POPULARITY
Veelzijdig surrealist Louis Lehmann (1920-2012) is bijna tien jaar dood en daar nog altijd tegen. Hij kon alles - maar alleen op zijn eigen manier. Louis was danser, tekenaar, vertaler, recensent, musicus, componist en bovendien internationaal erkend scheepsarcheoloog. Maar het meest beroemd is hij als dichter. Al voor de oorlog gold Lehmann als aanstormend poëet en wonderkind, bejubeld door Menno ter Braak en Hendrik Marsman. Zelf vond Louis daar niks bijzonders aan. Zijn verzen kwamen vanzelf, kostten geen enkele moeite. Maar één ding kon Louis niet: ergens in passen, ergens bij horen. Al wou hij dat zo graag, het lukte hem niet. Zijn ongemak bij mensen, vooroorlogse manier van praten, unieke denksprongen, onvermogen om te liegen en zijn onverslaanbare eruditie zaten in de weg. Zelf zag hij zijn dichterschap als grote sta-in-de-weg voor een echte baan, die hij inderdaad nooit kreeg. Mensen die dat wel lukte, waren voor hem grote tovenaars die hij benijdde. Het zat Lehmann zo hoog dat hij tenslotte zelfs geen dichter meer wilde heten. In de podcast 'De Perfecte Amateur' spreekt documentairemaker Marten Minkema met weduwe Alida Beekhuis, biograaf Jaap van der Bent, pianist Guus Janssen, bewonderaar Pieter Mulder en laat hij archiefmateriaal horen van Wim Noordhoek in gesprek met Lehmann. En veel muziek, want muziek was voor Louis de hoogste van alle kunsten. maker Marten Minkema, montage Berry Kamer, eindredactie Anton de Goede. Wilt u reageren? docs@vpro.nl of docs@ntr.nl
Veelzijdig surrealist Louis Lehmann (1920-2012) is bijna tien jaar dood en daar nog altijd tegen. Hij kon alles - maar alleen op zijn eigen manier. Louis was danser, tekenaar, vertaler, recensent, musicus, componist en bovendien internationaal erkend scheepsarcheoloog. Maar het meest beroemd is hij als dichter. Al voor de oorlog gold Lehmann als aanstormend poëet en wonderkind, bejubeld door Menno ter Braak en Hendrik Marsman. Zelf vond Louis daar niks bijzonders aan. Zijn verzen kwamen vanzelf, kostten geen enkele moeite. Maar één ding kon Louis niet: ergens in passen, ergens bij horen. Al wou hij dat zo graag, het lukte hem niet. Zijn ongemak bij mensen, vooroorlogse manier van praten, unieke denksprongen, onvermogen om te liegen en zijn onverslaanbare eruditie zaten in de weg. Zelf zag hij zijn dichterschap als grote sta-in-de-weg voor een echte baan, die hij inderdaad nooit kreeg. Mensen die dat wel lukte, waren voor hem grote tovenaars die hij benijdde. Het zat Lehmann zo hoog dat hij tenslotte zelfs geen dichter meer wilde heten. In de podcast 'De Perfecte Amateur' spreekt documentairemaker Marten Minkema met weduwe Alida Beekhuis, biograaf Jaap van der Bent, pianist Guus Janssen, bewonderaar Pieter Mulder en laat hij archiefmateriaal horen van Wim Noordhoek in gesprek met Lehmann. En veel muziek, want muziek was voor Louis de hoogste van alle kunsten. maker Marten Minkema, montage Berry Kamer, eindredactie Anton de Goede. Wilt u reageren? docs@vpro.nl of docs@ntr.nl
We verwelkomen twee bijzondere gasten in de studio: Andersssrrr, worldwide canna-preneur, cannabis connaisseur en lid van The Golden Green Team en zijn zakelijk partner Alex, geboren en getogen in Florida. Na diverse avonturen in de cannabiswereld runnen ze nu Qualinoid, een internationaal cannabis consultancybedrijf. Gespreksstof genoeg dus, want er is ook veel nieuws te bespreken, o.a. een studie naar de opbrengst van legalisering in Duitsland, de States Reform Act, een Republikeins wetsvoorstel voor federale legalisering in de VS, de sluiting van de Eindhovense coffeeshop High Times, de wietproef documentaire van Frans Bromet en een eerste vonnis in de rechtszaak tegen Suver Nuver en Rinus Beintema. Nog iets nieuws: Pot of gold? Cannabis could bring Germany $5 billion a year – survey (Reuters), Wtvbam.com, 16 november 2021 https://wtvbam.com/2021/11/16/pot-of-gold-cannabis-could-bring-germany-5-billion-a-year-survey/#.YZQVqv2I0GA.twitter Republicans are finally ready to legalize cannabis, San Francisco Chronicle, 15 november 2021 https://www.sfchronicle.com/opinion/openforum/article/Republicans-are-finally-ready-to-legalize-cannabis-16620251.php?utm_campaign=CMS%20Sharing%20Tools%20(Premium)&utm_source=t.co&utm_medium=referral Tsjechische cannabis activist en journalist Robert Veverka veroordeeld voor ‘promoten drugsverslaving', VOC website, 17 november 2021 https://voc-nederland.org/blog/2021/11/17/tsjechische-cannabis-activist-en-journalist-robert-veverka-veroordeeld-voor-promoten-drugsverslaving/ Saba wil mogelijkheid onderzoeken tot harmonisatie softdrugsbeleid met Nederland, Bonaire.nu, 16 november 2021 https://bonaire.nu/2021/11/16/saba-wil-mogelijkheid-onderzoeken-tot-harmonisatie-softdrugsbeleid-met-nederland/ Landelijke #normaaloverdrugs campagne gestart, Cannabisindustrie.nl, 15 november 2021 https://cannabisindustrie.nl/landelijke-normaaloverdrugs-campagne-gestart/ Weer sluit Eindhoven coffeeshop voor maanden: ‘Gemeente moet eens ophouden met dit gejank', Eindhovens Dagblad, 11 juni 2021 https://www.ed.nl/eindhoven/weer-sluit-eindhoven-coffeeshop-voor-maanden-gemeente-moet-eens-ophouden-met-dit-gejank~a83ee72f/ Suver Nuver rechtszaak: wel fout/geen straf – maar ook geen wietolie meer! CNNBS.nl, 19 november 2021 https://www.cnnbs.nl/suver-nuver-rechtszaak-wel-fout-geen-straf-maar-ook-geen-wietolie-meer/ Interview Andersssrrr & Alexander: Instagram Andersssrrr: https://www.instagram.com/andersssrrr/ Website Qualinoid: https://qualinoid.com/ Wijze Woorden: ‘De kunst van het sterven, als er al zoiets bestaat, is geen andere dan die van het leven. Niet verbitterd raken.' Wim Noordhoek, radiomaker, journalist en auteur. De Ouwe Doos: ‘Drugs', Dr. F. van Ree en Ir. P Esseveld, vijfde, geheel herziene druk, 1985, uitgeverij Het Spectrum B.V. ISBN 90 274 0612 X. Luisteraarsreacties Heb je een vraag, een suggestie voor een gast of een cannabis avontuur dat je met ons wil delen: mail naar info@highteapotcast.nl of laat je luisteraarsreactie achter in de comments. Elke aflevering belonen we een luisteraarsreactie met een prijzenpakket van een van onze sponsor. Daar zitten regelmatig T-shirts bij, dus vergeet niet je T-shirt maat te vermelden! Tune Onze herkenningstune is ‘Mary You Wanna' van de Nederlandse band Mooon. Website: http://www.mooonband.com/
Ter gelegenheid van de honderdste geboortedag van W F Hermans aandacht voor zijn meest raadselachtige boek “De God Denkbaar Denkbaar de God”, gepubliceerd in 1956. Vier maanden voor Hermans dood, op 29 december 1994, las hij het boek integraal voor bij de VPRO en interviewde radioman Wim Noordhoek de schrijver. “Ik zou geen andere romans van mij willen voorlezen, ook niet gedeeltelijk, want die boeken lenen zich niet voor voordracht, dit boek wel”, aldus Hermans. Criticus Pieter Steinz gaf Hermans hierin gelijk en recenseerde de voorlezing: ‘Vanaf het eerste begin spettert niet alleen het uitzinnige proza van de voordracht af, maar ook het voorleesplezier van de schrijver”. (aldus Steinz in NRC Handelsblad, in ‘De dino komt tot leven', 9/2/2005) Zelf vergeleek Hermans het boek met een tekenfilm. De God Denkbaar drijft op stijl, op 'de betovering van het zinsritme'. Hij noemde het een poëtisch boek, misschien ook een godsdienstig boek: 'Het gaat over een God Denkbaar. Een god kan Denkbaar zijn... maar denkbaar, wat is niet allemaal denkbaar? Alles is denkbaar.' Anton de Goede in gesprek met W.F. Hermanskenner Mechteld Jansen. Samenstelling: Anton de Goede en Mechteld Jansen montage Alfred Koster luisteren naar Mechteld Jansen in haar eigen podcast Bookloverstours waarin ze aandacht besteedde aan Hermans? ga naar: https://open.spotify.com/episode/06Q9JW7KsgwMVvFJ5jhaBK?si=585e3ff74d9546d5
Ter gelegenheid van de honderdste geboortedag van W F Hermans aandacht voor zijn meest raadselachtige boek “De God Denkbaar Denkbaar de God”, gepubliceerd in 1956. Vier maanden voor Hermans dood, op 29 december 1994, las hij het boek integraal voor bij de VPRO en interviewde radioman Wim Noordhoek de schrijver. “Ik zou geen andere romans van mij willen voorlezen, ook niet gedeeltelijk, want die boeken lenen zich niet voor voordracht, dit boek wel”, aldus Hermans. Criticus Pieter Steinz gaf Hermans hierin gelijk en recenseerde de voorlezing: ‘Vanaf het eerste begin spettert niet alleen het uitzinnige proza van de voordracht af, maar ook het voorleesplezier van de schrijver”. (aldus Steinz in NRC Handelsblad, in ‘De dino komt tot leven', 9/2/2005) Zelf vergeleek Hermans het boek met een tekenfilm. De God Denkbaar drijft op stijl, op 'de betovering van het zinsritme'. Hij noemde het een poëtisch boek, misschien ook een godsdienstig boek: 'Het gaat over een God Denkbaar. Een god kan Denkbaar zijn... maar denkbaar, wat is niet allemaal denkbaar? Alles is denkbaar.' Anton de Goede in gesprek met W.F. Hermanskenner Mechteld Jansen. Samenstelling: Anton de Goede en Mechteld Jansen montage Alfred Koster luisteren naar Mechteld Jansen in haar eigen podcast Bookloverstours waarin ze aandacht besteedde aan Hermans? ga naar: https://open.spotify.com/episode/06Q9JW7KsgwMVvFJ5jhaBK?si=585e3ff74d9546d5
De Vorlesebühne podcast - Aflevering 12 Met daarin een gesprek met Tine Moniek, die zichzelf opdrachten geeft om het huis uit te gaan en niet bij de pakken neer te zitten. Om het leven lichter te maken door taal. De schrijvers die in deze aflevering te horen zijn, zijn: Tine Moniek, Wim Noordhoek, Silvia Hubers, Rinske Kegel, Twan Zegers en Bernhard Christiansen. De muziek is van Tim Barrie en de speciale gasten waren De Spullenmannen met hun Science Fiction Theater. De Vorlesebühne is een vertelpodium dat maandelijks in Molen de Ster, te Utrecht, plaatsvindt. Bernhard Christiansen zoekt schrijvers bij elkaar, maakt een compositie van hun verhalen, en verweeft deze met live muziek. Voor meer informatie en toekomstige data: www.vorlesebuhne.nl
De Vorlesebühne podcast - Aflevering 11 Met daarin een gesprek met Rinske Kegel, die nog nooit in het openbaar verteld heeft dat ze graag aan wortelchakra’s en biologische citroenen denkt en de meeste tijd besteedt aan het vloeiend houden van haar leven. Tegelijkertijd blijft schrijven gewoon noodzaak en is voorlezen nog steeds het allerleukst. We spreken haar in de pauze bij de Vorlesebühne in een leeg molencafé met een hard zoemende vriezer bij raar licht aan een wankel houten tafeltje. De schrijvers die in deze aflevering te horen zijn, zijn: Wim Noordhoek, Sylvia Hubers, Tine Moniek, Twan Zegers en Bernhard Christiansen. De muziek is van Tim Barrie en de speciale kerstgast was De Spullenmannen. De Vorlesebühne is een vertelpodium dat maandelijks in Molen de Ster, te Utrecht, plaatsvindt. Bernhard Christiansen zoekt schrijvers bij elkaar, maakt een compositie van hun verhalen, en verweeft deze met live muziek. Voor meer informatie en toekomstige data: www.vorlesebuhne.nl
Deze week verscheen het boek ‘We waren erbij. De eeuw van de radio’ van Jan Westerhof. Hierin vertelt hij de geschiedenis van het medium radio in Nederland; in november 2019 bestaat de radio precies honderd jaar. Wie ook maar een beetje geïnteresseerd is in de geschiedenis van de radio kan niet om De Radiovereniging heen een programma dat in 1989 en 1990 werd uitgezonden door de VPRO. In het programma werd vooral aandacht besteed aan de geschiedenis van de Nederlandse radio, door interviews met (oud)radiomakers en het uitzenden van historische fragmenten. Het werd samengesteld door Wim Noordhoek, die het samen met Arend Jan Heerma van Voss presenteerde. In Tijdlijn publiceren we de twee afleveringen waarin beeldend kunstenaar en radiomaker Wim T Schippers te gast was, voor het eerst uitgezonden in maart 1990.
Deze week verscheen het boek ‘We waren erbij. De eeuw van de radio’ van Jan Westerhof. Hierin vertelt hij de geschiedenis van het medium radio in Nederland; in november 2019 bestaat de radio precies honderd jaar. Wie ook maar een beetje geïnteresseerd is in de geschiedenis van de radio kan niet om De Radiovereniging heen een programma dat in 1989 en 1990 werd uitgezonden door de VPRO. In het programma werd vooral aandacht besteed aan de geschiedenis van de Nederlandse radio, door interviews met (oud)radiomakers en het uitzenden van historische fragmenten. Het werd samengesteld door Wim Noordhoek, die het samen met Arend Jan Heerma van Voss presenteerde. In Tijdlijn publiceren we de twee afleveringen waarin beeldend kunstenaar en radiomaker Wim T Schippers te gast was, voor het eerst uitgezonden in maart 1990.
Bij wijze van eerbetoon aan de op 2 oktober overleden schrijver Dirk Ayelt Kooiman (1946-2018) een interview dat Wim Noordhoek de schrijver in 1977 afnam. Het vraaggesprek, dat in dat jaar werd uitgezonden op 28 oktober via Hilversum 2 in 'God's Eigen Radioprogramma' maakt onder meer duidelijk dat naast Frans Kellendonk ook Kooiman weinig heeft met het 'academisme', een dan door de Haagse Post veronderstelde nieuwe literaire stroming waartoe Kooiman en Kellendonk zouden behoren. Kooiman leest tevens de speech die hij bij de uitreiking van de C.W. van der Hoogtprijs van plan was te houden. Gelardeerd met uitspraken van 'God', een rol van Dick Swidde. In het programma werd Kooiman ingeleid door Cor Galis in samenspraak met Jan Lenferink.
De Vorlesebühne podcast - Aflevering 3 Met daarin een gesprek met Gerda Blees, de vrouw met de zachte stem en de mooie pauzes waarin nagedacht wordt. De schrijvers die met hun teksten en stemmen in deze aflevering te horen zijn, zijn: Twan Zegers, Liesbeth Mende, Mariska Susebeek, Bernhard Christansen, Wim Noordhoek en Gerda Blees. Met als speciale gast Dick de Zeeman (Dick Cools en Ron Jagers). De Vorlesebühne is een vertelpodium dat maandelijks in Molen de Ster, te Utrecht, plaatsvindt. Bernhard Christiansen zoekt schrijvers bij elkaar, maakt een compositie van hun verhalen, en verweeft deze met live muziek. Voor meer informatie en toekomstige data: www.kortvreemdproza.nl
De Vorlesebühne podcast - Aflevering 5 Met daarin een gesprek met Mariska Susebeek, die al haar vrienden en kennissen direct omzet in teksten en daarmee niet zo zeker weet of het wel een goed idee is om bevriend met haar te geraken. De schrijvers die met hun teksten en stemmen in deze aflevering te horen zijn, zijn: Twan Zegers, Liesbeth Mende, Mariska Susebeek, Bernhard Christansen, Wim Noordhoek en Gerda Blees. Met als speciale gast Dick de Zeeman (Dick Cools en Ron Jagers). De Vorlesebühne is een vertelpodium dat maandelijks in Molen de Ster, te Utrecht, plaatsvindt. Bernhard Christiansen zoekt schrijvers bij elkaar, maakt een compositie van hun verhalen, en verweeft deze met live muziek. Voor meer informatie en toekomstige data: www.kortvreemdproza.nl
De Vorlesebühne podcast - Aflevering 4 Met daarin een gesprek met Wim Noordhoek, diepe stem en milde blik waarmee hij als inspirator van de Vorlesebühne best de tijd wil nemen om het ons, de onervaren jonkies, eens allemaal rustig uit te leggen. De schrijvers die met hun teksten en stemmen in deze aflevering te horen zijn, zijn: Twan Zegers, Liesbeth Mende, Mariska Susebeek, Bernhard Christansen, Wim Noordhoek en Gerda Blees. Met als speciale gast Dick de Zeeman (Dick Cools en Ron Jagers). De Vorlesebühne is een vertelpodium dat maandelijks in Molen de Ster, te Utrecht, plaatsvindt. Bernhard Christiansen zoekt schrijvers bij elkaar, maakt een compositie van hun verhalen, en verweeft deze met live muziek. Voor meer informatie en toekomstige data: www.kortvreemdproza.nl
Wim Noordhoek doet verslag van Paper Art, de Papierbiënnale in Coda in Apeldoorn. Papier als materiaal voor kunst. Ter gelegenheid van de honderdste Tour brengt striptekenaar, illustrator én amateurwielrenner Jan Cleijne in Helden van de Tour een eerbetoon aan bekende en onbekende helden uit de wielergeschiedenis: renners als Lucien Buysse, Fausto Coppi, Wim van [...]
Wim Noordhoek doet verslag van Het dode punt van de schommel, de reuzen houtskooltekeningen van Renie Spoelstra, te zien in Rijksmuseum Twenthe. ‘Dit land zien per trein betekent een cruciale vraag stellen: maakt Italië wel of geen deel uit van de moderne wereld?’ Die vraag stelt de Britse schrijver Tim Parks zich in zijn nieuwe [...]
Wim Noordhoek doet verslag van Een zee vol meerminnen in het Teylers Museum in Haarlem, met afbeeldingen van de zeemeermin door de eeuwen heen. Waarom kun je elk weekend kiezen uit tientallen dancefeesten waar je urenlang tot diep in de nacht kunt dansen? En wat heeft dancemuziek precies te maken met extase? Regisseur Ruud Pelgrum [...]
Wim Noordhoek doet verslag van zijn bezoek aan de tentoonstelling van Bart Hess in het Rijksmuseum Twenthe: A Hunt for High Tech. Hij laat lichamen en objecten met nieuwe technieken versmelten. De Beatles zijn zonder twijfel de invloedrijkste band uit de popgeschiedenis. In Epsteinvertelt Jaron Beekes het verhaal van de man achter de Beatles: Brian [...]
Wim Noordhoek doet verslag van Hortus Conclusus, een tentoonstelling in het Museum voor Religieuze kunst in Uden. Schijnbaar onbetreedbaar, verboden terrein, verscholen achter een muur. Dat is het onderwerp van de zomertentoonstelling. Goethes roman Wilhelm Meisters leerjaren is opnieuw in het Nederlands vertaald, dit keer door Ria van Hengel, die [...]
Wim Noordhoek doet verslag van zijn bezoek aan het vernieuwde Noordbrabants Museum, dat afgelopen zaterdag heropende met de tentoonstelling Saenredam in Den Bosch, de tekeningen die hij van de stad maakte in 1632, vlak na de verovering door Frederik Hendrik. De broer van filmmaker Roy Dames was 22 jaar toen hij werd getroffen [...]
Wim Noordhoek doet verslag van Hoezo modern?, een internationale tentoonstelling over de moderne tijd in niet-Westerse culturen, te zien in het Museum voor Volkenkunde in Leiden. Zaterdag jl. vond in Amsterdam het eerste Das Magazin Festival plaats. Literair tijdschrift Das Magazin zette dertig leesclubs op en bracht ze op intieme locaties [...]
Wim Noordhoek bespreekt de tentoonstelling Russian Life in de Kunsthal Kade in Amersfoort, met werk van het Russische schildersduo Vladimir Dubossarsky en Alexander Vinogradov. Een mengeling van sociaal realisme, pop art, neo-barok en camp. ‘Er was eens een vrouw, Ksenia heette ze. Dikke boezem, ronde schouders, blauwe ogen. Zo'n vrouw [...]
Wim Noordhoek bespreekt de Hongkong foto's van de Duitse fotograaf Michael Wolf, die hij exposeert bij galerie Wouter van Leeuwen te Amsterdam. Altaren tussen vervallen torenflats. Na de dood van Josip Brik, popfilosoof en professor in de Hitlerstudies, is het aan zijn rechterhand, Friso de Vos, om Briks intellectuele nalatenschap naar zich toe [...]
Wim Noordhoek bespreekt de tentoonstelling Havens van Harlingen in het Hannema-huis aldaar. Nieuw werk van de man die levenslang de havens van zijn geboorteplaats schildert: Jan Roos. De Asmat in het Indonesische deel van Nieuw-Guinea is een grotendeels onbegaanbaar mangrove moeras, ongeveer dezelfde grootte als Nederland. Beeldend kunstenaar Roy Villevoye en fotograaf Koos [...]
Wim Noordhoek bespreekt Het lege museum, de foto's van Wijnanda Deroo van het Rijksmuseum die in de Amsterdamse Weteringgalerie zijn te zien. Zij kreeg twee weken de tijd om in het museum te fotograferen voordat begonnen zou worden met de sloop. Goed om hier te zijn begint in Italië, tijdens de zomervakantie. Een mooie jonge [...]
Wim Noordhoek doet verslag van Loskomen, de tentoonstelling van Cindy Moormans in het Museum voor Moderne Kunst in Arnhem, waarin ze de verhouding tussen het individu en de groep onderzoekt. De Telefilm Lieve Céline, gebaseerd op het gelijknamige boek van Hanna Bervoets, vertelt het verhaal van de achttienjarige Brooke Heinke. Na het plotseling overlijden van [...]
Wim Noordhoek doet verslag van de tentoonstelling van de Duitse ‘interieurschilder' Matthias Weischer in de Amsterdamse galerie Grimm. De roman De afvallige speelt zich af in het jaar 376 na Christus. Uit de onmetelijke Aziatische steppen nadert groot onheil: tienduizenden Goten steken in paniek de Donau over en vragen asiel aan in het [...]
Wim Noordhoek doet verslag van de installaties van de Indiase Sheela Gowda in het Van Abbe Museum in Eindhoven. Nadenken over de betekenis - inclusief de bruikbaarheid - van wat je langs de weg vindt. In De dode arm volgen we de lotgevallen van een vreemde jongeman over wiens afwezige vader angstvallig [...]
Wim Noordhoek doet verslag van de tentoonstelling van de schilderijen van cartoonist Gummbah, getiteld O sur fulp, in de Amsterdamse Wetering Galerie. Wat doe je als je ouders oud en zwak worden, je wel of juist geen kind krijgt, iemand verliest, of bang bent te verliezen? Wie of wat troost je dan? Voor [...]
Wim Noordhoek doet verslag van Soft City, het maatschappijkritische werk van de Noorse striptekenaar Hariton Pushwagner dat in Museum Boijmans van Beuningen in Rotterdam is te zien. Radetzkymars is een van de grootste romans van de twintigste eeuw. Het verhaalt, door de ogen van luitenant Von Trotta, de geschiedenis van drie [...]
Wim Noordhoek doet verslag van Schottenrock, een serie van dertien werken in de Nederlandse Bank, gemaakt door de Duitser Cornelius Quabeck. Schilderijen waarin o.a. de Schotse ruit het moet ontgelden. Patricia de Martelaere overleed in 2009 op 51-jarige leeftijd, als een van de belangrijkste schrijvers in het Nederlandse taalgebied, en een [...]
Wim Noordhoek doet verslag van zijn bezoek aan Museum van Loon in Amsterdam, waar een tentoonstelling is ingericht over het werk van de Gouden Eeuwse architect Adriaan Dortsman (1635-1628). Vandaag is het precies 50 jaar geleden dat schrijfster en dichteres Sylvia Plath een einde maakte aan haar leven. Een maand voor haar dood in 1963 [...]
Wim Noordhoek doet verslag van zijn bezoek aan het Haags Gemeentemuseum, waar werk van Gustave Caillebotte (1848-1894) wordt getoond. Een uitzonderlijke Franse impressionist die ook graag schilderde hoe arbeiders een vloer in de beits zetten. In Tobi, de nieuwe roman van Vincent Overeem, wordt het levenloze lichaam van Nickie in een bos gevonden, het zeventienjarige [...]
Wim Noordhoek doet verslag van de expositie van de Duitser Jochen Mühlenbrink, meester van ‘de nieuwe trompe l’oeil’. Spel van schijn en wezen bij de Amsterdamse Galerie Hofland. Het Rosa Ensemble viert deze maand haar vijftien jarig bestaan. De Utrechtse groep heeft zich toegelegd op het mixen van hedendaagse muziekklanken met popmuziek en [...]
Wim Noordhoek doet verslag van zijn bezoek aan het Haags Gemeentemuseum, waar hij de sculpturen van de Schotse Karla Black bekeek. Sculpturen van ‘troep’, geuren en materialen die je vindt in een gootsteenkastje of toilettas. De intieme wereld van cosmetica, vaseline, plastic, folie, cellofaan en tape. De Poolse schrijver en journalist Ryszard Kapuściński (1932-2007) versloeg [...]
Wim Noordhoek doet verslag van Getijden, schilderijen van de Friese schilder Jan Snijder, te zien in het Tripgemaal in Gersloot bij Heerenveen. ‘Het begon met gekras over krantenfoto's. Gekras met potlood, ballpoint, tipp-ex, later ook met viltstiften en acryl. Foto's van krottenwijken, een voetbalveld na de wedstrijd, een scheepswerf na een tornado, een straat na [...]
Wim Noordhoek doet verslag van Fabels van het Vlaamse landschap in het Paleis voor Schone Kunsten in Lille. Van de hallucinaties van Jeroen Bosch tot de torens van Babel van Breughel. Als de vijfendertigjarige Harold, tweede man bij popfestival Walhalla, plotseling overlijdt voelen zijn vrienden, familie en collega's zich verenigd in hun verdriet, maar zijn [...]
Wim Noordhoek doet verslag van de groepstentoonstelling Het Droste-effect in de Nieuwe Vide in Haarlem. Kunst als gezichtsbedrog. De Rotterdamse theatergroep Hotel Modern staat bekend om hun inventieve gebruik van maquettes en poppetjes. De nieuwe voorstelling De baard van God gaat over rouw, het verlies van ouders en hoop. Catherine van Campen ging [...]
Wim Noordhoek doet verslag van de tentoonstelling van Petrus van Schendel (1806-1870), de meester van het avondlicht, in het Breda's Museum. Joy is een mooi meisje met dode ouders die door haar partnerruilende grootouders wordt opgevoed, maar al snel op straat belandt. Ze besluit naar Brussel te vertrekken, waar ze haar geld verdient als levend [...]
Wim Noordhoek doet verslag van de RijksakademieOPEN 2012 in Amsterdam, waar 56 kunstenaars nieuw werk in hun atelier toonden. Admire Kamudzengerere uit Zimbabwe is zijn favoriet, ‘een Afrikaanse Wim T.Schippers'. De voorstelling Klaarlichte nacht is gebaseerd op het werk van de Vlaamse dichter Herman de Coninck (1944 -1997). De titel heeft van doen met de [...]
Wim Noordhoek doet verslag van de solotentoonstelling van de Engelsman en ‘hedendaagse alchemist’ Roger Hiorns, die bijvoorbeeld een woning met kopersulfaatkristallen liet begroeien en in de Haarlemse Hallen gebracht wordt naast werk van Joseph Beuys (1921-1986). In Wijd open ogen maakt kunsthistoricus en journalist Gijsbert van der Wal duidelijk hoe goede kunst je blik op [...]
Wim Noordhoek doet verslag van de tentoonstelling Ontsnapt aan de beeldenstorm in het Utrechts Catharijne Convent. Wat ontkwam aan de volkswoede die tussen 1566 en 1588 kerken en kloosters plunderde en kunst vernielde. In de periode 1891-1927 maakt Henriëtte Roland Holst (1869-1953) een dramatische ontwikkeling door. Als aankomend dichteres uit een gegoed milieu stort ze [...]
Wim Noordhoek doet verslag van de tentoonstelling Into the Labyrinth, in Garage Rotterdam, met werk van o.a. Hans Op de Beeck, Pietsjanke Fokkema en Marilou van Lierop. Surrealisme anno nu. In 1974 begon vertaler en schrijver Pé Hawinkels aan het vertalen van De toverberg, de meer dan duizend bladzijden tellende roman van Thomas Mann waarin we Hans [...]
Wim Noordhoek doet verslag van de video’s en installaties van het Engelse kunstenaarsduo John Wood en Paul Harrison in galerie West in Den Haag. Monty Python in de kunst. Fotografe Marie-José Jongerius heeft het uitbreidingsproject Maasvlakte 2 van de Rotterdamse haven vastgelegd. Gedurende het afgelopen jaar richtte zij haar groot-formaat camera op het nieuwe landschap [...]
Mark Outjers maakt paneelschilderijen in Middeleeuwse trant over eigentijdse onderwerpen. Wim Noordhoek doet verslag van zijn bezoek aan het MMKA in Arnhem, waar het werk van Outjers is ze zien. In ‘Pier en oceaan', een roman die zich uitstrekt van 1952 tot 1971 en zo'n achthonderd pagina's beslaat, vertelt Oek de Jong het verhaal van [...]
De schilder Philip Akkerman veroordeelde zichzelf tot het levenslang schilderen van - steeds uitzinniger - zelfportretten. Wim Noordhoek doet verslag van zijn nieuwste werk dat bij galerie Maurits van der Laar in Den Haag is te zien. Biograaf Koen Hilberdink schreef eerder biografieën van de Nederlandse dichters Paul Rodenko en Hans Lodeizen, en nu werkt [...]
Wim Noordhoek doet verslag van De weg naar Jan van Eyck. Museum Boijmans Van Beuningen toont enkele werken van Jan van Eyck tezamen met ruim negentig meesterwerken van andere kunstenaars uit deze periode. De roman Dorst gaat over Coco en haar moeder Elisabeth. Ze zien elkaar sporadisch en lopen elkaar op een dag bij toeval [...]
Wim Noordhoek doet verslag van de expositie Le cirque van Silvia B. in Beelden aan Zee. Dier en mensfiguren uit stoffen en organisch materiaal. Fotograaf Bob Bronshoff maakte samen met journalist René Sommer een reis door het Amerika van Bruce Springsteen. Hun boek Een roadtrip in 14 songs: het Amerika van Bruce Springsteen is het [...]
Wim Noordhoek doet verslag van de Maillol-tentoonstelling in de Rotterdamse Kunsthal. Aristide Maillol (1861-1944) is vooral bekend om zijn monumentale vrouwenfiguren. ‘Ik werk in een dierenwinkel. We verkopen vissen, knaagdieren en vogels. Met honden en katten zijn we gestopt. Die markt ligt veel te veel open. Als dierenwinkel kun je niet concurreren met de prijzen [...]
Wim Noordhoek doet verslag van zijn bezoek aan de tentoonstelling Erotique Rodin in het Singer Museum in Laren. Tekeningen uit zijn particuliere portefeuilles (ong. 1890-1900) en ook beelden. Sinds Anna Enquist halverwege de jaren negentig als schrijfster debuteerde in het literaire voetbaltijdschrift Hard gras is het fortuin van de bal alle kanten opgerold, maar zelden rolde het richting Rotterdam. Het heeft [...]
Wim Noordhoek doet verslag van de Pop Art-tentoonstelling in Museum Valkhof te Nijmegen. James Wood is een Amerikaanse criticus die schrijft voor The New Yorker. Een aantal jaren geleden schreef hij een boek dat meteen klassiek werd: How Fiction Works. Het boek zou je kunnen zien als een autopsie op het lichaam van de [...]
Wim Noordhoek doet verslag van Happy Days: Den Haag 1947-1967, een tentoonstelling in het Gemeentemuseum over de Den Haag als broedplaats voor kunst en muziek. De theatervoorstelling Till the Fat Lady Sings is een bespiegeling over het bestaan en een gezinsdrama in één. Een liefdevolle en genuanceerde blik op de mens, die zich onthecht voelt [...]
Wim Noordhoek doet verslag van Minimal Myth, de tentoonstelling in museum Boijmans van Beuningen in Rotterdam met werk van Minimal Art kunstenaars uit de jaren ‘60 en ‘70. In het boek Het geschenk bezoekt een jongeman zijn vader, die nog maar kort te leven heeft. De vader doet zijn zoon het dringende verzoek diens nooit [...]
Wim Noordhoek doet verslag van de tentoonstelling De collectie. Duitse kunst van Kiefer tot Henning in Museum Boijmans van Beuningen in Rotterdam. De komende dagen zijn langs de Katwijkse kust talloze schilders aan het werk, veelal met hun blik op de Noordzee gericht. Ze zijn er in het teken van Schilderen aan zee, een [...]
Wim Noordhoek doet verslag van de Zomerexpo in het Haags Gemeentemuseum waar 235 amateurs en professionals zich storten op het thema Liefde. Oerol is een samenwerking aangegaan met het Nijmeegse literair productiehuis Wintertuin. Er zijn twee programma’s; een in de wonderlijke tenten van studio Dré Wapenaar in de duinen, met schrijvers die werk voorlezen [...]
Wim Noordhoek doet verslag van de tentoonstelling in de Kunsthal waar de foto’s worden getoond die de Rotterdamse schilder George Hendrik Breitner (1857-1923) rond 1900 maakte. Op Terschelling is de 31 editie van het Oerol-festival aan de gang. Onder het thema De wind voert het woord is het eiland tien dagen lang het podium voor zo’n veertig voorstellingen, [...]
Wim Noordhoek doet verslag van Hildo Krop, stadsbeeldhouwer van Amsterdam in Villa Rams Woerthe te Steenwijk, waar honderden foto’s van zijn stadswerk en beelden zijn te zien. De man die Gerard Reve ’een communistische koekenbakker’ noemde. Het Holland Festival opent met de dansvoorstelling C(h)oeurs. In deze tijden waarin het nationalisme weer de kop opsteekt in Europa, zet [...]
Hinke Schreuders maakt vrouwenbeelden met naald en draad op linnen.Wim Noordhoek doet verslag van haar expositie Call it Sleep in de Wetering Galerie in Amsterdam. In Zuid-Afrika werd haar debuutbundel juichend ontvangen, inmiddels is ook haar tweede vertaald. Ronelda S. Kamfer werd omarmd als ‘de stem van de kleurling'. ‘Ik wil niet geclaimd worden door wie [...]
Wim Noordhoek doet verslag van de tentoonstelling Nieuwe naakten in het Museum voor Moderne Kunst in Arnhem, met naakten van de vorige en deze eeuw. Naakt in de schilderkunst, hoe en waarom? Op de tentoonstelling Offside, te zien in Groningse fotogalerie Noorderlicht, laat fotograaf Dirk-Jan Visser de menselijke tragedie van een door oorlog verscheurd land [...]
Wim Noordhoek doet verslag van I owe you the truth in painting, een nieuwe solotentoonstelling van schilder Robert Zandvliet in het GEM museum te Den Haag. Een bijdrage van Jeroen van Kan. De verhalen van Edgar Allen Poe blijven keer op keer indruk maken op schrijver Thomas Verbogt. “De betovering die Poe veroorzaakt heeft een verslavend [...]
Wim Noordhoek doet verslag van de foto’s van Frank van der Salm in het Stedelijk Schiedam. Het nieuwe stedelijke landschap in het Verre Oosten. Met de solotentoonstelling René Daniëls: Een tentoonstelling is ook altijd een deel van een groter geheel brengt het Van Abbemuseum een ode aan de Eindhovense kunstenaar wiens oeuvre nog steeds [...]
Soms romantisch, meditatief, grillig, verleidelijk en soms zelfs bedreigend; de natuur speelt de hoofdrol in de groepstentoonstelling Secret Gardens. Wim Noordhoek ging naar de tentoonstellingsruimte TENT in Rotterdam en doet verslag. De Belgische cartoonist Kamagurka (pseudoniem van Luc Zeebroek) woont niet alleen in Brugge, hij is er nu ook curator. Met het project Kamarama bezet [...]
Wim Noordhoek doet verslag van De liefdesboodschappen van Vermeer. Veel doeken van Johannes Vermeer gaan over de liefde. Het Vermeer Centrum in Delft heeft nu over dit thema een tentoonstelling ingericht. Op het prestigieuze Zwitserse Filmfestival Visions du Réel in Nyon heeft de documentaire De regels van Matthijs afgelopen zaterdag de prijs gewonnen voor Internationale [...]
Wim Noordhoek doet verslag van Part of Someone's Diorama, de solotentoonstelling van Karin van Pinxteren in De Pont in Tilburg. Over de mogelijkheid van menselijk contact. Terwijl we toch, dezelfde lucht inademen. Ze nodigt uit: ‘Inhale with me’. Brief aan een jonge Atlas bevat zes onbekende, autobiografische teksten uit het begin van Oek de Jongs [...]
Wim Noordhoek doet verslag van De belle epoque van Jules Chéret, de koning van het affiche, tevens décorontwerper. De tentoonstelling is in Brussel te zien, in het Museum van Elsene. Morgen gaat de 28ste editie van het Imagine Filmfestival van start, waar liefhebbers van de filmgenres fantasy, horror, sciencefiction, animatie en thriller hun hart weer [...]
Gij zult niet bloemlezen Aan bloemlezen heeft Louis Th. Lehmann een broertje dood. En omdat hij tussen 1966 en 1996 geen dichtbundel publiceerde en herdrukken tegenhield, was zijn dichtwerk, tot groot ongenoegen van de kenners, wat in de vergetelheid geraakt. Niet dat hij zijn leven daarmee in ledigheid doorbracht. Hij is jurist en archeoloog, schreef romans, essays, recensies en vertalingen. Daarnaast heeft hij jarenlang een muziekrubriek gehad bij de VPRO-radio. Op 10 augustus 1990 was de 69-jarige Lehmann te gast in het Marathoninterview. Zijn interviewer heet Wim Noordhoek, zelf geen mindere legende. Luistert u hier naar het vijf uur durende interview. Biografie van Louis Theodorus Lehmann 19 augustus 1920 te Rotterdam Een wonderkind Louis Theodorus Lehmann werd op 19 augustus 1920 in Rotterdam geboren. Zijn vader was kapitein in de koopvaardij. Zijn moeder voedde hem naar eigen zeggen nogal geisoleerd op: “In mijn jeugd dacht ik: volwassenen doen de dingen op een bepaalde manier, en ik ben geen volwassene. Het gekke is, op mijn tachtigste ben ik dat idee nog steeds niet helemaal kwijt. Heel vervreemdend. Andere mensen zijn volwassen en weten hoe het moet. Ik niet.” Al op 19-jarige leeftijd publiceerde hij voor het eerst zijn gedichten in Groot Nederland en het jongerenblad Werk. Een jaar later verschijnt zijn eerste dichtbundel Subjectieve reportage. Een wonderkind, aldus Simon Vestdijk. De beroemde essayist en literatuurcriticus Menno ter Braak stak zijn bewondering voor de piepjonge dichter ook niet onder stoelen of banken. Ter Braak reageerde op Lehmanns gedichten met de uitdrukking dat de debutant “op twintigjarige leeftijd met een astrale volmaaktheid als een meteoor onze literatuur binnen [is] komen vallen.” Maar met het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog komt Lehmanns loopbaan tot een voorlopige stilstand. Tijdens de oorlog zet hij zich aan het vertalen en studeren en een paar publicaties van zijn gedichten. Maar de productie stokt. “Kijk, ik mijn leven is door de bezetting een rare breuk gekomen. De oorlog kwam op een moment dat ik als negentienjarige overal te jong voor werd gevonden, en toen die was afgelopen, leek het alsof ik overal te oud voor was.” In 1947 volgde zijn Verzamelde Gedichten, zonder dat hij daar nou zelf mee te maken te hebben gehad. Zijn leeftijd en het feit dat zijn gedichten al in een verzameld werk, terwijl hem dat totaal koud liet, zorgde voor mythevorming rond de dichter. Lehmann is wel de dichter van het banale genoemd. Een voorbeeld: Al kan ik mij soms zwaar bezinnen, Het avontuur van vuur en dood, o Ik ken het best, daar raast het binnen Op een vuurrode brandweerauto En: Piep./Piep./Piep?/Piep./ Piep./Piep,piep!/… Piep?/Piep./Piep, piep, piep./Lievier tierks dien pieps!/ Jiep./Piep, piep, piep?/Piep… Van dichten komt het daarna lange tijd niet. Hij studeerde Rechten aan de Rijksuniversiteit Leiden en Archeologie aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Vooral op dat laatste terrein onderscheidt hij zich (enigszins). Hij verwierf een internationale reputatie als scheepsarcheoloog. Hij publiceerde veel over galeischepen en promoveerde in 1996 op de zogeheten multiremen (Griekse en Romeinse oorlogsschepen met meer rijen riemen boven elkaar). Pas in de jaren zestig komt hij eerst met het bejubelde Who’s who in Whatland, waar hij in 1964 de Jan Campertprijs voor krijgt, en twee jaar later met Luxe. Een poëtische pauze van ruim dertig jaar volgt. Zijn weigering om in bloemlezingen te verschijnen, zorgde haast voor de vergetelheid. Ten tijde van het marathoninterview zat poëzieminnend Nederland nog altijd te wachten op een nieuwe bundel. Die verscheen uiteindelijk in het jaar van zijn promotie, 1996, en heette Vluchtige Steden (en zo). Vier jaar later komt er dan echt een bundel van zijn werk tot dan toe: Gedichten 1939-1998. Bij de VPRO-radio was hij tien jaar lang elke vrijdagavond te gast in De Avonden, waar hij een kwartier kreeg om ‘zijn’ muziek te draaien. Hoogtepunten uit het interview: Het marathoninterview met Louis Th. Lehmann is een aaneenschakeling van hoogtepunten. Zo sprak hij erg nuchter over zijn eigen heldenmoed tijdens het bombardement op Rotterdam in mei 1940: "Dat [bombardement] kwam opzetten als erwtensoep. Die Duitse vliegtuigen vlogen heel langzaam en hadden een kleur als erwtensoep. Maar het was zo'n lawaai, we merkten niets. We zaten buiten Rotterdam, dus je zag in de verte wel rook, maar omdat het centrum gebombardeerd werd, bleven de gebouwen op de voorgrond heel en daardoor hadden wij geen idee van wat er gebeurde. Mijn instinct was: de kelder in. Ik was doodsbang, bij alle geweld ben ik doodsbang, behalve als er wapens bij te pas komen. En bij mijn onderduikboerderij stonden de mensen te kijken naar de luchtoorlog en ik berekende: waar zijn de meeste muren tussen mij en de buitenlucht en daar ging ik heen. Wat een leven, niet? Ik ben toen met die oorlog een beetje uitgevegeteerd. Er was veel intellectueel aan de hand, met mij en de mensen die ik kende, maar studeren kon ik niet." Lehmann blijkt alergisch te zijn voor de uitdrukking 'doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg': "De woorden 'normaal' en 'gewoon' zijn de gevaarlijkste woorden die er bestaan. Er is eigenlijk geen arrogantere uitdrukking dan 'doe maar gewoon dan doe je al gek genoeg'. Dat betekent alleen maar: doe wat mij niet verbaast en ik ben de maat aller dingen. Een zeer arrogante uitdrukking. Het is helaas een feit, vrees ik. (...) Het ligt aan de spreker wat ie normaal vind, en dat kan de gekste, en dat kan soms heel merkwaardig omslaan. Je spreekt nooit de meeste mensen, je spreekt er altijd maar een paar. Je kunt iets voor een meerderheid aanzien wat het helemaal niet is. Maar dingen die gewoon worden gevonden, die kunnen razendsnel veranderen. De decenniadurende omzeiling van de tepels in de badmode, dat zul je ook kennen. En dan is er in eens, dan bestaat topless en toen zag ik een populair blad dat meisjes op het strand interviewde en daar stond: 'topless, dat is toch gewoon?!' Heel vreemd, maar vooral omdat de mode met de omzeilingen tegelijkertijd gewoon doorgaat."
Gij zult niet bloemlezen Aan bloemlezen heeft Louis Th. Lehmann een broertje dood. En omdat hij tussen 1966 en 1996 geen dichtbundel publiceerde en herdrukken tegenhield, was zijn dichtwerk, tot groot ongenoegen van de kenners, wat in de vergetelheid geraakt. Niet dat hij zijn leven daarmee in ledigheid doorbracht. Hij is jurist en archeoloog, schreef romans, essays, recensies en vertalingen. Daarnaast heeft hij jarenlang een muziekrubriek gehad bij de VPRO-radio. Op 10 augustus 1990 was de 69-jarige Lehmann te gast in het Marathoninterview. Zijn interviewer heet Wim Noordhoek, zelf geen mindere legende. Luistert u hier naar het vijf uur durende interview. Biografie van Louis Theodorus Lehmann 19 augustus 1920 te Rotterdam Een wonderkind Louis Theodorus Lehmann werd op 19 augustus 1920 in Rotterdam geboren. Zijn vader was kapitein in de koopvaardij. Zijn moeder voedde hem naar eigen zeggen nogal geisoleerd op: “In mijn jeugd dacht ik: volwassenen doen de dingen op een bepaalde manier, en ik ben geen volwassene. Het gekke is, op mijn tachtigste ben ik dat idee nog steeds niet helemaal kwijt. Heel vervreemdend. Andere mensen zijn volwassen en weten hoe het moet. Ik niet.” Al op 19-jarige leeftijd publiceerde hij voor het eerst zijn gedichten in Groot Nederland en het jongerenblad Werk. Een jaar later verschijnt zijn eerste dichtbundel Subjectieve reportage. Een wonderkind, aldus Simon Vestdijk. De beroemde essayist en literatuurcriticus Menno ter Braak stak zijn bewondering voor de piepjonge dichter ook niet onder stoelen of banken. Ter Braak reageerde op Lehmanns gedichten met de uitdrukking dat de debutant “op twintigjarige leeftijd met een astrale volmaaktheid als een meteoor onze literatuur binnen [is] komen vallen.” Maar met het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog komt Lehmanns loopbaan tot een voorlopige stilstand. Tijdens de oorlog zet hij zich aan het vertalen en studeren en een paar publicaties van zijn gedichten. Maar de productie stokt. “Kijk, ik mijn leven is door de bezetting een rare breuk gekomen. De oorlog kwam op een moment dat ik als negentienjarige overal te jong voor werd gevonden, en toen die was afgelopen, leek het alsof ik overal te oud voor was.” In 1947 volgde zijn Verzamelde Gedichten, zonder dat hij daar nou zelf mee te maken te hebben gehad. Zijn leeftijd en het feit dat zijn gedichten al in een verzameld werk, terwijl hem dat totaal koud liet, zorgde voor mythevorming rond de dichter. Lehmann is wel de dichter van het banale genoemd. Een voorbeeld: Al kan ik mij soms zwaar bezinnen, Het avontuur van vuur en dood, o Ik ken het best, daar raast het binnen Op een vuurrode brandweerauto En: Piep./Piep./Piep?/Piep./ Piep./Piep,piep!/… Piep?/Piep./Piep, piep, piep./Lievier tierks dien pieps!/ Jiep./Piep, piep, piep?/Piep… Van dichten komt het daarna lange tijd niet. Hij studeerde Rechten aan de Rijksuniversiteit Leiden en Archeologie aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Vooral op dat laatste terrein onderscheidt hij zich (enigszins). Hij verwierf een internationale reputatie als scheepsarcheoloog. Hij publiceerde veel over galeischepen en promoveerde in 1996 op de zogeheten multiremen (Griekse en Romeinse oorlogsschepen met meer rijen riemen boven elkaar). Pas in de jaren zestig komt hij eerst met het bejubelde Who’s who in Whatland, waar hij in 1964 de Jan Campertprijs voor krijgt, en twee jaar later met Luxe. Een poëtische pauze van ruim dertig jaar volgt. Zijn weigering om in bloemlezingen te verschijnen, zorgde haast voor de vergetelheid. Ten tijde van het marathoninterview zat poëzieminnend Nederland nog altijd te wachten op een nieuwe bundel. Die verscheen uiteindelijk in het jaar van zijn promotie, 1996, en heette Vluchtige Steden (en zo). Vier jaar later komt er dan echt een bundel van zijn werk tot dan toe: Gedichten 1939-1998. Bij de VPRO-radio was hij tien jaar lang elke vrijdagavond te gast in De Avonden, waar hij een kwartier kreeg om ‘zijn’ muziek te draaien. Hoogtepunten uit het interview: Het marathoninterview met Louis Th. Lehmann is een aaneenschakeling van hoogtepunten. Zo sprak hij erg nuchter over zijn eigen heldenmoed tijdens het bombardement op Rotterdam in mei 1940: "Dat [bombardement] kwam opzetten als erwtensoep. Die Duitse vliegtuigen vlogen heel langzaam en hadden een kleur als erwtensoep. Maar het was zo'n lawaai, we merkten niets. We zaten buiten Rotterdam, dus je zag in de verte wel rook, maar omdat het centrum gebombardeerd werd, bleven de gebouwen op de voorgrond heel en daardoor hadden wij geen idee van wat er gebeurde. Mijn instinct was: de kelder in. Ik was doodsbang, bij alle geweld ben ik doodsbang, behalve als er wapens bij te pas komen. En bij mijn onderduikboerderij stonden de mensen te kijken naar de luchtoorlog en ik berekende: waar zijn de meeste muren tussen mij en de buitenlucht en daar ging ik heen. Wat een leven, niet? Ik ben toen met die oorlog een beetje uitgevegeteerd. Er was veel intellectueel aan de hand, met mij en de mensen die ik kende, maar studeren kon ik niet." Lehmann blijkt alergisch te zijn voor de uitdrukking 'doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg': "De woorden 'normaal' en 'gewoon' zijn de gevaarlijkste woorden die er bestaan. Er is eigenlijk geen arrogantere uitdrukking dan 'doe maar gewoon dan doe je al gek genoeg'. Dat betekent alleen maar: doe wat mij niet verbaast en ik ben de maat aller dingen. Een zeer arrogante uitdrukking. Het is helaas een feit, vrees ik. (...) Het ligt aan de spreker wat ie normaal vind, en dat kan de gekste, en dat kan soms heel merkwaardig omslaan. Je spreekt nooit de meeste mensen, je spreekt er altijd maar een paar. Je kunt iets voor een meerderheid aanzien wat het helemaal niet is. Maar dingen die gewoon worden gevonden, die kunnen razendsnel veranderen. De decenniadurende omzeiling van de tepels in de badmode, dat zul je ook kennen. En dan is er in eens, dan bestaat topless en toen zag ik een populair blad dat meisjes op het strand interviewde en daar stond: 'topless, dat is toch gewoon?!' Heel vreemd, maar vooral omdat de mode met de omzeilingen tegelijkertijd gewoon doorgaat."
Gij zult niet bloemlezen Aan bloemlezen heeft Louis Th. Lehmann een broertje dood. En omdat hij tussen 1966 en 1996 geen dichtbundel publiceerde en herdrukken tegenhield, was zijn dichtwerk, tot groot ongenoegen van de kenners, wat in de vergetelheid geraakt. Niet dat hij zijn leven daarmee in ledigheid doorbracht. Hij is jurist en archeoloog, schreef romans, essays, recensies en vertalingen. Daarnaast heeft hij jarenlang een muziekrubriek gehad bij de VPRO-radio. Op 10 augustus 1990 was de 69-jarige Lehmann te gast in het Marathoninterview. Zijn interviewer heet Wim Noordhoek, zelf geen mindere legende. Luistert u hier naar het vijf uur durende interview. Biografie van Louis Theodorus Lehmann 19 augustus 1920 te Rotterdam Een wonderkind Louis Theodorus Lehmann werd op 19 augustus 1920 in Rotterdam geboren. Zijn vader was kapitein in de koopvaardij. Zijn moeder voedde hem naar eigen zeggen nogal geisoleerd op: “In mijn jeugd dacht ik: volwassenen doen de dingen op een bepaalde manier, en ik ben geen volwassene. Het gekke is, op mijn tachtigste ben ik dat idee nog steeds niet helemaal kwijt. Heel vervreemdend. Andere mensen zijn volwassen en weten hoe het moet. Ik niet.” Al op 19-jarige leeftijd publiceerde hij voor het eerst zijn gedichten in Groot Nederland en het jongerenblad Werk. Een jaar later verschijnt zijn eerste dichtbundel Subjectieve reportage. Een wonderkind, aldus Simon Vestdijk. De beroemde essayist en literatuurcriticus Menno ter Braak stak zijn bewondering voor de piepjonge dichter ook niet onder stoelen of banken. Ter Braak reageerde op Lehmanns gedichten met de uitdrukking dat de debutant “op twintigjarige leeftijd met een astrale volmaaktheid als een meteoor onze literatuur binnen [is] komen vallen.” Maar met het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog komt Lehmanns loopbaan tot een voorlopige stilstand. Tijdens de oorlog zet hij zich aan het vertalen en studeren en een paar publicaties van zijn gedichten. Maar de productie stokt. “Kijk, ik mijn leven is door de bezetting een rare breuk gekomen. De oorlog kwam op een moment dat ik als negentienjarige overal te jong voor werd gevonden, en toen die was afgelopen, leek het alsof ik overal te oud voor was.” In 1947 volgde zijn Verzamelde Gedichten, zonder dat hij daar nou zelf mee te maken te hebben gehad. Zijn leeftijd en het feit dat zijn gedichten al in een verzameld werk, terwijl hem dat totaal koud liet, zorgde voor mythevorming rond de dichter. Lehmann is wel de dichter van het banale genoemd. Een voorbeeld: Al kan ik mij soms zwaar bezinnen, Het avontuur van vuur en dood, o Ik ken het best, daar raast het binnen Op een vuurrode brandweerauto En: Piep./Piep./Piep?/Piep./ Piep./Piep,piep!/… Piep?/Piep./Piep, piep, piep./Lievier tierks dien pieps!/ Jiep./Piep, piep, piep?/Piep… Van dichten komt het daarna lange tijd niet. Hij studeerde Rechten aan de Rijksuniversiteit Leiden en Archeologie aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Vooral op dat laatste terrein onderscheidt hij zich (enigszins). Hij verwierf een internationale reputatie als scheepsarcheoloog. Hij publiceerde veel over galeischepen en promoveerde in 1996 op de zogeheten multiremen (Griekse en Romeinse oorlogsschepen met meer rijen riemen boven elkaar). Pas in de jaren zestig komt hij eerst met het bejubelde Who’s who in Whatland, waar hij in 1964 de Jan Campertprijs voor krijgt, en twee jaar later met Luxe. Een poëtische pauze van ruim dertig jaar volgt. Zijn weigering om in bloemlezingen te verschijnen, zorgde haast voor de vergetelheid. Ten tijde van het marathoninterview zat poëzieminnend Nederland nog altijd te wachten op een nieuwe bundel. Die verscheen uiteindelijk in het jaar van zijn promotie, 1996, en heette Vluchtige Steden (en zo). Vier jaar later komt er dan echt een bundel van zijn werk tot dan toe: Gedichten 1939-1998. Bij de VPRO-radio was hij tien jaar lang elke vrijdagavond te gast in De Avonden, waar hij een kwartier kreeg om ‘zijn’ muziek te draaien. Hoogtepunten uit het interview: Het marathoninterview met Louis Th. Lehmann is een aaneenschakeling van hoogtepunten. Zo sprak hij erg nuchter over zijn eigen heldenmoed tijdens het bombardement op Rotterdam in mei 1940: "Dat [bombardement] kwam opzetten als erwtensoep. Die Duitse vliegtuigen vlogen heel langzaam en hadden een kleur als erwtensoep. Maar het was zo'n lawaai, we merkten niets. We zaten buiten Rotterdam, dus je zag in de verte wel rook, maar omdat het centrum gebombardeerd werd, bleven de gebouwen op de voorgrond heel en daardoor hadden wij geen idee van wat er gebeurde. Mijn instinct was: de kelder in. Ik was doodsbang, bij alle geweld ben ik doodsbang, behalve als er wapens bij te pas komen. En bij mijn onderduikboerderij stonden de mensen te kijken naar de luchtoorlog en ik berekende: waar zijn de meeste muren tussen mij en de buitenlucht en daar ging ik heen. Wat een leven, niet? Ik ben toen met die oorlog een beetje uitgevegeteerd. Er was veel intellectueel aan de hand, met mij en de mensen die ik kende, maar studeren kon ik niet." Lehmann blijkt alergisch te zijn voor de uitdrukking 'doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg': "De woorden 'normaal' en 'gewoon' zijn de gevaarlijkste woorden die er bestaan. Er is eigenlijk geen arrogantere uitdrukking dan 'doe maar gewoon dan doe je al gek genoeg'. Dat betekent alleen maar: doe wat mij niet verbaast en ik ben de maat aller dingen. Een zeer arrogante uitdrukking. Het is helaas een feit, vrees ik. (...) Het ligt aan de spreker wat ie normaal vind, en dat kan de gekste, en dat kan soms heel merkwaardig omslaan. Je spreekt nooit de meeste mensen, je spreekt er altijd maar een paar. Je kunt iets voor een meerderheid aanzien wat het helemaal niet is. Maar dingen die gewoon worden gevonden, die kunnen razendsnel veranderen. De decenniadurende omzeiling van de tepels in de badmode, dat zul je ook kennen. En dan is er in eens, dan bestaat topless en toen zag ik een populair blad dat meisjes op het strand interviewde en daar stond: 'topless, dat is toch gewoon?!' Heel vreemd, maar vooral omdat de mode met de omzeilingen tegelijkertijd gewoon doorgaat."
Gij zult niet bloemlezen Aan bloemlezen heeft Louis Th. Lehmann een broertje dood. En omdat hij tussen 1966 en 1996 geen dichtbundel publiceerde en herdrukken tegenhield, was zijn dichtwerk, tot groot ongenoegen van de kenners, wat in de vergetelheid geraakt. Niet dat hij zijn leven daarmee in ledigheid doorbracht. Hij is jurist en archeoloog, schreef romans, essays, recensies en vertalingen. Daarnaast heeft hij jarenlang een muziekrubriek gehad bij de VPRO-radio. Op 10 augustus 1990 was de 69-jarige Lehmann te gast in het Marathoninterview. Zijn interviewer heet Wim Noordhoek, zelf geen mindere legende. Luistert u hier naar het vijf uur durende interview. Biografie van Louis Theodorus Lehmann 19 augustus 1920 te Rotterdam Een wonderkind Louis Theodorus Lehmann werd op 19 augustus 1920 in Rotterdam geboren. Zijn vader was kapitein in de koopvaardij. Zijn moeder voedde hem naar eigen zeggen nogal geisoleerd op: “In mijn jeugd dacht ik: volwassenen doen de dingen op een bepaalde manier, en ik ben geen volwassene. Het gekke is, op mijn tachtigste ben ik dat idee nog steeds niet helemaal kwijt. Heel vervreemdend. Andere mensen zijn volwassen en weten hoe het moet. Ik niet.” Al op 19-jarige leeftijd publiceerde hij voor het eerst zijn gedichten in Groot Nederland en het jongerenblad Werk. Een jaar later verschijnt zijn eerste dichtbundel Subjectieve reportage. Een wonderkind, aldus Simon Vestdijk. De beroemde essayist en literatuurcriticus Menno ter Braak stak zijn bewondering voor de piepjonge dichter ook niet onder stoelen of banken. Ter Braak reageerde op Lehmanns gedichten met de uitdrukking dat de debutant “op twintigjarige leeftijd met een astrale volmaaktheid als een meteoor onze literatuur binnen [is] komen vallen.” Maar met het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog komt Lehmanns loopbaan tot een voorlopige stilstand. Tijdens de oorlog zet hij zich aan het vertalen en studeren en een paar publicaties van zijn gedichten. Maar de productie stokt. “Kijk, ik mijn leven is door de bezetting een rare breuk gekomen. De oorlog kwam op een moment dat ik als negentienjarige overal te jong voor werd gevonden, en toen die was afgelopen, leek het alsof ik overal te oud voor was.” In 1947 volgde zijn Verzamelde Gedichten, zonder dat hij daar nou zelf mee te maken te hebben gehad. Zijn leeftijd en het feit dat zijn gedichten al in een verzameld werk, terwijl hem dat totaal koud liet, zorgde voor mythevorming rond de dichter. Lehmann is wel de dichter van het banale genoemd. Een voorbeeld: Al kan ik mij soms zwaar bezinnen, Het avontuur van vuur en dood, o Ik ken het best, daar raast het binnen Op een vuurrode brandweerauto En: Piep./Piep./Piep?/Piep./ Piep./Piep,piep!/… Piep?/Piep./Piep, piep, piep./Lievier tierks dien pieps!/ Jiep./Piep, piep, piep?/Piep… Van dichten komt het daarna lange tijd niet. Hij studeerde Rechten aan de Rijksuniversiteit Leiden en Archeologie aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Vooral op dat laatste terrein onderscheidt hij zich (enigszins). Hij verwierf een internationale reputatie als scheepsarcheoloog. Hij publiceerde veel over galeischepen en promoveerde in 1996 op de zogeheten multiremen (Griekse en Romeinse oorlogsschepen met meer rijen riemen boven elkaar). Pas in de jaren zestig komt hij eerst met het bejubelde Who’s who in Whatland, waar hij in 1964 de Jan Campertprijs voor krijgt, en twee jaar later met Luxe. Een poëtische pauze van ruim dertig jaar volgt. Zijn weigering om in bloemlezingen te verschijnen, zorgde haast voor de vergetelheid. Ten tijde van het marathoninterview zat poëzieminnend Nederland nog altijd te wachten op een nieuwe bundel. Die verscheen uiteindelijk in het jaar van zijn promotie, 1996, en heette Vluchtige Steden (en zo). Vier jaar later komt er dan echt een bundel van zijn werk tot dan toe: Gedichten 1939-1998. Bij de VPRO-radio was hij tien jaar lang elke vrijdagavond te gast in De Avonden, waar hij een kwartier kreeg om ‘zijn’ muziek te draaien. Hoogtepunten uit het interview: Het marathoninterview met Louis Th. Lehmann is een aaneenschakeling van hoogtepunten. Zo sprak hij erg nuchter over zijn eigen heldenmoed tijdens het bombardement op Rotterdam in mei 1940: "Dat [bombardement] kwam opzetten als erwtensoep. Die Duitse vliegtuigen vlogen heel langzaam en hadden een kleur als erwtensoep. Maar het was zo'n lawaai, we merkten niets. We zaten buiten Rotterdam, dus je zag in de verte wel rook, maar omdat het centrum gebombardeerd werd, bleven de gebouwen op de voorgrond heel en daardoor hadden wij geen idee van wat er gebeurde. Mijn instinct was: de kelder in. Ik was doodsbang, bij alle geweld ben ik doodsbang, behalve als er wapens bij te pas komen. En bij mijn onderduikboerderij stonden de mensen te kijken naar de luchtoorlog en ik berekende: waar zijn de meeste muren tussen mij en de buitenlucht en daar ging ik heen. Wat een leven, niet? Ik ben toen met die oorlog een beetje uitgevegeteerd. Er was veel intellectueel aan de hand, met mij en de mensen die ik kende, maar studeren kon ik niet." Lehmann blijkt alergisch te zijn voor de uitdrukking 'doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg': "De woorden 'normaal' en 'gewoon' zijn de gevaarlijkste woorden die er bestaan. Er is eigenlijk geen arrogantere uitdrukking dan 'doe maar gewoon dan doe je al gek genoeg'. Dat betekent alleen maar: doe wat mij niet verbaast en ik ben de maat aller dingen. Een zeer arrogante uitdrukking. Het is helaas een feit, vrees ik. (...) Het ligt aan de spreker wat ie normaal vind, en dat kan de gekste, en dat kan soms heel merkwaardig omslaan. Je spreekt nooit de meeste mensen, je spreekt er altijd maar een paar. Je kunt iets voor een meerderheid aanzien wat het helemaal niet is. Maar dingen die gewoon worden gevonden, die kunnen razendsnel veranderen. De decenniadurende omzeiling van de tepels in de badmode, dat zul je ook kennen. En dan is er in eens, dan bestaat topless en toen zag ik een populair blad dat meisjes op het strand interviewde en daar stond: 'topless, dat is toch gewoon?!' Heel vreemd, maar vooral omdat de mode met de omzeilingen tegelijkertijd gewoon doorgaat."
Gij zult niet bloemlezen Aan bloemlezen heeft Louis Th. Lehmann een broertje dood. En omdat hij tussen 1966 en 1996 geen dichtbundel publiceerde en herdrukken tegenhield, was zijn dichtwerk, tot groot ongenoegen van de kenners, wat in de vergetelheid geraakt. Niet dat hij zijn leven daarmee in ledigheid doorbracht. Hij is jurist en archeoloog, schreef romans, essays, recensies en vertalingen. Daarnaast heeft hij jarenlang een muziekrubriek gehad bij de VPRO-radio. Op 10 augustus 1990 was de 69-jarige Lehmann te gast in het Marathoninterview. Zijn interviewer heet Wim Noordhoek, zelf geen mindere legende. Luistert u hier naar het vijf uur durende interview. Biografie van Louis Theodorus Lehmann 19 augustus 1920 te Rotterdam Een wonderkind Louis Theodorus Lehmann werd op 19 augustus 1920 in Rotterdam geboren. Zijn vader was kapitein in de koopvaardij. Zijn moeder voedde hem naar eigen zeggen nogal geisoleerd op: “In mijn jeugd dacht ik: volwassenen doen de dingen op een bepaalde manier, en ik ben geen volwassene. Het gekke is, op mijn tachtigste ben ik dat idee nog steeds niet helemaal kwijt. Heel vervreemdend. Andere mensen zijn volwassen en weten hoe het moet. Ik niet.” Al op 19-jarige leeftijd publiceerde hij voor het eerst zijn gedichten in Groot Nederland en het jongerenblad Werk. Een jaar later verschijnt zijn eerste dichtbundel Subjectieve reportage. Een wonderkind, aldus Simon Vestdijk. De beroemde essayist en literatuurcriticus Menno ter Braak stak zijn bewondering voor de piepjonge dichter ook niet onder stoelen of banken. Ter Braak reageerde op Lehmanns gedichten met de uitdrukking dat de debutant “op twintigjarige leeftijd met een astrale volmaaktheid als een meteoor onze literatuur binnen [is] komen vallen.” Maar met het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog komt Lehmanns loopbaan tot een voorlopige stilstand. Tijdens de oorlog zet hij zich aan het vertalen en studeren en een paar publicaties van zijn gedichten. Maar de productie stokt. “Kijk, ik mijn leven is door de bezetting een rare breuk gekomen. De oorlog kwam op een moment dat ik als negentienjarige overal te jong voor werd gevonden, en toen die was afgelopen, leek het alsof ik overal te oud voor was.” In 1947 volgde zijn Verzamelde Gedichten, zonder dat hij daar nou zelf mee te maken te hebben gehad. Zijn leeftijd en het feit dat zijn gedichten al in een verzameld werk, terwijl hem dat totaal koud liet, zorgde voor mythevorming rond de dichter. Lehmann is wel de dichter van het banale genoemd. Een voorbeeld: Al kan ik mij soms zwaar bezinnen, Het avontuur van vuur en dood, o Ik ken het best, daar raast het binnen Op een vuurrode brandweerauto En: Piep./Piep./Piep?/Piep./ Piep./Piep,piep!/… Piep?/Piep./Piep, piep, piep./Lievier tierks dien pieps!/ Jiep./Piep, piep, piep?/Piep… Van dichten komt het daarna lange tijd niet. Hij studeerde Rechten aan de Rijksuniversiteit Leiden en Archeologie aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Vooral op dat laatste terrein onderscheidt hij zich (enigszins). Hij verwierf een internationale reputatie als scheepsarcheoloog. Hij publiceerde veel over galeischepen en promoveerde in 1996 op de zogeheten multiremen (Griekse en Romeinse oorlogsschepen met meer rijen riemen boven elkaar). Pas in de jaren zestig komt hij eerst met het bejubelde Who’s who in Whatland, waar hij in 1964 de Jan Campertprijs voor krijgt, en twee jaar later met Luxe. Een poëtische pauze van ruim dertig jaar volgt. Zijn weigering om in bloemlezingen te verschijnen, zorgde haast voor de vergetelheid. Ten tijde van het marathoninterview zat poëzieminnend Nederland nog altijd te wachten op een nieuwe bundel. Die verscheen uiteindelijk in het jaar van zijn promotie, 1996, en heette Vluchtige Steden (en zo). Vier jaar later komt er dan echt een bundel van zijn werk tot dan toe: Gedichten 1939-1998. Bij de VPRO-radio was hij tien jaar lang elke vrijdagavond te gast in De Avonden, waar hij een kwartier kreeg om ‘zijn’ muziek te draaien. Hoogtepunten uit het interview: Het marathoninterview met Louis Th. Lehmann is een aaneenschakeling van hoogtepunten. Zo sprak hij erg nuchter over zijn eigen heldenmoed tijdens het bombardement op Rotterdam in mei 1940: "Dat [bombardement] kwam opzetten als erwtensoep. Die Duitse vliegtuigen vlogen heel langzaam en hadden een kleur als erwtensoep. Maar het was zo'n lawaai, we merkten niets. We zaten buiten Rotterdam, dus je zag in de verte wel rook, maar omdat het centrum gebombardeerd werd, bleven de gebouwen op de voorgrond heel en daardoor hadden wij geen idee van wat er gebeurde. Mijn instinct was: de kelder in. Ik was doodsbang, bij alle geweld ben ik doodsbang, behalve als er wapens bij te pas komen. En bij mijn onderduikboerderij stonden de mensen te kijken naar de luchtoorlog en ik berekende: waar zijn de meeste muren tussen mij en de buitenlucht en daar ging ik heen. Wat een leven, niet? Ik ben toen met die oorlog een beetje uitgevegeteerd. Er was veel intellectueel aan de hand, met mij en de mensen die ik kende, maar studeren kon ik niet." Lehmann blijkt alergisch te zijn voor de uitdrukking 'doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg': "De woorden 'normaal' en 'gewoon' zijn de gevaarlijkste woorden die er bestaan. Er is eigenlijk geen arrogantere uitdrukking dan 'doe maar gewoon dan doe je al gek genoeg'. Dat betekent alleen maar: doe wat mij niet verbaast en ik ben de maat aller dingen. Een zeer arrogante uitdrukking. Het is helaas een feit, vrees ik. (...) Het ligt aan de spreker wat ie normaal vind, en dat kan de gekste, en dat kan soms heel merkwaardig omslaan. Je spreekt nooit de meeste mensen, je spreekt er altijd maar een paar. Je kunt iets voor een meerderheid aanzien wat het helemaal niet is. Maar dingen die gewoon worden gevonden, die kunnen razendsnel veranderen. De decenniadurende omzeiling van de tepels in de badmode, dat zul je ook kennen. En dan is er in eens, dan bestaat topless en toen zag ik een populair blad dat meisjes op het strand interviewde en daar stond: 'topless, dat is toch gewoon?!' Heel vreemd, maar vooral omdat de mode met de omzeilingen tegelijkertijd gewoon doorgaat."