan: ‘Het geldt voor zoveel dingen op dit moment, de luchtvervuiling weet ook niet dat de grens met Polen en Duitsland ertussen zit, dus we moeten dit daadwerkelijk ook op wereld niveau aanpakken, want als je zo doorgaat bestaat er natuurlijk een kans dat er in allerlei landen om ons heen de geneesmiddelen wel te verkrijgen zijn en juist in Nederland niet. Dan wordt de positie van de Nederlandse patiënt zelfs binnen Europa slechter, dat vind ik een lastig te verkroppen verhaal.’ Wat boeit jou zo in deze materie? Johan: ‘De ethiek, dat vind ik altijd een machtig boeiend onderwerp, zeker als je in de moleculaire biologie groot bent geworden en dat moet combineren met recht. Dan vind ik vragen van: ‘hoe durf ik überhaupt een prijs te hangen aan een levensjaar en wie bepaalt dan wat kwaliteit van leven is?’ Ten tweede is de science erachter machtig boeiend om uit te vinden hoe dat er allemaal binnen werkt en dat het een mirakel is dat het in de meeste gevallen goed gaat in plaats van dat we allemaal ziek zijn en ten derde vind ik de maatschappelijke discussie hierover ook erg intersant. Bekijk het hele interview met Johan Renes, Partner en Octrooigemachtigde bij DLA Piper Deze video is tot stand gekomen in samenwerking met DLA Piper, één van de grootste zakelijke juridische dienstverleners wereldwijd.
De invloed van belangenorganisaties wordt met behulp van global campaigns steeds groter. Ondernemingen doen er slim aan maatregelen te treffen om reputatieschade of erger te voorkomen. Maar hoe doe je dat? Michiel Coenraads, advocaat bij DLA Piper, biedt een kijkje in de wereld van global campaigns en hoe je als organisatie alle betrokkenen een plekje aan tafel kunt geven. Michiel: ‘Het is een wereldwijd verschijnsel. Als ondernemingen internationaal zakendoen, moeten ze ook nadenken over de internationale aspecten daarvan. Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen – waar global campaigns vaak over gaan – is volwassen geworden. Het gaat niet meer over dubbelzijdig printen of de thermostaat een graad lager. Het gaat over hele belangrijke thema’s. Tegelijkertijd zijn de clubs die opkomen voor dat soort belangen ook volwassen en professioneler geworden. Geen sit-down actie of advertentie in de krant, global campaigns zijn een mix van actie, publiciteit en juridische procedures.’ ‘Het doel heiligt de middelen’… of niet? De beweegredenen van die clubs zijn vaak helemaal niet verkeerd. Maar hoe zit het met de middelen? Michiel: ‘Het zijn onderwerpen waar niet veel mensen tegen zijn. Dat er een keer iets wordt gedaan aan de misstanden in de kledingindustrie in Bangladesh, daar is iedereen voor. De recente discussie over belastingontwijking in de Europese Unie, daar staan de neuzen ook redelijk dezelfde kant op. Soms gaat het er qua middelen wel erg ruig aan toe. Kijk naar een voorbeeld in Frankrijk: ‘bossnapping’. Dat de manager met een gescheurd overhemd moet ontsnappen door over een hek te klimmen. Soms wordt daarbij geprocedeerd. Het procederen is niet meer gericht op het winnen van de procedure, maar op publiciteit. Dat hebben we de afgelopen jaren vaker gezien.’ Korte termijn vs. lange termijn Bereiken die belangenorganisatie hun doelen? Michiel: ‘Op korte termijn, vraag ik het mij af. Op de lange termijn, zeker. Die belangrijke thema’s komen absoluut op de agenda en bedrijven gaan vaker doorhebben dat het ook hun verantwoordelijkheid is. Wat ver weg gebeurt, is hier relevant. In die zin is het een buitengewoon succesvol middel. Maar als een bedrijf dan de target is van zo’n campagne, is het wel erg zuur. Jij wordt eruit gepikt en je reputatie wordt behoorlijk door de modder gehaald.’ Global campaigns in de toekomst Hoe geef je de rol van die belangenorganisaties nou een plekje binnen je strategie? Michiel: ‘Iedereen heeft wel door dat het belangrijk is om te luisteren naar die groeperingen. Maar de vraag is: hoe doe je dat nou precies? In het Europese stakeholdermodel zijn we nog onvoldoende – naar mijn smaak – gewend om die groeperingen ook een plekje aan tafel te geven. Praat met ze, neem ze serieus, maar tegelijkertijd: wees ook niet naïef. Dat betekent dat je mensen niet direct het idee geeft dat je met de issues die zij op tafel leggen meteen iets kunt doen.’ Thema’s als climate change, poverty en supply chain-verantwoordelijkheid moet je meenemen in je business strategie. Hoe doe je dat? Kijk de hele aflevering Michiel Coenraads, senior associate bij DLA Piper. Deze video is tot stand gekomen in samenwerking met DLA Piper, één van de grootste zakelijke juridische dienstverleners wereldwijd.
Geld stroomt langs de weg van de minste fiscale weerstand, maar dat moet dan wel goed worden geregeld. In gesprek over de ontwikkelingen op het gebied van Tranfer Pricing met Clive Jie-A-Joen, Transfer Pricing Economist en Consultant bij DLA Piper. Transfer Pricing is een beladen onderwerp. Clive: ‘Sinds 2013 zijn belastingstructuren en Transfer Pricing in de aandacht van het publiek gekomen, maar ook van multinationale ondernemingen en belastingdiensten. Ik denk dat heel veel ondernemingen zich aan de regels houden, want als je dat niet doet krijg je de belastingdienst en veel pers op je dak. Je moet aan je reputatie denken.’ Feiten verzamelen én begrijpen Voor Clive Jie-A-Joen is Transfer Pricing zijn hobby. Het kost hem geen moeite om op de hoogte te blijven van de regulering en verschillende belastingregels. Het spel gaat voornamelijk om verrekenprijzen. Hoe speel je dat spel? Clive: ‘Je moet de feiten verzamelen en begrijpen. Dat noemen wij een functionele analyse. Wie doet wat? Wie loopt welke risico’s? Welke activa heeft wie? Als je dat hebt begrepen, dan moet je de juiste verrekenprijsmethode selecteren om de juiste verrekenprijs vast te stellen. Als je die methode hebt gekozen, dan moet je gaan benchmarken wat onafhankelijke ondernemingen doen. Er zijn databases beschikbaar waar je voor betaalt. De regel voor multinationale ondernemingen is dat de winsten daar moeten vallen, waar je functies verricht, risico’s loopt en activa hebt.’ Een redelijk stuk van de taart Gaan grote ondernemingen goed om met Transfer Pricing? ‘Ze moeten zich aan de Transfer Pricing-regels houden. De verrekenprijzen moeten zakelijk zijn. Ze hebben niet alleen met Nederland te maken, maar met alle belastingdiensten waar de onderneming gevestigd zit. Want alle belastingdiensten willen een redelijk stuk van de taart hebben. Wat je in Nederland aan belasting moet betalen, moet reflecteren wat je in Nederland doet, wat je in Nederland aan winst hebt en wat je in Nederland aan activa hebt. Zo ook in alle andere landen. Dat is het 'at arm's length'-beginsel.’ De toekomst van Transfer Pricing Welke ontwikkelingen zie jij? Clive: ‘De afgelopen jaren is er veel veranderd. In Nederland hebben we dat al geïmplementeerd in de wetgeving. Transfer was tien jaar geleden al een belangrijk onderwerp voor multinationale ondernemingen, maar het blijft een belangrijk onderwerp. Ik denk dat er meer conflicten komen tussen multinationale ondernemingen en de fiscus. Dat bedrijven meer voor zekerheid gaan kiezen en voor een advanced pricing agreement gaan. Werk aan de winkel dus.’ Wil jij worden bijgepraat over alle ins & outs van Transfer Pricing? Kijk dan de hele aflevering met Transfer Pricing economist en consultant bij DLA Piper. Deze video is tot stand gekomen in samenwerking met DLA Piper, één van de grootste zakelijke juridische dienstverleners wereldwijd.
Wat gebeurt in de M&A markt? Welke rol speelt technologie? En wat zijn internationale ontwikkelingen? Daphne Bens, partner bij DLA Piper, geeft antwoord. In de zakenwereld wordt op het moment veel gesproken over de rol van technologie in M&A. Daphne: ‘Het is nu het moment om technologie te omarmen. Als je dat nog niet hebt gedaan, ben je aan de late kant. Het is gelukkig nog niet té laat. Wij zien technologie als hulpmiddel om onze dienstverlening beter te maken. We verzamelen onze eigen data en hebben software ingekocht die ons helpt bij het analyseren van data. Hoe dat werkt? We werken met een softwaretool die een groot aantal contracten kan analyseren op bepaalde clausules. In plaats van dat je een aantal jonge advocaten in een hok zet om vrij monotoon en saai werk te doen, laat je nu de computer die eerste analyse maken. Zo zet je onze mensen in om daadwerkelijk te kijken wat er relevant is voor de klant.’ Trendreport 2018 Begin volgend jaar komt het vierde trendreport, waarin data van meer dan duizend transacties is geanalyseerd op juridische voorwaarden, van DLA Piper uit. Daphne: ‘In plaats van dat we die data allemaal voor onszelf houden, hebben we nagedacht hoe we iets aan de markt kunnen teruggeven en onze analyses kunnen delen met onze cliënten en met elkaar. We zitten in een markt waarin we heel actief zijn op M&A.’ Wat kunnen we uit dat trendrapport halen? Daphne: ‘Verkopers hebben over het algemeen een voordeel in de markt. Het is een verkopersmarkt. Mensen die hun business verkopen, kunnen betere voorwaarden vragen. Het aanbod – althans hot assets zoals bedrijven in technologie – is schaars. (…) Een andere trend die wij zien, is dat je meer investeerders van buitenaf krijgt. Amerika en China komen naar de Europese markt. Het hangt er natuurlijk wel net vanaf waar ze in geïnteresseerd zijn.’ Uitdagingen in M&A Wat zijn de uitdagingen in M&A? Daphne: ‘Je hebt de uitdaging van technologie: dat men technologie moet omarmen en inzetten om een beter product voor de cliënt neer te zetten. In plaats van dat je er angstig voor bent, is het iets waar je in moet stappen en aan mee moet doen. Je moet ook niet bang zijn voor concurrentie, zij kunnen jouw dienstverlening voor cliënten alleen maar beter maken. Wat ik nu ook als trend ziet, is dat je de kans loopt dat je heel lang in een traject zit zonder dat je het menselijke aspect toevoegt. De les is: omarm technologie, maar voeg dat menselijke contact al eerder in het traject toe zodat issues ook eerder boven komen drijven.’ Deze video is tot stand gekomen in samenwerking met DLA Piper, één van de grootste zakelijke juridische dienstverleners wereldwijd.