POPULARITY
Hans en Chrétien bespreken onder meer de zojuist uitgezonden docu over VPRO Boeken-presentator en dichter Wim Brands, ontbrekende macho's in de Nederlandse literatuur (en of die constatering seksistisch is) en de kleine Bomans-hype vanwege diens pas verschenen biografie ‘Vleugelman'. Het te bespreken boek is ditmaal de verhalenbundel ‘Achtertuinen' van Robin Kramer. En Chrétien tipt tot slot de bloemlezing ‘Drie kersen en een sardientje' van Benjamin Péret. Luister, like en abonneer.
Vlak voor zijn dood filosofeerde René Gude over zijn naderende einde. Wim Brands sprak met hem over wat er werkelijk toe doet in het leven, over humeurmanagement en over de troost van de filosofie. Uitgegeven door ISVW Uitgevers Sprekers: Marc Graetz, Florian Jacobs
Daan Doesborgh gaat in gesprek met Neeltje Maria Min over Menno Wigman, zijn steelpannetje en dat van F. Starik, hoeveel bundels Neeltje nou eigenlijk geschreven heeft en hoe afschuwelijk het is om in den lande op te moeten treden. Het gedicht over de man die de jas van zijn vader draagt, en dan niet in de spiegel maar in een winkelruit zijn vader ziet lopen is niet van F. Starik maar het gedicht 'de jas' van de al even betreurde Wim Brands. Het boek 'er moet iets gebeuren' is van Maartje Wortel.
Zomergeesten aflevering 6 met televisiemaker en stemacteur Paul Haenen (Margreet Dolman, Dominee Gremdaat en Bert & Ernie) Gast: Paul Haenen Camera: Thomas de Boer Audio nabewerking: Jasper Cremers Mecenas Patreon: Josha Sietsma Steun Zomergeesten / Boze Geesten Podcast
In een aflevering die even lang is als de treinreis naar zijn ouders gaat Daan Doesborgh met Nora van Arkel en vier thermosflessen glühwein in gesprek met Maxime Garcia Diaz, Anneke Brassinga, Simone Atangana Bekono, Olivier Willemsen, Nina Polak, Maartje Wortel en Johan Kuiper over Frank Keizer, Judith Herzberg, Max Verstappen, Wim Brands, Lucebert, Charlotte van den Broek en over kerst versus poëzie, kerstpoëzie en de overeenkomst tussen close-reading en complotdenken. Met bijzonder veel dank aan Sarah Stoffelsen. De langste Poëziepodcast ooit! Een aflevering om de hele Kerst mee te doen, of in één ruk te luisteren in de intercity van Amsterdam naar Venlo. Hele fijne feestdagen, bedankt voor het luisteren in 2021, en graag tot volgend jaar.
Deze week hebben we uitzicht over het culturele landschap van filosoof Daan Roovers. Welke kunst en cultuur neemt deze Denker des Vaderlands mee? Wat zet haar aan het denken? Over een Spaans schilderij met vele gezichten en een gedicht van Wim Brands dat raakt tot op het bot.
In deze aflevering praat Dennis met schrijver Maartje Wortel over o.a. Wim Brands, de verwarring tussen verteller en auteur, schrijven als een vorm van denken en Dennie, de kat. De Schrijfopdracht is onderdeel van Nieuwe Types, hét festival voor nieuwe literatuur. Nieuwe Types neemt de staat van het verhaal onder de loep en vestigt drie dagen lang de aandacht op nieuwe schrijvers, nieuwe verhalen en nieuwe vertelvormen. Muziek: Daan van Haren. Geproduceerd door ondercast voor De Nieuwe Oost | Wintertuin.
Een jaar geleden overleed dichter en VPRO programmamaker Wim Brands. Je hoort een documentaire rond zijn "brief aan mijn jongere ik." waarin hij zichzelf en anderen raad geeft en een groot en ontroerend geheim prijs geeft. In de epiloog Thomas Verbogt over de poëzie van Brands. Makers: Jürgen Maas (IKON) Tjitske Mussche (VPRO) Twitter: @parelradio mail: radioparel@gmail.com
In deze tiende aflevering praten we nog even na over de verkiezingen. Daarna vertelt Bas over zijn weekend trip naar Ierland, door een stukje geschiedenis te delen en de bezienswaardigheden van Dublin te tippen. Vervolgens legt Jan uit waarom een nieuwe podcast uit Amerika echt de moeite waard is. En we eindigen met de herdenkingsbijeenkomst … Lees verder BRUG9: Politiek, Ierland, S-Town podcast en herdenking Wim Brands Het bericht BRUG9: Politiek, Ierland, S-Town podcast en herdenking Wim Brands verscheen eerst op Brug Podcast.
Op 4 april is radio- en televisiemaker Wim Brands op 57-jarige leeftijd in zijn woonplaats Amsterdam overleden. De VPRO is droef en verslagen. Hiermee heeft de omroep een van zijn bekende en gewaardeerde makers verloren. Bij Bureau Buitenland staan we stil bij het overlijden van deze insprirerende collega.
Casper Thomas schreef onlangs 'Competente rebellen', over de recente Maagdenhuisbezetting en de les die de academische gemeenschap uit dit oproer kan leren. In plaats van Nooit Meer Slapen presenteert Wim Brands in de week tussen Kerst en oud & nieuw Grote Woorden.
In plaats van Nooit Meer Slapen presenteert Wim Brands in de week tussen Kerst en oud & nieuw Grote Woorden. Awee Prins schreef de filosofische bestseller 'Uit Verveling', een pleidooi voor het accepteren van de tijdelijkheid der dingen en het herwaarderen van het alledaagse.
In plaats van Nooit Meer Slapen presenteert Wim Brands in de week tussen Kerst en oud & nieuw Grote Woorden. Wim Brands praat met Maarten van Buuren over de relevantie van de bijbelse tien geboden. 'Waarom gaat het nog steeds over die tien geboden en welke vorm nemen ze tegenwoordig aan?'
In plaats van Nooit Meer Slapen presenteert Wim Brands in de week tussen Kerst en oud & nieuw Grote Woorden. In deze aflevering doet hij een denkexperiment met Marli Huijer: wat gebeurt er al we de grenzen wegdenken. Wat zijn daarvan de concrete gevolgen?
In plaats van Nooit Meer Slapen presenteert Wim Brands in de week tussen Kerst en oud & nieuw Grote Woorden. Vannacht praat Wim Brands met hoogleraar Maatschappelijke bestuurskunde Gabriël van den Brink over de morele staat waarin ons land verkeert
- Wim Brands in gesprek met Linda Duits over de macht van de gekwetste. Verwijzingen naar (seksueel) geweld of raciale gevoeligheden worden op Amerikaanse universiteiten steeds vaker geweerd. Gekwetste studenten bepalen zo het curriculum. Ook in Nederland krijgt de gekwetste steeds meer macht, ziet Linda Duits. De persoonlijke ervaring dreigt het publieke debat te verlammen. Linda Duits is publicist gespecialiseerd in populaire cultuur en als docent verbonden aan de Universiteit Utrecht Gawie Keyser bespreekt de film ‘A Clockwork Orange’, waarin de hoofdpersoon gruwelijke beelden krijgt voorgeschoteld die hem zijn vrije wil ontnemen. Ad Verbrugge, filosoof. Aangepaste programmering Bewerking van 12 oktober 2015. De rechtstreekse OBA Live uitzending vervalt!
Wim Brands bespreekt Ergens in Amerika, een bloemlezing uit het meest recente werk van de Amerikaanse poëzielegende John Ashbery. Een bijdrage van Jeroen van Kan. Een kort verhaal van A.L. Snijders. Kijk voor meer informatie op vpro.nl/avonden
Wim Brands in gesprek met filosoof Ad Verbrugge naar aanleiding van diens nieuwe boek ‘Staat van verwarring’. Verbrugge stond aan de wieg van de beweging rond het thema ‘beroepseer’ en is oprichter en voorzitter van de vereniging Beter Onderwijs Nederland. In Staat van verwarring doordenkt hij de problemen van de Westerse moderniteit aan de hand [...]
Wim Brands bespreekt vertaald proza. Tekenaar Paul van der Steen en letterkundige Nop Maas gaven samen twee nachtponroze boekjes uit, handgezet, waarin vaders centraal staan. Het ene bevat een door Van der Steen geïllustreerd verhaal Mijn vader, van Anton Dautzenberg, verkenner van de rafelranden van de moraal. Het andere is van Van der Steen zelf, [...]
Wim Brands in gesprek met Stephan Sanders naar aanleiding van diens boek ‘Iets meer dan een seizoen’. Hierin schetst Sanders’ ‘intens verlopen vriendschap’ met schrijver Anil Ramdas (1958-2012). In de jaren tachtig van de vorige eeuw betraden Sanders en Ramdas tegelijkertijd het openbare debat. Ze waren beiden geëngageerd, publiceerden, maakten samen een televisieprogramma. Maar ook [...]
Wim Brands bespreekt Een meisje van buiten, de in vertaling verschenen memoires van de Ierse schrijfster Edna O'Brien. Gingen de Vijftigers, de Zestigers en zelfs de Maximalen nog onbeschroomd uit van de kracht van het woord, A.H.J. Dautzenberg heeft in zijn nieuwe dichtbundel een manier gevonden om het beeld volledig het werk te laten doen [...]
Wim Brands besteedt aandacht aan ‘MÉÉR!’, een initiatief van de Parij voor de Dieren. In het boek bundelde fractievoorzitter Marianne Thieme wetenschappelijke inzichten die de crisis van dit moment in kaart brengen en mogelijk helpen oplossen. Ze komen van wetenschappers die zich zorgen maken over de toekomst van mens, dier, natuur [...]
Wim Brands bespreekt Gras van de nacht, de nieuwe roman van de Franse schrijver Patrick Modiano. Het boek gaat over een oudere man die door Parijs zwalkt, op zoek naar een mysterieuze vrouw die veertig jaar geleden spoorloos is verdwenen. Een bijdrage van Jeroen van Kan. Een kort verhaal van Maartje Wortel. [...]
Vorige week verscheen de DSM, de Diagnostic and Statistic Manual of Mental Disorders (DSM-5). Stripdokter Sigmund heeft vooralsnog zijn eigen DSM. ‘De Sigmund Methode’ welteverstaan, een diagnosebijbel die iedereen voor gek verklaart. Wim Brands praat met striptekenaar Peter de Wit.
Wim Brands bespreekt De lachvogel, de nieuwe verhalenbundel van de Amerikaanse schrijver en komiek David Sedaris die een aantal bizarre reisverslagen bevat. Een bijdrage van Jeroen van Kan. Een kort verhaal van A.L. Snijders. Kijk voor meer informatie op vpro.nl/avonden
Wim Brands bespreekt 04 Berlijn, een speciale editie van het literair tijdschrift Terras over poëzie en literatuur uit de Duitse hoofdstad. In Het been in de IJssel beschrijft Joris van Casteren een wonderlijk voorval. In de zomer van 2005 vindt een visser een menselijk onderbeen in de IJssel. Het is onduidelijk wie de [...]
Wim Brands bespreekt Eleven Adresses to the Lord van de Amerikaanse dichter John Berryman (1914-1971), nu vertaald door Willem Jan Otten en te lezen in het literaire tijdschrift Liter: Elf tot de Heer gerichte gedichten. De hoofdfiguur in de roman Vertedering heeft een zeer gestructureerd leven: doordeweeks werkt hij als postkamermedewerker bij een tijdschriftenuitgeverij, [...]
Wim Brands ontvangt Arnon Grunberg, schrijver en filmliefhebber. In ‘De troost van de slapstick’ (1998) bracht hij een ode aan de oude slapstickhelden die hij vroeger samen met zijn vader in de bioscoop zag. Maar de slapstick lijkt verleden tijd. In ‘Buster Keaton lacht nooit’, een nieuwe verzameling messcherpe essays, schrijft Grunberg over films waarin [...]
Wim Brands bespreekt de bundel De prangende verbeelding, een bloemlezing van tien kopstukken uit de naoorlogse Ierse poëzie. Vijf jaar geleden verhuisde schrijver Ilja Leonard Pfeijffer naar Italië. Zijn nieuwe roman is een ode aan Genua, de stad die hem een nieuwe thuis bood. La superba is een verhaal over een labyrinthische stad, [...]
Wim Brands ontvangt Thijs Kleinpaste naar aanleiding van diens net verschenen essay ‘Nederland als vervlogen droom, over de wereld na de natiestaat’. Kleinpaste studeert geschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam (UvA), zit namens D66 in de deelraad van Amsterdam Centrum, en is publicist en columnist. Kleinpaste stelt: ‘Het tijdperk van de [...]
Wim Brands bespreekt Battleborn, de bundel van de Amerikaanse schrijfster Claire Vaye Watkins met tien verhalen waarin ze zich de mythologie van het Amerikaanse Westen eigen maakt. Jeroen van Kan interviewt de Italiaanse schrijver Paolo Giordano over zijn nieuwe boek Het menselijk lichaam. Een kort verhaal van A.L. Snijders. Kijk voor meer informatie op vpro.nl/avonden
Wim Brands bespreekt het boek Valse papieren van de Mexicaanse schrijfster Valeria Luiselli. Valse papieren is geen roman, geen reisverhaal, geen essay, maar alles tegelijk. In Steven II vervolgt vertaler, romancier, essayist en dichter René Huigen het project waar hij in 2005 aan begon: het volgen van Steven, een personage uit het gedicht [...]
Wim Brands bespreekt de roman De lessen van mevrouw Lohmark van auteur en vormgever Judith Schalansky. Een boek over ontwikkeling en aanpassingsvermogen. Dichter Mark Boog vraagt zich af waarom we, ondanks alles, toch doorgaan en verder leven, en waarom wij dat meestal met zoveel verve doen. Waarom de krekel zingt en hoe men kan ontsnappen aan [...]
Wim Brands bespreekt Stoner, een slapende klassieker van de Amerikaanse schrijver John Williams over een zwijgende, anonieme universiteitsdocent. Alles wat er was is het verhaal van acht mensen die na ‘de knal' opgesloten zitten in een schoolgebouw. Dagen en weken gaan voorbij. Hoe langer ze bij elkaar zitten, hoe meer de verhoudingen onder druk komen [...]
Wim Brands praat vanavond met journaliste Wilma de Rek over haar boek Canto Ostinato, waarin zij met de schepper van dit roemruchte werk spreekt: de vorig jaar overleden componist Simeon ten Holt (1923-2012). In het boek komen ook bewonderaars als Paul Witteman, Joke Hermsen en Angela Groothuizen aan het woord. In [...]
Tijdens het werk aan wat aanvankelijk haar tweede boek zou worden, werd bij schrijfster en actrice Marian Boyer kanker geconstateerd. Vanaf dat moment stond haar leven in het teken van ziek zijn en beter worden. Wim Brands praat over haar nieuwe boek ‘Een geslaagd leven', een roman over een jongvolwassene die [...]
Wim Brands bespreekt vertaald proza. Zendingsdrang is de titel van nieuwe roman van Richard de Nooy. Oorlogscorrespondent JR Deo komt in een Instituut voor Forensische Observatie terecht, waar zijn toerekeningsvatbaarheid wordt onderzocht. De rust in zijn cel blijkt ideaal om de verschrikkingen van het verleden en heden op te tekenen, tot allerlei sinistere figuren zich [...]
Wim Brands ontvangt F. Starik naar aanleiding van zijn nieuwe bundel ‘Door’. Dood en leven, ernst en humor vloeien samen in deze negende dichtbundel. De regels nodigen de lezer uit naar binnen te gaan door ‘deuren die voor anderen gesloten blijven'. “Een deur die ook weer open kan / nadat jij die dicht hebt gedaan, [...]
Wim Brands praat met de Vlaamse schrijver Peter Terrin die eerder dit jaar de AKO Literatuurprijs kreeg uitgereikt naar aanleiding van zijn boek Post Mortem. De roman vertelt het verhaal van de nog onbekende schrijver Emiel Steegman en diens dochtertje van bijna vier, dat wordt getroffen door het noodlot…
Wim Brands ontvangt misdaadjournalisten Marian Husken en Harry Lensink voor een gesprek over hun boek Het geheim van Bram Moszkowicz. Hoe lang is Moszkowicz nog 's lands bekendste strafpleiter? Klanten klagen, de boekhouding hapert, de Belastingdienst zit achter hem aan. Volgens zijn eigen beroepsgroep is Moszkowicz ‘zijn vak onwaardig' en mag hij geen [...]
Wim Brands bespreekt het boek Sterfelijk van de Amerikaanse schrijver Christopher Hitchens (1949-2011). Een verslag van de verwoestingen door slokdarmkanker en een analyse van de etiquette rond ziek-zijn en kanker. Buffi Duberman is geboren in New York en al meer dan de helft van haar leven bezig om mensen te coachen in [...]
Wim Brands bespreekt de novelle Treindromen van de Amerikaanse schrijver Denis Johnson, die eerder naam maakte met zijn National Book Award winnende roman ‘Een zuil van rook'. Fotograaf Rimaldas Viksraitis (Litouwen, 1954) werd vooral bekend met zijn documentaire foto’s waarmee hij een levenswijze vastlegde die snel aan het verdwijnen is. De foto’s zijn heel [...]
Wim Brands bespreekt de novelle ‘Treindromen' van de Amerikaanse schrijver Denis Johnson, die eerder naam maakte met zijn National Book Award winnende roman ‘Een zuil van rook'. Architect Johannes Vermeer (naar het schijnt familie van) dankt zijn meest prestigieuze opdracht aan een terroristische aanslag. De plek van de ramp moet opnieuw worden ingericht, en Vermeer mag [...]
Wim Brands ontvangt schrijfster Dorinde van Oort die een boek schreef over haar vader Jean Dulieu, de schepper van Paulus de Boskabouter. Dulieus figuren (onder wie Eucalypta, Gregorius, Oehoeboeroe) zijn nationaal erfgoed geworden. Maar wat bijna niemand weet, is dat hun schepper, die eigenlijk Jan van Oort heette, een dubbelleven leidde. Heen en weer geslingerd [...]
Wim Brands bespreekt Heiligen en zondaars, de nieuwe vertaalde verhalenbundel van de Ierse schrijfster Edna O'Brien. Al meer dan 35 jaar is Wout Berger fotograaf, en meer dan 35 jaar woont hij aan het IJsselmeer. Als hij ‘s morgens zijn ogen opendoet, is het eerste dat hij ziet: het IJsselmeer. In museum De pont in [...]
Wim Brands interviewt tijdens het festival Crossing Border in Den Haag twee gasten. De in Iran geboren filmmaker Kaweh Modiri kwam op vijfjarige leeftijd naar Nederland. Met zijn romandebuut ‘Meneer Sadek en de anderen' neemt hij afstand van zijn eigen verleden. Mira Feticu debuteerde in 1993 in Roemenië met een dichtbundel, [...]
Wim Brands bespreekt het boek Varianten van ongemak, de tweede verzameling korte verhalen van de Amerikaanse schrijfster Lydia Davis. Theatermaakster Adelheid Roosen en tekstdichter George Groot spelen de voorstelling ‘Hetty & George’, in een niets ontziende eerlijkheid over elkaar. Hij betaalt jongemannen om bij hem langs te komen voor liefde en lust, en zij moet [...]
Wim Brands bespreekt Mr. Gwyn, een roman van de Italiaanse schrijver Alessandro Barrico. Hij is onder meer bekend van zijn essaybundel De barbaren, over de geleidelijke teloorgang van ons cultuurbesef. De tentoonstelling Toast op de buitenplaats geeft een inkijkje in het leven op de buitenplaats ten tijde van de Gouden Eeuw. Iedere zomer ontvluchtte de [...]
Van Sophie Zijlstra verscheen onlangs de roman ‘Margot’, gebaseerd op het leven van Margot Frank, de oudere zus van Anne. Zijlstra baseerde haar boek op historische gegevens. Daardoor kan deze Margot nu, in de woorden van Zijlstra, ‘voor het eerst uit de schaduw van haar beroemde zusje treden'. Wim Brands [...]
Maaike Meijer (1949) is hoogleraar genderstudies aan de universiteit van Maastricht en de biografe van Vasalis. In de jaren ’70 stortte Meijer zich enthousiast in het opkomende feminisme en richtte met anderen de actiegroep Paarse September op. Door hun credo dat ‘penisnijd een parel in de seksenstrijd’ is en dat je als vrouw beter niet met je onderdrukker naar bed gaat, bepaalde de actiegroep het anti mannen imago van de feministische beweging. Later schreef zij als publicist onder andere over het werk van moderne Nederlandse dichteressen, die zij haar ‘beminden’ noemt. Haar publicaties hebben regelmatig tot discussies geleid en hebben het genderperspectief in Nederland gedefinieerd. in 2011 selecteerde ze de 100 beste gedichten voor de VSB Poëzieprijs. En ook verscheen haar biografie van M. Vasalis, waarin ze het tot voorheen erg besloten bestaan van de populaire dichteres ontsloot. Zij sprak met Wim Brands. ------------------------------------- Samenvattingen Wim Brands en Maaike Meijer bevinden zich in de studio te Maastricht: Wim Brands wil vanavond elk uur een motto geven. Het eerste motto is de opening van Vasalis' gedicht ANGST uit de bundel Parken en Woestijnen. Het tweede uur het gedicht AAN EEN BOOM IN HET VONDELPARK. SAMENVATTING EERSTE UUR En direct ging het de diepte in: Angst als essentiele ervaring Over angst is weinig gedicht, constateert Meijer, je bent te blij als je er vanaf bent, het is daarom niet een echt dichterlijk onderwerp. Het meest bang ben ik geweest omdat ik een stotteraar ben, of liever zou ik zeggen was. Een verschrikkelijke spreekangst heb ik gehad, voor een spreekbeurt op school kon ze een nacht lang wakker liggen. Ik ben begonnen met stotteren toen ik een jaar of 11, 12 was. Op de middelbare school werd het steeds erger, op het mondeling examen werd ze speciaal als laatste ingedeeld want men realiseerde zich dat dat wel even kon gaan duren. Over het ontstaan van stotteren tast ze in het duister. Maar als je eenmaal stottert wordt het van lieverlede erger. Haar vader overleed op haar elfde?? , in 1959, een mokerslag die er zeker mee te maken zal hebben. ? Ik had een enorme band met mijn vader, hij was onderwijzer?. Het ging mis in het Binnenziekenhuis in Eindhoven, in feite een onnodig overlijden. Het was een ramp voor het grote gezin, zo?n levenslustige mooie man, een goed huwelijk, ze waren gelukkig? Het is in augustus gebeurd. Ik zat in de 6e klas van de lagere school. In eerste instantie drong het niet tot haar door?. En nog steeds: Ze kan dingen heel goed verdringen?. Maaike was alleen met haar verdriet? Ze had een gedicht geschreven voor haar vader, op haar dertiende, ze gaf haar moeder dat gedicht, het ging over een grote zwarte vlinder die haar zou komen halen om naar mijn vader te gaan? Haar moeder barstte in huilen uit, maar ze troostte dochter Maaike niet, het verdriet van de moeder was te groot om het te delen met haar kinderen?.. Ze had twee levens? Ze heeft veel stotteraars ontmoet: en denkt dat iedere stotteraar zijn eigen verhaal heeft. Ze ging Nederlands studeren en rond haar 25ste kwam ze, ondanks het stotteren, voor de klas te staan?. Haar strategie was: recht er tegen in. Een sprekend beroep, dan heb ik geen tijd om erover te tobben?. Als je je laat regeren door de angst dan kom je er niet vanaf. Immers: Het alternatief zou zijn: sprakeloosheid? Schrijven is zoiets anders dan spreken. Misschien ga je beter schrijven omdat je heel veel synoniemen kent, je beweeglijkheid in de taal wordt ten gevolge van stotteren heel groot?. En dus: ik omarm mijn lot!, en vaak zitten haar hele bright sites aan?. Haar studietijd eind jaren zestig was de tijd van de opstandigheid aan de universiteit. Eigenlijk moest je huizen gaan kraken en revolutie maken, werken was eigenlijk niets? Een taal is net een lichaam, schrijven heeft iets heel erotisch?. Wijze les aan haar studenten: houdt van je tekst! Jouw tekst is onvervangbaar, Niet de vijfde maar de zesde druk van het boek, ongeveer 20.000 exemplaren. Maaike Meijer trof interviewer Wim Brands met de uitspraak: ?Luister, je moet niet bang zijn, je moet vrij zijn?. ? Angst staat namelijk je intuïtie in de weg. Geloof je in de kracht van intuïtie ? Vraagt Brands: ?Nou niet voor iedereen, maar wel voor mij? Maaike Meijer komt op de filosofie van Carl Jung: Je hebt denkers en voelers. En zo heb je ook mensen die goeie waarnemers zijn en mensen die het moeten hebben van de intuïtie. Hoe slaan mensen zich door het leven? De ene mens verschilt totaal van de ander? Hoe bepaal je je essentiële keuzes in het leven: Moet ik dit land aankopen, wordt dit mijn geliefde, moet ik hier gaan wonen? En zo woont ze onder de rook van Maastricht in een karaktervol huis, met land eromheen, contact met het vee, de aarde, aan het water van het Albertkanaal? contact met het boerenleven, het echte leven.. Is dat niet een beetje een cliché? Jawel, maar dat staat niet in de weg dat ik het echt wel zo voel! Haar moeder was een boerendochter, ze kwam uit Bergeijk, en daar was het verrukkelijk. Toen ze trouwde met haar vader werd ze ontslagen op de school waarop ze werkte?. Ze geloofde in de idealen van het onderwijs. Het waren idealistische mensen?toen mijn vader was gestorven name ze weer een baan in het onderwijs?. Andreas Burnier vond Maaike Meijer een zeer intrigerende persoon: ?Meijer,? zei Burnier ooit: ?jij bent de meest opmerkelijke combinatie van introvert en extrovert die ik ken?.? Gelukkig ben je vanavond zeker ook Extrovert, meent Wim?. Maar ook stilte is van groot belang, ze gaat speciaal naar een huisje in een bos, en kijkt dan uren in het bos, en doet niets? Als de ziele luistert, van Gezelle, die regel? daar gaat het om? ?. De tijd als duur?. Mooie mijmeringen, zoals die zeldzaam zijn op radio 1, maar wel worden uitgesproken in het Marathoninterview? SAMENVATTING TWEEDE UUR Dertig jaar heeft Maaike Meijer gewoond in Amsterdam en de liefde voor de stad is groot. Het brengt Maaike Meijer tot het filosoferen over planologische oplossingen voor de enorme stroom van toeristen in het centrum. Het heeft een ziel dat stuk Amsterdam?. En natuurlijk moeten toeristen daarvan mee kunnen genieten , maar misschien toch liever niet teveel. Het leven dat bij een stad hoort dreigt dan te moeten wijken?. Venetie is al aan dat omslagpunt voorbij. Je moet niet klagen maar aan een oplossing denken. Toeristen moet je op een andere plek laten landen dan in het centrum . In de Pijp zijn bijvoorbeeld?. ook mooie plekken. Je moet zorgen dat je het kapitalisme niet zijn gang laat gaan?. Hoe moet je de duurzaamheid behouden?. De wereldwijde tendens is urbanisatie, en dus moeten we nadenken over nieuwe vormen van urbanisatie en daar kan ik uren lang over liggen nadenken. Wijze lessen van Maaike Meijer: Ben je een constructieve persoonlijkheid?. Ja je moet altijd denken: we kunnen de wereld herscheppen? Mee bewegen met de krachten die er zijn.. net als zeilen?. Hoe is de wind? daar moet je mee bewegen en gebruik van maken? Wim Brands probeert de angst van het eerste uur te koppelen aan een van de gespreksonderwerpen in het tweede uur: de Radicale veranderingsdrift bij De Paarse September. Die houding , Dat recht er tegen in, speelde waarschijnlijk ook op bij het oprichten van De Paarse September, lesbisch feministische beweging vernoemd naar de Palestijnse terroristische organisatie De zwarte September. Wat terrorisme is weten we nu beter dan toen, zegt Maaike Meijer? Links Nederland praatte soms terroristische acties goed?. Mao, de massamoordenaar, werd ook ontzettend vereerd, ja? ook door mij. Dat radicalisme van die jaren was zeker ook constructief: we waren een lesbische actiegroep, geboren in een veel grotere feministische beweging?. Wij vonden ons in die groepen een wormvormig aanhangsel want het ging niet over de man-vrouw verhoudingen?. We vonden de andere feministische groepen te zoetsappig en te gematigd?. Het belangrijke van die groepen was dat de vrouwen zich altijd bekeken voelden door de ogen van mannen?. Du moment dat er een man binnen kwam was de onderlinge solidariteit tussen vrouwen weg?. Het was een collectief minderwaardigheidscomplex? Ik woonde net in Amsterdam, ik was 19, ik wist al vanaf mijn elfde dat ik lesbisch was? toen ik een kaboutertje was was ik verliefd op de leidster, een verzengende liefde was dat . Later was ik enorm gecharmeerd van meisjes, ook wel eens van een heel vrouwelijke jongen. Aan heteroseksualiteit zit een kant: dat zijn de regels van de slavernij, het was bloedig serieus. En vrouwen vonden dat heel erg bedreigend. We waren ook allemaal lid van de homoseksuele vereniging het COC, als lesbiennes, we wilden feminisme en lesbo zijn combineren. Maar het COC zei: er moeten mannen bij! Zelfs in een homoseksuele vereniging. Ben je wel eens bang voor je eigen radicalisme geweest? Er waren wel mensen in mijn omgeving die zeiden: wat ben je radicaal geworden? Op een gegeven moment ben je zozeer de gevangene van je eigen gelijk, dat je wel MOET doorgaan? want er zijn steeds minder die je zienswijze delen? en je moet dus steeds harder de weinigen die het nog met je eens zijn overtuigen van je gelijk?. Een achteraf zeer gevaarlijke ontwikkeling, zoals die ook in de RAF zal hebben gespeeld?. Totdat het inzicht komt dat het leven complexer is en veelzijdiger en mooier dan het radicalisme. Radicalisme is het verlangen om dingen te versimpelen en kan leiden tot geweld? SAMENVATTING DERDE UUR Over naar de 'de bedrieglijke eenvoud' Vasalis. Waarom riep haar poëzie zoveel agressie op? Meijer: dat had ongetwijfeld te maken met de verkoopcijfers. De reflex was: dat verkoopt zo goed dat kan haast niet goed wezen. Vooral als een vrouw dat doet. Dat heeft een lange geschiedenis. Als AFT van der Heijden over het verlies van zijn zoon schrijft vindt iedereen het prachtig, als een vrouw dat doet kan ze het wel schudden, dan wordt het kitsch genoemd. Waarom is dat, vraagt Wim. Als een man het opschrijft is het geen cultureel cliché: mannen zijn dapper, en als ze dat eens niet doen vinden we het mooi. Als een vrouw zo?n verlies beschrijft beantwoordt het aan een verwachting. Het is niet cool om teveel over emoties te schrijven. Van Anna Enquist, Esther Jansma, Vasalis wordt het niet gepikt. Maar zo is het altijd: Als mannen kinderen opvoeden is het al snel prachtig. Terwijl als vrouwen kinderen opvoeden kijkt niemand op, en sterker: dan doen ze het nooit goed genoeg Over de Vasalis-biografie gaat het vanaf ongeveer 22:20: Ze was zo gesloten en gesteld op haar privacy, heeft Maaike Meijer wel eens getwijfeld ..? Wat zou ze haar gevraagd willen hebben? Meijer: Mijn interpretatie van het gedicht UITTOCHT zou ik haar willen voorleggen. Ik heb zelf een verklaring gegeven voor haar stoppen met publiceren van Vasalis na de drie beroemde bundels. Ze heeft in 1954 enkele gedichten geschreven die zo verpletterend zijn. 'En zo eigenlijk alles beschrijven '.. HERFST en UITTOCHT'.. in die gedichten wordt een soort leegte bereikt' het beschrijft een soort nieuwheid waarna verder eigenlijk niets meer te gebeuren'. Laatste regel 'kom ! Lopende op blote voeten'
Maaike Meijer (1949) is hoogleraar genderstudies aan de universiteit van Maastricht en de biografe van Vasalis. In de jaren ’70 stortte Meijer zich enthousiast in het opkomende feminisme en richtte met anderen de actiegroep Paarse September op. Door hun credo dat ‘penisnijd een parel in de seksenstrijd’ is en dat je als vrouw beter niet met je onderdrukker naar bed gaat, bepaalde de actiegroep het anti mannen imago van de feministische beweging. Later schreef zij als publicist onder andere over het werk van moderne Nederlandse dichteressen, die zij haar ‘beminden’ noemt. Haar publicaties hebben regelmatig tot discussies geleid en hebben het genderperspectief in Nederland gedefinieerd. in 2011 selecteerde ze de 100 beste gedichten voor de VSB Poëzieprijs. En ook verscheen haar biografie van M. Vasalis, waarin ze het tot voorheen erg besloten bestaan van de populaire dichteres ontsloot. Zij sprak met Wim Brands. ------------------------------------- Samenvattingen Wim Brands en Maaike Meijer bevinden zich in de studio te Maastricht: Wim Brands wil vanavond elk uur een motto geven. Het eerste motto is de opening van Vasalis' gedicht ANGST uit de bundel Parken en Woestijnen. Het tweede uur het gedicht AAN EEN BOOM IN HET VONDELPARK. SAMENVATTING EERSTE UUR En direct ging het de diepte in: Angst als essentiele ervaring Over angst is weinig gedicht, constateert Meijer, je bent te blij als je er vanaf bent, het is daarom niet een echt dichterlijk onderwerp. Het meest bang ben ik geweest omdat ik een stotteraar ben, of liever zou ik zeggen was. Een verschrikkelijke spreekangst heb ik gehad, voor een spreekbeurt op school kon ze een nacht lang wakker liggen. Ik ben begonnen met stotteren toen ik een jaar of 11, 12 was. Op de middelbare school werd het steeds erger, op het mondeling examen werd ze speciaal als laatste ingedeeld want men realiseerde zich dat dat wel even kon gaan duren. Over het ontstaan van stotteren tast ze in het duister. Maar als je eenmaal stottert wordt het van lieverlede erger. Haar vader overleed op haar elfde?? , in 1959, een mokerslag die er zeker mee te maken zal hebben. ? Ik had een enorme band met mijn vader, hij was onderwijzer?. Het ging mis in het Binnenziekenhuis in Eindhoven, in feite een onnodig overlijden. Het was een ramp voor het grote gezin, zo?n levenslustige mooie man, een goed huwelijk, ze waren gelukkig? Het is in augustus gebeurd. Ik zat in de 6e klas van de lagere school. In eerste instantie drong het niet tot haar door?. En nog steeds: Ze kan dingen heel goed verdringen?. Maaike was alleen met haar verdriet? Ze had een gedicht geschreven voor haar vader, op haar dertiende, ze gaf haar moeder dat gedicht, het ging over een grote zwarte vlinder die haar zou komen halen om naar mijn vader te gaan? Haar moeder barstte in huilen uit, maar ze troostte dochter Maaike niet, het verdriet van de moeder was te groot om het te delen met haar kinderen?.. Ze had twee levens? Ze heeft veel stotteraars ontmoet: en denkt dat iedere stotteraar zijn eigen verhaal heeft. Ze ging Nederlands studeren en rond haar 25ste kwam ze, ondanks het stotteren, voor de klas te staan?. Haar strategie was: recht er tegen in. Een sprekend beroep, dan heb ik geen tijd om erover te tobben?. Als je je laat regeren door de angst dan kom je er niet vanaf. Immers: Het alternatief zou zijn: sprakeloosheid? Schrijven is zoiets anders dan spreken. Misschien ga je beter schrijven omdat je heel veel synoniemen kent, je beweeglijkheid in de taal wordt ten gevolge van stotteren heel groot?. En dus: ik omarm mijn lot!, en vaak zitten haar hele bright sites aan?. Haar studietijd eind jaren zestig was de tijd van de opstandigheid aan de universiteit. Eigenlijk moest je huizen gaan kraken en revolutie maken, werken was eigenlijk niets? Een taal is net een lichaam, schrijven heeft iets heel erotisch?. Wijze les aan haar studenten: houdt van je tekst! Jouw tekst is onvervangbaar, Niet de vijfde maar de zesde druk van het boek, ongeveer 20.000 exemplaren. Maaike Meijer trof interviewer Wim Brands met de uitspraak: ?Luister, je moet niet bang zijn, je moet vrij zijn?. ? Angst staat namelijk je intuïtie in de weg. Geloof je in de kracht van intuïtie ? Vraagt Brands: ?Nou niet voor iedereen, maar wel voor mij? Maaike Meijer komt op de filosofie van Carl Jung: Je hebt denkers en voelers. En zo heb je ook mensen die goeie waarnemers zijn en mensen die het moeten hebben van de intuïtie. Hoe slaan mensen zich door het leven? De ene mens verschilt totaal van de ander? Hoe bepaal je je essentiële keuzes in het leven: Moet ik dit land aankopen, wordt dit mijn geliefde, moet ik hier gaan wonen? En zo woont ze onder de rook van Maastricht in een karaktervol huis, met land eromheen, contact met het vee, de aarde, aan het water van het Albertkanaal? contact met het boerenleven, het echte leven.. Is dat niet een beetje een cliché? Jawel, maar dat staat niet in de weg dat ik het echt wel zo voel! Haar moeder was een boerendochter, ze kwam uit Bergeijk, en daar was het verrukkelijk. Toen ze trouwde met haar vader werd ze ontslagen op de school waarop ze werkte?. Ze geloofde in de idealen van het onderwijs. Het waren idealistische mensen?toen mijn vader was gestorven name ze weer een baan in het onderwijs?. Andreas Burnier vond Maaike Meijer een zeer intrigerende persoon: ?Meijer,? zei Burnier ooit: ?jij bent de meest opmerkelijke combinatie van introvert en extrovert die ik ken?.? Gelukkig ben je vanavond zeker ook Extrovert, meent Wim?. Maar ook stilte is van groot belang, ze gaat speciaal naar een huisje in een bos, en kijkt dan uren in het bos, en doet niets? Als de ziele luistert, van Gezelle, die regel? daar gaat het om? ?. De tijd als duur?. Mooie mijmeringen, zoals die zeldzaam zijn op radio 1, maar wel worden uitgesproken in het Marathoninterview? SAMENVATTING TWEEDE UUR Dertig jaar heeft Maaike Meijer gewoond in Amsterdam en de liefde voor de stad is groot. Het brengt Maaike Meijer tot het filosoferen over planologische oplossingen voor de enorme stroom van toeristen in het centrum. Het heeft een ziel dat stuk Amsterdam?. En natuurlijk moeten toeristen daarvan mee kunnen genieten , maar misschien toch liever niet teveel. Het leven dat bij een stad hoort dreigt dan te moeten wijken?. Venetie is al aan dat omslagpunt voorbij. Je moet niet klagen maar aan een oplossing denken. Toeristen moet je op een andere plek laten landen dan in het centrum . In de Pijp zijn bijvoorbeeld?. ook mooie plekken. Je moet zorgen dat je het kapitalisme niet zijn gang laat gaan?. Hoe moet je de duurzaamheid behouden?. De wereldwijde tendens is urbanisatie, en dus moeten we nadenken over nieuwe vormen van urbanisatie en daar kan ik uren lang over liggen nadenken. Wijze lessen van Maaike Meijer: Ben je een constructieve persoonlijkheid?. Ja je moet altijd denken: we kunnen de wereld herscheppen? Mee bewegen met de krachten die er zijn.. net als zeilen?. Hoe is de wind? daar moet je mee bewegen en gebruik van maken? Wim Brands probeert de angst van het eerste uur te koppelen aan een van de gespreksonderwerpen in het tweede uur: de Radicale veranderingsdrift bij De Paarse September. Die houding , Dat recht er tegen in, speelde waarschijnlijk ook op bij het oprichten van De Paarse September, lesbisch feministische beweging vernoemd naar de Palestijnse terroristische organisatie De zwarte September. Wat terrorisme is weten we nu beter dan toen, zegt Maaike Meijer? Links Nederland praatte soms terroristische acties goed?. Mao, de massamoordenaar, werd ook ontzettend vereerd, ja? ook door mij. Dat radicalisme van die jaren was zeker ook constructief: we waren een lesbische actiegroep, geboren in een veel grotere feministische beweging?. Wij vonden ons in die groepen een wormvormig aanhangsel want het ging niet over de man-vrouw verhoudingen?. We vonden de andere feministische groepen te zoetsappig en te gematigd?. Het belangrijke van die groepen was dat de vrouwen zich altijd bekeken voelden door de ogen van mannen?. Du moment dat er een man binnen kwam was de onderlinge solidariteit tussen vrouwen weg?. Het was een collectief minderwaardigheidscomplex? Ik woonde net in Amsterdam, ik was 19, ik wist al vanaf mijn elfde dat ik lesbisch was? toen ik een kaboutertje was was ik verliefd op de leidster, een verzengende liefde was dat . Later was ik enorm gecharmeerd van meisjes, ook wel eens van een heel vrouwelijke jongen. Aan heteroseksualiteit zit een kant: dat zijn de regels van de slavernij, het was bloedig serieus. En vrouwen vonden dat heel erg bedreigend. We waren ook allemaal lid van de homoseksuele vereniging het COC, als lesbiennes, we wilden feminisme en lesbo zijn combineren. Maar het COC zei: er moeten mannen bij! Zelfs in een homoseksuele vereniging. Ben je wel eens bang voor je eigen radicalisme geweest? Er waren wel mensen in mijn omgeving die zeiden: wat ben je radicaal geworden? Op een gegeven moment ben je zozeer de gevangene van je eigen gelijk, dat je wel MOET doorgaan? want er zijn steeds minder die je zienswijze delen? en je moet dus steeds harder de weinigen die het nog met je eens zijn overtuigen van je gelijk?. Een achteraf zeer gevaarlijke ontwikkeling, zoals die ook in de RAF zal hebben gespeeld?. Totdat het inzicht komt dat het leven complexer is en veelzijdiger en mooier dan het radicalisme. Radicalisme is het verlangen om dingen te versimpelen en kan leiden tot geweld? SAMENVATTING DERDE UUR Over naar de 'de bedrieglijke eenvoud' Vasalis. Waarom riep haar poëzie zoveel agressie op? Meijer: dat had ongetwijfeld te maken met de verkoopcijfers. De reflex was: dat verkoopt zo goed dat kan haast niet goed wezen. Vooral als een vrouw dat doet. Dat heeft een lange geschiedenis. Als AFT van der Heijden over het verlies van zijn zoon schrijft vindt iedereen het prachtig, als een vrouw dat doet kan ze het wel schudden, dan wordt het kitsch genoemd. Waarom is dat, vraagt Wim. Als een man het opschrijft is het geen cultureel cliché: mannen zijn dapper, en als ze dat eens niet doen vinden we het mooi. Als een vrouw zo?n verlies beschrijft beantwoordt het aan een verwachting. Het is niet cool om teveel over emoties te schrijven. Van Anna Enquist, Esther Jansma, Vasalis wordt het niet gepikt. Maar zo is het altijd: Als mannen kinderen opvoeden is het al snel prachtig. Terwijl als vrouwen kinderen opvoeden kijkt niemand op, en sterker: dan doen ze het nooit goed genoeg Over de Vasalis-biografie gaat het vanaf ongeveer 22:20: Ze was zo gesloten en gesteld op haar privacy, heeft Maaike Meijer wel eens getwijfeld ..? Wat zou ze haar gevraagd willen hebben? Meijer: Mijn interpretatie van het gedicht UITTOCHT zou ik haar willen voorleggen. Ik heb zelf een verklaring gegeven voor haar stoppen met publiceren van Vasalis na de drie beroemde bundels. Ze heeft in 1954 enkele gedichten geschreven die zo verpletterend zijn. 'En zo eigenlijk alles beschrijven '.. HERFST en UITTOCHT'.. in die gedichten wordt een soort leegte bereikt' het beschrijft een soort nieuwheid waarna verder eigenlijk niets meer te gebeuren'. Laatste regel 'kom ! Lopende op blote voeten'
Maaike Meijer (1949) is hoogleraar genderstudies aan de universiteit van Maastricht en de biografe van Vasalis. In de jaren ’70 stortte Meijer zich enthousiast in het opkomende feminisme en richtte met anderen de actiegroep Paarse September op. Door hun credo dat ‘penisnijd een parel in de seksenstrijd’ is en dat je als vrouw beter niet met je onderdrukker naar bed gaat, bepaalde de actiegroep het anti mannen imago van de feministische beweging. Later schreef zij als publicist onder andere over het werk van moderne Nederlandse dichteressen, die zij haar ‘beminden’ noemt. Haar publicaties hebben regelmatig tot discussies geleid en hebben het genderperspectief in Nederland gedefinieerd. in 2011 selecteerde ze de 100 beste gedichten voor de VSB Poëzieprijs. En ook verscheen haar biografie van M. Vasalis, waarin ze het tot voorheen erg besloten bestaan van de populaire dichteres ontsloot. Zij sprak met Wim Brands. ------------------------------------- Samenvattingen Wim Brands en Maaike Meijer bevinden zich in de studio te Maastricht: Wim Brands wil vanavond elk uur een motto geven. Het eerste motto is de opening van Vasalis' gedicht ANGST uit de bundel Parken en Woestijnen. Het tweede uur het gedicht AAN EEN BOOM IN HET VONDELPARK. SAMENVATTING EERSTE UUR En direct ging het de diepte in: Angst als essentiele ervaring Over angst is weinig gedicht, constateert Meijer, je bent te blij als je er vanaf bent, het is daarom niet een echt dichterlijk onderwerp. Het meest bang ben ik geweest omdat ik een stotteraar ben, of liever zou ik zeggen was. Een verschrikkelijke spreekangst heb ik gehad, voor een spreekbeurt op school kon ze een nacht lang wakker liggen. Ik ben begonnen met stotteren toen ik een jaar of 11, 12 was. Op de middelbare school werd het steeds erger, op het mondeling examen werd ze speciaal als laatste ingedeeld want men realiseerde zich dat dat wel even kon gaan duren. Over het ontstaan van stotteren tast ze in het duister. Maar als je eenmaal stottert wordt het van lieverlede erger. Haar vader overleed op haar elfde?? , in 1959, een mokerslag die er zeker mee te maken zal hebben. ? Ik had een enorme band met mijn vader, hij was onderwijzer?. Het ging mis in het Binnenziekenhuis in Eindhoven, in feite een onnodig overlijden. Het was een ramp voor het grote gezin, zo?n levenslustige mooie man, een goed huwelijk, ze waren gelukkig? Het is in augustus gebeurd. Ik zat in de 6e klas van de lagere school. In eerste instantie drong het niet tot haar door?. En nog steeds: Ze kan dingen heel goed verdringen?. Maaike was alleen met haar verdriet? Ze had een gedicht geschreven voor haar vader, op haar dertiende, ze gaf haar moeder dat gedicht, het ging over een grote zwarte vlinder die haar zou komen halen om naar mijn vader te gaan? Haar moeder barstte in huilen uit, maar ze troostte dochter Maaike niet, het verdriet van de moeder was te groot om het te delen met haar kinderen?.. Ze had twee levens? Ze heeft veel stotteraars ontmoet: en denkt dat iedere stotteraar zijn eigen verhaal heeft. Ze ging Nederlands studeren en rond haar 25ste kwam ze, ondanks het stotteren, voor de klas te staan?. Haar strategie was: recht er tegen in. Een sprekend beroep, dan heb ik geen tijd om erover te tobben?. Als je je laat regeren door de angst dan kom je er niet vanaf. Immers: Het alternatief zou zijn: sprakeloosheid? Schrijven is zoiets anders dan spreken. Misschien ga je beter schrijven omdat je heel veel synoniemen kent, je beweeglijkheid in de taal wordt ten gevolge van stotteren heel groot?. En dus: ik omarm mijn lot!, en vaak zitten haar hele bright sites aan?. Haar studietijd eind jaren zestig was de tijd van de opstandigheid aan de universiteit. Eigenlijk moest je huizen gaan kraken en revolutie maken, werken was eigenlijk niets? Een taal is net een lichaam, schrijven heeft iets heel erotisch?. Wijze les aan haar studenten: houdt van je tekst! Jouw tekst is onvervangbaar, Niet de vijfde maar de zesde druk van het boek, ongeveer 20.000 exemplaren. Maaike Meijer trof interviewer Wim Brands met de uitspraak: ?Luister, je moet niet bang zijn, je moet vrij zijn?. ? Angst staat namelijk je intuïtie in de weg. Geloof je in de kracht van intuïtie ? Vraagt Brands: ?Nou niet voor iedereen, maar wel voor mij? Maaike Meijer komt op de filosofie van Carl Jung: Je hebt denkers en voelers. En zo heb je ook mensen die goeie waarnemers zijn en mensen die het moeten hebben van de intuïtie. Hoe slaan mensen zich door het leven? De ene mens verschilt totaal van de ander? Hoe bepaal je je essentiële keuzes in het leven: Moet ik dit land aankopen, wordt dit mijn geliefde, moet ik hier gaan wonen? En zo woont ze onder de rook van Maastricht in een karaktervol huis, met land eromheen, contact met het vee, de aarde, aan het water van het Albertkanaal? contact met het boerenleven, het echte leven.. Is dat niet een beetje een cliché? Jawel, maar dat staat niet in de weg dat ik het echt wel zo voel! Haar moeder was een boerendochter, ze kwam uit Bergeijk, en daar was het verrukkelijk. Toen ze trouwde met haar vader werd ze ontslagen op de school waarop ze werkte?. Ze geloofde in de idealen van het onderwijs. Het waren idealistische mensen?toen mijn vader was gestorven name ze weer een baan in het onderwijs?. Andreas Burnier vond Maaike Meijer een zeer intrigerende persoon: ?Meijer,? zei Burnier ooit: ?jij bent de meest opmerkelijke combinatie van introvert en extrovert die ik ken?.? Gelukkig ben je vanavond zeker ook Extrovert, meent Wim?. Maar ook stilte is van groot belang, ze gaat speciaal naar een huisje in een bos, en kijkt dan uren in het bos, en doet niets? Als de ziele luistert, van Gezelle, die regel? daar gaat het om? ?. De tijd als duur?. Mooie mijmeringen, zoals die zeldzaam zijn op radio 1, maar wel worden uitgesproken in het Marathoninterview? SAMENVATTING TWEEDE UUR Dertig jaar heeft Maaike Meijer gewoond in Amsterdam en de liefde voor de stad is groot. Het brengt Maaike Meijer tot het filosoferen over planologische oplossingen voor de enorme stroom van toeristen in het centrum. Het heeft een ziel dat stuk Amsterdam?. En natuurlijk moeten toeristen daarvan mee kunnen genieten , maar misschien toch liever niet teveel. Het leven dat bij een stad hoort dreigt dan te moeten wijken?. Venetie is al aan dat omslagpunt voorbij. Je moet niet klagen maar aan een oplossing denken. Toeristen moet je op een andere plek laten landen dan in het centrum . In de Pijp zijn bijvoorbeeld?. ook mooie plekken. Je moet zorgen dat je het kapitalisme niet zijn gang laat gaan?. Hoe moet je de duurzaamheid behouden?. De wereldwijde tendens is urbanisatie, en dus moeten we nadenken over nieuwe vormen van urbanisatie en daar kan ik uren lang over liggen nadenken. Wijze lessen van Maaike Meijer: Ben je een constructieve persoonlijkheid?. Ja je moet altijd denken: we kunnen de wereld herscheppen? Mee bewegen met de krachten die er zijn.. net als zeilen?. Hoe is de wind? daar moet je mee bewegen en gebruik van maken? Wim Brands probeert de angst van het eerste uur te koppelen aan een van de gespreksonderwerpen in het tweede uur: de Radicale veranderingsdrift bij De Paarse September. Die houding , Dat recht er tegen in, speelde waarschijnlijk ook op bij het oprichten van De Paarse September, lesbisch feministische beweging vernoemd naar de Palestijnse terroristische organisatie De zwarte September. Wat terrorisme is weten we nu beter dan toen, zegt Maaike Meijer? Links Nederland praatte soms terroristische acties goed?. Mao, de massamoordenaar, werd ook ontzettend vereerd, ja? ook door mij. Dat radicalisme van die jaren was zeker ook constructief: we waren een lesbische actiegroep, geboren in een veel grotere feministische beweging?. Wij vonden ons in die groepen een wormvormig aanhangsel want het ging niet over de man-vrouw verhoudingen?. We vonden de andere feministische groepen te zoetsappig en te gematigd?. Het belangrijke van die groepen was dat de vrouwen zich altijd bekeken voelden door de ogen van mannen?. Du moment dat er een man binnen kwam was de onderlinge solidariteit tussen vrouwen weg?. Het was een collectief minderwaardigheidscomplex? Ik woonde net in Amsterdam, ik was 19, ik wist al vanaf mijn elfde dat ik lesbisch was? toen ik een kaboutertje was was ik verliefd op de leidster, een verzengende liefde was dat . Later was ik enorm gecharmeerd van meisjes, ook wel eens van een heel vrouwelijke jongen. Aan heteroseksualiteit zit een kant: dat zijn de regels van de slavernij, het was bloedig serieus. En vrouwen vonden dat heel erg bedreigend. We waren ook allemaal lid van de homoseksuele vereniging het COC, als lesbiennes, we wilden feminisme en lesbo zijn combineren. Maar het COC zei: er moeten mannen bij! Zelfs in een homoseksuele vereniging. Ben je wel eens bang voor je eigen radicalisme geweest? Er waren wel mensen in mijn omgeving die zeiden: wat ben je radicaal geworden? Op een gegeven moment ben je zozeer de gevangene van je eigen gelijk, dat je wel MOET doorgaan? want er zijn steeds minder die je zienswijze delen? en je moet dus steeds harder de weinigen die het nog met je eens zijn overtuigen van je gelijk?. Een achteraf zeer gevaarlijke ontwikkeling, zoals die ook in de RAF zal hebben gespeeld?. Totdat het inzicht komt dat het leven complexer is en veelzijdiger en mooier dan het radicalisme. Radicalisme is het verlangen om dingen te versimpelen en kan leiden tot geweld? SAMENVATTING DERDE UUR Over naar de 'de bedrieglijke eenvoud' Vasalis. Waarom riep haar poëzie zoveel agressie op? Meijer: dat had ongetwijfeld te maken met de verkoopcijfers. De reflex was: dat verkoopt zo goed dat kan haast niet goed wezen. Vooral als een vrouw dat doet. Dat heeft een lange geschiedenis. Als AFT van der Heijden over het verlies van zijn zoon schrijft vindt iedereen het prachtig, als een vrouw dat doet kan ze het wel schudden, dan wordt het kitsch genoemd. Waarom is dat, vraagt Wim. Als een man het opschrijft is het geen cultureel cliché: mannen zijn dapper, en als ze dat eens niet doen vinden we het mooi. Als een vrouw zo?n verlies beschrijft beantwoordt het aan een verwachting. Het is niet cool om teveel over emoties te schrijven. Van Anna Enquist, Esther Jansma, Vasalis wordt het niet gepikt. Maar zo is het altijd: Als mannen kinderen opvoeden is het al snel prachtig. Terwijl als vrouwen kinderen opvoeden kijkt niemand op, en sterker: dan doen ze het nooit goed genoeg Over de Vasalis-biografie gaat het vanaf ongeveer 22:20: Ze was zo gesloten en gesteld op haar privacy, heeft Maaike Meijer wel eens getwijfeld ..? Wat zou ze haar gevraagd willen hebben? Meijer: Mijn interpretatie van het gedicht UITTOCHT zou ik haar willen voorleggen. Ik heb zelf een verklaring gegeven voor haar stoppen met publiceren van Vasalis na de drie beroemde bundels. Ze heeft in 1954 enkele gedichten geschreven die zo verpletterend zijn. 'En zo eigenlijk alles beschrijven '.. HERFST en UITTOCHT'.. in die gedichten wordt een soort leegte bereikt' het beschrijft een soort nieuwheid waarna verder eigenlijk niets meer te gebeuren'. Laatste regel 'kom ! Lopende op blote voeten'
Maaike Meijer (1949) is hoogleraar genderstudies aan de universiteit van Maastricht en de biografe van Vasalis. In de jaren '70 stortte Meijer zich enthousiast in het opkomende feminisme en richtte met anderen de actiegroep Paarse September op. Zij sprak met Wim Brands.
In Brands met Boeken aandacht voor de biografie van de in oktober overleden Apple-topman Steve Jobs (1955-2011), geschreven door Walter Isaacson. Wim Brands bespreekt de biografie met merkspecialist Roland van der Vorst en Dingeman Kuilman, voorzitter van de ArtEZ hogeschool voor de kunsten. De biografie, die gebaseerd is op meer dan veertig gesprekken die in [...]
Brands met Boeken staat stil bij het overlijden van schrijfster Hella S. Haasse (1918-2011). Wim Brands praat o.a. met schrijver Daan Heerma van Voss die haar laatste interview afnam. In een stoel aan het raam wilde Hella S. Haasse nog één keer zeggen wat ze te zeggen had. Over Indonesië, het Nederland van nu, het [...]
In Brands met Boeken een gesprek met de Belgische schrijfster Ann De Craemer. Wim Brands spreekt met haar over haar fictiedebuut Vurige tong. In dit boek weekt de aanblik van het dode lichaam van haar ‘Tante Nonne' bij de vrouwelijke ik-persoon een woede los die ze nooit eerder voelde. Het dwingt haar te [...]
Brands met Boeken komt vandaag rechtstreeks vanuit het 42e Poetry International Festival in Rotterdam uitgezonden. Wim Brands spreekt daar met beeldend kunstenaar, schrijver en dichter Armando. Armando (1929) publiceert sinds 1954 poëzie. In 1999 verscheen zijn Verzamelde gedichten in een imposante bundel. Het leek alsof Armando hiermee zijn carrière als dichter [...]
In Boeken met Brands is cineast en schrijver Peter Delpeut te gast. Wim Brands spreekt met hem naar aanleiding van zijn net verschenen boek ‘Pleidooi voor het treuzelen'. In dit boek staat kijken centraal. Delpeut schrijft over de verbazing over het feit dat er altijd meer is dan wat je ziet. In bioscopen en musea [...]
In Rotterdam vindt van 14 tot en met 19 juni de 42e editie van het Poetry International Festival plaats. In het kader van dit festival spreekt Wim Brands in de Poetry-special van Boeken met zeven dichters. Esther Jansma schreef een essaybundel over poezie en vertelt daarover. In deze bundel besteedt ze onder meer aandacht aan [...]
Het derde en laatste uur van het Marathoninterview. Wim Brands in gesprek met schrijver A.L. Snijders.
Het tweede uur van het Marathoninterview. Wim Brands in gesprek met schrijver A.L. Snijders.
Brands met Boeken wordt deze week een Marathoninterview. Wim Brands praat drie lang met A.L. Snijders, schrijver en uitvinder van het Zeer Korte Verhaal, het ZKV. Begin november won A.L. Snijders (1937) de Constantijn Huygensprijs voor zijn gehele oeuvre. Snijders, pseudoniem voor Peter Müller, woont in Klein Dochteren in de Achterhoek. Wim Brands praat [...]
Peter Muller aka A.L.Snijders, schrijver van Zeer Korte Verhalen wordt drie uur Lang geïnterviewd door Wim Brands. Hij kreeg in november 2010 de Constantijn Huygensprijs voor zijn gehele oeuvre. De ‘permanente fascinatie' waarmee hij alledaagse onderwerpen beschrijft en die van zijn alledaagsheid ontdoet maakt dat de schrijver de prijs verdient, aldus de jury. Brands vraagt hem naar zijn Hoe, Waarom, Wanneer en Meer.
In zijn woonplaats Amsterdam is zaterdag jl. Harry Mulisch overleden. De schrijver werd 83 jaar. De uitzending van Boeken op zondag 31 oktober is geheel gewijd aan het werk en leven van Harry Mulisch (1927-2010). Wim Brands praat met schrijver Adriaan van Dis, die met Mulisch bevriend was, en met Marita Mathijsen, emeritus hoogleraar Moderne Nederlandse [...]
De eerste aflevering van Brands met Boeken, een nieuw boekenprogramma op Radio 1, waarin Wim Brands spreekt met schrijver Jan Siebelink n.a.v. zijn nieuwe roman Het lichaam van Clara. Een verhaal over een tragische vrouw die herinneringen oproept aan Eline Vere en Madame Bovary. Clara Hofstede is enig kind en probeert haar ouders bij elkaar [...]
In 2010 werd het dertigjarig jubileum van de klassieke roman ‘Opwaaiende zomerjurken’ gevierd. Dat was zijn debuut. Daarna verschenen romans als ‘Cirkel in het gras’, ‘Hokwerda’s kind’ en ‘Mevrouw Len’. En nu werkt hij aan een nieuw boek, dat in het najaar zal verschijnen. Lees meer over het gesprek van Wim Brands met de schrijver Oek de Jong. ------------------------------------------ Samenvatting Marathoninterview met Oek de Jong UUR 1 Eerst het zondaggevoel van de schrijver. Hij beschrijft de zomerzondagen die hij veelal buiten doorbrengt, bijvoorbeeld bij het buitenhuisje in Muiderberg met zijn geliefde Sjan. Paradijselijke dagen waar juist bij het nietsdoen de diepste peilingen komen. Andere zondagen dan in zijn jeugd, waar hij als zoon van de ARP politicus de Jong uren doorbracht in de kerk, waar de kleine Oek met zijn kleurboeken zat. Is er sprake van een calvinistisch trauma, wil Wim Brands weten ? nou nee, maar toch, er zit toch wel een diep genetisch calvinisme in het Friese geslacht waar hij zelf ook niet vrij van is. Waar bijvoorbeeld het verhaal is dat zijn overgrootvader zijn zoon niet meer wilde zien toen die op de elektrische cirkelzaag was overgestapt. Niet echt een geslacht dat op vooruitgang, verandering uit was. De schrijver noemt zichzelf een appel die ver van de boom is gevallen, een afvallige zoon die al jong wandelend met een bos pinksterbloemen in zijn armen naar de hemel kijkt en zich afvraagt wat daar nou werkelijk is. Een jongen. Vergelijkbaar met een islamitische jongen van nu die het geloof heeft mee gekregen en toch zijn eigen weg gaat, met alle verscheurdheid erbij. De schrijver is nu 57, op een leeftijd dat hij nu ook naar die afvalligheid kan kijken vanuit het perspectief van zijn ouders. We gaan dan in1979, naar de roman Opwaaiende zomerjurken, zijn eerste roman die hij een oerschreeuw noemt. Alle conflictstof zit daar al in, beschreven in de romanvorm met een hoofdpersoon die meemaakt wat de werkelijke jeugd aan thema?s bracht - Het isolement, dat 40 jaar een groot thema in zijn leven was. Een puber op zoek naar het zichzelf begrijpen, die later zo geïsoleerd raakt dat hij een soort borderliner wordt, die bijna in destructie een eind aan zijn leven veroorzaakt en toch eindigt met Ik wil! Ik wil!. Dat element van gewelddadige destructie zit in al zijn werk, met als hoogtepunt de moord in Hokwerda's kind?. Om uit te leggen wat dat destructieve is, beschrijft hij een dag tijdens het schrijven van Wonderen van de heilbot, een jaar of 5 geleden, hij zat hij nog in de nadagen van een lange depressieve periode. Hij beschrijft een dag op een zeilboot op het IJsselmeer, zwaar weer, en hoe hij zijn been openhaalde als hij door een steiger zakt. Het rauwe daarvan beleeft hij als een bevrijding, als een moment dat je ervaart dat je juist lééft. De diepe wortels van zijn donkere periode, die wel tien jaar heeft geduurd, die wortels liggen toch wel in zijn jeugd, zelfs in de generaties daarvoor. Een bevrijdend moment in die lange depressie was het werken in een tuinderij, waar hij werkte met zwakzinnigen. Het fysieke van een boom uitgraven, het symbolische daarvan ook. Dat was in 1987, hij werkte daar anderhalve dag per week. ´s Avonds had hij dan een helder hoofd. Hij was toen de best verkopende en meest bekende jonge schrijver van Nederland. Dat vonden ze wel opmerkelijk daar in die gemeenschap van zwakzinnigen, dat hij bomen kwam uitgraven. UUR 2 Eerst die nieuwe roman waar hij aan werkt. Dat is begonnen met het vinden van een oude kaart van Goes, waar hij in zijn jeugd woonde. Ik stond naar een vesting te kijken, zei hij, een vesting die ik wel moest veroveren. Een titel voor het boek heeft hij nog niet, en hij wil er nog niet veel over kwijt. Het begint bij een beeld en dan komt het boek. Wim Brands laat een Daklozenkrant uit 1997 zien waarin Oek de Jong een verhaal publiceerde dat uiteindelijk tot de roman Hokwerda's kind uitgroeit. De schrijver beschrijft de inspiratie voor dat verhaal: een verhaal van Raymond Carver, Feathers, waarin Jack en zijn vrouw bij Budd op bezoek gaan, en bespreken wat ze mee zullen nemen, zelfgebakken brood, en dan voor de deur een angstaanjagende schreeuw van een pauw horen. De baby van Budd en zijn vrouw blijkt héél lelijk te zijn en juist die avond wil de vrouw van Jack dat hij haar zwanger maakt. Hoe vanuit de banaliteit van een gesprekje over wat zullen we meenemen vanavond, zelfgebakken brood, via de pauw en de baby er zoiets gebeurt als: ik wil zwanger worden. Het schrijven over gewone mensen en gewone situaties, dat is de inspiratie van Carver. Voor Hokwerda´s kind begint het bij een artikel in het blad Privé over een meisje dat de schrijver vroeger had gekend en die samen met haar vriend een gewelddadige moord had gepleegd op de ouders. Als ik nu terugkijk op die roman, zegt de schrijver, is het een afdaling in het kwaad dat in mensen sluimert en dus ook in mijzelf -daar was ik toen blijkbaar aan toe. Hij voelde zich verbonden met iemand die in zo?n parket terecht komt, hij herkende haar eenzaamheid. Je bent bezig met dicht bij de waarheid te komen, door de conventies heen, dat is mijn grootste passie in het schrijven, zegt hij. Zo begon hij ooit met schrijven, dat is het nog steeds. Waarheidszoeking, is dat toch niet weer heel calvinistisch, vraagt Brands. Nee, nee, juist niet! Het calvinisme is een grote leugen, daarom werd hij juist zo kwaad toen hij 16 was, het waren juist de formules en de leugens die beknelden. Want alles draait in een mensenleven om de vitaliteit, om authenticiteit. Hoe schrijft hij? Hij begon als jongeman van 22 jaar die achter een blanco papier ging zitten en niet met zijn vriendin naar het strand ging en dan was 's avonds het papier nog steeds blanco. Inmiddels kent hij ook het gemak van schrijven. Vooral op de kleine papiertjes die naast het feitelijke verhaal volgekrabbeld worden met vrije gedachten en beelden. Schrik je soms niet van wat je zelf schrijft, is de vraag? Ja, je moet ook soms de deksel afhalen waar je 'm soms liever laat zitten. Dan moet je weer maanden afkicken van je eigen personages. Voor UUR 3 staat op het menu: De mystiek in Geit en Inktvis. Deze mooie novellen werden slecht ontvangen. De mensen vonden het te vaag. Te spiritueel. De heren halen filosoof Peter Sloterdijk erbij om de tijdgeest te tackelen. En Oek stelt vast dat hij niet met de gevestigde coterie aanpapte, en daarvoor gestraft werd. In de tussentijd is er meer vrijheid ontstaan en zouden de novellen, met eventuele aangevulling, opnieuw uitgebracht kunnen worden zonder woedende aanvallen der recensenten...... Dan over naar het dagboek 'De wonderen van de heilbot' van Oek de Jong. Waarom houdt hij zo van vissen? In de heilbot doet hij verslag van zijn worstelen met het leven. Met als conclusie dat 'opgeven' het sleutelwoord is. Een half uur voor het eind stelt Brands de vraag naar Oek's inspiratiebronnen uit de literatuur: Proust. Natuurlijk alle romanschrijvers vanaf Tolstoi, maar Proust is na herlezing een mijlpaal in de geschiedenis van de roman. De Jong vindt de roman een uniek instrument voor de schrijver: meer dan journalistiek of film biedt de roman diepgang. Hij gaat een essay te schrijven over de evolutie van de roman. Om daardoor te ontdekken hoe hij iets nieuws toe kan voegen aan de roman als kunstwerk. Iets waarmee de functie van de roman in de 21ste eeuw zal beklijven. Na deze taakstelling is de depressiviteit ook bezworen. De postieve werking op zijn humeur van spitwerk op een stuk land in Frankrijk is daar ook debet aan. En zo te horen ook dit gespr
In 2010 werd het dertigjarig jubileum van de klassieke roman ‘Opwaaiende zomerjurken’ gevierd. Dat was zijn debuut. Daarna verschenen romans als ‘Cirkel in het gras’, ‘Hokwerda’s kind’ en ‘Mevrouw Len’. En nu werkt hij aan een nieuw boek, dat in het najaar zal verschijnen. Lees meer over het gesprek van Wim Brands met de schrijver Oek de Jong. ------------------------------------------ Samenvatting Marathoninterview met Oek de Jong UUR 1 Eerst het zondaggevoel van de schrijver. Hij beschrijft de zomerzondagen die hij veelal buiten doorbrengt, bijvoorbeeld bij het buitenhuisje in Muiderberg met zijn geliefde Sjan. Paradijselijke dagen waar juist bij het nietsdoen de diepste peilingen komen. Andere zondagen dan in zijn jeugd, waar hij als zoon van de ARP politicus de Jong uren doorbracht in de kerk, waar de kleine Oek met zijn kleurboeken zat. Is er sprake van een calvinistisch trauma, wil Wim Brands weten ? nou nee, maar toch, er zit toch wel een diep genetisch calvinisme in het Friese geslacht waar hij zelf ook niet vrij van is. Waar bijvoorbeeld het verhaal is dat zijn overgrootvader zijn zoon niet meer wilde zien toen die op de elektrische cirkelzaag was overgestapt. Niet echt een geslacht dat op vooruitgang, verandering uit was. De schrijver noemt zichzelf een appel die ver van de boom is gevallen, een afvallige zoon die al jong wandelend met een bos pinksterbloemen in zijn armen naar de hemel kijkt en zich afvraagt wat daar nou werkelijk is. Een jongen. Vergelijkbaar met een islamitische jongen van nu die het geloof heeft mee gekregen en toch zijn eigen weg gaat, met alle verscheurdheid erbij. De schrijver is nu 57, op een leeftijd dat hij nu ook naar die afvalligheid kan kijken vanuit het perspectief van zijn ouders. We gaan dan in1979, naar de roman Opwaaiende zomerjurken, zijn eerste roman die hij een oerschreeuw noemt. Alle conflictstof zit daar al in, beschreven in de romanvorm met een hoofdpersoon die meemaakt wat de werkelijke jeugd aan thema?s bracht - Het isolement, dat 40 jaar een groot thema in zijn leven was. Een puber op zoek naar het zichzelf begrijpen, die later zo geïsoleerd raakt dat hij een soort borderliner wordt, die bijna in destructie een eind aan zijn leven veroorzaakt en toch eindigt met Ik wil! Ik wil!. Dat element van gewelddadige destructie zit in al zijn werk, met als hoogtepunt de moord in Hokwerda's kind?. Om uit te leggen wat dat destructieve is, beschrijft hij een dag tijdens het schrijven van Wonderen van de heilbot, een jaar of 5 geleden, hij zat hij nog in de nadagen van een lange depressieve periode. Hij beschrijft een dag op een zeilboot op het IJsselmeer, zwaar weer, en hoe hij zijn been openhaalde als hij door een steiger zakt. Het rauwe daarvan beleeft hij als een bevrijding, als een moment dat je ervaart dat je juist lééft. De diepe wortels van zijn donkere periode, die wel tien jaar heeft geduurd, die wortels liggen toch wel in zijn jeugd, zelfs in de generaties daarvoor. Een bevrijdend moment in die lange depressie was het werken in een tuinderij, waar hij werkte met zwakzinnigen. Het fysieke van een boom uitgraven, het symbolische daarvan ook. Dat was in 1987, hij werkte daar anderhalve dag per week. ´s Avonds had hij dan een helder hoofd. Hij was toen de best verkopende en meest bekende jonge schrijver van Nederland. Dat vonden ze wel opmerkelijk daar in die gemeenschap van zwakzinnigen, dat hij bomen kwam uitgraven. UUR 2 Eerst die nieuwe roman waar hij aan werkt. Dat is begonnen met het vinden van een oude kaart van Goes, waar hij in zijn jeugd woonde. Ik stond naar een vesting te kijken, zei hij, een vesting die ik wel moest veroveren. Een titel voor het boek heeft hij nog niet, en hij wil er nog niet veel over kwijt. Het begint bij een beeld en dan komt het boek. Wim Brands laat een Daklozenkrant uit 1997 zien waarin Oek de Jong een verhaal publiceerde dat uiteindelijk tot de roman Hokwerda's kind uitgroeit. De schrijver beschrijft de inspiratie voor dat verhaal: een verhaal van Raymond Carver, Feathers, waarin Jack en zijn vrouw bij Budd op bezoek gaan, en bespreken wat ze mee zullen nemen, zelfgebakken brood, en dan voor de deur een angstaanjagende schreeuw van een pauw horen. De baby van Budd en zijn vrouw blijkt héél lelijk te zijn en juist die avond wil de vrouw van Jack dat hij haar zwanger maakt. Hoe vanuit de banaliteit van een gesprekje over wat zullen we meenemen vanavond, zelfgebakken brood, via de pauw en de baby er zoiets gebeurt als: ik wil zwanger worden. Het schrijven over gewone mensen en gewone situaties, dat is de inspiratie van Carver. Voor Hokwerda´s kind begint het bij een artikel in het blad Privé over een meisje dat de schrijver vroeger had gekend en die samen met haar vriend een gewelddadige moord had gepleegd op de ouders. Als ik nu terugkijk op die roman, zegt de schrijver, is het een afdaling in het kwaad dat in mensen sluimert en dus ook in mijzelf -daar was ik toen blijkbaar aan toe. Hij voelde zich verbonden met iemand die in zo?n parket terecht komt, hij herkende haar eenzaamheid. Je bent bezig met dicht bij de waarheid te komen, door de conventies heen, dat is mijn grootste passie in het schrijven, zegt hij. Zo begon hij ooit met schrijven, dat is het nog steeds. Waarheidszoeking, is dat toch niet weer heel calvinistisch, vraagt Brands. Nee, nee, juist niet! Het calvinisme is een grote leugen, daarom werd hij juist zo kwaad toen hij 16 was, het waren juist de formules en de leugens die beknelden. Want alles draait in een mensenleven om de vitaliteit, om authenticiteit. Hoe schrijft hij? Hij begon als jongeman van 22 jaar die achter een blanco papier ging zitten en niet met zijn vriendin naar het strand ging en dan was 's avonds het papier nog steeds blanco. Inmiddels kent hij ook het gemak van schrijven. Vooral op de kleine papiertjes die naast het feitelijke verhaal volgekrabbeld worden met vrije gedachten en beelden. Schrik je soms niet van wat je zelf schrijft, is de vraag? Ja, je moet ook soms de deksel afhalen waar je 'm soms liever laat zitten. Dan moet je weer maanden afkicken van je eigen personages. Voor UUR 3 staat op het menu: De mystiek in Geit en Inktvis. Deze mooie novellen werden slecht ontvangen. De mensen vonden het te vaag. Te spiritueel. De heren halen filosoof Peter Sloterdijk erbij om de tijdgeest te tackelen. En Oek stelt vast dat hij niet met de gevestigde coterie aanpapte, en daarvoor gestraft werd. In de tussentijd is er meer vrijheid ontstaan en zouden de novellen, met eventuele aangevulling, opnieuw uitgebracht kunnen worden zonder woedende aanvallen der recensenten...... Dan over naar het dagboek 'De wonderen van de heilbot' van Oek de Jong. Waarom houdt hij zo van vissen? In de heilbot doet hij verslag van zijn worstelen met het leven. Met als conclusie dat 'opgeven' het sleutelwoord is. Een half uur voor het eind stelt Brands de vraag naar Oek's inspiratiebronnen uit de literatuur: Proust. Natuurlijk alle romanschrijvers vanaf Tolstoi, maar Proust is na herlezing een mijlpaal in de geschiedenis van de roman. De Jong vindt de roman een uniek instrument voor de schrijver: meer dan journalistiek of film biedt de roman diepgang. Hij gaat een essay te schrijven over de evolutie van de roman. Om daardoor te ontdekken hoe hij iets nieuws toe kan voegen aan de roman als kunstwerk. Iets waarmee de functie van de roman in de 21ste eeuw zal beklijven. Na deze taakstelling is de depressiviteit ook bezworen. De postieve werking op zijn humeur van spitwerk op een stuk land in Frankrijk is daar ook debet aan. En zo te horen ook dit gespr
In 2010 werd het dertigjarig jubileum van de klassieke roman ‘Opwaaiende zomerjurken’ gevierd. Dat was zijn debuut. Daarna verschenen romans als ‘Cirkel in het gras’, ‘Hokwerda’s kind’ en ‘Mevrouw Len’. En nu werkt hij aan een nieuw boek, dat in het najaar zal verschijnen. Lees meer over het gesprek van Wim Brands met de schrijver Oek de Jong. ------------------------------------------ Samenvatting Marathoninterview met Oek de Jong UUR 1 Eerst het zondaggevoel van de schrijver. Hij beschrijft de zomerzondagen die hij veelal buiten doorbrengt, bijvoorbeeld bij het buitenhuisje in Muiderberg met zijn geliefde Sjan. Paradijselijke dagen waar juist bij het nietsdoen de diepste peilingen komen. Andere zondagen dan in zijn jeugd, waar hij als zoon van de ARP politicus de Jong uren doorbracht in de kerk, waar de kleine Oek met zijn kleurboeken zat. Is er sprake van een calvinistisch trauma, wil Wim Brands weten ? nou nee, maar toch, er zit toch wel een diep genetisch calvinisme in het Friese geslacht waar hij zelf ook niet vrij van is. Waar bijvoorbeeld het verhaal is dat zijn overgrootvader zijn zoon niet meer wilde zien toen die op de elektrische cirkelzaag was overgestapt. Niet echt een geslacht dat op vooruitgang, verandering uit was. De schrijver noemt zichzelf een appel die ver van de boom is gevallen, een afvallige zoon die al jong wandelend met een bos pinksterbloemen in zijn armen naar de hemel kijkt en zich afvraagt wat daar nou werkelijk is. Een jongen. Vergelijkbaar met een islamitische jongen van nu die het geloof heeft mee gekregen en toch zijn eigen weg gaat, met alle verscheurdheid erbij. De schrijver is nu 57, op een leeftijd dat hij nu ook naar die afvalligheid kan kijken vanuit het perspectief van zijn ouders. We gaan dan in1979, naar de roman Opwaaiende zomerjurken, zijn eerste roman die hij een oerschreeuw noemt. Alle conflictstof zit daar al in, beschreven in de romanvorm met een hoofdpersoon die meemaakt wat de werkelijke jeugd aan thema?s bracht - Het isolement, dat 40 jaar een groot thema in zijn leven was. Een puber op zoek naar het zichzelf begrijpen, die later zo geïsoleerd raakt dat hij een soort borderliner wordt, die bijna in destructie een eind aan zijn leven veroorzaakt en toch eindigt met Ik wil! Ik wil!. Dat element van gewelddadige destructie zit in al zijn werk, met als hoogtepunt de moord in Hokwerda's kind?. Om uit te leggen wat dat destructieve is, beschrijft hij een dag tijdens het schrijven van Wonderen van de heilbot, een jaar of 5 geleden, hij zat hij nog in de nadagen van een lange depressieve periode. Hij beschrijft een dag op een zeilboot op het IJsselmeer, zwaar weer, en hoe hij zijn been openhaalde als hij door een steiger zakt. Het rauwe daarvan beleeft hij als een bevrijding, als een moment dat je ervaart dat je juist lééft. De diepe wortels van zijn donkere periode, die wel tien jaar heeft geduurd, die wortels liggen toch wel in zijn jeugd, zelfs in de generaties daarvoor. Een bevrijdend moment in die lange depressie was het werken in een tuinderij, waar hij werkte met zwakzinnigen. Het fysieke van een boom uitgraven, het symbolische daarvan ook. Dat was in 1987, hij werkte daar anderhalve dag per week. ´s Avonds had hij dan een helder hoofd. Hij was toen de best verkopende en meest bekende jonge schrijver van Nederland. Dat vonden ze wel opmerkelijk daar in die gemeenschap van zwakzinnigen, dat hij bomen kwam uitgraven. UUR 2 Eerst die nieuwe roman waar hij aan werkt. Dat is begonnen met het vinden van een oude kaart van Goes, waar hij in zijn jeugd woonde. Ik stond naar een vesting te kijken, zei hij, een vesting die ik wel moest veroveren. Een titel voor het boek heeft hij nog niet, en hij wil er nog niet veel over kwijt. Het begint bij een beeld en dan komt het boek. Wim Brands laat een Daklozenkrant uit 1997 zien waarin Oek de Jong een verhaal publiceerde dat uiteindelijk tot de roman Hokwerda's kind uitgroeit. De schrijver beschrijft de inspiratie voor dat verhaal: een verhaal van Raymond Carver, Feathers, waarin Jack en zijn vrouw bij Budd op bezoek gaan, en bespreken wat ze mee zullen nemen, zelfgebakken brood, en dan voor de deur een angstaanjagende schreeuw van een pauw horen. De baby van Budd en zijn vrouw blijkt héél lelijk te zijn en juist die avond wil de vrouw van Jack dat hij haar zwanger maakt. Hoe vanuit de banaliteit van een gesprekje over wat zullen we meenemen vanavond, zelfgebakken brood, via de pauw en de baby er zoiets gebeurt als: ik wil zwanger worden. Het schrijven over gewone mensen en gewone situaties, dat is de inspiratie van Carver. Voor Hokwerda´s kind begint het bij een artikel in het blad Privé over een meisje dat de schrijver vroeger had gekend en die samen met haar vriend een gewelddadige moord had gepleegd op de ouders. Als ik nu terugkijk op die roman, zegt de schrijver, is het een afdaling in het kwaad dat in mensen sluimert en dus ook in mijzelf -daar was ik toen blijkbaar aan toe. Hij voelde zich verbonden met iemand die in zo?n parket terecht komt, hij herkende haar eenzaamheid. Je bent bezig met dicht bij de waarheid te komen, door de conventies heen, dat is mijn grootste passie in het schrijven, zegt hij. Zo begon hij ooit met schrijven, dat is het nog steeds. Waarheidszoeking, is dat toch niet weer heel calvinistisch, vraagt Brands. Nee, nee, juist niet! Het calvinisme is een grote leugen, daarom werd hij juist zo kwaad toen hij 16 was, het waren juist de formules en de leugens die beknelden. Want alles draait in een mensenleven om de vitaliteit, om authenticiteit. Hoe schrijft hij? Hij begon als jongeman van 22 jaar die achter een blanco papier ging zitten en niet met zijn vriendin naar het strand ging en dan was 's avonds het papier nog steeds blanco. Inmiddels kent hij ook het gemak van schrijven. Vooral op de kleine papiertjes die naast het feitelijke verhaal volgekrabbeld worden met vrije gedachten en beelden. Schrik je soms niet van wat je zelf schrijft, is de vraag? Ja, je moet ook soms de deksel afhalen waar je 'm soms liever laat zitten. Dan moet je weer maanden afkicken van je eigen personages. Voor UUR 3 staat op het menu: De mystiek in Geit en Inktvis. Deze mooie novellen werden slecht ontvangen. De mensen vonden het te vaag. Te spiritueel. De heren halen filosoof Peter Sloterdijk erbij om de tijdgeest te tackelen. En Oek stelt vast dat hij niet met de gevestigde coterie aanpapte, en daarvoor gestraft werd. In de tussentijd is er meer vrijheid ontstaan en zouden de novellen, met eventuele aangevulling, opnieuw uitgebracht kunnen worden zonder woedende aanvallen der recensenten...... Dan over naar het dagboek 'De wonderen van de heilbot' van Oek de Jong. Waarom houdt hij zo van vissen? In de heilbot doet hij verslag van zijn worstelen met het leven. Met als conclusie dat 'opgeven' het sleutelwoord is. Een half uur voor het eind stelt Brands de vraag naar Oek's inspiratiebronnen uit de literatuur: Proust. Natuurlijk alle romanschrijvers vanaf Tolstoi, maar Proust is na herlezing een mijlpaal in de geschiedenis van de roman. De Jong vindt de roman een uniek instrument voor de schrijver: meer dan journalistiek of film biedt de roman diepgang. Hij gaat een essay te schrijven over de evolutie van de roman. Om daardoor te ontdekken hoe hij iets nieuws toe kan voegen aan de roman als kunstwerk. Iets waarmee de functie van de roman in de 21ste eeuw zal beklijven. Na deze taakstelling is de depressiviteit ook bezworen. De postieve werking op zijn humeur van spitwerk op een stuk land in Frankrijk is daar ook debet aan. En zo te horen ook dit gesprek.
In 2010 werd het dertigjarig jubileum van de klassieke roman ‘Opwaaiende zomerjurken' gevierd. Dat was zijn debuut. Daarna verschenen romans als ‘Cirkel in het gras', ‘Hokwerda's kind' en ‘Mevrouw Len'. En nu werkt hij aan een nieuw boek, dat in het najaar zal verschijnen. Wim Brands in gesprek met schrijver Oek de Jong.
‘Wij drieën' is het autobiografische verhaal van de Engelse schrijfster Julia Blackburn. Haar vader, Thomas Blackburn, was dichter en verslaafd aan alcohol en medicijnen, haar moeder, Rosalie een manzieke kunstenares. Aan de hand van haar dagboeken, foto's en andere documenten zet Blackburn haar jeugd met haar ouders neer. Wim Brands sprak met schrijfster Julia Blackburn, [...]
Wim Brands spreekt met Paul Verhaeghe over zijn boek Het einde van de psychotherapie over rol van de farmaceutische industrie in de psychiatrie en waarom ADHD niet bestaat.
Op 17 augustus 1990 sprak John Jansen van Galen drie uur lang met de schrijver van romans als 'De herfst zal schitterend zijn', 'En joeg de vossen door het staande koren', 'De overkant van de rivier', 'Vera', 'Margaretha' en de bestseller uit 2008: 'Knielen op een bed violen'. Op 1 augustus 2009 spreekt Wim Brands met Jan Siebelink. Samen blikken zij terug op de verhalen uit 1990.
Op 19 december 1986 sprak Ronald van den Boogaard drie uur lang met de schrijver van boeken als 'Turks fruit’ en ‘Terug naar Oegstgeest’ en ‘Kort Amerikaans’. Na afloop van de herhaling van dit gesprek praat Wim Brands met Onno Blom, de biograaf van Jan Wolkers. Samen blikken zij terug op het ‘Marathoninterview’ uit 1986.
Op 29 juli 2005 sprak Wim Brands drie uur lang met de schrijver van o.a. de historische romans 'Gewassen vlees' en 'Publieke werken'. Na afloop van de herhaling van dit lange interview praat Wim Brands opnieuw met de Thomas Rosenboom. Samen blikken zij terug op het ‘Marathoninterview' van vier jaar geleden.
Op 29 juli 2005 sprak Wim Brands drie uur lang met de schrijver van o.a. de historische romans 'Gewassen vlees' en 'Publieke werken'. Na afloop van de herhaling van dit lange interview praat Wim Brands opnieuw met de Thomas Rosenboom. Samen blikken zij terug op het ‘Marathoninterview’ van vier jaar geleden.
Zij debuteerde met De Wetten en was het Filosoofje in Ischa Meijer’s Dikke Man. In november 2011 verscheen Logboek van een onbarmhartig jaar. Andere titels zijn: De Vriendschap, I.M., De Erfenis, Geheel de Uwe en Lucifer. In 2007 was zij, drie uur lang, gast van Wim Brands op de VPRO-Radio. ---------------------------- Over C.P. Auteur van echt en onecht, van fictie en werkelijkheid. Haar laatste roman Lucifer, het geromantiseerde levensverhaal van componist Peter Schat, riep discussie op. Had de schrijfster karaktermoord gepleegd of juist de reputatie van de gepassioneerde componist in ere hersteld? Palmen zelf haalde Lucifer aan: 'Maar wat u in de war brengt, is nu juist de aard van mijn spel.' Een karakteristieke uitspraak van het Filosoofje (zoals zij genoemd werd door Ischa Meijer in de Columns van de Dikke Man): je bent wat je bent door wat je voor een ander bent. Een kind voor je ouders, een geliefde voor wie je bemint, een kunstenaar voor je publiek. --------------------------------- Biografie Connie Palmen (geb. 25 november 1955 te Sint Odiliënberg "Maar wat u in de war brengt, is nu juist de aard van mijn spel" ”Ik ben omringd door stomkoppen en onbenullen die geen idee hebben van wat literatuur is”, zei Connie Palmen naar aanleiding van de negatieve reacties op haar laatste roman Lucifer, waarin ze de componist Peter Schat ten tonele voert. Volgens sommige lezers pleegde ze karaktermoord, niet in de laatste plaats omdat ze hem, in hun visie, de dood van zijn vrouw in de schoenen schoof. Volgens sommige bewonderaars herstelde ze juist zijn reputatie. En Palmen zelf wees er onder meer op dat ze een roman heeft geschreven, en dat het de taak is van de kunstenaar de grenzen van dat medium te onderzoeken, om vervolgens Lucifer zelf aan te halen: ”Maar wat u in de war brengt, is nu juist de aard van mijn spel." Connie Palmen vindt zich vanaf haar debuut De Wetten, dat een groot succes werd, in het hart van de Nederlandse literatuur. Verguisd en enorm bewonderd, het is nooit anders geweest. Zes succes-romans schreef ze, waaronder I.M. en Geheel de Uwe, waarin ze cirkelt rond leven en werk van haar man, Ischa Meijer. Waarbij aangetekend dat een criticus ook al in het geval van I.M. opmerkte dat haar boek absoluut geen roman was. En dan is er haar essayistisch werk. Palmen, afgestudeerd neerlandica en filosofe schreef over het lot van de oude filosoof Socrates, over idolen, de nieuwe heiligen van deze tijd, over de verhouding fictie-werkelijkheid, over openbaar-privé, over het verderfelijke idealisme. Onderwerpen genoeg. En laten we Limburg niet vergeten, waar ze opgroeide en aan een lange mars door de onderwijsinstituten begon, beginnend op de MAVO. Wat betekent zuur vlees voor haar? -------------------------------------- Samenvatting Marathoninterview Eerste uur: Een uur geleden startte het gesprek, waarin het gegeven dat de mens op een dag 17.000 woorden spreekt, zoals wetenschappelijk is vastgesteld, aanleiding was om een Palmen-ochtend door te nemen: met koffie in bed en een boek en zwijgen. Maar als het een schrijfperiode is? Dat valt te vergelijken met de fysieke staat van verliefdheid: jakkerende darmen, permanente onrust. Vergelijkbaar, wat de fysieke staat betreft, zo merkte ze na de dood van Ischa, met rouw: ook dan is er verlangen, het lichaam wil dan hetzelfde: in de buurt van de geliefde persoon zijn. Het eerste boek dat ze las in die rouwperiode was de biografie van Jan Hein Donner, een onmogelijke man, en dan de biografie van Truman Capote. Op zoek naar Ischa in andere leuke, onmogelijke mannen. Dan zijn we op de begrafenis van de vader van een schoonzusje in Limburg waar er telefoon voor Connie is – haar vader, die eerst niet durft te benoemen dat Ischa dood is. Onaanatastbaar werd ze: "Raak me niet aan! Want al die mensen willen je dan omhelzen." En toen dacht ze, in de auto op weg naar Ischa, als ik er maar ben, dan komt het goed, en toen: "schrijven, drank, sigaretten, dat heb ik nog". Dan zijn we op de havo in Limburg, Connie ongeveer 18 jaar, en de ontdekking van Sartre: die moed om zo zonder twijfel te schrijven dat God dood is. Terwijl er het verlangen was om non te worden, het verlangen naar de rust, stilte, studeren, maar tegelijkertijd ook het verlangen naar drukte en mensen. Zo is het nog steeds: "Ik vind het leven onder de mensen zwaar", zegt ze, Een familietrek: "Wij in het gezin Palmen zijn allemaal zo snel verzadigd van mensen. Naar buiten gaan is een rol spelen, dat komt omdat ik voorkomend met mensen omga", zegt ze, "ik heb een hekel aan het adagium van lekker jezelf zijn. Dus ik hou mijn humeuren voor mezelf of voor intimi." De volstrekte verwarring over wat echt en onecht is, die beleeft een spannend hoogtepunt. De hele maatschappij biedt steeds meer ECHT aan, en het bedrog is nog nooit zo groot geweest. Door het aanbod van massamedia heb je het gevoel dat je overal bij bent, terwijl je werkelijkheidsbesef steeds meer verdwijnt. Hoe dat in haar laatste boek Lucifer speelt, daarover komen we hopelijk nog meer te weten. De tol van het schrijven van dat boek kennen we al: loszittende tanden. Het Freudiaanse symbool van verlies. "Of gewoon onnozelheid?" vraagt Brands, "dat je de boel verwaarloosd hebt?" Vergeetachtigheid, verder wil de schrijfster niet gaan. Tweede uur: Het vorige uur begon op de Limburgse MAVO. Connie als druktemaker die bleef zitten. Want taal, tekenen, de schoolkrant, toneelspelen, dat slokte de tijd op en de rest deed ze niet, kon ze niet, dacht ze, tot een leraar het licht bracht. Die zei: "als je zulke goede opstellen kan schrijven, kan je de rest ook, je moet gewoon leren." En toen haalde ze alleen maar negens, en op de HAVO ging dat zo door. Anderen overtuigden haar van haar intelligentie. "Naïef?", vraagt Brands. "Dat is een woord dat niet bij me past maar wel leuk is", zegt ze. Het was een gebrek aan voorbeelden. Schrijver worden? Een onmogelijke gedachte voor een meisje in Limburg. Wat hielp was het lezen van een boek van ook een Limburgs meisje over haar verblijf in een sanatorium: Irmgard Blijf Lachen. De rol van die leraar, zo is het altijd geweest: "Iemand moet me zeggen wat ik kan, ik kan dat allemaal niet uit mezelf halen. Je wordt pas iemand door iemand anders, die afhankelijkheid erken ik volledig." Bij het schrijven van haar eerste boek De Wetten was dat het moeilijkste: om zichzelf bloot te geven en te laten zien dat mensen me kunnen breken en maken. Brands haalt een scene uit De Wetten aan waarin de vrouw die de voeten van een man kust zo zelf iemand wordt. Nu komt de schrijfster tot een inzicht: "Als ik schrijf, zegt ze, dan ben ik op het verhaalniveau bezig met de lezer. In mijn eenzaamheid ben ik sociaal, maar daaronder zit een laag die niemand ziet. In deze scene ben ik bezig met Maria Magdalena die Jezus zijn voeten kust, ik ben bezig met hoe een man je lichaam wil, zo is het voor een vrouw. Je betaalt de prijs, een keer zoenen en je bent verloofd. De ziel van een vrouw is geen goed betaalmiddel, je lichaam wel. Je ziel hou je voor jezelf als vrouw. Zo was het ook in het volgende boek De Vriendschap. Het verhaal gaat over die vriendschap, de onderlaag over iemand die een lichamelijke identiteit probeert te krijgen. Als je schrijft, neemt je intuitie het dan wel eens over? Dat personages een onverwachte andere kant ophollen? "Nee, ik bedenk, ik ben in controle, ik kan er verantwoording over afgeven. Er zijn schrijvers die horen hun personages in hun droom." Palmen had uitsluitend een geile droom over de werkelijke Peter Schat waarop haar romanpersoon is gebaseerd in Lucifer.
Zij debuteerde met De Wetten en was het Filosoofje in Ischa Meijer’s Dikke Man. In november 2011 verscheen Logboek van een onbarmhartig jaar. Andere titels zijn: De Vriendschap, I.M., De Erfenis, Geheel de Uwe en Lucifer. In 2007 was zij, drie uur lang, gast van Wim Brands op de VPRO-Radio. ---------------------------- Over C.P. Auteur van echt en onecht, van fictie en werkelijkheid. Haar laatste roman Lucifer, het geromantiseerde levensverhaal van componist Peter Schat, riep discussie op. Had de schrijfster karaktermoord gepleegd of juist de reputatie van de gepassioneerde componist in ere hersteld? Palmen zelf haalde Lucifer aan: 'Maar wat u in de war brengt, is nu juist de aard van mijn spel.' Een karakteristieke uitspraak van het Filosoofje (zoals zij genoemd werd door Ischa Meijer in de Columns van de Dikke Man): je bent wat je bent door wat je voor een ander bent. Een kind voor je ouders, een geliefde voor wie je bemint, een kunstenaar voor je publiek. --------------------------------- Biografie Connie Palmen (geb. 25 november 1955 te Sint Odiliënberg "Maar wat u in de war brengt, is nu juist de aard van mijn spel" ”Ik ben omringd door stomkoppen en onbenullen die geen idee hebben van wat literatuur is”, zei Connie Palmen naar aanleiding van de negatieve reacties op haar laatste roman Lucifer, waarin ze de componist Peter Schat ten tonele voert. Volgens sommige lezers pleegde ze karaktermoord, niet in de laatste plaats omdat ze hem, in hun visie, de dood van zijn vrouw in de schoenen schoof. Volgens sommige bewonderaars herstelde ze juist zijn reputatie. En Palmen zelf wees er onder meer op dat ze een roman heeft geschreven, en dat het de taak is van de kunstenaar de grenzen van dat medium te onderzoeken, om vervolgens Lucifer zelf aan te halen: ”Maar wat u in de war brengt, is nu juist de aard van mijn spel." Connie Palmen vindt zich vanaf haar debuut De Wetten, dat een groot succes werd, in het hart van de Nederlandse literatuur. Verguisd en enorm bewonderd, het is nooit anders geweest. Zes succes-romans schreef ze, waaronder I.M. en Geheel de Uwe, waarin ze cirkelt rond leven en werk van haar man, Ischa Meijer. Waarbij aangetekend dat een criticus ook al in het geval van I.M. opmerkte dat haar boek absoluut geen roman was. En dan is er haar essayistisch werk. Palmen, afgestudeerd neerlandica en filosofe schreef over het lot van de oude filosoof Socrates, over idolen, de nieuwe heiligen van deze tijd, over de verhouding fictie-werkelijkheid, over openbaar-privé, over het verderfelijke idealisme. Onderwerpen genoeg. En laten we Limburg niet vergeten, waar ze opgroeide en aan een lange mars door de onderwijsinstituten begon, beginnend op de MAVO. Wat betekent zuur vlees voor haar? -------------------------------------- Samenvatting Marathoninterview Eerste uur: Een uur geleden startte het gesprek, waarin het gegeven dat de mens op een dag 17.000 woorden spreekt, zoals wetenschappelijk is vastgesteld, aanleiding was om een Palmen-ochtend door te nemen: met koffie in bed en een boek en zwijgen. Maar als het een schrijfperiode is? Dat valt te vergelijken met de fysieke staat van verliefdheid: jakkerende darmen, permanente onrust. Vergelijkbaar, wat de fysieke staat betreft, zo merkte ze na de dood van Ischa, met rouw: ook dan is er verlangen, het lichaam wil dan hetzelfde: in de buurt van de geliefde persoon zijn. Het eerste boek dat ze las in die rouwperiode was de biografie van Jan Hein Donner, een onmogelijke man, en dan de biografie van Truman Capote. Op zoek naar Ischa in andere leuke, onmogelijke mannen. Dan zijn we op de begrafenis van de vader van een schoonzusje in Limburg waar er telefoon voor Connie is – haar vader, die eerst niet durft te benoemen dat Ischa dood is. Onaanatastbaar werd ze: "Raak me niet aan! Want al die mensen willen je dan omhelzen." En toen dacht ze, in de auto op weg naar Ischa, als ik er maar ben, dan komt het goed, en toen: "schrijven, drank, sigaretten, dat heb ik nog". Dan zijn we op de havo in Limburg, Connie ongeveer 18 jaar, en de ontdekking van Sartre: die moed om zo zonder twijfel te schrijven dat God dood is. Terwijl er het verlangen was om non te worden, het verlangen naar de rust, stilte, studeren, maar tegelijkertijd ook het verlangen naar drukte en mensen. Zo is het nog steeds: "Ik vind het leven onder de mensen zwaar", zegt ze, Een familietrek: "Wij in het gezin Palmen zijn allemaal zo snel verzadigd van mensen. Naar buiten gaan is een rol spelen, dat komt omdat ik voorkomend met mensen omga", zegt ze, "ik heb een hekel aan het adagium van lekker jezelf zijn. Dus ik hou mijn humeuren voor mezelf of voor intimi." De volstrekte verwarring over wat echt en onecht is, die beleeft een spannend hoogtepunt. De hele maatschappij biedt steeds meer ECHT aan, en het bedrog is nog nooit zo groot geweest. Door het aanbod van massamedia heb je het gevoel dat je overal bij bent, terwijl je werkelijkheidsbesef steeds meer verdwijnt. Hoe dat in haar laatste boek Lucifer speelt, daarover komen we hopelijk nog meer te weten. De tol van het schrijven van dat boek kennen we al: loszittende tanden. Het Freudiaanse symbool van verlies. "Of gewoon onnozelheid?" vraagt Brands, "dat je de boel verwaarloosd hebt?" Vergeetachtigheid, verder wil de schrijfster niet gaan. Tweede uur: Het vorige uur begon op de Limburgse MAVO. Connie als druktemaker die bleef zitten. Want taal, tekenen, de schoolkrant, toneelspelen, dat slokte de tijd op en de rest deed ze niet, kon ze niet, dacht ze, tot een leraar het licht bracht. Die zei: "als je zulke goede opstellen kan schrijven, kan je de rest ook, je moet gewoon leren." En toen haalde ze alleen maar negens, en op de HAVO ging dat zo door. Anderen overtuigden haar van haar intelligentie. "Naïef?", vraagt Brands. "Dat is een woord dat niet bij me past maar wel leuk is", zegt ze. Het was een gebrek aan voorbeelden. Schrijver worden? Een onmogelijke gedachte voor een meisje in Limburg. Wat hielp was het lezen van een boek van ook een Limburgs meisje over haar verblijf in een sanatorium: Irmgard Blijf Lachen. De rol van die leraar, zo is het altijd geweest: "Iemand moet me zeggen wat ik kan, ik kan dat allemaal niet uit mezelf halen. Je wordt pas iemand door iemand anders, die afhankelijkheid erken ik volledig." Bij het schrijven van haar eerste boek De Wetten was dat het moeilijkste: om zichzelf bloot te geven en te laten zien dat mensen me kunnen breken en maken. Brands haalt een scene uit De Wetten aan waarin de vrouw die de voeten van een man kust zo zelf iemand wordt. Nu komt de schrijfster tot een inzicht: "Als ik schrijf, zegt ze, dan ben ik op het verhaalniveau bezig met de lezer. In mijn eenzaamheid ben ik sociaal, maar daaronder zit een laag die niemand ziet. In deze scene ben ik bezig met Maria Magdalena die Jezus zijn voeten kust, ik ben bezig met hoe een man je lichaam wil, zo is het voor een vrouw. Je betaalt de prijs, een keer zoenen en je bent verloofd. De ziel van een vrouw is geen goed betaalmiddel, je lichaam wel. Je ziel hou je voor jezelf als vrouw. Zo was het ook in het volgende boek De Vriendschap. Het verhaal gaat over die vriendschap, de onderlaag over iemand die een lichamelijke identiteit probeert te krijgen. Als je schrijft, neemt je intuitie het dan wel eens over? Dat personages een onverwachte andere kant ophollen? "Nee, ik bedenk, ik ben in controle, ik kan er verantwoording over afgeven. Er zijn schrijvers die horen hun personages in hun droom." Palmen had uitsluitend een geile droom over de werkelijke Peter Schat waarop haar romanpersoon is gebaseerd in Lucifer.
Zij debuteerde met De Wetten en was het Filosoofje in Ischa Meijer’s Dikke Man. In november 2011 verscheen Logboek van een onbarmhartig jaar. Andere titels zijn: De Vriendschap, I.M., De Erfenis, Geheel de Uwe en Lucifer. In 2007 was zij, drie uur lang, gast van Wim Brands op de VPRO-Radio. ---------------------------- Over C.P. Auteur van echt en onecht, van fictie en werkelijkheid. Haar laatste roman Lucifer, het geromantiseerde levensverhaal van componist Peter Schat, riep discussie op. Had de schrijfster karaktermoord gepleegd of juist de reputatie van de gepassioneerde componist in ere hersteld? Palmen zelf haalde Lucifer aan: 'Maar wat u in de war brengt, is nu juist de aard van mijn spel.' Een karakteristieke uitspraak van het Filosoofje (zoals zij genoemd werd door Ischa Meijer in de Columns van de Dikke Man): je bent wat je bent door wat je voor een ander bent. Een kind voor je ouders, een geliefde voor wie je bemint, een kunstenaar voor je publiek. --------------------------------- Biografie Connie Palmen (geb. 25 november 1955 te Sint Odiliënberg "Maar wat u in de war brengt, is nu juist de aard van mijn spel" ”Ik ben omringd door stomkoppen en onbenullen die geen idee hebben van wat literatuur is”, zei Connie Palmen naar aanleiding van de negatieve reacties op haar laatste roman Lucifer, waarin ze de componist Peter Schat ten tonele voert. Volgens sommige lezers pleegde ze karaktermoord, niet in de laatste plaats omdat ze hem, in hun visie, de dood van zijn vrouw in de schoenen schoof. Volgens sommige bewonderaars herstelde ze juist zijn reputatie. En Palmen zelf wees er onder meer op dat ze een roman heeft geschreven, en dat het de taak is van de kunstenaar de grenzen van dat medium te onderzoeken, om vervolgens Lucifer zelf aan te halen: ”Maar wat u in de war brengt, is nu juist de aard van mijn spel." Connie Palmen vindt zich vanaf haar debuut De Wetten, dat een groot succes werd, in het hart van de Nederlandse literatuur. Verguisd en enorm bewonderd, het is nooit anders geweest. Zes succes-romans schreef ze, waaronder I.M. en Geheel de Uwe, waarin ze cirkelt rond leven en werk van haar man, Ischa Meijer. Waarbij aangetekend dat een criticus ook al in het geval van I.M. opmerkte dat haar boek absoluut geen roman was. En dan is er haar essayistisch werk. Palmen, afgestudeerd neerlandica en filosofe schreef over het lot van de oude filosoof Socrates, over idolen, de nieuwe heiligen van deze tijd, over de verhouding fictie-werkelijkheid, over openbaar-privé, over het verderfelijke idealisme. Onderwerpen genoeg. En laten we Limburg niet vergeten, waar ze opgroeide en aan een lange mars door de onderwijsinstituten begon, beginnend op de MAVO. Wat betekent zuur vlees voor haar? -------------------------------------- Samenvatting Marathoninterview Eerste uur: Een uur geleden startte het gesprek, waarin het gegeven dat de mens op een dag 17.000 woorden spreekt, zoals wetenschappelijk is vastgesteld, aanleiding was om een Palmen-ochtend door te nemen: met koffie in bed en een boek en zwijgen. Maar als het een schrijfperiode is? Dat valt te vergelijken met de fysieke staat van verliefdheid: jakkerende darmen, permanente onrust. Vergelijkbaar, wat de fysieke staat betreft, zo merkte ze na de dood van Ischa, met rouw: ook dan is er verlangen, het lichaam wil dan hetzelfde: in de buurt van de geliefde persoon zijn. Het eerste boek dat ze las in die rouwperiode was de biografie van Jan Hein Donner, een onmogelijke man, en dan de biografie van Truman Capote. Op zoek naar Ischa in andere leuke, onmogelijke mannen. Dan zijn we op de begrafenis van de vader van een schoonzusje in Limburg waar er telefoon voor Connie is – haar vader, die eerst niet durft te benoemen dat Ischa dood is. Onaanatastbaar werd ze: "Raak me niet aan! Want al die mensen willen je dan omhelzen." En toen dacht ze, in de auto op weg naar Ischa, als ik er maar ben, dan komt het goed, en toen: "schrijven, drank, sigaretten, dat heb ik nog". Dan zijn we op de havo in Limburg, Connie ongeveer 18 jaar, en de ontdekking van Sartre: die moed om zo zonder twijfel te schrijven dat God dood is. Terwijl er het verlangen was om non te worden, het verlangen naar de rust, stilte, studeren, maar tegelijkertijd ook het verlangen naar drukte en mensen. Zo is het nog steeds: "Ik vind het leven onder de mensen zwaar", zegt ze, Een familietrek: "Wij in het gezin Palmen zijn allemaal zo snel verzadigd van mensen. Naar buiten gaan is een rol spelen, dat komt omdat ik voorkomend met mensen omga", zegt ze, "ik heb een hekel aan het adagium van lekker jezelf zijn. Dus ik hou mijn humeuren voor mezelf of voor intimi." De volstrekte verwarring over wat echt en onecht is, die beleeft een spannend hoogtepunt. De hele maatschappij biedt steeds meer ECHT aan, en het bedrog is nog nooit zo groot geweest. Door het aanbod van massamedia heb je het gevoel dat je overal bij bent, terwijl je werkelijkheidsbesef steeds meer verdwijnt. Hoe dat in haar laatste boek Lucifer speelt, daarover komen we hopelijk nog meer te weten. De tol van het schrijven van dat boek kennen we al: loszittende tanden. Het Freudiaanse symbool van verlies. "Of gewoon onnozelheid?" vraagt Brands, "dat je de boel verwaarloosd hebt?" Vergeetachtigheid, verder wil de schrijfster niet gaan. Tweede uur: Het vorige uur begon op de Limburgse MAVO. Connie als druktemaker die bleef zitten. Want taal, tekenen, de schoolkrant, toneelspelen, dat slokte de tijd op en de rest deed ze niet, kon ze niet, dacht ze, tot een leraar het licht bracht. Die zei: "als je zulke goede opstellen kan schrijven, kan je de rest ook, je moet gewoon leren." En toen haalde ze alleen maar negens, en op de HAVO ging dat zo door. Anderen overtuigden haar van haar intelligentie. "Naïef?", vraagt Brands. "Dat is een woord dat niet bij me past maar wel leuk is", zegt ze. Het was een gebrek aan voorbeelden. Schrijver worden? Een onmogelijke gedachte voor een meisje in Limburg. Wat hielp was het lezen van een boek van ook een Limburgs meisje over haar verblijf in een sanatorium: Irmgard Blijf Lachen. De rol van die leraar, zo is het altijd geweest: "Iemand moet me zeggen wat ik kan, ik kan dat allemaal niet uit mezelf halen. Je wordt pas iemand door iemand anders, die afhankelijkheid erken ik volledig." Bij het schrijven van haar eerste boek De Wetten was dat het moeilijkste: om zichzelf bloot te geven en te laten zien dat mensen me kunnen breken en maken. Brands haalt een scene uit De Wetten aan waarin de vrouw die de voeten van een man kust zo zelf iemand wordt. Nu komt de schrijfster tot een inzicht: "Als ik schrijf, zegt ze, dan ben ik op het verhaalniveau bezig met de lezer. In mijn eenzaamheid ben ik sociaal, maar daaronder zit een laag die niemand ziet. In deze scene ben ik bezig met Maria Magdalena die Jezus zijn voeten kust, ik ben bezig met hoe een man je lichaam wil, zo is het voor een vrouw. Je betaalt de prijs, een keer zoenen en je bent verloofd. De ziel van een vrouw is geen goed betaalmiddel, je lichaam wel. Je ziel hou je voor jezelf als vrouw. Zo was het ook in het volgende boek De Vriendschap. Het verhaal gaat over die vriendschap, de onderlaag over iemand die een lichamelijke identiteit probeert te krijgen. Als je schrijft, neemt je intuitie het dan wel eens over? Dat personages een onverwachte andere kant ophollen? "Nee, ik bedenk, ik ben in controle, ik kan er verantwoording over afgeven. Er zijn schrijvers die horen hun personages in hun droom." Palmen had uitsluitend een geile droom over de werkelijke Peter Schat waarop haar romanpersoon is gebaseerd in Lucifer.
Zij debuteerde met De Wetten en was het Filosoofje in Ischa Meijer's Dikke Man. In november 2011 verscheen Logboek van een onbarmhartig jaar. Andere titels zijn: De Vriendschap, I.M., De Erfenis, Geheel de Uwe en Lucifer. In 2007 was zij, drie uur lang, gast van Wim Brands op de VPRO-Radio. Auteur van echt en onecht, van fictie en werkelijkheid. Haar laatste roman Lucifer, het geromantiseerde levensverhaal van componist Peter Schat, riep discussie op. Had de schrijfster karaktermoord gepleegd of juist de reputatie van de gepassioneerde componist in ere hersteld? Palmen zelf haalde Lucifer aan: 'Maar wat u in de war brengt, is nu juist de aard van mijn spel.' Een karakteristieke uitspraak van het Filosoofje (zoals zij genoemd werd door Ischa Meijer in de Columns van de Dikke Man): je bent wat je bent door wat je voor een ander bent. Een kind voor je ouders, een geliefde voor wie je bemint, een kunstenaar voor je publiek.
Gerard Stigter, voor de lezende mens K. Schippers, ontving in 2006 de Libris Literatuurprijs voor zijn roman ‘ Waar was je nou’. Wim Brands sprak met hem.
Gerard Stigter, voor de lezende mens K. Schippers, ontving in 2006 de Libris Literatuurprijs voor zijn roman ‘ Waar was je nou’. Wim Brands sprak met hem.
Gerard Stigter, voor de lezende mens K. Schippers, ontving in 2006 de Libris Literatuurprijs voor zijn roman ‘ Waar was je nou’. Wim Brands sprak met hem.
Gerard Stigter, voor de lezende mens K. Schippers, ontving in 2006 de Libris Literatuurprijs voor zijn roman ‘ Waar was je nou'. Wim Brands sprak met hem.
Wat drijft Thomas Rosenboom om zo diep de geschiedenis in te duiken en waar komt toch die fascinatie met uitwerpselen vandaan? Hij speelt graag met archaische woorden en zinsconstructies, neemt ons mee naar vroegere tijden en houdt ons geboeid zodat wij zijn boeken niet weg kunnen leggen. Rosenboom werd in 2005 door Wim Brands aan de tand gevoeld over zijn motieven. gesprek met de auteur van de historische romans 'Gewassen vlees' en 'Publieke werken'.
Wat drijft Thomas Rosenboom om zo diep de geschiedenis in te duiken en waar komt toch die fascinatie met uitwerpselen vandaan? Hij speelt graag met archaische woorden en zinsconstructies, neemt ons mee naar vroegere tijden en houdt ons geboeid zodat wij zijn boeken niet weg kunnen leggen. Rosenboom werd in 2005 door Wim Brands aan de tand gevoeld over zijn motieven. gesprek met de auteur van de historische romans 'Gewassen vlees' en 'Publieke werken'.
Wat drijft Thomas Rosenboom om zo diep de geschiedenis in te duiken en waar komt toch die fascinatie met uitwerpselen vandaan? Hij speelt graag met archaische woorden en zinsconstructies, neemt ons mee naar vroegere tijden en houdt ons geboeid zodat wij zijn boeken niet weg kunnen leggen. Rosenboom werd in 2005 door Wim Brands aan de tand gevoeld over zijn motieven. gesprek met de auteur van de historische romans 'Gewassen vlees' en 'Publieke werken'.
Wat drijft Thomas Rosenboom om zo diep de geschiedenis in te duiken en waar komt toch die fascinatie met uitwerpselen vandaan? Hij speelt graag met archaische woorden en zinsconstructies, neemt ons mee naar vroegere tijden en houdt ons geboeid zodat wij zijn boeken niet weg kunnen leggen. Rosenboom werd in 2005 door Wim Brands aan de tand gevoeld over zijn motieven. Gesprek met de auteur van de historische romans 'Gewassen vlees' en 'Publieke werken'.
‘Lelijkheid, is het gevolg van gemakzucht en van niets anders. Lelijkheid moet verboden worden.’ Rudi Fuchs was lang directeur van het Stedelijk Museum te Amsterdam. Zijn columns, die hij schreef voor NRC en Parool, werden het boek “Recht op schoonheid”. Maar wat is schoonheid? Een vraag die tijdens het drie uur durende live gesprek aan de orde zal komen, evenals: wat hing er aan de muur in het ouderlijk huis van de museumdirecteur? En waarom wil hij zo graag bewonderen? Op vrijdag 23 juli 1999 zat hij aan tafel met Wim Brands voor een marathonsessie.
‘Lelijkheid, is het gevolg van gemakzucht en van niets anders. Lelijkheid moet verboden worden.’ Rudi Fuchs was lang directeur van het Stedelijk Museum te Amsterdam. Zijn columns, die hij schreef voor NRC en Parool, werden het boek “Recht op schoonheid”. Maar wat is schoonheid? Een vraag die tijdens het drie uur durende live gesprek aan de orde zal komen, evenals: wat hing er aan de muur in het ouderlijk huis van de museumdirecteur? En waarom wil hij zo graag bewonderen? Op vrijdag 23 juli 1999 zat hij aan tafel met Wim Brands voor een marathonsessie.
‘Lelijkheid, is het gevolg van gemakzucht en van niets anders. Lelijkheid moet verboden worden.’ Rudi Fuchs was lang directeur van het Stedelijk Museum te Amsterdam. Zijn columns, die hij schreef voor NRC en Parool, werden het boek “Recht op schoonheid”. Maar wat is schoonheid? Een vraag die tijdens het drie uur durende live gesprek aan de orde zal komen, evenals: wat hing er aan de muur in het ouderlijk huis van de museumdirecteur? En waarom wil hij zo graag bewonderen? Op vrijdag 23 juli 1999 zat hij aan tafel met Wim Brands voor een marathonsessie.
‘Lelijkheid, is het gevolg van gemakzucht en van niets anders. Lelijkheid moet verboden worden.' Rudi Fuchs was lang directeur van het Stedelijk Museum te Amsterdam. Zijn columns, die hij schreef voor NRC en Parool, werden het boek “Recht op schoonheid”. Maar wat is schoonheid? Een vraag die tijdens het drie uur durende live gesprek aan de orde zal komen, evenals: wat hing er aan de muur in het ouderlijk huis van de museumdirecteur? En waarom wil hij zo graag bewonderen? Op vrijdag 23 juli 1999 zat hij aan tafel met Wim Brands voor een marathonsessie.