POPULARITY
Ruud baan is al jaren topfotograaf, hij heeft zowat iedereen al gefotografeerd. Nu wil hij als kroon op z'n werk een bundel met zijn mooiste foto's.Een idee aan de kroegtafelHet zaadje voor de expositie werd geplant tijdens een informeel gesprek met Boris Gunst, zo'n twee jaar geleden. "Toen haakte ik erop in: misschien is het wel goed, weet je wel, dat ik 25 jaar bezig ben," vertelt Baan. Uiteindelijk werkte hij samen met Charco Verat om de tentoonstelling vorm te geven. “We hebben die expo met zijn tweeën in elkaar gezet. Volgens mij een hele succesvolle expo, toch?”De reacties logen er niet om. Veel bezoekers kwamen niet alleen voor het werk, maar ook voor Baan zelf. “Er was veel waardering, veel liefde, ook van oude bekenden. Vanuit heel Nederland kwamen ze langs,” aldus een zichtbaar dankbare Baan.Geen klassieke opstellingDe expositie was verre van traditioneel. Baan wilde zijn werk niet alleen aan de muur hangen, maar ook verwerken in de ruimte zelf. “Ik wilde dat het een soort 3D-gevoel kreeg, dat je er omheen kon lopen. Het moest dynamisch zijn, net als mijn werk,” legt hij uit.Foto's hingen op onverwachte plekken en in diverse formaten, met als uitsmijter een enorme print van 4 bij 2 meter aan het plafond. “We zijn gewoon begonnen, en van daaruit ontstonden ideeën. Het was een beetje apenkooien op een gegeven moment. Let's go!”De liefde voor fotografie zit diep, en begon thuis. “Mijn vader was amateurfotograaf. We hadden thuis een donkere kamer. Ik zeg altijd voor de grap: de eerste 15 jaar van mijn jeugd heb ik mijn vader niet gezien, want die zat daar altijd,” grapt Baan.Na een omweg via schilderen en film, vond hij zijn plek op de Koninklijke Academie in Den Haag. Daar ontdekte hij zijn talent voor het vangen van beweging: “Op een gegeven moment had ik door dat ik gewoon goed was in het moment pakken.”Van eindexamen naar NikeZijn doorbraak kwam snel. “Met mijn eindexamenwerk heb ik agentschappen uitgenodigd. Dat deed volgens mij bijna niemand. En toen ben ik aangesloten bij een agentschap in Amsterdam,” zegt hij. Het leverde opdrachten op voor onder andere Nike, Adidas en New Balance.Zijn stijl werd zijn handelsmerk: kleurrijk, contrastrijk, met veel energie en beweging. “Voor mij zit de uitdaging in het vastleggen van snelheid. Dat zie je in sport, muziek, en fashion – mijn drie grote segmenten.”Smaakt naar meerDe expositie markeert niet alleen een mijlpaal, maar ook een nieuw begin. “Ik heb al een paar keer geëxposeerd, maar nooit een solo-expositie. Dit was gewoon een goed moment om iets neer te zetten,” aldus Baan. Op de vraag of het naar meer smaakt, is het antwoord volmondig: “Ja, zeker. Ik heb nog wat jaartjes te gaan.”“Een soort huiskamer,” noemt hij het. Studio 6 in Amsterdam. Daar waar het licht werd opgebouwd, de assistenten de flitsers installeerden en de styling werd afgestemd. Het is een plek waar fotograaf Ruud Baan zich thuis voelde. “Ik zat daar echt heel vaak,” vertelt hij tijdens de uitzending van Via Cultura. “Dat was een hele fijne ruimte.” En als Ruud zich ergens thuis voelt, dan wordt er gewerkt. Hard gewerkt.Afgelopen maand vierde Ruud zijn 25-jarig jubileum als fotograaf. En dat blijft niet onopgemerkt: een expositie én—jawel—een boek zijn in de maak. “Waarom een boek?” vraagt presentator Hans. Het antwoord komt snel: “Waarom niet?” Lachend, maar met overtuiging. “Het is een soort kers op de taart. Een tastbare herinnering.”Licht bouwen met vriendenWie denkt dat een fotograaf in zijn eentje met een camera de wereld vastlegt, komt bij Ruud van een koude kermis thuis. “Qua belichting, dat doe je niet alleen,” legt hij uit. “Dat doe je met assistenten. Samen bepaal je wat voor licht je wil creëren, en dan bouw je dat.” Het is teamwork, en vaak met mensen die hij al jaren kent. Zo vertelt hij over een jonge videomaker die ooit als stagiair begon. “Hij is nu echt heel goed. Veel beter dan ik in film, honderd procent. En ik gun het hem van harte.”
Annemieke Bosman in gesprek met beeldend kunstenaar Ana Oosting. In museum Beelden aan Zee in Scheveningen is momenteel de tentoonstelling Breaking Waves te zien. Speciaal voor het museum maakt Ana Oosting een spectaculaire, site-specifieke installatie waarin tien kinetische zeewezens, geïnspireerd door de golfpatronen van de Noordzee, vrij door de ruimte bewegen. Ana Oosting behaalde een bachelor in Neurobiologie aan de UvA en de master ArtScience aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag, waarbij haar afstudeerwerk werd bekroond met de ArtScience-afdelingsprijs. Eerder exposeerde ze onder andere in Singer Laren, Kunstkerk Dordrecht en De Electriciteitsfabriek.
Aisha Zeijpveld is fotograaf/kunstenaar, in 2009 afgestudeerd aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag. Ze woont en werkt in Amsterdam. Aisha maakt conceptuele portretten, in opdracht en als vrij werk. Het lijkt of Photoshop een grote hand heeft in haar werk, maar niets is minder waar. Haar bijzondere manier van werken heeft haar al vele opdrachtgevers bezorgd, waaronder (inter)nationale kranten, tijdschriften en vele bedrijven. Owen Schumacher bezoekt haar als ze een opdracht doet voor Suzy Glam Eyewear en hij bemoeit zich er lekker mee.
'Beeldspraak' is de podcast van Poëziecentrum. In deze maandelijkse reeks praat een kenner/liefhebber met een dichter over zijn/haar/hun nieuwe dichtbundel. In deze aflevering praat Arno Van Vlierberghe met Bob Van den Broeck over diens bundel 'de richting is richting omleiding' (het balanseer, 2023). Met deze bundel won Bob Van den Broeck de Poëziedebuutprijs 2024. Bob Vanden Broeck is kunsthistoricus, schrijver en dichter. Hij doceert Kunst- en Cultuurgeschiedenis aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten van Antwerpen. Hij publiceerde al tal van teksten over hedendaagse kunst en poëzie in kunstenaarsboeken, tentoonstellingscatalogi en tijdschriften. Hij is auteur bij uitgeverij het balanseer. Arno Van Vlierberghe (°1990) is dichter, performer en boekhandelaar. Hij leeft, woont en werkt in Gent. Zijn werk verscheen onder andere in nY, Het Liegend Konijn, Deus Ex Machina, Extra Extra, Dietsche Warande & Belfort en op hard//hoofd en Samplekanon. Bij het balanseer verschenen zijn bundels 'Vloekschrift' (2017) en 'Ex Daemon' (2022).
Programmamaker Ianthe Mosselman gaat in gesprek met schrijver en historicus Anaïs van Ertvelde. Ze is columnist, essayist, geeft les aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten van Gent en is als historica verbonden aan de Universiteit Leiden. In haar boek Handicap. Een bevrijding. onderzoekt ze ‘handicap' als een politieke conditie. Hoe beïnvloedt handicap onze blik op kunst, seks, werk, intimiteit, burn-out, burgerschap, verzet en wie we zelf zijn?In deze wekelijkse talkshow van De Balie interviewen programmamakers de makers die hen inspireren. Van cabaretiers tot schrijvers en van theatermakers tot kunstenaars.De podcast wordt geïntroduceerd door programmamaker Rokhaya Seck.Zie het privacybeleid op https://art19.com/privacy en de privacyverklaring van Californië op https://art19.com/privacy#do-not-sell-my-info.Zie het privacybeleid op https://art19.com/privacy en de privacyverklaring van Californië op https://art19.com/privacy#do-not-sell-my-info.
Annemieke Bosman in gesprek met schrijfster Anaïs van Ertvelde. Anaïs Van Ertvelde (1988) geeft les aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten van Gent en is als historica verbonden aan de Universiteit Leiden, waar ze onderzoek doet naar de geschiedenis van lichaam, handicap en seksualiteit. Ze publiceerde columns en opiniestukken in onder meer De Morgen , De Standaard , Knack , NRC en de Volkskrant . In 2017 verscheen haar debuut Vuile lakens. Een hedendaagse visie op seksualiteit , naar de gelijknamige podcast die ze samen met Heleen Debruyne maakte. In het essay Zorgangst (2022) verkende ze onze angsten voor zorg, afhankelijkheid en hulpeloosheid. Haar nieuwe boek Handicap gaat over eigen handicap: Anaïs Van Ertvelde werd geboren met een korte rechteronderarm. Voor haar een vanzelfsprekend gegeven, dacht ze. Vooral andere mensen leken er vragen bij te hebben. Tot ze ontdekte dat er veel meer achter die handicap schuilgaat. Niet alleen persoonlijk maar ook maatschappelijk. Van Ertvelde onderzoekt ‘handicap' als een politieke conditie. Ze fileert wat de wereld ons over handicap vertelt en maakt duidelijk wat handicap ons over de wereld kan vertellen. Hoe handicap onze blik op kunst, seks, werk, intimiteit, burn-out, burgerschap, verzet en op wie we zelf zijn beïnvloedt – al hebben we dat zelden door. Handicap is ook het verslag van een intieme en soms heftige zoektocht: hoe kan je thuishoren in een wereld waartoe je niet vanzelfsprekend behoort? Hoe ontwar je de manieren waarop lichaam, beperking en verlangen verknoopt zijn? Waarom voelt het zo gevaarlijk om je met een handicap te identificeren en ligt in dat gevaar misschien vrijheid verborgen?
Gasten: René van Beek en Judith van Gent In deze aflevering van Wie Wat Bewaart spreekt Jeroen de Vries met René van Beek over de bijzondere gipsen beelden in Amsterdam en Den Haag, waar student Robin Whitehouse van de Koninklijke Academie in Den Haag oorspronkelijke sokkels terugvond die daarna zijn verenigd met de beelden. Veel van de gipsen beelden die nu in het Allard Pierson zijn te zien, stonden ooit in de Academie in Den Haag. In de jaren '70 van de vorige eeuw zijn veel gipsen in Den Haag kapot gegooid. Fragmenten van de beelden zijn door Robin Whitehouse teruggevonden in de kruipruimte van het academiegebouw en verwerkt in zijn afstudeerproject. Door dit afstudeerproject van Whitehouse is de geschiedenis van de gipsen beelden een stuk completer! Judith van Gent vertelt over het (her-)ontdekken van een regentenstuk van de schilder Bartholomeus van der Helst. Dit schilderij uit 1641- 1642 is sinds die tijd in bezit van de Waals-Hervormde Gemeente van Amsterdam (Stichting Hospice Wallon), maar werd toegeschreven aan een ander, minder bekende schilder. In 1932 werd tijdens een restauratie de signatuur van Van der Helst ontdekt, maar deze ontdekking raakte in de vergetelheid, totdat student Celine Oldenhage tijdens een onderzoek naar de collectie van de Waals-Hervormde Gemeente op oude krantartikelen stuitte. Het Amsterdam Museum, waar het schilderij sinds 2021 in bruikleen is, deed vervolgens verder onderzoek. Van der Helst expert Judith van Gent onderschrijft de conclusie dat er hoogstwaarschijnlijk een Van der Helst is ontdekt. * René van Beek is conservator van de klassieke wereld bij het Allard Pierson * Judith van Gent is hoofd collecties van het Amsterdam museum.
Prof. Marcel Van Eeden. Freier Künstler und Rektor der Staatlichen Akademie der Bildenden Künste in Karlsruhe. Zitate aus dem Podcast: »Neben Schriftsteller wollte ich früher Fotograf werden. Künstler eigentlich nie.« »Ich kann gar nicht zeichnen. Ich kann nur ein Foto abzeichnen.« »Ich mache handgefertigte Fotos. Mit der Hand nachgemachte Fotos.« »Viel später habe ich realisiert, es sind keine Zeichnungen, es ist Fotografie.« »Es geht immer um (Farb)ton und um Licht, und nicht um Linien. Zeichnung ist Linie.« »Es ist pure Intuition. Man spürt einfach, das ist das Bild oder das ist es nicht.« »Die Jüngeren sind so digital natives, dass sie uns unterrichten sollten.« Marcel van Eeden wurde 1965 in Den Haag in den Niederlanden geboren. Von 1989 bis 1993 studierte er an der »Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten« in Den Haag. Seit 2014 ist er Professor an der Staatlichen Akademie der Bildenden Künste in Karlsruhe und seit 2021 ihr Rektor. Van Eedens Zeichnungen beruhen auf alten Schwarz-Weiß-Fotografien. Mit tiefschwarzem Duktus empfindet er diese Fotografien zeichnerisch nach, wodurch sie nicht nur an kontrastreiche Fotoabzüge erinnern, sondern auch an düstere fotorealistische Film-Noir-Augenblicke. Er lebt und arbeitet in Zürich und Den Haag. http://www.marcelvaneeden.nl https://spruethmagers.com/artists/marcel-van-eeden/ https://www.kunstakademie-karlsruhe.de https://www.hans-thoma-museum.de/eip/pages/vorankuendigungen.php - - - Episoden-Cover-Gestaltung: Andy Scholz Episoden-Cover-Foto: privat Regelmäßig gut informiert über das INTERNATIONALE FESTIVAL FOTOGRAFISCHER BILDER, den »Deutschen Fotobuchpreis« und den Podcast Fotografien Neu Denken durch unseren Newsletter: https://festival-fotografischer-bilder.de/newsletter/ Idee, Produktion, Redaktion, Moderation, Schnitt, Ton, Musik: Andy Scholz Der Podcast ist eine Produktion von STUDIO ANDY SCHOLZ 2020-2023. Andy Scholz wurde 1971 in Varel am Jadebusen geboren. Er studierte Philosophie und Medienwissenschaften in Düsseldorf, Kunst und Design an der HBK Braunschweig und Fotografie/Fototheorie in Essen an der Folkwang Universität der Künste. Seit 2005 arbeitet er als freier Künstler, Autor und ist seit 2016 künstlerischer Leiter und Kurator vom INTERNATIONALEN FESTIVAL FOTOGRAFISCHER BILDER. Seit 2012 unterrichtete er an verschiedenen Instituten, u.a. Universität Regensburg, Fachhochschule Würzburg, North Dakota State University in Fargo (USA), Philipps-Universität Marburg, Ruhr Universität Bochum, seit 2022 auch an der Pädagogischen Hochschule Ludwigsburg. Im ersten Lockdown, im Juni 2020, begann er mit dem Podcast. Im Oktober 2022 integrierte er gemeinsam mit Martin Rosner den Deutschen Fotobuchpreises ins INTERNATIONALE FESTIVAL FOTOGRAFISCHER BILDER in Regensburg. Er lebt und arbeitet in Essen. http://fotografieneudenken.de/ https://www.instagram.com/fotografieneudenken/ https://festival-fotografischer-bilder.de/ https://www.instagram.com/festivalfotografischerbilder/ http://andyscholz.com/ https://www.instagram.com/scholzandy/
Annemieke Bosman in gesprek met beeldend kunstenaar Jade van der Mark. Gewapend met een schetsblok, een observerend paar ogen en een niet te stoppen nieuwsgierigheid, gaat kunstenares Jade van der Mark (Bergen, 1990) op pad in de stad. In de normaliter drukke straten observeert zij vanaf een afstand alle voorbijgangers, en gaat met behulp van haar verbeelding op zoek naar de verhalen van deze toevallige passanten. Hierdoor ontstaan er weer nieuwe verhalen, waarbij concepten als massaconsumptie, (over) populatie, diversiteit en de gehaastheid in het leven slechts enkele van de terugkerende thema's zijn. Van der Mark voltooide aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag de opleiding Textiel & Mode, na eerst kortstondig te hebben gestudeerd aan de Amsterdamse Gerrit Rietveld Academie en aan ArtEZ Academie voor Art & Design in Arnhem. Gedurende haar studietijd heeft zij als stagiair werkervaring opgedaan bij Victor & Rolf. In 2016 kreeg van der Mark tijdens de Milan Fashion Week de Dutch Fashion Award voor de creativiteit waarmee zij schilderijen verweefde tot draagbare kunstwerken. Sinds 2017 legt zij zich volledig toe op de schilderkunst. In kleurrijke, dikke lagen olieverf, aangebracht op doeken van forse afmetingen, geeft Van der Mark gestalte aan een wereld waarin massaconsumptie, (over) populatie, diversiteit en isolement de boventoon voeren. De met lef aangezette kleuren, de uitbundige dynamiek en de veelheid aan gezichten op haar doek vormen een schrijnend contrast met het isolement dat er desondanks doorheen breekt.
Brigitte Spiegeler is advocaat in Nederland en Frankrijk én kunstenaar. Ogenschijnlijk 2 tegengestelde professies maar niet voor Brigitte. Brigitte is partner bij Heffels Spiegeler Advocaten in Den Haag en is gespecialiseerd in intellectueel eigendom en kunst en recht. Met haar team werkt zij internationaal. Naast haar studie Nederlands recht en Europese studies heeft Brigitte ook de opleiding autonome beeldende kunst aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag afgerond. Vanaf het moment van afstuderen exposeert zij wereldwijd. Haar moderne kunstwerken zijn vaak een combinatie van verschillende disciplines en ook haar liefde voor taal gebruikt zij als uitingsvorm. Zo verschenen er inmiddels 2 boeken van haar hand en enkele dichtbundels.
PATREON
Voor het boek ‘Over over morgen' schreven tien Vlaamse en Nederlandse auteurs een hoopvol toekomstverhaal. Een van hen was Arnon Grunberg. Yelena Schmitz vroeg Grunberg om de tekst in te spreken en maakte deze audioversie van het verhaal. Zij interviewde hem ook, samen met Annelies Verbeke, over het schrijfproces: https://deburen.eu/magazine/3355/arnon-grunberg-annelies-verbeke-over-hoopvolle-toekomstverhalen. Deze podcast is een productie van deBuren, Vlaams-Nederlands huis voor cultuur en debat. Het boek ‘Over over morgen' komt voort uit het project '2084 - De toekomst is hoopvol' van Greentrack Gent in samenwerking met Bibliotheek De Krook, Vlaams-Nederlands Huis deBuren, Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren, Pulse Transitienetwerk Cultuur, Jeugd, Media, Uitgeverij Vrijdag en de vakgroep Letterkunde en het Centrum voor Duurzame Ontwikkeling van de Universiteit Gent.
Hij begon op zijn twaalfde met graffiti en inmiddels is hij bijna afgestudeerd aan de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunst in Den Haag. Bewapend met schetsboek en schildertrui betreedt kunstenaar Menno Pasveer de studio van Miss Podcast. Hoe klinkt zijn kunst? Wat heeft hij met stoelen? En hoe schetst hij zijn jeugd?
Deze podcast is een productie van deBuren, Vlaams-Nederlands huis voor cultuur en debat, en Socius, Steunpunt voor Sociaal-cultureel werk in Vlaanderen en Brussel. Yelena Schmitz maakte deze podcast en interviewde Arnon Grunberg en Annelies Verbeke over de hoopvolle toekomstverhalen die ze schreven voor het project ‘2084 – De toekomst is hoopvol'. De volledige teksten en die van 8 andere Vlaamse en Nederlandse auteurs zijn te vinden in het boek ‘Over over morgen'. '2084 - De toekomst is hoopvol' is een project van Greentrack Gent in samenwerking met Bibliotheek De Krook, Vlaams-Nederlands Huis deBuren, Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren, Pulse Transitienetwerk Cultuur, Jeugd, Media, Uitgeverij Vrijdag en de vakgroep Letterkunde en het Centrum voor Duurzame Ontwikkeling van de Universiteit Gent.
Interviewer Nicole Terborg gaat in aflevering 1 in gesprek met Quinsy Gario, performancedichter en beeldend kunstenaar. Quinsy komt uit Curaçao en St. Maarten en is tevens de initiator van het kunstproject 'Zwarte Piet Is Racisme'. Quinsy heeft met zijn werk meerdere prijzen ontvangen. In 2014 won hij de Kerwin Duinmeijer Award en in 2017 de Koninklijke Academie van Beeldende Kunst Masterscriptieprijs. In zijn werk richt hij zich op de dekoloniale herinnering en verstoring. Quinsy staat ook stil bij het conflict binnen BIJ1 van afgelopen zomer, hij geeft aan wat dit persoonlijk met hem heeft gedaan.
Johan Pas is hoofd van de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten Antwerpen, doctor in de kunstwetenschappen, docent, auteur en curator. Zijn onderzoek spitst zich toe op tentoonstellings- en publicatiegeschiedenis van de 20ste-eeuwse avant-gardes. Johan bespreekt de kaderreeksen van Vincent Geyskens. Een gesprek over abstractie, over het belang van het kader in de schilderkunst en linken tussen het werk van Vincent Geyskens en andere kunstenaars.
Er ligt een vergrootglas op het werk van wetenschappers. Steeds vaker krijgen ook zij te maken met bedreiging en intimidatie.Universiteiten moeten daar veel meer oog voor hebben en hun medewerkers in bescherming nemen, dat vindt Ineke Sluiter, president van de Koninklijke Academie van Wetenschappen. Martijn Dekker, politicoloog aan de UVA ondervond hoe het is om op de site Vizier op Links te staan. En Remko Breuker, hoogleraar Koreastudies aan de Universiteit Leiden kwam erachter dat zijn doodvonnis in Noord-Korea reeds getekend was. Meer weten over dit onderwerp? Ga naar onze website argosonderzoekt.nl voor meer informatie.
Er ligt een vergrootglas op het werk van wetenschappers. Steeds vaker krijgen ook zij te maken met bedreiging en intimidatie.Universiteiten moeten daar veel meer oog voor hebben en hun medewerkers in bescherming nemen, dat vindt Ineke Sluiter, president van de Koninklijke Academie van Wetenschappen. Martijn Dekker, politicoloog aan de UVA ondervond hoe het is om op de site Vizier op Links te staan. En Remko Breuker, hoogleraar Koreastudies aan de Universiteit Leiden kwam erachter dat zijn doodvonnis in Noord-Korea reeds getekend was. Meer weten over dit onderwerp? Ga naar onze website argosonderzoekt.nl voor meer informatie.
Jakoetië: de meeste mensen kennen dit gebied alleen van het spel Risk, maar de Vlaamse fotograaf Hanne van Assche weet hoe de sneeuw daar voelt. Hoe het is om daar te wonen. Voor haar afstudeerproject aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten vertrok zij maandenlang naar een piepklein stadje in het noordoosten van Rusland. Een provincieplaats genaamd Oedatsjny, letterlijk vertaald: geluk. Ze was op zoek naar de oorsprong van iets waarvan wij alleen het eindproduct kennen: de diamant. Ze kwam alleen met iets heel anders weer thuis.
Prisonshow podcast aflevering 71: Wiosna van Bon.Wiosna van Bon (1992) is een half Poolse, half Nederlandse fotograaf die in 2017 afstudeerde in documentairefotografie aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten.Mensen staan altijd in het middelpunt van haar werk en ze zegt zelf: als ik geen fotograaf was geworden dan was ik psychologie gaan studeren.. Ze is gefascineerd door de eenzame, ongelijke groepen - van degenen die ondanks alles behouden blijven. Het doel van haar fotoboek Family Stranger is om bewustzijn te creëren voor de worstelingen die deze gezinnen doorstaan. Net als het criminele familielid wordt ook het gezin vaak sociaal veroordeeld. De leden van het gezin kunnen in hun eigen wereld een soort gevangenschap ervaren.Daarom ervaren zowel volwassenen als kinderen het onderwerp als taboe, of vinden ze het in ieder geval erg moeilijk om erover te praten. Met dit boek laat ik de verschillende manieren zien waarop gezinnen met de situatie omgaan. Website Wiosna van Bon: www.wiosnavanbon.nlHet boek is te bestellen via: https://www.eriskayconnection.com/home/87-family-stranger.html Publicatie: Vrijdag 18 december 2020.www.prisonshow.nlEen podcast van Frans Douw en Edwin Kleiss.
In de vorige editie van de canon was Hermans vertegenwoordigd met zijn klassieker Nooit Meer Slapen uit 1966. Nu heeft de Koninklijke Academie van de Nederlandse Taal en Letterkunde een van zijn andere werken gekozen, één dat volgens hen nog meer gewicht heeft: De donkere kamer van Damokles. Het is deze oorlogsroman uit 1958 die ook op auteur Peter Terrin een grote indruk heeft gemaakt.
Cyriel Buysse wordt misschien wel het meest gelinkt met Het gezin van Paemel, zijn beroemde toneelstuk over het Vlaamse boerenleven in de 19de eeuw. Het gezin van Paemel was dan ook het werk waarmee Buysse in de vorige editie van de literaire canon vertegenwoordigd was. Maar dat is niet langer zo, want de Koninklijke Academie van de Nederlandse Taal en Letterkunde heeft voor deze editie haar oog op een ander boek laten vallen, één van zijn latere romans Tantes uit 1924. Fotograaf Michiel Hendryckx is daar heel blij mee.
Eind juni stelt de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren een nieuwe versie van haar literaire canon voor. Hebben we wel nood aan een canon? En hoe bepaal je wat er in komt? Dat vraagt Nicky Aerts aan schrijver Erik Vlaminck, voorzitter van de canoncommissie, en Nele Hendrickx, directeur van het Letterenhuis in Antwerpen.
FutureDesignEd 2020 - Updating Values 16 - 17 January 2020 - San Marino Centro Congressi Kursaal > Keynote speaker – Alice Twemlow Research Professor /Lector Design – Design and the Deep Future at Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten Royal Academy of Art >> “Updating values” is the second edition of FutureDesignEd Symposium – Innovation in Design Education, Innovation in Education by Design, an academic research project promoted by the University of Bologna Design Programs that aims to observe the ongoing transformation of design education. Learn more: https://futuredesigned.unirsm.sm/
FutureDesignEd 2020 - Updating Values 16 - 17 January 2020 - San Marino Centro Congressi Kursaal > Day 2 - Q&A with: > Alice Twemlow Research Professor /Lector Design – Design and the Deep Future at Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten Royal Academy of Art > Manuela Celi Associate Professor at Politecnico di Milano — Design Department > Miikka J. Lehtonen Assistant Professor of Design Strategy at Dubai Institute of Design and Innovation > Juan Salamanca Assistant Professor of Graphic Design at University of Illinois >> “Updating values” is the second edition of FutureDesignEd Symposium – Innovation in Design Education, Innovation in Education by Design, an academic research project promoted by the University of Bologna Design Programs that aims to observe the ongoing transformation of design education. Learn more: https://futuredesigned.unirsm.sm/
De in Denemarken geboren modeontwerper Claes Iversen en immigreerde na zijn gymnasium naar Nederland. Daar werkte hij vijf jaar als boekhouder totdat hij in 2002 begon aan een studie aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag. In 2008 behaalde hij zijn master aan de ArtEZ hogeschool voor de kunsten in Arnhem. Zijn eerste collectie presenteerde hij een half jaar later en sindsdien doet hij dat twee keer per jaar. Zijn ontwerpen worden onder andere gedragen door Koningin Maxima en Ilse DeLange. Iversen heeft de bedrijfskleding voor al het personeel van het Nationaal Opera & Ballet ontworpen, dat vanaf dit seizoen in gebruik is. Liesbeth Staats praat een uur met Claes Iversen.
In de lokale kerk van het kleine dorpje Zaventem (vooral bekend van het nabijgelegen vliegveld) bevindt zich een van de topstukken van de Barok, een schilderij van Sint Maarten, geschilderd door Antoon van Dyck. Te gast Jonas Roelens, gastprofessor kunstgeschiedenis aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten Gent
In deze tweede aflevering hoor je interieur en patroon ontwerpster Sarah Anne Rootert uit Den Haag. Anke Truijen gaat bij haar knusse zolderetage langs en krijgt te horen hoe haar Molukse achtergrond de basis werd van haar afstudeerproject aan de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten.
Brigitte Minne doorkruist in een vlotte vertelstijl Panamarenko's jeugdjaren, van zijn geboorte tot aan zijn afstuderen aan de Koninklijke Academie van Antwerpen. Brigitte Minne (1962) is een Vlaams schrijfster van jeugdliteratuur. Lezing op zondag 5 mei 2013 in de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience. Meer over de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience? Website – www.consciencebibliotheek.be Facebook – www.facebook.com/consciencebibliotheek Twitter – www.twitter.com/ehcantwerp
Op 21 maart mogen we het rode stempotlood weer in de hand nemen! We stemmen dan niet alleen voor de gemeenteraad, maar ook voor het landelijk referendum. In Rotterdam is er nog iets bijzonders aan de hand, want dit jaar mogen jongeren vanaf zestien jaar in vier stadsgebieden stemmen voor de stadscommissie in hun wijk. Nou, is het van oudsher zo dat jongeren maar moeilijk naar de stembussen te krijgen zijn. Hoe kunnen we daar verandering in brengen? Op woensdag 14 maart is onze show even omgedoopt tot Chicks and Politics. In het kader van de gemeenteraadsverkiezingen en het referendum staat onze show volledig in het teken van jongeren en politiek. Zoals hierboven aangegeven kunnen zestienjarigen voor het eerst meestemmen. En dat is toch wel een big deal! Samen met powerchicks Emma Clemens (foto) en Nine Kootstra bespreken wij onder andere hoe we ervoor kunnen zorgen dat jongeren zich meer betrokken gaan voelen bij de politiek. En waarom het zo belangrijk is om je stem te laten horen! Als de eerste Rotterdamse VN-jongerenvertegenwoordiger Duurzame Ontwikkeling bezoekt Emma verschillende conferenties van de Verenigde Naties (VN). Ook gaat zij met politici in gesprek over de belangen van jongeren. Daarnaast staat zij geregeld voor de klas om jongeren te vertellen over klimaatverandering, de Verenigde Naties en politiek. Zij vormt dus de schakel tussen jongeren en de (inter)nationale politiek! Uiteraard is deze bezige bij niet alleen maar met politiek bezig. Zij studeert ook nog eens Economie en Rechten. En in haar vrije tijd doet zij graag aan fitness, hockey en hardlopen. Nine Kootstra is een zeer getalenteerde fotografe. Zij is afgestudeerd aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten (KABK). Op haar website kun je haar werk bewonderen. In januari was Nine als fotografe betrokken bij de Vote or Die-campagne van het HipHopHuis in Rotterdam. Je kon jezelf laten fotografen in T-shirts speciaal ontworpen door niemand minder dan beeldenkunstenaar Brian Elstak. Met deze foto’s wil het HipHopHuis samen met jou laten zien waarom het belangrijk is om je stemrecht te claimen. Wat heeft Nine zelf met politiek? En waarom vindt zij het belangrijk dat jongeren zich meer voor politiek gaan interesseren? Dat hoor je woensdag in de show! Woensdag 14 maart zijn Emma Clemens en Nine Kootstra te gast bij Chicks and the City van 20.00- 21.00 uur op 93.4 fm. Luisteren dus!
In de speeltuin Criticaster van het kapitalisme, dat was Ward Ruyslinck altijd al, ook toen het niet in de mode was. De Vlaamse auteur, van wie de naam vooral in de jaren zeventig en tachtig rondzong als Nobelprijs-laureaat, was in de zomer van 1992 te gast in het marathoninterview dat rechtstreeks werd uitgezonden door de VPRO-radio. Ronald van den Boogaard was gedurende vijf uur zijn gesprekspartner. ----------------------------- Biografie Ward Ruyslinck Raymond Charles Marie De Belser – later bekend onder het pseudoniem Ward Ruyslinck – werd geboren op 17 juni 1929 in Berchem, een district van Antwerpen. Zijn ouders zijn Leo en Germaine Nauwelaers. Vader was katholiek en bibliothecaris bij een oliemaatschappij. Als de oorlog uitbreekt en de Duitsers oprukken richting Frankrijk doet het gezin een vluchtpoging, maar strandt in Noord-Frankrijk, waarna ze weer terugkeren naar Antwerpen. De literaire interesse van de kleine manifesteerde zich al op twaalfjarige leeftijd, toen hij de roman Vaargeulen schreef. Het werd opgestuurd naar Stijn Streuvels, de Vlaamse auteur die in die tijd als de grootste vernieuwer van de Nederlandstalige literatuur gold, maar die stuurde het ongelezen terug. Echter niet zonder er een brief met adviezen bij te voegen. Het manuscript van dit debuut ging verloren bij een bombardement op het ouderlijk huis in 1943. Ook schreef hij al gedichten en verhalen, waarvan sommigen werden gepubliceerd. In 1947 vertrok hij naar Gent om er Germaanse Filologie te studeren. Een jaar later hield hij die studie voor gezien. Het verlies van zijn vijf jaar oudere broer zal meegespeeld hebben bij die beslissing. De Belser was er zeer door aangeslagen. Hij schrijft er In Memoriam Fratris over. Na wat loopbaanomzwervingen komt hij terecht in de bibliotheek van het prentenkabinet van het Plantin-Moretus-museum in Antwerpen. In 1953 trouwt hij met schoolvriendin Alice Burm. Een jaar later dient enige zoon Chris zich aan. De erkenning van zijn schrijverschap volgt kort daarop. In 1956 krijgt hij de Poëzieprijs der Algemene Kunstkamer voor zijn dichtbundel Fanaal in de Mist. De novelle De Ontaarde Slapers en de roman – zijn meest succesvolle – Wierook en Tranen volgen in resp. 1957 en 1958. Het Reservaat uit 1964 krijgt de Prijs voor Letterkunde van de Vlaamse Provincies. Terugkerende thema’s in zijn boeken en gedichten zijn de ongelijke strijd van het individu met de rest van de maatschappij en de individuele vrijheid die een illusie blijkt te zijn. Zijn oeuvre getuigt van een sociaal engagement, maar is pessimistisch, met een satirische toon. In de jaren zestig en zeventig maakt hij een groot aantal reizen, sommigen in opdracht van kranten en tijdschriften. Dat brengt hem onder meer naar Polen, de Sovjetunie, Argentinië en de DDR. In 1975 wordt hij lid van de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, tien jaar later wordt hij er voorzitter van. In 1990 overlijdt zijn echtgenote. Twee jaar later publiceert hij De Speeltuin dat hij samen met zijn nieuwe levenspartner Monika Macken schrijft, waarin de voormalige partners van de twee aangepakt worden.
In de speeltuin Criticaster van het kapitalisme, dat was Ward Ruyslinck altijd al, ook toen het niet in de mode was. De Vlaamse auteur, van wie de naam vooral in de jaren zeventig en tachtig rondzong als Nobelprijs-laureaat, was in de zomer van 1992 te gast in het marathoninterview dat rechtstreeks werd uitgezonden door de VPRO-radio. Ronald van den Boogaard was gedurende vijf uur zijn gesprekspartner. ----------------------------- Biografie Ward Ruyslinck Raymond Charles Marie De Belser – later bekend onder het pseudoniem Ward Ruyslinck – werd geboren op 17 juni 1929 in Berchem, een district van Antwerpen. Zijn ouders zijn Leo en Germaine Nauwelaers. Vader was katholiek en bibliothecaris bij een oliemaatschappij. Als de oorlog uitbreekt en de Duitsers oprukken richting Frankrijk doet het gezin een vluchtpoging, maar strandt in Noord-Frankrijk, waarna ze weer terugkeren naar Antwerpen. De literaire interesse van de kleine manifesteerde zich al op twaalfjarige leeftijd, toen hij de roman Vaargeulen schreef. Het werd opgestuurd naar Stijn Streuvels, de Vlaamse auteur die in die tijd als de grootste vernieuwer van de Nederlandstalige literatuur gold, maar die stuurde het ongelezen terug. Echter niet zonder er een brief met adviezen bij te voegen. Het manuscript van dit debuut ging verloren bij een bombardement op het ouderlijk huis in 1943. Ook schreef hij al gedichten en verhalen, waarvan sommigen werden gepubliceerd. In 1947 vertrok hij naar Gent om er Germaanse Filologie te studeren. Een jaar later hield hij die studie voor gezien. Het verlies van zijn vijf jaar oudere broer zal meegespeeld hebben bij die beslissing. De Belser was er zeer door aangeslagen. Hij schrijft er In Memoriam Fratris over. Na wat loopbaanomzwervingen komt hij terecht in de bibliotheek van het prentenkabinet van het Plantin-Moretus-museum in Antwerpen. In 1953 trouwt hij met schoolvriendin Alice Burm. Een jaar later dient enige zoon Chris zich aan. De erkenning van zijn schrijverschap volgt kort daarop. In 1956 krijgt hij de Poëzieprijs der Algemene Kunstkamer voor zijn dichtbundel Fanaal in de Mist. De novelle De Ontaarde Slapers en de roman – zijn meest succesvolle – Wierook en Tranen volgen in resp. 1957 en 1958. Het Reservaat uit 1964 krijgt de Prijs voor Letterkunde van de Vlaamse Provincies. Terugkerende thema’s in zijn boeken en gedichten zijn de ongelijke strijd van het individu met de rest van de maatschappij en de individuele vrijheid die een illusie blijkt te zijn. Zijn oeuvre getuigt van een sociaal engagement, maar is pessimistisch, met een satirische toon. In de jaren zestig en zeventig maakt hij een groot aantal reizen, sommigen in opdracht van kranten en tijdschriften. Dat brengt hem onder meer naar Polen, de Sovjetunie, Argentinië en de DDR. In 1975 wordt hij lid van de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, tien jaar later wordt hij er voorzitter van. In 1990 overlijdt zijn echtgenote. Twee jaar later publiceert hij De Speeltuin dat hij samen met zijn nieuwe levenspartner Monika Macken schrijft, waarin de voormalige partners van de twee aangepakt worden.
In de speeltuin Criticaster van het kapitalisme, dat was Ward Ruyslinck altijd al, ook toen het niet in de mode was. De Vlaamse auteur, van wie de naam vooral in de jaren zeventig en tachtig rondzong als Nobelprijs-laureaat, was in de zomer van 1992 te gast in het marathoninterview dat rechtstreeks werd uitgezonden door de VPRO-radio. Ronald van den Boogaard was gedurende vijf uur zijn gesprekspartner. ----------------------------- Biografie Ward Ruyslinck Raymond Charles Marie De Belser – later bekend onder het pseudoniem Ward Ruyslinck – werd geboren op 17 juni 1929 in Berchem, een district van Antwerpen. Zijn ouders zijn Leo en Germaine Nauwelaers. Vader was katholiek en bibliothecaris bij een oliemaatschappij. Als de oorlog uitbreekt en de Duitsers oprukken richting Frankrijk doet het gezin een vluchtpoging, maar strandt in Noord-Frankrijk, waarna ze weer terugkeren naar Antwerpen. De literaire interesse van de kleine manifesteerde zich al op twaalfjarige leeftijd, toen hij de roman Vaargeulen schreef. Het werd opgestuurd naar Stijn Streuvels, de Vlaamse auteur die in die tijd als de grootste vernieuwer van de Nederlandstalige literatuur gold, maar die stuurde het ongelezen terug. Echter niet zonder er een brief met adviezen bij te voegen. Het manuscript van dit debuut ging verloren bij een bombardement op het ouderlijk huis in 1943. Ook schreef hij al gedichten en verhalen, waarvan sommigen werden gepubliceerd. In 1947 vertrok hij naar Gent om er Germaanse Filologie te studeren. Een jaar later hield hij die studie voor gezien. Het verlies van zijn vijf jaar oudere broer zal meegespeeld hebben bij die beslissing. De Belser was er zeer door aangeslagen. Hij schrijft er In Memoriam Fratris over. Na wat loopbaanomzwervingen komt hij terecht in de bibliotheek van het prentenkabinet van het Plantin-Moretus-museum in Antwerpen. In 1953 trouwt hij met schoolvriendin Alice Burm. Een jaar later dient enige zoon Chris zich aan. De erkenning van zijn schrijverschap volgt kort daarop. In 1956 krijgt hij de Poëzieprijs der Algemene Kunstkamer voor zijn dichtbundel Fanaal in de Mist. De novelle De Ontaarde Slapers en de roman – zijn meest succesvolle – Wierook en Tranen volgen in resp. 1957 en 1958. Het Reservaat uit 1964 krijgt de Prijs voor Letterkunde van de Vlaamse Provincies. Terugkerende thema’s in zijn boeken en gedichten zijn de ongelijke strijd van het individu met de rest van de maatschappij en de individuele vrijheid die een illusie blijkt te zijn. Zijn oeuvre getuigt van een sociaal engagement, maar is pessimistisch, met een satirische toon. In de jaren zestig en zeventig maakt hij een groot aantal reizen, sommigen in opdracht van kranten en tijdschriften. Dat brengt hem onder meer naar Polen, de Sovjetunie, Argentinië en de DDR. In 1975 wordt hij lid van de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, tien jaar later wordt hij er voorzitter van. In 1990 overlijdt zijn echtgenote. Twee jaar later publiceert hij De Speeltuin dat hij samen met zijn nieuwe levenspartner Monika Macken schrijft, waarin de voormalige partners van de twee aangepakt worden.
In de speeltuin Criticaster van het kapitalisme, dat was Ward Ruyslinck altijd al, ook toen het niet in de mode was. De Vlaamse auteur, van wie de naam vooral in de jaren zeventig en tachtig rondzong als Nobelprijs-laureaat, was in de zomer van 1992 te gast in het marathoninterview dat rechtstreeks werd uitgezonden door de VPRO-radio. Ronald van den Boogaard was gedurende vijf uur zijn gesprekspartner. ----------------------------- Biografie Ward Ruyslinck Raymond Charles Marie De Belser – later bekend onder het pseudoniem Ward Ruyslinck – werd geboren op 17 juni 1929 in Berchem, een district van Antwerpen. Zijn ouders zijn Leo en Germaine Nauwelaers. Vader was katholiek en bibliothecaris bij een oliemaatschappij. Als de oorlog uitbreekt en de Duitsers oprukken richting Frankrijk doet het gezin een vluchtpoging, maar strandt in Noord-Frankrijk, waarna ze weer terugkeren naar Antwerpen. De literaire interesse van de kleine manifesteerde zich al op twaalfjarige leeftijd, toen hij de roman Vaargeulen schreef. Het werd opgestuurd naar Stijn Streuvels, de Vlaamse auteur die in die tijd als de grootste vernieuwer van de Nederlandstalige literatuur gold, maar die stuurde het ongelezen terug. Echter niet zonder er een brief met adviezen bij te voegen. Het manuscript van dit debuut ging verloren bij een bombardement op het ouderlijk huis in 1943. Ook schreef hij al gedichten en verhalen, waarvan sommigen werden gepubliceerd. In 1947 vertrok hij naar Gent om er Germaanse Filologie te studeren. Een jaar later hield hij die studie voor gezien. Het verlies van zijn vijf jaar oudere broer zal meegespeeld hebben bij die beslissing. De Belser was er zeer door aangeslagen. Hij schrijft er In Memoriam Fratris over. Na wat loopbaanomzwervingen komt hij terecht in de bibliotheek van het prentenkabinet van het Plantin-Moretus-museum in Antwerpen. In 1953 trouwt hij met schoolvriendin Alice Burm. Een jaar later dient enige zoon Chris zich aan. De erkenning van zijn schrijverschap volgt kort daarop. In 1956 krijgt hij de Poëzieprijs der Algemene Kunstkamer voor zijn dichtbundel Fanaal in de Mist. De novelle De Ontaarde Slapers en de roman – zijn meest succesvolle – Wierook en Tranen volgen in resp. 1957 en 1958. Het Reservaat uit 1964 krijgt de Prijs voor Letterkunde van de Vlaamse Provincies. Terugkerende thema’s in zijn boeken en gedichten zijn de ongelijke strijd van het individu met de rest van de maatschappij en de individuele vrijheid die een illusie blijkt te zijn. Zijn oeuvre getuigt van een sociaal engagement, maar is pessimistisch, met een satirische toon. In de jaren zestig en zeventig maakt hij een groot aantal reizen, sommigen in opdracht van kranten en tijdschriften. Dat brengt hem onder meer naar Polen, de Sovjetunie, Argentinië en de DDR. In 1975 wordt hij lid van de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, tien jaar later wordt hij er voorzitter van. In 1990 overlijdt zijn echtgenote. Twee jaar later publiceert hij De Speeltuin dat hij samen met zijn nieuwe levenspartner Monika Macken schrijft, waarin de voormalige partners van de twee aangepakt worden.
In de speeltuin Criticaster van het kapitalisme, dat was Ward Ruyslinck altijd al, ook toen het niet in de mode was. De Vlaamse auteur, van wie de naam vooral in de jaren zeventig en tachtig rondzong als Nobelprijs-laureaat, was in de zomer van 1992 te gast in het marathoninterview dat rechtstreeks werd uitgezonden door de VPRO-radio. Ronald van den Boogaard was gedurende vijf uur zijn gesprekspartner. ----------------------------- Biografie Ward Ruyslinck Raymond Charles Marie De Belser – later bekend onder het pseudoniem Ward Ruyslinck – werd geboren op 17 juni 1929 in Berchem, een district van Antwerpen. Zijn ouders zijn Leo en Germaine Nauwelaers. Vader was katholiek en bibliothecaris bij een oliemaatschappij. Als de oorlog uitbreekt en de Duitsers oprukken richting Frankrijk doet het gezin een vluchtpoging, maar strandt in Noord-Frankrijk, waarna ze weer terugkeren naar Antwerpen. De literaire interesse van de kleine manifesteerde zich al op twaalfjarige leeftijd, toen hij de roman Vaargeulen schreef. Het werd opgestuurd naar Stijn Streuvels, de Vlaamse auteur die in die tijd als de grootste vernieuwer van de Nederlandstalige literatuur gold, maar die stuurde het ongelezen terug. Echter niet zonder er een brief met adviezen bij te voegen. Het manuscript van dit debuut ging verloren bij een bombardement op het ouderlijk huis in 1943. Ook schreef hij al gedichten en verhalen, waarvan sommigen werden gepubliceerd. In 1947 vertrok hij naar Gent om er Germaanse Filologie te studeren. Een jaar later hield hij die studie voor gezien. Het verlies van zijn vijf jaar oudere broer zal meegespeeld hebben bij die beslissing. De Belser was er zeer door aangeslagen. Hij schrijft er In Memoriam Fratris over. Na wat loopbaanomzwervingen komt hij terecht in de bibliotheek van het prentenkabinet van het Plantin-Moretus-museum in Antwerpen. In 1953 trouwt hij met schoolvriendin Alice Burm. Een jaar later dient enige zoon Chris zich aan. De erkenning van zijn schrijverschap volgt kort daarop. In 1956 krijgt hij de Poëzieprijs der Algemene Kunstkamer voor zijn dichtbundel Fanaal in de Mist. De novelle De Ontaarde Slapers en de roman – zijn meest succesvolle – Wierook en Tranen volgen in resp. 1957 en 1958. Het Reservaat uit 1964 krijgt de Prijs voor Letterkunde van de Vlaamse Provincies. Terugkerende thema’s in zijn boeken en gedichten zijn de ongelijke strijd van het individu met de rest van de maatschappij en de individuele vrijheid die een illusie blijkt te zijn. Zijn oeuvre getuigt van een sociaal engagement, maar is pessimistisch, met een satirische toon. In de jaren zestig en zeventig maakt hij een groot aantal reizen, sommigen in opdracht van kranten en tijdschriften. Dat brengt hem onder meer naar Polen, de Sovjetunie, Argentinië en de DDR. In 1975 wordt hij lid van de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, tien jaar later wordt hij er voorzitter van. In 1990 overlijdt zijn echtgenote. Twee jaar later publiceert hij De Speeltuin dat hij samen met zijn nieuwe levenspartner Monika Macken schrijft, waarin de voormalige partners van de twee aangepakt worden.