Iedere week een blik op de financiële markten met Corné van Zeijl. Ook te lezen in het Financieele Dagblad.

Stelt u zich eens het volgende kerstverhaal voor. Een man moet voor zijn werk naar het kantoor in Londen vliegen. Zijn vrouw heeft hem net afgezet op een zondagavond, zodat hij op maandag vroeg kan beginnen. Het is donker en somber weer, maar binnen bij de incheckbalie branden de lichtjes vrolijk in de kerstboom. Hij wil inchecken. Maar dan zegt de computer nee. Hij mag niet aan boord. Er zijn problemen met zijn company creditcard. Er is niet betaald. Hij mag niet mee en moet zijn vrouw bellen om hem weer op te komen halen. Het lijkt op het begin van een triest kerstverhaal. Maar het ging over mij. Er was een vinkje verkeerd gezet, de rekeningen waren niet betaald en de creditcard was geblokkeerd. Ik merkte opeens hoe je als persoon vermalen kan worden door een Kafkaiaans systeem. Een leerzame les. Op zo’n moment voel je de macht van de creditcard maatschappijen. Een creditcard is onontbeerlijk, terwijl we in Nederland toch van die prachtige en efficiënte betaalsystemen hebben. En alle creditcard maatschappijen zijn Amerikaans. Dit is toch wel iets om over na te denken. Net als op technologie gebied is de US op financieel gebied oppermachtig. De vraag is of je dat als Europa wel wil. Vroeger was de US een vriendelijke natie. Maar nu de houding van de US tegenover Europa steeds vijandiger aan het worden is, is dat een punt van aandacht. De creditcard maatschappijen zijn de Scrooge in het betalingsverkeer. In de US maken ze veel reclame om kiezers te overtuigen dat ze bij hun volksvertegenwoordiger moeten aandringen om nieuwe wetgeving niet door te laten gaan. Die wetgeving maakt het makkelijker om op andere manieren te betalen. Als een bedrijfstak zoveel moeite doet om tegen een wet te ageren, zal die wet er waarschijnlijk niet voor niets zijn. Intussen berekenen de creditcard maatschappijen torenhoge rentes. In de US dik boven de 20%. En dat terwijl de Fed de rente net heeft verlaagd tot een bescheiden 3,75%. De rentemarge op deze creditcard leningen loopt alsmaar op. Niet voor niets behoren de creditcard maatschappijen tot de bedrijven met de hoogste winstmarges. Dat is fijn voor beleggers. Het maakt niet uit in welke van de drie creditcard maatschappijen u had belegd. Met alle drie had u de Amerikaanse aandelenindex ruimschoots verslagen. Het was dus een interessante belegging. Dat was het verleden. Maar als je alles uit je klanten trekt en je machtpositie zo misbruikt, komt er een keer dat de wal het schip keert. Scrooge uit het kerstverhaal kwam uiteindelijk tot inkeer dat zijn hebberigheid niet de juiste weg is. Tot dat inzicht zijn de creditcard maatschappijen nog niet gekomen. Ik ben bang dat zij voorlopig nog niet door de geest van het kerstfeest bezocht zullen worden. See omnystudio.com/listener for privacy information.

De obligatiemarkten zijn flink in beweging. In twee maanden tijd is de rente op een 30-jarige Duitse obligatie van 3,1% naar 3,5% gestegen, het hoogste niveau sinds 2011. Dat klinkt misschien niet zo veel, maar voor obligatiemarkten is dat een flinke beweging. Daardoor zijn de koersen van deze obligaties met 6% gedaald. En het was al geen best jaar. In totaal zou u in 2025 op een dergelijke veilige belegging 14% hebben verloren. In alle berichtgeving over deze beweging wordt de overgang van de Nederlandse pensioenfondsen naar het nieuwe pensioensysteem aangevoerd als belangrijkste argument. In het nieuwe systeem is er minder behoefte aan obligaties met een hele lange looptijd, dus worden ze verkocht, waardoor de prijzen dalen en de rentes stijgen. In principe klopt dat. Nederlandse pensioenfondsen zijn grote beleggers in dit segment van de obligatiemarkt. Maar als je wat dieper in de feiten duikt, lijkt het verhaal groter dan de daadwerkelijke beweging. De rente op 30-jarige obligaties is niet echt veel harder gestegen dan die van de 10-jarige. Het pensioenverhaal is gewoon een makkelijke verklaring voor de rentestijging. Een andere verklaring is bijvoorbeeld het oplopen van het Duitse begrotingstekort. Er zullen veel nieuwe Duitse obligaties worden uitgegeven, en dat drukt de prijs omlaag en de rente omhoog.Daarnaast is er ook reuring bij de ECB. Een maandje geleden was de discussie nog of die de rente moest verlagen of niet, maar nu gaan de markten uit van een lichte verhoging in 2026. Niet veel, maar toch. ECB-directielid Isabel Schnabel zei recentelijk dat de rente ook omhoog kan. Aangezien zij vrij invloedrijk is binnen de centrale bank, had dat zeker een effect. Maar we moeten deze opmerking ook zien in het licht dat zij in 2027 graag Christine Lagarde wil opvolgen als president van de ECB. Wellicht helpt het opstellen als een goede Duitse hardliner in haar campagne.Het wordt ook weleens tijd dat we een ECB-president krijgen die wat strenger in de leer is. Sinds 2003 hebben we alleen maar Fransen en Italianen gehad: Jean-Claude Trichet, Mario Draghi en Lagarde.Intussen zien we de effecten van de rentestijging al terug op de aandelenmarkten, vooral bij de Europese vastgoedfondsen. Die sector is dit jaar maar liefst 12% achtergebleven bij de brede Europese index, en dat is vooral aan de rentestijging toe te schrijven. Ook de hypotheekrente klimt. Wellicht zorgt dat voor enige afkoeling van de huizenmarkt, al zijn daar de belangrijkste factoren nog altijd de werkgelegenheid en de verwachtingen daarover. Een hogere rente zorgt voor hogere lasten, maar als je bang bent voor ontslag, durf je waarschijnlijk geen huis meer te kopen. Voorlopig moeten we dit rentespook maar goed in de gaten houden, wat de verklaring ook is. Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

De Fed heeft zijn laatste vergadering van 2025 achter de rug. Een paar weken geleden, na een speech van Jerome Powell, kelderden de verwachtingen voor een renteverlaging. De Fed-voorzitter zei toen dat zo’n stap in december nog helemaal niet zeker was, verre van dat zelfs. Beleggers schrokken. Naast de plotseling opkomende angsten voor overmatige investeringen in AI, was dit een belangrijke reden voor de kleine correctie in de aandelenmarkt. Na Powells speech was de kans op een renteverlaging slechts 30%. Deze week was dat percentage tot 90% gestegen, bijna een zekerheidje dus. En dat kwartje ging er ook van af, bleek woensdag. Bijzonder is vooral dat in de tussentijd de Fed-leden met verschillende uitspraken kwamen. Enerzijds omdat Stephen Miron nu ook lid is. Deze nominee van Donald Trump doet niet aan consensus, maar gaat voor een maximale renteverlaging, net als de Amerikaanse president zelf.Hoe lager, hoe beter. Op korte termijn is er toch geen directe relatie tussen de Fed-rente en de inflatie. Op lange termijn wel, maar wie dan leeft, dan zorgt. Een te lage rente jaagt de economie en de inflatie alleen maar verder aan. Maar naast Miron laten ook de andere Fed-leden veel meer een eigen geluid horen. Het lijkt het wel een kippenhok. Iedereen kakelt maar door elkaar met zijn eigen geluid.Dat is wel interessant. Vroeger was het belangrijk dat de Federal Reserve met één mond sprak. Nu blijkbaar niet meer. Waarschijnlijk is Powell het comité aan het voorbereiden op de nieuwe werkelijkheid. Hoe meer Trump-afgevaardigden erin zitten, hoe meer voor een renteverlaging zullen stemmen. Maar als iedereen gewoon zijn eigen mening verkondigt, wordt de hele Fed weerbaarder voor de Trump-doctrine. Zo gaat het er bij de Bank of England altijd aan toe. Waarschijnlijk horen we ergens in januari wie de nieuwe Fed-voorzitter gaat worden. Kevin Hasset lijkt de meeste kans te maken. Hoewel een aantal ceo’s van grote Amerikaanse banken heeft laten weten dat een voorzitter met een dergelijke losse rentehand weleens slecht voor de markten kan zijn. De meeste Fed-watchers gaan ervan uit dat Powell de instelling zal verlaten als hij voorzitter af is. Maar dat hoeft niet. Charles Hemlin bleef nog bijna twintig jaar in de Fed zitten nadat hij in 1918 zijn voorzittershamer had ingeleverd. En Marinner Eccles bleef na 1948 nog 3,5 jaar zitten. Die situatie is erg vergelijkbaar met de huidige. Ook Eccles werd hoog gewaardeerd door Wall Street. Hij bleef zitten omdat hij dacht dat onder president Harry Truman de onafhankelijkheid van de Fed op het spel stond. Dat zou nu zomaar weer kunnen gebeuren, al weten we dat pas in mei. Intussen kakelen bij de Fed de kippen vrolijk door. Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

Jitse Groen vertrekt als ceo van Just Eat Takeaway. Dit beeld zie je vaker bij overnames. Het is moeilijk om een ondergeschikte rol aan te nemen als je jarenlang de baas bent geweest.Veel beleggers blijven met een flinke kater achter. De overnamepremie van ruim 60% die Prosus bood, was niet meer dan een doekje voor het bloeden. Zeker voor de beleggers die ook de koers van €100 hebben meegemaakt. Jitse Groen heeft het bedrijf grootgemaakt, waarvoor mijn oprechte complimenten. Maar hij heeft ook enorme fouten gemaakt. Als je een grote Amerikaanse overname (GrubHub) doet voor €6,5 mrd en die vier jaar later weer voor €600 mln moet verkopen, is dat niet anders te omschrijven als een fout. Iedereen heeft recht op zijn fouten. Dat hoort bij ondernemen en Jitse is een ondernemer. Alleen was deze fout wel erg duur. Natuurlijk had het Amerikaanse avontuur ook goed kunnen aflopen, alleen was die kans erg klein. Hadden beleggers dat kunnen zien aankomen? Ja, natuurlijk wel. Als een ceo zich laat meeslepen in megalomane overnameplannen, hoef je daar als belegger niet in mee te gaan.Vroeger had ik als analist een overnamerapport om te beoordelen of een deal succesvol zou zijn of niet. Er waren 10 punten waarop gescoord kon worden. Plus nog wat aftrekpunten, afhankelijk van hoe vaak het woord strategisch in het overnamebericht voorkwam. Als een overname strategisch wordt genoemd, betekent dat meestal dat winstgevendheid minder belangrijk is. In het persbericht van 2021 staat het woord één keer. Als ik de GrubHub-overname achteraf had moeten beoordelen, is het niet moeilijk. Achteraf is niets moeilijk. Just Eat Takeaway zou slechts een 2,4 hebben gekregen. Een dikke onvoldoende dus.Een aantal factoren weegt zwaar mee. Als je een grote overname aan de andere kant van de oceaan doet, zijn de synergie-effecten beperkt. Bovendien joeg toen iedereen op dit soort bedrijven, dus was de prijs erg hoog. Ze kregen alleen nog wat punten omdat de overname in aandelen werd betaald en ze binnen hun eigen segment bleven. Nu ik het rapport toch voor me heb, heb ik meteen de NIBC-overname door ABN Amro doorgerekend. Die komt uit op een mooie 6,8. De markt voor een bank als NIBC is niet bepaald hot. Verkoper Blackstone liep er al jaren mee te leuren. Het bedrijf is goedkoper dan ABN Amro zelf. En omdat beide banken in Nederland zitten, zijn er maximale synergievoordelen. Zakenbank JPMorgan verhoogde de 2028 winstverwachting voor ABN Amro met 7% vanwege deze deal. De kans dat ABN Amro-beleggers over een tijdje blij met de NIBC-overname zijn, is heel wat groter dan bij die van GrubHub. Jitse zou met een dergelijk rapportcijfer dik blijven zitten, maar nu stapt hij toch zelf op. Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD. See omnystudio.com/listener for privacy information.

Er wordt veel gesproken over de AI-bubbel. En inderdaad, de koersen van technologiebedrijven zijn behoorlijk opgeblazen: de sector is goed voor 42% van de hele S&P 500. Kijk je naar de Magnificent 7-aandelen, dan staan die op 33 maal de verwachte winst. Daar hebben we gelijk een groot verschil met de internetbubbel van 2000. Toen stond de technologiesector op een kleine 50 keer de winst. Een optimist zou zeggen, er kan dus nog 50% bij. Ik ben geen optimist. Als iedereen het over een bubbel heeft, is het verleidelijk om te denken dat die morgen knapt. Maar dat hoeft natuurlijk niet. Een belangrijk verschil is dat er tijdens de internetbubbel vooral bedrijven met wilde ideeën en veel schuld waren. Nu zijn het grote techgiganten, waarbij de cashflow uit de oren komt. Maar naast deze kapitaalkrachtige techreuzen zijn er ook bedrijven zoals OpenAI. Dat heeft voor $1400 mrd aan investeringsplannen aangekondigd, alleen heeft het nog geen flauw idee waar het dat geld vandaan gaat halen. Dat is, voor een bedrijf dat in een dergelijk tempo geld aan het verbranden is, toch wel een dingetje. Voor zover je $1400 mrd een dingetje kan noemen. Al die bubbelpraat gaat vooral over de waardering van deze bedrijven, al is dat niet eens het grootste probleem. De bubbel zit waarschijnlijk in de langetermijnwinstverwachtingen van deze bedrijven. Daar lijkt op het eerste gezicht niets mis mee. In het derde kwartaal stegen de winsten van de techbedrijven nog met 38%. Maar momenteel zijn deze bedrijven allemaal monopolist of semi-monopolist in hun eigen segment. Weinig mensen kunnen de dag doorkomen zonder de diensten van bedrijven als Microsoft, Apple of Google. Nu zijn al deze techgiganten bezig om hetzelfde te doen. Ze willen allemaal het beste AI-model en de grootste datacenters. Dan zijn ze geen monopolist meer. Stel dat Google u $50 per maand gaat vragen voor het gebruik van zijn AI-model. Wat doet u dan? Waarschijnlijk gaat u naar een concurrent. Als jij en je concurrenten heel veel hebben geïnvesteerd, dan heb je geen pricing power meer. Het businessmodel van de techreuzen is dus structureel aan het veranderen. Eerst konden ze met minimaal kapitaal maximale winsten maken. Maar nu investeren ze enorme kapitalen en is het rendement daarop waarschijnlijk beperkt. Qua businessstructuur lijken ze straks meer op vliegmaatschappijen. Ook daar heeft iedereen gigantische kapitalen geïnvesteerd en is alle pricing power weg. Waarom doen ze dat dan toch? Simpel, je wilt als techgigant niet bij de losers horen. Als je niet aan deze technologierace meedoet, win je sowieso nooit. En dat wil niemand, dus blazen ze de investeringen verder op. En kunnen we nog een heel tijdje bubbelpraten. Totdat het echt knapt natuurlijk. Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD. See omnystudio.com/listener for privacy information.

Michael Burry, de belegger die naam heeft gemaakt met het voorspellen van de huizencrisis in 2008, stopt ermee. Tenminste hij blijft zelf wel beleggen, maar zijn hedgefonds Scion gaat dicht. En dan zijn zijn beleggingstransacties niet meer te zien. Dat is jammer. Michael Burry kan erg onafhankelijk en tegendraads denken. Daarmee was het een bron van bijzondere beleggingsideeën. Het sluiten van zijn fonds doet me een beetje denken aan het Tiger fonds. Dat ging dicht in maart 2000 op het hoogtepunt van de internetbubbel. De fondsmanager, Julian Robertson, gokte flink op dalende koersen van internet aandelen. En op het aller-aller-slechtste moment gooide hij de handdoek in de ring. Daarna gingen de koersen alleen maar omlaag, drie jaar lang. Tja, “markets can stay irrational longer than you stay solvent”, zei Keynes al. Eerlijkheidshalve moet ik er ook bij vermelden dat hij een flink koersverlies had opgelopen tijdens de Russische crisis en de LTCM crisis. Bovendien zat hij vol met aandelen US Airways. Die vliegtuigmaatschappij ging een paar jaar later failliet. Maar dat hoor je nooit over het Tiger fonds, want dat maakt het verhaal heel wat minder spectaculair. Tot op heden is Robertson nog steeds de posterchild, van iemand die de bubbel voorzag, maar er toch flink geld mee verloor. Michael Burry is bekend geworden omdat hij tegen de huizenmarkt in speculeerde. Hij voorzag de huizen bubbel en kocht een verzekering tegen het non betaling van de opgeblazen Amerikaanse hypotheek portefeuilles. Zolang de markt niet crashte moest hij enorme premies betalen en maakte zijn fonds verlies. Veel beleggers in zijn fonds konden de verliezen emotioneel niet meer verdragen en stapten uit. Maar degene die bleven verdienden ruim U$ 700 miljoen. En dat in een tijd dat heel veel beleggers juist flink geld verloren. Hijzelf hield er ongeveer U$ 100 miljoen aan over. In de afgelopen jaren zette Burry in op een koersherstel van Chinese internet aandelen. Deze aandelen zijn grofweg verdubbeld sinds hij zijn belang meldde, al stapte hij wel te vroeg uit. Voordat het fonds definitief sluit krijgen we nog een laatste beleggingstip mee. Burry heeft onder andere voor 9 miljoen dollar aan putopties op het AI- en defensie aandeel Palantir gekocht. Tot en met 2027 mag hij de aandelen verkopen op U$ 50. De huidige koers schommelt rond de U$ 200. Het zegt twee dingen. Hij verwacht dat de bubbel knapt. En dat dan de klap groot kan zijn. Dat hij van die hele lange opties heeft gekocht geeft ook aan dat hij geen idee heeft wanneer dat gaat gebeuren. Net als met de huizenbubbel. Tot die tijd is het pijn lijden. En daar kunnen veel beleggers blijkbaar niet zo goed tegen. Maar ja, Michael Burry, hoeft zich straks alleen maar aan de man in de spiegel te verantwoorden. Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD. See omnystudio.com/listener for privacy information.

Afgelopen beursweek was een interessante. Er was veel beweging in de koersen van individuele aandelen. Een aantal zakte volledig door het ijs. Duolingo, Wolters Kluwer en Adobe werden bijvoorbeeld genadeloos afgestraft. Op het eerste gezicht hebben deze bedrijven weinig met elkaar te maken, maar hun koers staat dit jaar grofweg een procent of veertig in het rood. Ze worden allemaal gezien als ondernemingen waarvan het bedrijfsmodel door het gebruik van AI onder druk komt te staan. Terwijl ze een tijd geleden juist werden gezien als bedrijven die daar sterk van zouden profiteren. Zo kan Duolingo kunstmatige intelligentie gebruiken om veel efficiënter te worden. Maar nu zijn beleggers juist gefocust op AI-concurrenten zoals Anki, Memrise en LingQ. Ik probeer al tijden mijn Spaans wat op te kalefateren, dus wellicht moet ik die eens proberen. Want Duolingo is grappig, maar brengt je niet echt dichter bij het voeren van een normaal gesprek. Voor de medische database van Wolters Kluwer zijn er goedkope alternatieven, zoals OpenEvidence en ClinicalKey. Die zouden volgens de verhalen flink aan de weg timmeren en de bijna-monopoliepositie van Wolters Kluwer ondermijnen. Maar ja, ik ken geen dokters in de VS, dus ik kan moeilijk bepalen of dat echt zo is, of niet. Goede informatie is essentieel voor een arts. Wil je het risico lopen om medisch advies te krijgen van een hallucinerend AI-model? Zijn die verhalen ruis, of een signaal? Andersom gebeurt het ook. Eerder dit jaar dachten beleggers dat Googles advertentie-inkomsten gingen doodbloeden. Alle zoekopdrachten zouden met AI-modellen worden gedaan, en dan hoef je niet meer langs de reclames, waar het bedrijf $265 mrd van zijn totale $350 mrd aan omzet uit haalt. De waardering van Google kelderde van 23 naar 16 maal de verwachte winst, maar inmiddels zijn deze angsten overgewaaid en staat het aandeel weer op een k/w van 26. Aangezien de verwachte winsten verder zijn gestegen, betekent dat een verdubbeling van de koers in een half jaar tijd. Om de schrijver Mark Twain te parafraseren: de berichten over Googles dood zijn schromelijk overdreven. Het bijzondere is de draai in de perceptie van beleggers. De ene keer zijn ze erg enthousiast over de AI-impact, de andere keer juist erg somber. Jantje huilt, Jantje lacht. Bedenk wel dat technologische ontwikkelingen hele bedrijven onderuit hebben gehaald, zoals Nokia, Blackberry, Xerox en Kodak. Je moet dus ruis en signaal van elkaar kunnen onderscheiden. De conclusie is simpel. Het is voor beleggers essentieel om te bepalen in hoeverre een bedrijf echt wordt geraakt door de AI-ontwikkelingen en in hoeverre het slechts een verhaal is. Als het lukt om ruis van signaal te scheiden, kun je hele mooie bedrijven voor een prikkie kopen. Maar pas wel op dat je geen Kodak-momentje hebt. Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

2 december is een datum in de agenda vast te zetten. Zeker als u net verkozen bent tot Tweede Kamerlid. Dan komt er een belangrijke man naar Nederland en het is niet Sinterklaas. Nee, het is Federico Sturzenegger, de Argentijnse minister voor deregulering. Zeg maar de minister die de kettingzaag van president Javier Milei heeft gekregen. Mario Draghi zei het al een jaar geleden in zijn rapport. Een van de oorzaken dat Europa zo achterloopt, is overregulering. Maar als je naar de recente partijprogramma’s kijkt, willen de meeste Nederlandse politieke partijen precies het tegenovergestelde. Dat kan, het is immers een keuze. Maar de consequentie is wel dat je de economische concurrentie met het buitenland genadeloos verliest. De verklaring achter die overvloed aan regels is simpel. Op het moment dat er een fout gemaakt wordt, schreeuwt iedereen moord en brand. De media duiken er bovenop. En er staat weer een groot artikel in de krant over het probleem met een paar zielig kijkende slachtoffers. Als er geen fouten gemaakt mogen worden, moet er een regel komen om die de volgende keer te vermijden. Dat helpt natuurlijk niet. Daarnaast is een wet erdoor krijgen met de eigen naam eraan verbonden het hogere doel in het leven van een pas gekozen Tweede Kamerlid. Dat is een stimulans voor meer regels in plaats van minder. Ik vind het energielabel voor woningen een prachtig voorbeeld. Het is verplicht om een dergelijk label aan te vragen. Maar waarom eigenlijk? Als iemand een huis koopt, kan hij zelf ook om de energierekening vragen. De energielabelbureaus floreren, maar wat is de toegevoegde waarde voor de economie? De oplossing voor het probleem is minder simpel. Maar ik zou zeggen: begin eens met de voorwaarde dat je voor iedere nieuwe regel er drie oude moet schrappen. De overheid zou burgers en bedrijven meer moeten vertrouwen. Ja, dat zal in sommige gevallen worden misbruikt. Pak die gevallen hard en pragmatisch aan, zoals de malafide uitzendbureaus. Onderwerp regels ook aan een beperkte levensduur. Maak een site waarop ondernemers en consumenten hun ergste voorbeelden van bureaucratie kwijt kunnen. Als je er geen paal en perk aanstelt, blijft de bureaucratie autonoom groeien. Verbied het verbinden van een naam aan een wet. Introduceer een prijs voor de politicus die de meeste moeite heeft genomen om de regeldruk te verminderen. Stel dat het lukt om de bureaucratie te verminderen. Ik weet, het klinkt als een utopie. Maar stel. Verwacht dan op korte termijn geen positieve impuls voor de economie. Immers als de overheid minder uitgeeft, betekent dat op korte termijn minder economische groei. Helaas kan ik op 2 december niet bij de presentatie van Federico Sturzenegger aanwezig zijn, maar misschien kan een nieuw Tweede Kamerlid mijn plekje innemen. En wie weet, neemt die zijn kettingzaag wel mee. Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

Vroeger was geopolitiek in de beleggingswereld een makkelijke factor. Als beleggers in paniek raakten door een bepaalde dreiging, dan gingen de beurzen naar beneden. Dat waren mooie koopmomenten: de geopolitieke angsten ebden meestal weer weg en de koersen herstelden. Nu is het anders. Nu is het een factor waar beleggers continu rekening mee moeten houden.Een paar recente voorbeelden illustreren deze verschuiving. De Canadese provincie Quebec zond een reclamespot uit met delen van Ronald Reagans speech uit 1987 over importheffingen. De Amerikaanse president Trump noemde het een leugen, stopte per direct de onderhandelingen en verhoogde de tarieven op Canadese importen met 10%. De impact is beperkt, maar het signaal is duidelijk. Een tweede voorbeeld is de zaak Nexperia. De Nederlandse overheid zag dat het chipbedrijf werd leeggezogen door de Chinese eigenaar en stak daar toen een stokje voor. Vervolgens nam China tegenmaatregelen en leverde het geen chips meer aan onder meer de Duitse auto-industrie. Als dit blijft voortduren, krijgt de Duitse economie een klap van naar verwachting een half procent van het bbp. Daarmee zou het land in een recessie komen. Er zijn meer voorbeelden. De Chinese boycot van Amerikaanse sojabonen. De dreiging van China om geen zeldzame aardmetalen meer aan het Westen te leveren. De verplichte verkoop van TikTok. De exportbeperkingen voor ASML-machines richting China. De Amerikaanse dreiging om swaplijnen in te trekken als de Argentijnse president Milei de tussentijdse verkiezingen niet zou winnen. Het beeld is duidelijk: macht telt. China en de VS hebben die macht, op het gebied van defensie en op het gebied van de economie. Andere landen hebben die niet en zijn eigenlijk altijd de gebeten hond. Wat kan Canada inbrengen tegen die hogere tarieven? Wat kunnen wij doen om de Nexperia-ruzie te sussen? Beleggers moeten er rekening mee houden dat de bedrijven waarin ze geld hebben gestoken, gemangeld kunnen worden in het politieke geweld van de grootmachten.Als Europese Unie hebben we die macht niet, net als de rest van de wereld overigens. De conclusie is simpel en pijnlijk. We moeten er in Europa voor zorgen dat we op onze eigen benen kunnen staan. Vooral in de economisch kritische sectoren. Dat kost geld. Zo wil elk land of regio zijn eigen chipindustrie opbouwen. Dat betekent veel capaciteit en dus lagere prijzen, wat leidt tot lagere winsten. Terwijl de productie in China en de rest van het Verre Oosten veel goedkoper is. Ook energie is zo’n cruciale sector. Na het ontkoppelen van de Russische energietoevoer zijn we erg afhankelijk van de VS geworden. In dit geopolitieke geweld moet je ernaar streven dat je je eigen broek op kunt houden. Misschien is het een goed idee voor beleggers om af en toe een spelletje Risk te spelen. Want geopolitiek is een factor om rekening mee te houden. En deze gaat niet meer weg. Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

Afgelopen week was er lichte paniek in de Amerikaanse bankenwereld. Sommige regionale banken kwamen in de problemen en moesten een beroep doen op de speciale kredietfaciliteiten van de Federal Reserve. Ze betalen daar een flinke rente over, dus doen ze dat alleen als het echt heel erg nodig is. Gouverneur Andrew Bailey van de Bank of England vroeg zich af of dit de kanarie in de kolenmijn is. De kredietcrisis in 2008 begon immers ook op deze manier. Tijd om eens goed te luisteren.De drie voornaamste probleemgevallen waren First Brands, een maker van auto-onderdelen, en de verstrekkers van autoleningen Tricolor en First Lend. Tricolor kwam in de problemen omdat het simpelweg te veel schulden had, die vooral waren gefinancierd met private credit. Oftewel leningen die niet beursgenoteerd zijn. De private-creditmarkt is momenteel erg hot. Veel grote beleggers vinden het prettig dat er geen koers is. Die kan dan niet bewegen, waardoor het net lijkt alsof er geen risico is. Maar zoals dit geval heel duidelijk maakt: die risico’s zijn er natuurlijk wel degelijk. Vooral aan de onderkant van de samenleving hebben steeds meer consumenten moeite hun autoleningen te betalen. Kredietbeoordelaar Fitch meldde dat 6,43% van alle Amerikanen met een autolening niet meer aan hun betalingsverplichtingen kan voldoen. Dat is bijna het hoogste percentage sinds Fitch dit in 1993 is gaan bijhouden. Tricolor had daarbij nog een specifiek probleem. Het leende zijn geld vooral uit aan immigranten. Erg aantrekkelijk, want leningen hebben hoge marges. Maar nu deze immigranten de VS worden uitgezet, hebben ze weinig behoefte hun autoleningen af te lossen. En dus komt deze leningverstrekker in de problemen. Zijn deze problemen de kanaries in de kredietmijn? Ik verwacht niet dat er nog veel meer bedrijven zijn met een grote kredietexposure naar immigranten. Bovendien valt de grootte van het probleem wel mee in vergelijking met de kredietcrisis. Ten eerste: het probleem zat destijds vooral in hypotheken. Er werd flink gespeculeerd in de huizenmarkt. Nu zit het probleem onder andere in autoleningen. Daar speculeer je niet mee. Ten tweede, en veel belangrijker: de gemiddelde autolening is veel kleiner dan de gemiddelde hypotheekschuld. Er zijn genoeg problemen in de VS, maar de genoemde gevallen staan op zichzelf. Ongetwijfeld komen er nog wel wat meer kredietverleners in de problemen, vooral als die zich richten op mensen met een laag kredietprofiel. Het gevalletje First Brands is wel een prima waarschuwing voor de gevaren van private credit. Het feit dat je Meneer Markt het kredietrisico niet laat beprijzen, betekent zeker niet dat het zonder risico is – je kunt het alleen minder goed zien. Die op en neer gaande koersen voelen misschien niet zo prettig, maar zo’n beursnotering heeft zeker voordelen. Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

Mijn kinderen zijn oud genoeg om een huis te kopen. Veel succes, hoor ik u denken. Ze vroegen waarom zijn die huizenprijzen eigenlijk zo hoog? Een traditioneel economisch model kijkt naar een paar factoren. Het inkomen, de rentelasten en werkeloosheid. De werkeloosheid is laag, waardoor potentiële huizenkopers er op vertrouwen dat ze de komende jaren werk hebben. De lonen stijgen tegenwoordig bij de meeste bedrijven met de inflatie mee. Vreemd is wel dat de stijgende rente vrijwel geen invloed heeft. Blijkbaar hebben de andere factoren een grotere invloed. De inflatie heeft ook een effect. Als de huurprijzen met de inflatie meestijgen, zorgt dat voor extra vraag naar koopwoningen. De overheid doet haar best om de markt uit te schakelen. Dat is een keuze, maar het heeft wel een prijs. PVDA/GroenLinks wil dat maar liefst 2/3 van de Nederlandse bevolking in aanmerking komt voor sociale huur. Als 2/3 van de Nederlandse bevolking zo hulpbehoevend is dat ze sociale huur nodig heeft, dan is het slecht gesteld met de Nederlandse economie. Net als op de gewone financiële markten is er ook de sentimentsfactor. Potentiële huizenkopers hebben last van FOMO. Logisch, ieder jaar dat je wacht zijn de huizen weer 10% duurder. Aangezien een gemiddeld huis momenteel zo rond de 500.000 kost, ben je ieder jaar 50.000 meer kwijt. Om dat bij te houden moet je 50.000 netto per jaar verdienen. Dat is eur 6.500 bruto per maand, waarmee je in de top 10% van de hoogste inkomens zit. In een normale markt zorgt een stijgende prijs voor een dalende vraag. Op de huizenmarkt lijkt sprake van het omgekeerde. Het aanbod neemt nauwelijks toe. En hoe harder de huizenprijzen stijgen, hoe liever mensen willen kopen. Let wel, op lange termijn gaat die economische wetmatigheid wel op. Op een gegeven moment is de prijs zo hoog dat potentiële huizenkopers het echt niet meer kunnen kopen. Eigenlijk zou je een beleggingsfonds moeten hebben wat in Nederlandse huizen belegd. Die zijn er wel, maar alleen beschikbaar voor pensioenfondsen en verzekeraars. Stel je voor dat je in plaats van te sparen in een dergelijk fonds zou kunnen beleggen. Dat zou een mooie belegging voor potentiële huizenkopers zijn. In Duitsland zijn die fondsen er wel. De intrinsieke waarde van deze fondsen heeft een redelijke correlatie met de huizenprijs. Logisch. Blijft er nog wel een probleempje over. Meneer Markt is nogal wispelturig. De intrinsieke waarde mag dan tred houden met de huizenmarkt, maar de koersen van deze fondsen reageren veel heftiger, vooral op de obligatierente. Daardoor is er een enorme discrepantie tussen de huizenmarkt en deze huizenfondsen. Dus veel optimisme op de huizenmarkt en veel pessimisme op de aandelen daarvan. Wie weet is het een voorbode van de huizenmarkt. Mijn kinderen zouden er in ieder geval blij mee zijn. Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

Nog drie weken en dan zijn de verkiezingen achter de rug. Gelukkig maar, ik ben al die goedkope praat over gratis bier meer dan zat. Nu ben ik lid van de VVD, voor zover u dat nog niet wist. Dat heeft me tot een tijdelijk mediahoogtepunt gebracht, doordat Arjan Lubach een quote van mij over de hypotheekrenteaftrek in zijn show gebruikte. Hij noemde me een VVD-econoom. Bijzonder, als je een antwoord geeft op basis van economische principes en je bent lid van de VVD, dan ben je gelijk een VVD-econoom. Het is de prijs die je moet betalen om in Lubachs programma te komen. Ik ga u niet adviseren om op ‘mijn’ partij te stemmen. Iemand overtuigen op basis van feiten is ondoenlijk, zo niet onmogelijk. In de verkiezingsstrijd is het immers het verhaal dat telt, feiten zijn bijzaak. Bovendien hoort een dergelijk advies niet in deze column thuis. En als ik dan toch een advies moet geven: vul één, en liefst meerdere, stemwijzers in. Die stroomlijnen je eigen ideeën over de maatschappij en de economie. Je krijgt dan op een objectieve manier te zien waar je voor of tegen bent. Beter dan je onderbuikgevoel te laten spreken. Veel partijen beloven makkelijke oplossingen voor moeilijke problemen. Het zijn slechts goedkope, zo niet gratis, verkiezingsbeloftes die niet kunnen worden nagekomen. Degenen die voor het gratis bier gaan, kan ik aanraden Wim Suyker te volgen. Deze gepensioneerde CPB-econoom rekent de partijprogramma’s door. Want je kan natuurlijk wel de sociale huren verlagen, de eigen zorgbijdrage afschaffen en de AOW-leeftijd verlagen, maar dat kost bakken met geld. En wie gaat dat betalen? U, de belastingbetaler. Om Hans Wiegel aan te halen: ‘Sinterklaas bestaat (en hij zit daar).’ Nog even over die lagere AOW-leeftijd. Diverse enquêtes laten zien dat veel Nederlanders dat een aantrekkelijk idee vinden. Blijkbaar is werken een onverdraaglijk fenomeen waar je zo snel mogelijk mee moet stoppen. Zo ook in Frankrijk. Men betaalt er intussen 14% van het totale overheidsbudget aan pensioenen. Logisch dat je dan een budgettekort hebt van hier tot Jericho. Ook hier kiest men de makkelijke oplossing: niet de pensioenen verlagen of de pensioenleeftijd verhogen, maar de belastingen verhogen. In Frankrijk liggen de belastingen, die al 46% van het bbp bedragen, als een zware deken op de economie. Het drukt alle ondernemingslust de kop in. Het land is al ver voorbij de piek van de Laffer-curve, die aangeeft dat hogere belastingtarieven leiden tot minder opbrengsten, niet meer.Nog een advies: probeer je werk, als je dat nu zo ondragelijk vindt, zo aantrekkelijk mogelijk te maken. Neem een voorbeeld aan de genoemde Wim Suyker. Hij rekent voor de lol partijprogramma’s door, in plaats van achter de geraniums te zitten. Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

Afgelopen maand mocht ik een speech geven bij adviesbureau Zanders. Mijn speech ging over de grote risico’s van dit moment. Ik had beloofd twee grote thema’s aan te pakken, maar je moet altijd wat meer geven dan je belooft en dus werden het er drie. Naast oplopende staatschulden, geopolitieke risico’s is er ook de huidige technologische golf. Ja, die levert veel kansen, maar ook risico’s op. Dat zal een flinke productiviteitsgroei geven. Ik denk dat we aan het begin van een hockeystick beweging zitten. Eerst gaat het langzaam en denken veel mensen het zal mijn tijd wel duren. En dan gaat het sneller en opeens is het overal. Dat zagen we bijvoorbeeld ook bij de introductie van het internet. In verschillende Amerikaanse steden rijden er al zelfrijdende taxi’s. In Californië zat men al voor de zomer boven de 4 miljoen ritjes per maand. Ieder ritje betekent minder werk voor een taxichauffeur. Een ander voorbeeld; een vriend van me reist regelmatig naar China. Hij vertelde me dat roomservice gewoon door een robot wordt gedaan. De robot vraagt netjes of je het erg vindt als hij bij je in de lift stapt. Alleen vroeg hij het nog wel in het Chinees. Bij een Nederlandse verzekeraar is door AI de arbeidsproductiviteit zo ver toegenomen dat ze daadwerkelijk werknemers moeten laten gaan. Voor de maatschappij is het belangrijk om deze ontwikkeling in goede banen te leiden. En dan bedoel ik niet dat het tegengehouden moet worden. Als een computer het beter kan waarom zou je het dan nog door mensen laten doen. Als een consument beter door een helpdesk-robot wordt geholpen, waarom niet? De gemiddelde chatbot leert dat we daar nog niet zien. Men moet wel bedenken dat een flink deel van de werknemers overbodig kan worden. Een deprimerend voorbeeld zijn de Engelse kolenmijnen. De ontslagen mijnwerkers kregen een uitkering. Maar er ontstond in de voormalige mijnbouwsteden een cultuur van werkeloosheid die generaties werd doorgegeven. En die is nog altijd niet weg. Als werknemer zou ik zeggen, probeer wat tijd vrij te maken om na te denken welke taken AI van je over zou kunnen nemen. Bedrijven moeten proberen het zoveel mogelijk te gebruiken. Be first or be out. Als belegger zijn er genoeg opties om in AI c.q. robots te beleggen. Omdat AI al een tijdje ‘hot’ is koop je niet op de bodem. Als je er niet te veel over wilt nadenken kan je een index fonds kopen met het woord Robotics erin. Maar let op, de aandelen waarin deze fondsen precies beleggen verschilt enorm. Overigens heb ik als test deze column door AI laten schrijven. Die kon gelijk de prullenbak in. Het was een zouteloos schrijfsel. Dus voorlopig hoef ik me nog geen zorgen te maken, nog niet. Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

In tijden van grote onzekerheid zou je verwachten dat financiële markten nerveus reageren. Maar niets is minder waar. Beetje bij beetje komt de Federal Reserve onder Donald Trumps invloed te staan, toch halen de markten hun schouders op. Begin april reageerden markten nog geschokt op Trumps ongekende acties, maar beleggers lijken eraan gewend te raken. Niet alle marktsegmenten tonen overigens diezelfde onverschilligheid. In de goud- en valutamarkten beginnen beleggers wel een los monetair beleid in te prijzen. Dat is een van de redenen waarom de dollar daalt en de goudprijs stijgt. Maar verder hobbelen aandelen en obligaties gewoon door. Het roept de metafoor op van de kikker in een hete pan. Kikkers die in een pan zitten waarvan het water langzaam wordt verhit, zouden blijven zitten en sterven, terwijl een kikker die in een pan met kokend water wordt gegooid er gelijk uitspringt. Die metafoor is erg sprekend en wordt vaak gebruikt, maar de wetenschappelijke realiteit is dat kikkers in beide gevallen gewoon uit de pan springen. Ze hebben namelijk uitermate gevoelige temperatuursensoren. Alleen bij wrede 19-eeuwse experimenten waar die sensoren waren verwijderd, lieten de dieren een dergelijk gedrag zien. Maar dat terzijde. Markten zijn ook erg relaxed over de AI-ontwikkelingen. Er wordt nog altijd weinig geld mee verdiend, maar als het maar een beetje naar AI ruikt zijn beleggers al superenthousiast. Zo waren beleggers erg tevreden over de Nvidia-investering van $100 mrd in OpenAI. Die dat geld weer investeert in geavanceerde chips van Nvidia. Zo wordt het geld maar rondgepompt.Ook bij de Oracle-cijfers zagen we dit patroon. Beleggers juichten de omzetcijfers toe, maar ik begrijp die euforie niet. Ja, de omzetstijging was indrukwekkend. Maar de winst stagneerde. Dit suggereert dat Oracle de orders met flinke kortingen heeft binnengehaald. Maar als het zo’n groeimarkt is, hoef je toch geen korting te geven? Het geeft aan dat de markt misschien wel niet zo hard groeit als iedereen nu denkt. Of is Oracle gewoon een ordinaire prijsdiscounter? Dat laatste is het meest waarschijnlijk, maar waarom moet de koers dan zo hard stijgen? Diverse analisten hebben dan ook hun winstverwachtingen naar beneden bijgesteld. En nu de orderboeken voor de komende vijf jaar vol zitten, betekent dat alleen maar dat Oracle die magere winstmarges voor de komende vijf jaar heeft vastgeklikt. Fijn dat meneer Markt zo relaxed is. Beleggers dompelen zich onder in de relatieve rust, terwijl deze maanden juist bekendstaan om hun grote koersfluctuaties. Mijn advies: blijf goed nadenken over wat er werkelijk gebeurt. Want markten die te lang rustig blijven en de economische realiteit ontkennen, hebben de neiging op een kwade dag opeens heftig te ontwaken. Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD. See omnystudio.com/listener for privacy information.

Wie wat bewaart, die heeft wat. In de zomer was het iets rustiger en had ik wat tijd om te graven in oude researchrapporten. Ik kwam een oud rapport tegen uit november 2013. Het was de vermaarde fundmanager-survey van Bank of America. Dit is een van de langst lopende enquêtes onder professionele beleggers. Een van de opmerkelijke uitkomsten uit dat oude Bank of America-onderzoek was dat professionele beleggers de waardering van aandelen toen erg hoog vonden. Ik heb even opgezocht wat de koers-winstverhouding van de wereldaandelenindex toen was: 13,5. 13,5, dat klinkt nu als belachelijk goedkoop. Deze waarderingsratio staat momenteel op 19,1, een gigantisch verschil. Toch was die opmerking van destijds niet zo heel vreemd. Immers, een paar jaar daarvoor schommelde de ratio nog onder de 10. Als aandelen in zo’n korte periode zoveel duurder worden, is het logisch dat je aandelen overgewaardeerd vindt. Het is allemaal een kwestie van perceptie. Het is interessant om te kijken naar wat er daarna gebeurde. Beleggers mochten aandelen toen dan overgewaardeerd vinden, maar anderhalf jaar later was de k/w nog veel hoger (16,4) en stonden wereldwijde aandelen maar liefst 40% hoger. Die Bank of America-enquête is erg breed. Afgelopen maand deden er maar liefst 426 fundmanagers over de hele wereld aan mee. Het meest recente rapport had ook een bijzondere uitkomst. Maar liefst 58% van de professionele beleggers denkt dat de aandelenmarkt momenteel overgewaardeerd is. Deze waarderingsvraag wordt al sinds 1998 gesteld en beleggers zijn nog nooit zo stellig geweest als nu. Nog meer dan in 2013 dus. Maar toch blijven de geïnterviewde beleggers enthousiast over aandelen en houden ze erg weinig cash aan in hun portefeuille. Aandelen zijn extreem duur, maar toch blijven ze kopen. Het klinkt een beetje als een stoelendans. Ja, we weten dat de muziek gaat stoppen, maar we dansen gewoon door. Een andere interessante conclusie uit het rapport is dat steeds meer beleggers overwegen om goud te kopen. Toch bijzonder. Dit is het beste jaar voor goud sinds 1980 en pas nu word je enthousiast over goud. Je kan beter enthousiast worden voordat de prijzen zo hard stijgen, niet daarna. Hoe objectief een waardering ook kan zijn, uiteindelijk gaat het om de perceptie. Alles is relatief. Stelt u zich eens voor, we kijken twaalf jaar vooruit in plaats van achteruit. We staan dan in 2037 op een waardering van zeg 25 keer de winst. Hoe hard zullen we dan om onszelf uit 2025 lachen? Dat we 19,1 maal de winst zo duur vonden. Ik denk niet dat dit gaat gebeuren. Maar ja, waarschijnlijk vond ik in 2013 aandelen ook erg duur en had ik de rally van 2014 volledig gemist. Dat september-2025-rapport ga ik in elk geval goed bewaren. Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD. See omnystudio.com/listener for privacy information.

Herinnert u zich nog de discussies over de omgekeerde yieldcurve als recessievoorspeller? Als de lange rente lager is dan de Fed-rente zou er een recessie komen. De gedachte hierachter is dat de Fed de rente hoog houdt om de inflatie te bestrijden. Dat is een minpunt voor de economie. Terwijl de lange rente daalt omdat het private deel van de economie minder geld nodig heeft, omdat men vindt dat de vooruitzichten wat minder zijn. En dus investeert men niet. Deze private factor wordt overigens altijd wat onderbelicht. Ik zie hele studies voorbijkomen die ingaan op de vraag- en aanbodverhoudingen van de staatsschuld. Dat is logisch, want hierover zijn goede cijfers beschikbaar. Maar het private deel van de economie is veel groter, waardoor de impact op de rente ook veel groter is. Maar ja, dat is moeilijker te meten. Het klinkt een beetje als die dronkaard die zijn sleutels zoekt bij de lantaarnpaal omdat daar licht is, terwijl hij ze ergens anders heeft verloren. De omgekeerde yieldcurve-indicator werkte lange tijd perfect. Alleen voorspelde deze dat er al in 2022 een Amerikaanse recessie zat aan te komen. De economen die zwaaiden met deze indicator zijn erg stil geworden. Toen ze erachter kwamen dat de yieldcurve als indicator niet meer werkte, wierpen ze zich op de Sahm-regel. De Sahm-regel zegt dat er een recessie komt als de werkloosheid 0,5% boven het dieptepunt van de afgelopen twaalf maanden uitkomt. Claudia Sahm meldde zelf al dat de regel deze keer waarschijnlijk niet zou werken. Ook de Leading Index van de Conference Board waarschuwde voor een recessie in mei 2022. En tot dusverre: niets. Dus kijkt iedereen nu naar de Perkins-regel. Die is supersimpel: als er één maand een daling van de werkgelegenheid is geweest, komt er een recessie. Nu, na de nodige revisies, was die daling er in juni 2025. Ergo, er komt een recessie. Is dit de volgende recessie-indicator die de prullenbak in kan? Misschien, want die maandelijkse werkgelegenheidscijfers worden steeds onbetrouwbaarder. Dat komt niet door de recent ontslagen directeur van het Amerikaanse statistische bureau, maar omdat steeds minder mensen deze enquêtes beantwoorden. In 2017 vulde nog 65% deze enquêtes in. Nu is dat nog maar 42%. We kunnen dus niet zomaar vertrouwen op deze simpele doch doeltreffende recessie-indicatoren. Dan zullen we toch gewoon zelf moeten gaan nadenken. Ik denk dat de vooruitzichten somber zijn. Consumenten hebben op zich geld genoeg om te spenderen, maar als de werkgelegenheid afneemt zullen ze toch wat onzekerder worden. En onzekere consumenten geven minder uit. Maar het blijft het inschatten van gevoelens. Dat is en blijft heel wat moeilijker dan een simpele indicator die recessies voorspelt. Toch wel een beetje jammer. Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD. See omnystudio.com/listener for privacy information.

De obligatiemarkten roeren zich, de rente is in korte tijd wereldwijd flink gestegen. De belangrijkste reden voor die onrust is Frankrijk. Daar kondigde premier François Bayrou vorige maand een vertrouwensstemming aan in het parlement. Die vindt maandag plaats. Kort en simpel: de Fransen moeten de broekriem een gaatje aantrekken en dat willen ze niet. Het zou gezond zijn als de overheid een paar pondjes verliest, maar de Fransen zien dat uiteraard anders. Als de regering valt, betekent dat opnieuw verkiezingen en verder uitstel van de broodnodige bezuinigingen. Meer dan de helft stemt extreemrechts of extreemlinks, op partijen die allemaal leuke beloften doen. En natuurlijk gaan de kiezers achteraf klagen dat de regering niets voor elkaar heeft gekregen. Maar ja, dat is wel waarvoor diezelfde klagende kiezers hebben gestemd. In Nederland is het niet anders.Door deze politieke onzekerheid schiet de Franse rente omhoog. Let wel, als het land niet in de euro zat, had die zomaar op een procent of 6 gestaan, in plaats van de huidige 3,5%.Dit keer bieden de Duitse overheidsfinanciën geen houvast. Duitsland gaat flink investeren in defensie en infrastructuur, wat nodig is, en goed voor de economie. Maar het moet wel ergens van gefinancierd worden. Dat geld wordt geleend, waardoor het aanbod aan obligaties flink toeneemt. Ook dat duwt de rente omhoog. Ook aan de andere kant van de Noordzee is er een financieringscrisis. De rente is daar nu zelfs hoger dan ten tijde van het beruchte Liz Truss-moment, de Britse premier die in 2022 met haar begroting de obligatiemarkt in beroering bracht. En wanneer de rente in het VK stijgt, heeft dat een opwaarts effect op de rente bij ons. Verder is er het effect van de hervorming van het Nederlandse pensioenstelsel. Pensioenfondsen hoeven minder in langlopende obligaties te beleggen, wat eveneens voor meer aanbod van dergelijk schuldpapier zorgt. Al deze krachten duwen de obligatierente dezelfde kant op. En dan gaat het hard. Had u begin 2024 in veilige 30-jarige Duitse staatsobligaties belegd, dan stond u nu op een verlies van bijna 20%. Dat veilige imago heeft dan ook alleen betrekking op de kwaliteit van de debiteur, niet op de tussentijdse koersschommelingen. Het is een klein, maar duidelijk signaal van Mr. Market dat er een einde komt aan het ongebreideld laten oplopen van staatsschulden. Bedenk dat de dotcombubbel in 2000 onder andere werd doorgeprikt doordat techbedrijven niet meer aan hun financieringslasten konden voldoen. De kredietcrisis in 2008 werd veroorzaakt doordat Amerikaanse consumenten te veel schuld hadden.En nu geeft de markt een klein signaal dat, zonder begrotingsdiscipline, de volgende kredietcrisis er een van de overheden zal zijn. Als kiezer en als politicus zou ik toch eens luisteren wat Mr. Market te zeggen heeft. Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD. See omnystudio.com/listener for privacy information.

Meestal schrijf ik over beleggen, maar kortetermijnhandelen in aandelen vinden beleggers veel interessanter. Een van de voorwaarden voor een goed resultaat is een plan opstellen en je daaraan houden. In mijn eigen portefeuille heb ik daarvan een mooi voorbeeld: goudmijnaandelen, een van mijn grootste beleggingen. Via een indextracker natuurlijk, want ik mag geen individuele aandelen kopen. Ik had er goed over nagedacht. De periodes met waardevernietigende overnames door goudmijnbedrijven leken achter de rug, hun schuldenpositie is eindelijk gezond. Sterker nog, de grote goudmijnbedrijven hebben zelfs netto cash op de balans staan. Bovendien helpt de flinke stijging in de goudprijs natuurlijk ook mee. Die factoren beschreef ik al eens eerder, in mijn column van half april vorig jaar, Goudgerande relaties kapot. Het bleek een succesvolle belegging, maar na verloop van tijd kreeg ik wat hoogtevrees. Dus nam ik hier en daar wat winst. Die aandelen zou ik later wel tegen een lagere prijs terugkopen, redeneerde ik. Daarnaast had ik mezelf beloofd iedere maand een vast aantal aandelen bij te kopen. Beide plannen, zowel de maandelijkse aankopen als het terugkopen, zijn halfslachtig uitgevoerd. Dat is jammer, want intussen bleven de koersen doorstijgen. Om van deze fouten te leren, heb ik nauwkeurig uitgerekend wat ze me hebben gekost. Beleggingsfouten zijn duur, dus kunt u er maar het beste zoveel mogelijk van opsteken. Concreet: had ik mij gewoon aan mijn plan gehouden, dan was mijn winst 25% hoger geweest. Dat waren dus dure emoties. De enige reden die ik kan aanvoeren om mijn transacties nog een beetje goed te praten, is dat ik nu wat minder aandelen heb en dus ook minder risico loop Hoogtevrees is een emotie, en emoties en beleggen vormen een slechte combinatie. Met een goed plan hou je jezelf in bedwang, ten minste, als je je eraan houdt. Is de twijfel onderweg te groot? Loop dan alle factoren nog eens na. Klopt alles nog wat u bij het opstellen van het plan had overwogen? In de praktijk kom je altijd veel meer problemen tegen dan je van tevoren had bedacht. U kent het wel. Die ceo die had beloofd geen grote overnames te doen, kon de verleiding toch niet weerstaan toen zich een mogelijkheid voordeed. Of de overheid in een van de landen waar de grootste goudmijn ligt, besluit tot nationalisatie. Dom, maar verleidelijk als de goudprijs hoog is en de staatskas leeg. Tja, die dingen gebeuren. Dus maak een plan en hou eraan vast. Komt het geplande scenario niet helemaal uit? Evalueer dan rustig of er echt reden is om het plan aan te passen. Bedenk wel: emoties kunnen uw beoordelingsvermogen hierbij vertroebelen. Ergo, zonder discipline valt ieder goed beleggingsidee in het water. Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

Na een turbulent begin van het jaar laten de aandelenmarkten herstel zien. Oké, als u belegd had in een wereldaandelenindex had u dit jaar nog niets verdiend. Maar dat is een stuk beter dan wat iedereen begin april vreesde. Toen was iedereen bang voor de effecten van een mogelijke handelsoorlog. Nu zijn die importtarieven er, maar ze hebben niet geleid tot de gevreesde handelsstrijd en zijn blijkbaar geen probleem meer. Zoals zo vaak is het verhaal belangrijker voor de koersen dan de daadwerkelijke feiten. In ieder geval op korte termijn. Voorafgaand aan deze Liberation Day-correctie was er de angst voor de DeepSeek-impact. Weinig beleggers konden goed inschatten of het Chinese AI-bedrijf DeepSeek nu daadwerkelijk een verandering in de AI-industrie zou veroorzaken of niet. Persoonlijk had ik verwacht dat het bedrijf wat meer invloed zou hebben op de AI-investeringen. Immers als één partij het allemaal veel goedkoper en efficiënter kan, waarom zou je dan nog zo veel investeren? En de investeringen drijven de superwinsten van die techbedrijven. Gezien de enorme investeringsgolf is het maar de vraag of iedereen er ook zo veel aan gaat verdienen. Voor wie lessen uit het verleden wil leren, kijk naar KPN in 2000. Dat investeerde miljarden in UMTS-vergunningen. Aan de investeringen lag het niet. Aan de winstcapaciteit van die investeringen wel. De cijfers spreken boekdelen: de UMTS-vergunningen leverden de Nederlandse staat in 2000 €2,7 mrd op, maar bij de verlenging in 2016 werd er nog maar €23 mln betaald. Nu de DeepSeek-angsten zijn overgewaaid is het logisch dat de koersen van de technologieaandelen zich voor het grootste deel hebben hersteld. Maar daar was ook een fundamentele reden voor. De kwartaalwinsten van deze bedrijven waren meer dan prima. De zeven techreuzen, de Magnificent Seven, boekten een winststijging van maar liefst 28% in het tweede kwartaal. De overige niet-zo-magnificent493 bedrijven in de S&P 500 hadden een winststijging van slechts 2%. Dat is niet zoveel anders dan we in Europa hebben gezien. Als u nog eens iemand hoort praten over de superieure groei van het Amerikaanse bedrijfsleven, bedenk dan dat dit vooral over de techreuzen gaat. Toegegeven, die hebben zij wel en wij niet. Er zijn echter hier en daar wat vraagtekens te plaatsen bij die enorme groei. Jim Chanos, bekend van het ontmaskeren van de fraude bij Wirecard en Enron, heeft die. Hij stelt dat die AI-superchips een veel te lange afschrijvingstermijn hebben, waardoor de afschrijving te laag is en de winsten geflatteerd. Zo te horen heeft hij een punt, maar in het huidige beurssentiment weegt het AI-verhaal zwaarder dan de boekhouding. Aan de andere kant: een hedgefondsmanager als Chanos praat natuurlijk altijd vanuit zijn eigen positie. Misschien wordt het tijd om zelf die jaarverslagen eens te pakken en met eigen ogen het verhaal te lezen. Over de column van Corné van Zeijl Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

De S&P-index is een van de domste beleggers die je je maar kunt voorstellen, zegt The Motley Fool. Deze Amerikaanse internetsite voor beleggers deed een gedachte-experiment: stel, de graadmeter is de manager van een beleggingsfonds. In de afgelopen negentig jaar zaten er maar liefst 25.000 verschillende bedrijven in de S&P-index. Zou je hem als een manager zien, dan lijkt dat te getuigen van hyperactiviteit. En hyperactiviteit is inderdaad geen goede eigenschap voor een belegger. Daarbij heeft deze manager ook nog eens een dramatisch slechte timing: hij verkoopt de meeste aandelen op het dieptepunt. Wanneer een bedrijf vanwege slechte prestaties uit de index wordt gezet, is het koersverlies al geleden. Bedrijven die verwijderd worden, verslaan in de twaalf maanden daarna de nieuwelingen met maar liefst 22% in koers, zo blijkt uit The Disappearing Index Effect, een paper van Robin Greenwood en Marco Sammon. De aandelen die nieuw in de S&P 500 werden opgenomen, lieten in de honderd dagen daaraan voorafgaand een prachtige stijging van 16% zien. In die periode boekten de aandelen die werden verwijderd juist een verlies van 5%. Maar na de indexaanpassing was het beeld precies andersom. Een mooi voorbeeld is Tesla. Dat werd er eind 2020 in opgenomen, na een ver-12-voudiging van de koers. Maar sindsdien blijft het aandeel achter bij de brede S&P 500-index. Uit een kleine check blijkt dat ook in 2025 weer het geval. Zoals u wellicht wel weet is het in de praktijk niet makkelijk om de index te verslaan. Uit onderzoek van Javier Vidal-Garcia en Marta Vidal naar 21.000 actieve beleggingsfondsen in 35 landen tussen 1990 en 2025 blijkt inderdaad dat de gemiddelde fondsmanager bij de index achterblijft.Geen verrassing, maar het bijzondere is dat hierbij werd onderzocht waar die underperformance vandaan komt. Het blijkt dat de aandelenkeuzes een positieve bijdrage hebben geleverd. Dat is bemoedigend – aandelen uitkiezen kunnen die fondsen dus wel. Maar de timing van aan- en verkopen is dramatisch slecht. Zo slecht dat ze vijf keer meer verliezen als dat ze met hun stockpicking winnen. En dan komen daar nog eens hogere beheerskosten bovenop. Logisch, ze hebben immers flink wat mankracht nodig om die goede aandelen eruit te vissen. Daarom hebben actieve beleggingsfondsen het zo moeilijk. De les is helder: indexbeleggen wint niet door superioriteit in aandelenselectie, maar door het vermijden van slechte timing. Ja, indexfondsen zijn daar niet goed in, maar actieve managers zijn nog veel slechter. Warren Buffett zei al: ‘Time in the market beats timing the market.’ Dus een tip voor die actieve managers: probeer toch maar eens aan je timing te werken. Over de column van Corné van Zeijl Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

De Amerikaanse Federal Reserve hield vorige week de rente onveranderd. Tijdens de beleidsvergadering waren Michelle Bowman en Christopher Waller het er niet mee eens. Het was de eerste keer sinds 1993 dat twee leden van het beleidscomité iets anders wilden. Deze dissidentie heeft weinig met monetair beleid te maken, het is meer om in een goed blaadje te komen bij president Donald Trump om de opvolger van Jerome Powell te worden. Een toneelstukje, maar het geeft gelijk aan wat het risico is. De financiële markten willen geen marionettenpop als Fed-voorzitter. In de komende maanden wordt duidelijk wie Powell gaat vervangen, en dan is het aan de markt om daar een oordeel over te vellen. Het recente ontslag van het hoofd van het statistiekbureau gaf al een duidelijk signaal: als de cijfers je niet aanstaan, geef je de boodschapper de schuld. Iets wat bijvoorbeeld de Turkse president Recep Tayyip Erdogan in 2022 ook deed. De VS gaan snel de kant van Turkije op. Leuk, al dat gedoe over de onafhankelijkheid van de Fed, maar wat betekent het voor beleggers? Stel, we krijgen straks een Fed die naar de pijpen van Trump danst – die zal dan de rente meer gaan verlagen dan nodig is. En als de Amerikaanse rente daalt, dan wordt de dollar minder aantrekkelijk. Met een los monetair beleid groeit het risico dat de inflatie op lange termijn uit de hand loopt. Zeg maar een herhaling van de jaren zeventig. De kans is groot dat beleggers daarvoor een risicopremie willen ontvangen. En dat betekent juist weer een hogere obligatierente. Al zitten er, terwijl het op lange termijn slecht mag zijn, op korte termijn ook positieve kanten aan een slap monetair beleid. Immers, hoe lager de rente, hoe eerder beleggers overstappen naar aandelen. En voor de staatskas is het ook prettig. De Amerikaanse overheid heeft erg veel kortlopende obligaties uitstaan. Hoe lager de Fed-rente, hoe minder rente de overheid op nieuw uit te geven treasury bills hoeft te betalen. Maar de andere kant van de medaille is dat dit eveneens risico’s met zich meebrengt: mocht de rente om wat voor reden dan ook toch weer stijgen, dan vliegen de rentelasten direct uit de bocht. Over tien maanden is Powell voorzitter af. Maar zijn termijn als Fed-lid loopt nog tot januari 2028 door. Normaal gesproken verlaat de ex-voorzitter de Federal Reserve, maar dit zijn geen normale tijden. De kans bestaat dat hij gewoon blijft zitten, hoewel ik die niet zo groot inschat. We zullen in elk geval nog met weemoed terugdenken aan deze standvastige voorzitter met ruggengraat, want die hebben zijn twee potentiële opvolgers in ieder geval niet. Ik denk dat Trump Powell nog het meest zal missen. Nu kan hij hem nog de schuld geven van alles wat fout gaat, straks niet meer. Over de column van Corné van Zeijl Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

De gekheid in memeaandelen is weer even terug. Het is al een tijdje geleden, maar in 2021 was het helemaal in. Kleine particuliere beleggers staken elkaar aan om aandelen te kopen in zieltogende bedrijven waar hedgefondsen flink short in zaten. De hedgefondsen gokten op een verdere daling. Maar als de koers toch stijgt, moeten ze van de risicoafdelingen hun posities indekken. Dus kopen ze de geleende aandelen terug, waardoor de koers verder omhoogschiet. De kleine belegger die bijvoorbeeld Gamestop in zijn portefeuille had, zag de koers met een factor 85 toenemen. Het leverde mooie verhalen in de media op. Ik denk dat er in de praktijk niet zoveel beleggers zijn geweest die er daadwerkelijk een vermogen mee hebben verdiend, maar een goed verhaal was het wel. Kleine beleggers die door samenwerking het groot kapitaal verslaan. Na 2021 zagen we regelmatig kleine oplevingen van de memehype. Momenteel is er weer een zo’n oprisping. Dit keer zijn het aandelen zoals GoPro, Kohl’s, Krispy Kreme en OpenDoor. Een bijzonder stel; een sportcamerafabrikant, een donutketen, retailketen en een online huizenplatform. De aandelen hebben wel een paar gemeenschappelijke kenmerken. Het waren in een ver verleden mooie bedrijven, maar de glorietijd is voorbij en sindsdien is de koers gedecimeerd. Ze maken geen of nauwelijks winst en de vooruitzichten zijn matig. Tot slot zitten de hedgefondsen flink short. Particuliere beleggers zijn op deze aandelen gesprongen, waardoor de hedgefondsen hun verliezen hebben moeten nemen. Dus schoot de koers weer even omhoog. GoPro bijvoorbeeld zakte ooit van $14 naar $0,40. Door de memegekheid van nu is het aandeel gestegen tot $1,30. Een verstandige belegger aan de zijlijn kan hier wel duidelijke signalen uit oppikken. Het belangrijkste signaal is dat de bereidheid om veel risico te nemen flink is toegenomen. Dat zien we ook in de cryptocurrencies en andere speculatieve delen van de markt. Goldman Sachs heeft gekeken naar aandelen die meer dan tienmaal de omzet waard zijn (let wel, omzet geen winst), naar verliesgevende technologiebedrijven en naar pennystocks. In alle drie de segmenten zijn de omzetten op de beurs extreem toegenomen. Kortom, beleggers vinden het heerlijk om hierin te speculeren. Delen van de aandelenmarkt zijn duidelijk oververhit. En oververhitte markten zijn meestal niet de beste markten om in te beleggen. Voor de belegger die een goed verhaal belangrijker vindt dan rendement, heb ik nog een tip. Koop één aandeel. Als het goed gaat, kun je in de kroeg opscheppen dat je natuurlijk hebt geprofiteerd van deze hype. Als het fout gaat, zeg je niets, maar heb je ook bijna niets verloren. Als je echter voor het rendement gaat, zou ik ze links laten liggen. Uiteindelijk blijft het gewoon memegekheid op een stokje. Over de column van Corné van Zeijl Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

De klok tikt door naar 1 augustus, heffingendag. Japan is net door de knieën gegaan. Hoewel de handelsdeal er op zich niet erg gunstig uitziet, schoot de Nikkei-index omhoog na bekendmaking, een duidelijk teken van hoeveel heffingenangst er in de markt zat. Hoe slecht de deal ook was, de zekerheid gaf opluchting en dus schoten de koersen omhoog. Fijn dat beleggers zo blij zijn, maar er zit ook een negatieve kant aan. Diverse Japanse autofabrikanten hebben hun prijzen verlaagd om concurrerend te blijven en moeten met minder winstmarge genoegen nemen. Ook Amerikaanse bedrijven melden flinke verliezen. Speelgoedmaker Hasbro en automaker GM melden beide een verlies van 1 miljard dollar als gevolg van de hogere importheffingen. Op dit moment haalt de Amerikaanse overheid ongeveer 300 miljard dollar op jaarbasis aan importheffingen op. Er zijn veel factoren die dit bedrag in de komende maanden zullen beïnvloeden. Allereerst de hoogte van de definitieve heffingen. Niet elk land weet welk percentage het uiteindelijk te wachten staat. Daarnaast zal de goederenstroom afnemen. Consumenten gaan bijvoorbeeld op zoek naar alternatieven. Stel, Franse wijn wordt straks 20 procent duurder. Een Amerikaan zal dan al snel naar een Californische variant grijpen. Dat betekent meer vraag naar Amerikaanse wijn en dus hogere prijzen. De Franse wijnboer heeft pech, want die verkoopt minder. Maar ook de Amerikaanse overheid ontvangt dan geen importheffingen meer over deze geïmporteerde wijn. De impact op de inflatie blijft voorlopig nog beperkt. Als eerste omdat er vlak voor de aankondiging van de hogere heffingen begin april flink extra is geïmporteerd. Bedrijven kunnen nu nog uit deze relatief goedkope voorraad leveren. Daarnaast zullen zij in eerste instantie een groot deel van de heffingen voor lief nemen en pas in de loop van de tijd hun verkoopprijzen aanpassen.Maar inflatie wordt natuurlijk door meer factoren bepaald dan alleen importinflatie. Door de afzwakking van de economie neemt de inflatiedruk bij diverse goederen af. Huizenprijzen stijgen bijvoorbeeld niet meer. De woningmarkt is goed voor maar liefst een derde van het totale inflatiemandje. Ook de zwakke dollar is van invloed: een vuistregel is dat bij iedere daling van deze munt met 10%, de Amerikaanse inflatie 0,3 procent extra stijgt. De conclusie is simpel: het inflatielandschap is gehuld in nevelen. De afzwakkende economie zorgt voor neerwaartse druk op de geldontwaarding. Maar hogere heffingen hebben een opwaarts effect. Eerst een beetje, dan wat meer en uiteindelijk zullen alle heffingen in hogere consumentenprijzen zijn verwerkt, want bedrijven gaan die rekening van 300 miljard dollar niet betalen. Fed-voorzitter Jerome Powell heeft in zijn laatste tien maanden nog een heidense klus. Hij moet tussen al deze tegenstrijdige inflatiekrachten navigeren en een adequaat rentebeleid voeren. Je snapt wel dat hij geen haast heeft om de rente te verlagen Over de column van Corné van Zeijl Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

In discussies over toekomstige marktbewegingen krijg ik weleens de vraag: ‘Wat is dan de trigger?’ Oftewel, waardoor wordt het lont in het kruitvat gestoken. Ik vind dat een vervelende vraag. Enerzijds omdat ik meestal geen flauw idee heb, anderzijds omdat het van tevoren niet te bepalen is wat de trigger zal zijn. Een mooi voorbeeld is de scherpe koerscorrectie in de zomer van 2024. De omstandigheden op de beurs waren niet zo goed. Beleggers waren overenthousiast, waarderingen waren hoog en de zorgen over de Amerikaanse economische groei namen toe. Uiteindelijk bleek de katalysator de renteverhoging van de Bank of Japan van 0,10% naar 0,25%. Op zich een feitje van niets, zou je zeggen. Maar veel beleggers hadden in Japanse yen geleend en dat geld in risicovollere beleggingen gestoken. Toen de rente werd verhoogd, begonnen de eersten deze zogeheten carrytrades terug te draaien. Voordat je het wist, kwam een golf van verkopen op gang. Beleggers hadden dat op zich kunnen zien aankomen. Die carrytrades bestonden allang. En de inflatie was sinds 2022 al flink gestegen en bleef hoog. Dat wilde de Bank of Japan graag. Het land kampte immers al decennialang met deflatieachtige omstandigheden, de inflatie was gemiddeld 0,1% per jaar. Dus eindelijk was daar de lang verwachte geldontwaarding. Maar ja, bij een inflatie van tussen de 2% à 3% hoort natuurlijk geen rente van 0,1%. De reactie op de aandelenmarkten was scherp: de Japanse Nikkei-index kelderde in één dag 13,4%. Maatje beurscrash 1987. Wereldwijd daalden de beurzen mee. Ik ken niemand die deze trigger van tevoren had zien aankomen. Nassim Thaleb, de schrijver van het boek De Zwarte Zwaan, omschreef het mooi: als je weet dat een brug slecht is, dan heeft het geen zin om te discussiëren over welke vrachtwagen ervoor zorgt dat hij inzakt. Die fatale vrachtwagen komt een keer langs en dan stort de brug in. Welke vrachtwagen dat precies is, of welke kleur die heeft, dat weten we niet. Het heeft ook geen zin om daar over te discussiëren. Een lijst met mogelijke triggers voor de volgende grote beursbeweging is makkelijk te maken. Opluchting over handelstarieven, of juist de vrees dat het weer uit de hand loopt. Of angst voor een te los monetair beleid, omdat de opvolger van Fed-voorzitter Powell een marionet van president Trump is. Noem maar op. Maar de echte trigger, daar kom je achteraf pas achter. Niemand had vooraf de Japanse renteverhoging in de zomer van 2024 als trigger aangewezen. Alleen achteraf, maar dan heb je er niet zoveel aan. Het belangrijkste wat je kunt doen als belegger, is je hoofd koel houden en rustig de bestaande situatie analyseren. Dat bespaart je een hoop nutteloze discussies over mogelijke triggers. Over de column van Corné van Zeijl Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

Finland en Denemarken wijzen eurobonds af. Dat is positief nieuws. In theorie zijn eurobonds een goed idee. Nu de VS er alles aan doen om hun eigen positie als financiële grootmacht te ondermijnen, zou de EU in dat gat kunnen springen. Er kan een grote markt met eurostaatsobligaties komen, een markt die op dit moment nog erg gefragmenteerd is. Diverse onderzoeken geven aan dat de EU-landen daardoor goedkoper kunnen lenen, wat een 0,2% lagere rente op staatsobligaties zou betekenen. Voor Nederland is dat een besparing van ongeveer €1 mrd per jaar.Ik ben altijd voorzichtig met dit soort ‘what if’-onderzoeken. Zeker als grote banken het hebben uitgerekend. Ze denken waarschijnlijk meer aan hun eigen portemonnee dan aan de risico’s die ermee gepaard gaan. Bedenk: we hebben al eurobonds. Daar zijn we tijdens de coronacrisis ingefoezeld. ‘Never waste a good crisis’, dachten ze in Brussel, en dus haalden ze eurobonds van stal. Het zou een eenmalige exercitie zijn. Maar volgens de goede oude Brusselse traditie van de kamelenneustheorie wordt het nu opnieuw geprobeerd. De kamelenneus is een metafoor voor een situatie waarin het toestaan van een kleine, ogenschijnlijk onschuldige handeling de deur opent voor een grotere, duidelijk ongewenste situatie. Is de neus van de kameel eenmaal binnen, dan volgt de rest van het dier uiteindelijk ook wel. Dat het plan opnieuw wordt gebracht, geeft meteen de betrouwbaarheid van de beleidsmakers aan. Het was toch eenmalig? Het nieuwe eurobondprogramma is naar verwachting slechts €150 mrd. Wat is nou €150 mrd op de totale Europese economie van €13.400 mrd? Maar als je eenmaal met de eerste tranche hebt ingestemd, is er eigenlijk geen reden om de volgende niet goed te keuren. En zo hobbelt de rest van de eurobondkameel de tent binnen. Het grote risico is dat je hiermee alle drukmiddelen om de zuidelijke landen tot begrotingsdiscipline te dwingen, uit handen geeft. Frankrijk is het ultieme voorbeeld. In de afgelopen twintig jaar hield het zich slechts drie jaar aan de Maastrichtcriteria. Drie jaar! Elk jaar was er de belofte dat het volgend jaar beter zou gaan en elk jaar werd die belofte gebroken. Momenteel is het land zelfs bezig de pensioenleeftijd te verlagen. Dat betekent een nog groter overheidstekort. Mijn voorstel: laat Frankrijk en de overige zuidelijke landen eerst maar eens bewijzen dat ze hun zaken financieel op orde hebben. Dan kunnen we duidelijke regels met harde straffen instellen als ze zich er niet aan houden. Pas daarna kunnen we eens gaan nadenken over eurobonds. Niet andersom. Laat eerst maar eens een trackrecord zien. Ik zou zeggen van een jaar of twintig. Net zo lang als ze hun beloften hebben gebroken. Over de column van Corné van Zeijl Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

Als je vluchtig naar de koersen kijkt, lijkt het alsof het eerste halfjaar niet zo bijzonder was. De S&P 500 steeg dit jaar tot nu toe 5%, de AEX 3,5%. Maar schijn bedriegt en u weet dat er flink wat beweging is geweest. Die cijfers mogen dan goed klinken, maar als u in een wereldaandelenindex had belegd, had u toch 4% verloren. De belangrijkste verklaring is de enorme daling van de Amerikaanse dollar. Aan het begin van het jaar dacht iedereen nog dat pariteit – één dollar voor één euro – slechts een kwestie van tijd zou zijn. De Amerikaanse economie was ijzersterk en zou onder Trump alleen maar sterker worden. Tegelijkertijd lag de Europese economie met de pootjes omhoog. In een halfjaar tijd is dat perspectief volledig gedraaid. Altijd interessant om te zien dat iedereen optimistisch is als de dollar ten opzichte van de euro op een piek staat. En na (let op: na) de scherpste daling sinds tijden is iedereen somber. Ik zag zelfs al rapporten van grote zakenbanken met koersdoelen van $1,40 per euro. Opeens is de toekomst van de dollar als reservemunt van de wereld gedoemd. Om Mark Twain maar aan te halen: ‘Het bericht over mijn dood was overdreven.’ Dat geldt ook voor de dollar. Gezien de houding van de Amerikaanse regering zullen steeds meer partijen naar alternatieven voor de dollar gaan zoeken. Maar het zal nog wel even duren voordat de dollar zijn titel van reservemunt zal verliezen. Subjectieve verhalen doen het altijd goed, maar de belangrijkste verklaringen kunnen we gewoon in de markt vinden Als eerste is er het renteverschil tussen de Verenigde Staten en Europa. Dat is in het eerste halfjaar flink gedaald. Dat maakt de dollar relatief onaantrekkelijk. Het renteverschil tussen Amerikaanse en Duitse tweejarige obligaties bedroeg in het begin van het jaar nog bijna 2,4%-punt. Dat is geslonken naar 1,9%-punt, wat de dollar minder aantrekkelijk maakt. Daarnaast zaten speculanten aan het begin van het jaar massaal short in de euro en long in de dollar. Die posities zijn inmiddels helemaal omgedraaid. Voor aandelenbeleggers maakt dat heel wat uit. Niet alleen bij de vertaling van Amerikaanse aandelenkoersen in euro’s. Ook in het Europese bedrijfsleven. Maar liefst een derde van de omzet van de Europese bedrijven wordt in dollars verdiend. Denk in Nederland aan bedrijven als Ahold, Aegon, Shell, Wolters Kluwer en Relx. Ahold genereert bijvoorbeeld 60% van zijn winst in de VS. In het tweede kwartaal was de gemiddelde dollarkoers 7% lager. Dat geeft dus een negatieve impact op de winst van circa 4%. Als iedereen zo somber is, zal de ergste dollardaling wel achter de rug zijn. Maar ik vraag me af of aandelenbeleggers wel genoeg rekening houden met die valutaire tegenwind. Ik zou voorzichtig zijn. Over een paar weken begint het winstcijferseizoen. Dat belooft spannend te worden. Over de column van Corné van Zeijl Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

Er lijkt weer een nieuwe beleggingshype te ontstaan. Zo’n hype is lucratief als je er op tijd in zit en er op tijd weer uit bent. De meeste beleggers beginnen en eindigen te laat. Met een flink verlies en vele tranen tot gevolg. Dit keer betreft de hype bitcoinbedrijven, die met geleend geld deze crypto kopen. Omdat de bitcoin zo hard stijgt, doen deze bedrijven het prima, beter dan de munt zelf. Logisch: door het geleende geld is de hefboom flink. Het grote voorbeeld is Strategy. De koers daarvan steeg in de afgelopen twee jaar van $30 naar $380. Het bedrijf heeft al bijna 600.000 bitcoins opgekocht, die nu $63 mrd waard zijn. De beurswaarde van Strategy is $108 mrd. Beleggers zijn dus bereid om een flinke premie te betalen. Het bedrijf maakt inmiddels zelfs kans om in de S&P 500-index te worden opgenomen. Dat succes smaakt naar meer, dus volgen andere bedrijven. Het Japanse Metaplanet kiest dezelfde strategie. Van failliete hotelketen is het nu een perpetuum geldmachine geworden. De koers ging in slechts twee jaar 95 keer over de kop. Hoe meer er van dit soort bedrijven komen en hoe meer geld ze lenen, hoe meer vraag er is naar bitcoins. En aangezien het aanbod daarvan vaststaat, moet de prijs wel stijgen. Het lijkt alsof je geen geld kan verliezen. Maar speculeren met geleend geld op een speculatief instrument is het stapelen van risico’s. En dat gaat goed, zolang de koers van de bitcoin maar blijft stijgen. Ik vraag me wel af wie er zo onverstandig is om aan deze bitcoinbedrijven geld te lenen. Waar gewone beleggers ook nog upside hebben, hebben de geldleners vooral downside als het misloopt. Gezien het succes van Strategy en Metaplanet is het logisch dat er meer van dergelijke opportunistische initiatieven zullen komen, die ook weer bitcoins gaan kopen. En daarmee wordt de hype verder versterkt. Bij een hype is het vaak een goede strategie om gewoon mee te doen. Totdat de muziek stopt natuurlijk – dan is de vraag: is er nog een stoel te vinden. Het tweede cruciale aspect om succesvol te speculeren in een hype is dus op tijd afscheid nemen. In theorie helpt een stoplossorder daarbij. Maar in de praktijk moet je oppassen. Als de bubbel in één grote klap barst, heb je waarschijnlijk niks aan je stoplossorder. Ik kan u wel vertellen hoe je met een hype moet omgaan, maar ik zeg er gelijk bij dat het niets voor mij is. Voordat je het weet, is het Metaplanet-hotel omgetoverd in een Hotel California. U kent dat nummer van de Eagles vast wel: ‘You can check out any time you like, but you can never leave.’ Over de column van Corné van Zeijl Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

De afgelopen tijd regende het opzeggingen onder de Nederlandse ceo’s bij Flow Traders, IMCD en Galapagos. Vooral het vertrek van Valerie Diele-Braun was bijzonder. Ze was net iets meer dan een jaar aan de slag bij IMCD, maar zei één dag voor de cijfers en de jaarvergadering per direct op. Het doet me aan de Tempo-Team-reclame uit 2004 denken. Daarin wordt feestelijk afscheid genomen van een uitzendkracht die er slechts twee dagen heeft gewerkt. Diele-Braun zei op vanwege persoonlijke redenen. Daar kan van alles onder vallen. Maar waarom vlak voor de cijfers en de jaarvergadering? Zelfs als de reden bijzonder ernstig was, had je toch wel een dag kunnen wachten. De koers kelderde op de dag van aankondiging met 9,5%. Logisch, want dit klinkt als foute boel. De volgende dag steeg het aandeel weer op de kwartaalcijfers, met 7,5%, want de resultaten waren toch oké. Ik zou zeggen, publiceer dan direct ook de kwartaalcijfers, om de onrust weg te nemen. Een gemiste kans van het zittende management. Bij Flow Traders zagen we ook iets dergelijks. Daar vertrok de ceo omdat ‘hij zijn passie wilde gaan volgen’. Hij wil wat gaan doen met AI. Serieus? Als je ceo wordt, denk je daar toch van tevoren grondig over na. Met een basissalaris van €1,9 mln per jaar besluit je niet na twee jaar ineens dat je toch ‘iets leukers’ wilt gaan doen. Wat voor flauwekul ik het ook vind, het past wel in een internationale trend. Zelfs in de VS neemt het aantal opzeggingen flink toe. Uit het jaarlijkse onderzoek van Challenger, Gray & Christmas blijkt dat in 2024 maar liefst 373 ceo’s hun functies vaarwel zeiden. Het was ten opzichte van 2023 een stijging van 24%, en de grootste ooit. Toegegeven, het was niet allemaal vrijwillig. De verklaring achter de grote stijging ligt in de toegenomen regeldruk en de toegenomen druk van toezichthouders, actiegroepen en activistische aandeelhouders. Zeker in de VS raakt het management bekneld tussen meer diversiteit of juist meer antiwoke. Daarnaast zijn de salarissen inmiddels zo riant, dat financiële prikkels hun effect verliezen. En als geld geen stimulans meer is, is de motivatie soms moeilijk op te brengen. Dat zie je ook in vrijwilligersorganisaties terug. Die zijn erg moeilijk te managen, want het salaris is geen drukmiddel meer. Mijn tip aan toekomstige ceo’s: denk goed na voordat je die functie gaat bekleden. Het kan een veeleisende baan zijn, maar de vergoeding is navenant. Als je er na korte tijd achter komt dat het ceo-schap toch niets voor je is, veroorzaak je niet alleen persoonlijke teleurstelling maar ook aanzienlijke schade voor het bedrijf. Leiderschap vraagt op dit niveau om meer dan alleen ambitie. Het vereist vasthoudendheid, visie en verantwoordelijkheidsgevoel. Dat misten de genoemde ceo’s klaarblijkelijk. Over de column van Corné van Zeijl Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

Vrijwel iedere econoom denkt dat Trumps beleid een drama is. Maar dat doet eigenlijk niet ter zake. De Amerikaanse president is er en gaat de komende vier jaar niet weg, we zullen er dus mee om moeten gaan. Dan is het goed om ook eens naar de positieve kant van zijn beleid te kijken. De belegger in mij heeft namelijk geen mening, maar reageert op basis van de ontstane situatie. Tijd om even uit mijn bubbel te stappen. Door Trumps beleid staan de economische verwachtingen onder druk, waardoor de olieprijs is gedaald. Daarnaast draaien de Opec-landen de oliekraan verder open. Meer aanbod en minder vraag leiden tot een lagere olieprijs en daarmee een lagere benzineprijs. Trump had het beloofd en de Amerikaanse kiezer is er erg blij mee. Ook geven steeds meer bedrijven aan dat ze in de VS willen investeren. Het aantal Amerikaanse bedrijven dat reshoring in hun earnings calls noemt, is verdrievoudigd. Al is dat makkelijk gezegd, maar niet zo makkelijk gedaan. En de importtarieven leveren een hoop geld op. Alleen weten de meeste kiezers niet dat ze dat waarschijnlijk zelf betalen. De grote architect achter dit beleid is Howard Lutnick, een miljardair die nu minister van handel is. Zijn bedrijf Cantor Fitzgerald werd keihard geraakt tijdens 9/11. Alle 658 medewerkers in het WTC kwamen om bij die aanslag. Door een bijzonder toeval was hij niet op kantoor. Hij heeft er zijn levenswerk van gemaakt om het bedrijf opnieuw op te bouwen. Geen salarisdoorbetaling voor de families van de omgekomen personeelsleden. Wel zette hij een fonds op dat hij vulde met 25% van de winst van het nieuwe bedrijf. Het kon ook mislukken. Maar het werd een succes. Met dezelfde pragmatische aanpak stapte hij in de Trump-regering. Musk zou $2000 mrd aan overbodige overheidskosten wegsnijden, maar vond slechts totaal $150 mrd, zeg $15 mrd per jaar. In werkelijkheid is dat waarschijnlijk een stuk lager. Lutnick zou de importtarieven binnenharken. Onze eigen Cardano-econome heeft berekend dat importtarieven maximaal $250 mrd tot $300 mrd op jaarbasis opleveren. Je kunt zeggen dat beide mannen dramatisch hebben gefaald. Maar je kan ook stellen dat iedere extra dollar die wordt opgehaald, winst is. Bovendien is het de kiezers nu wel duidelijk dat de overheid niet permanent kan uitdijen. En dat Amerika niet eeuwig kan leunen op import uit het buitenland. De glas-halfvolbenadering is dat de mannen misschien wel voor $315 mrd meer overheidsopbrengsten hebben gezorgd. NB. De nieuwe regering gooit er met de One Big Beautiful Bill ook gelijk weer $240 mrd per jaar uit. De belegger in mij mag dan moeite doen om de positieve kant van dit economische experiment in te zien, de mens in mij verlangt heel erg terug naar een normale pre-Trump-wereld. Over de column van Corné van Zeijl Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

Amerika leeft op te grote voet, daarom is het handelsbalanstekort ook zo groot. Daarbij vergeet men even voor het gemak dat de VS een enorm overschot hebben in de dienstensector. De diensten die wij afnemen van zakenbanken en technologiebedrijven, zijn echter niet genoeg om de goederenstroom te compenseren. Maar de marges op die diensten zijn wel vele malen hoger. President Trump wil dat goederentekort met importtarieven bestrijden. Dat is slecht voor de economie. Maar het voordeel is wel dat die tarieven bedrijven stimuleren om meer in de VS te produceren. Al is het de vraag of ze het nog wel kunnen. Maar goed, Trump zei dat Amerikaanse kinderen ook genoeg hebben aan twee poppen, in plaats van dertig. Ik weet niet of de Amerikaanse consument wel in is voor een beetje consuminderen. Als je als land continu meer koopt dan verkoopt, betekent dat ook dat het buitenland jou geld moet lenen om dat allemaal te kunnen betalen. Anders gezegd: de VS importeren goederen en exporteren dollars. In plaats van een importheffing op goederen kun je ook een belasting opleggen op de dollars die weer terugkomen. Dat heeft een beetje hetzelfde effect. Dat staat in sectie 899 van Trumps One Big Beautiful Bill. Buitenlanders kunnen belast worden als ze passief inkomen uit de VS ontvangen. De juridische grondslag waarop dat zal gebeuren is nog erg onduidelijk. Als je qua financiering zo afhankelijk van het buitenland bent als de VS, neem je daarmee een aanzienlijk risico. Want waarom zouden buitenlandse investeerders het land nog geld lenen als het dreigt die inkomstenstroom weer af te pakken. En het vertrouwen van buitenlandse beleggers staat sinds Trumps aantreden al sterk onder druk. Beleggers maken zich er nog niet druk over. Nu de term Taco (Trump Always Chickens Out) de ronde doet, denken beleggers dat de soep niet zo heet gegeten zal worden als hij wordt opgediend. Sinds de ophef over sectie 899 heeft de Amerikaanse obligatiemarkt nauwelijks bewogen. Sterker nog, door de zwakke economische cijfers deze week is de rente zelfs iets gedaald. Maar die sectie 899 blijft wel een risico. Stel, je belegt in 10-jarige Amerikaanse staatsobligaties met een rente van 4,4%. Voordat je die rente ontvangt, zegt de Amerikaanse overheid: wij heffen daar eerst een belasting van 0,9% op. Dus je krijgt nog maar 3,3%. Waarom zou je dan nog in Amerikaanse staatsobligaties beleggen? Dit extra risico is (nog) niet ingeprijsd. Tijdens de laatste persconferentie werden er vragen aan Trump over de Taco trade gesteld. Dat zal zijn ego flink hebben aangetast. Het risico is dat hij daarom niet meer op domme ideeën terugkomt. Kan iemand de president vertellen dat zijn Taco trade briljant is? Anders is er een grote kans dat hij aan domme ideeën blijft vasthouden. Bang om voor kip te worden uitgemaakt. Over de column van Corné van Zeijl Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

Er is nogal wat ophef over het feit dat private-equitybelegger KKR tegenwoordig eigenaar is van de Zwarte Cross. Tja, je hebt je aandeelhouders niet altijd voor het kiezen als je het bedrijf verkoopt. De oprichters deden het in 2021 over aan Superstruct en dat werd eind 2024 door KKR overgenomen. En nou zegt Youp van ’t Hek ook nog zijn optreden bij de Zwarte Cross af. Het is wel een beetje hypocriet van Youp. Ik ben benieuwd of er dan ook geen Becel of Blue Band in zijn koelkast staat. En boekt hij dan geen vakantiehuisje meer bij Roompot? Ruilt hij zijn Batavus- of Sparta-fiets in? Kijkt hij niet meer naar SBS? Parkeert hij niet meer bij Q-Park. Enzovoort, enzovoort. Daarmee beseffen we dat het Amerikaanse grootkapitaal in de haarvaten van onze maatschappij zit. Het management van de Zwarte Cross noemt KKR de boze stiefmoeder. Een terechte benaming, vind ik, onder meer vanwege het sprinkhanengedrag. Het is een beetje het Ben & Jerry’s-dilemma. Dat alternatieve ijsjesmerk werd door de oprichters aan Unilever verkocht. Maar Ben Cohen en Jerry Greenfield waren het vaak niet eens met het beleid van het moederbedrijf. Tja, dan had je niet moeten verkopen. Dus Youp zegt zijn optreden af. En dan? Verandert de wereld? Deze actie is slechts voor de bühne, maar ja, dat is zijn corebusiness. Als hij mij uit zijn blote hoofd de bedrijven kan noemen waarin KKR belegt waar hij het niet mee eens is, wil ik hem het voordeel van de twijfel geven. Over Youp maak ik me geen zorgen, wel over al die vrijwilligers die aan de Zwarte Cross meewerken. Ik kom graag naar Lichtenvoorde en heb er zelfs een paar keer mogen optreden. Ik ben elk jaar verbaasd over het enthousiasme en de hoeveelheid vrijwilligers. Sommige van die achtduizend (!) vrijwilligers zullen zich nu toch wel afvragen: sta ik me hier nou een beetje voor de winst van het grootkapitaal uit te sloven? Een voordeel is wel dat je nu dus in de Zwarte Cross kunt beleggen. Voordat u denkt: dat is mooi, dan koop ik een paar aandelen KKR en heb ik die paar extra biertjes op de Zwarte Cross zo terugverdiend, eerst even wat cijfers. KKR heeft een beleggingsportefeuille van ruim $700 mrd. Superstruct is naar schatting overgenomen voor €1,3 mrd. Dat is dus slechts 0,2% van het totaal. En Superstruct heeft tachtig festivals. De Zwarte Cross is daar maar een van en daar schenken ze naar schatting 1,8 miljoen biertjes. Het is heel jammer dat zelfs de Zwarte Cross in handen is gevallen van Amerikaans private equity, maar het is een feit. Misschien dat ik dit jaar ook een of twee biertjes laat staan. Gewoon voor het gevoel, gewoon voor de bühne. Over de column van Corné van Zeijl Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

Eigenlijk zou het voorpaginanieuws moeten zijn, maar de renteaardbeving in Japan wordt nauwelijks opgepikt. Onterecht. Er lijkt de afgelopen tijd sprake van een parabolische stijging: de Japanse dertigjarige rente ging in drie maanden van 2,2% naar 3,1%. Volgens premier Shigeru Ishiba is de financiële situatie van zijn land slechter dan die van Griekenland. Dat is bijzonder, want meestal doet de politiek er alles aan om problemen te bagatelliseren. Maar het klopt wel. Japan heeft een schuldquote van maar liefst 263% van de economie. Bij Griekenland is dat ‘slechts’ 147%. Daarmee heeft de Bank of Japan een probleem. De afgelopen decennia wilde die centrale bank de lange rente drukken en kocht daarom jaar na jaar enorme hoeveelheden staatsobligaties op. Zoveel, dat hij nu 52% van de totale obligatiemarkt bezit. Een dertigjarige Japanse staatsobligatie zakte in vijf jaar met ruim 40%. Als de bezittingen van de centrale bank zo hard dalen, daalt dus ook de solvabiliteit ervan. Hoeveel vertrouwen krijgt hij dan nog? De Japanse overheid zit eveneens in een lastig parket: rentelasten en aflossingen zijn nu al goed voor een kwart van de totale uitgaven. Dat zal met deze rentebeweging nog verder stijgen. Daarmee zijn rentelasten het koekoeksjong in de begroting. Alles wat de overheid daaraan kwijt is, kun je niet aan andere nuttige dingen uitgeven. In hoeverre gaan wij de naschokken van een renteaardbeving in Japan voelen? In de VS, die toch al niet zulke schokbestendige staatsfinanciën hebben, zijn de gevolgen het merkbaarst. De Amerikaanse president wil een lagere rente, maar doet er alles aan om het vertrouwen te ondermijnen. Beleggers eisen daarom juist een hogere rente. De waarschuwingen van de kredietseismologen worden in de wind geslagen. Als Moody’s zijn kredietoordeel verlaagt, ligt het volgens de regering aan de macro-econoom van die instelling. Vreemd, want die heeft niets met het kredietoordeel te maken. Nu al kost een verzekering tegen het faillissement van de Amerikaanse overheid 0,55% per jaar. Pikant detail: voor de Griekse staatschuld betaal je hetzelfde. Natuurlijk kunnen de VS gewoon aan hun schulden voldoen. Maar dan moeten ze wel de belastingen verhogen. En dat is politiek onmogelijk. Sterker nog: er ligt nu een wetsvoorstel om de belastingen verder te verlagen. De VS kunnen ook dollars bijdrukken. Maar wil je dan nog wel je geld aan dat land uitlenen? De aardbeving op de Japanse obligatiemarkt maakt duidelijk dat we het einde hebben bereikt van wat overheden wereldwijd aan schulden kunnen dragen. Die waarschuwing kunnen we beter niet in de wind slaan. Maar het betekent wel dat de politiek moeilijke keuzes moet maken. En in de huidige tijd van populisme word je daar in de verkiezingen keihard voor afgestraft. Een dilemma. Over de column van Corné van Zeijl Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

Na een verbazingwekkende rally staan de aandelenkoersen bijna op hetzelfde niveau als voor ‘bevrijdingsdag’, toen de Amerikaanse president Trump met zijn heffingen kwam. Het doet een beetje denken aan de coronadip. Het leek toen ook zo logisch dat er een wereldwijde recessie zou komen. In 2020 viel door de lockdowns de consumentenvraag compleet weg. De correctie in de aandelenmarkt was kort en hevig. Degenen die de dip kochten, zonder na te denken of de economie in een sinkhole zou wegzakken, bleken achteraf de beste beleggingsrendementen te hebben gemaakt. Ook toen was er een scherpe herstelrally. Je had gewoon moeten blijven zitten. Dat de beurzen stegen, kwam door de maximale fiscale en monetaire steun die werd gegeven. Een groot verschil met nu. Fiscaal zitten met name de VS wel aan hun maximum. Het begrotingstekort komt naar verwachting zo rond de 8% uit in 2025. En monetair lijkt de Fed ook niet erg bereidwillig de rente op korte termijn te verlagen om de economie te ondersteunen. Men wil eerst kijken of de hoge importtarieven een blijvend effect op de inflatie hebben. Of wordt dit een herhaling van 2022? Ook toen zagen we na een flinke daling een scherp koersherstel. Maar in tegenstelling tot 2020 verpieterde dat snel. En kwam er weer een correctie en nog een correctie. Pas in het najaar werd de bodem echt goed aangestampt. Dat koersendrama van 2022 had een aantal oorzaken. Als eerste: beleggers waren veel te enthousiast. Het jaar begon met een koers-winstverhouding van 22 (net als 2025). Dat geeft aan dat de verwachtingen voor de winstgroei erg hoog waren. Ten tweede: de centrale banken moesten de rente flink verhogen. De stijgende inflatie was niet zo van voorbijgaande aard (transitory, herinnert u zich dat woord nog?) als de beleidsmakers hadden gehoopt. Door de hoge rentegevoeligheid van de Amerikaanse economie zorgt een hogere Fed-rente normaal gesproken voor afkoeling. Dit keer dus niet. Veel mensen met een hypotheek hadden hun rente vastgezet. Dus wordt 2025 een 2020-achtig jaar of lijkt het meer op 2022? De geschiedenis herhaalt zich niet, maar rijmt vaak wel. Ik denk dat de kans op een serieuze afkoeling van de Amerikaanse economie een reëel risico is. De hogere importtarieven hebben een negatief effect. En de voortdurende onzekerheid zorgt dat bedrijven en consumenten voorzichtiger worden. Dat heeft impact op de winsten en uiteindelijk dus ook op de koersen. Daarbij komt het potentiële risico dat beleggers nu echt het vertrouwen in Amerikaanse staatsschulden verliezen. Ik denk dat 2025 gewoon 2025 wordt. Minder economische groei, minder winstgroei. Of misschien zelfs een winstdaling gecombineerd met een wat lagere waardering. Simpelweg allemaal wat minder, maar wel met genoeg reuring. Over de column van Corné van Zeijl Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

Niemand had verwacht dat Buffett zijn aftreden zou aankondigen. Zelfs zijn opvolger Greg Abel wist van niets. Je zou toch zeggen dat je dat van tevoren even bespreekt. Sindsdien is de koers van Berkshire met 4% gedaald, oftewel er is $45 mrd aan beurswaarde afgegaan. Vooraf is er veel gediscussieerd over de hoogte van de Buffett-premie. Nu weten we het dus. Persoonlijk vind ik die 4% nog wel meevallen. Beleggers hielden er natuurlijk wel rekening mee dat iemand van 94 niet het eeuwige leven heeft. Zonder Buffett is Berkshire maar een gewoon bedrijf. Toen Abel werd gevraagd wat hij met de enorme hoeveelheid cash gaat doen, zei hij dat ‘het een geweldig bezit’ was. Warren Buffett had ongetwijfeld een gevatter antwoord gegeven. Die $350 mrd cash geeft ook aan hoe eigenwijs Buffett was. Een gewone manager zonder Buffetts aura, zoals Greg Abel, gaat daar veel meer kritiek op krijgen. Naast eigenwijs was Buffett bovendien én integer én superslim én zonder groot ego én no-nonsense. Die integriteit blijkt onder andere uit zijn uitspraken over de te lage belastingen die hij betaalde. Het Buffett-model is eigenlijk simpel: je belegt in bedrijven met winstgroei. Het liefst een beetje saaie, maar groeiende bedrijven tegen een niet al te hoge prijs. En dat doe je met geleend geld. Bij gewone beleggers pakt beleggen met geleend geld vaak niet goed uit. Degene die het geld heeft uitgeleend wil het altijd op het meest ongunstige moment terug. Als je een effectenkrediet hebt en de koersen dalen hard, dan zijn de effecten die als onderpand dienen te weinig waard. En moet je je aandelenportefeuille liquideren net als de koersen gedaald zijn. Buffett heeft dat slim opgelost. Het geld komt van de verzekeraar binnen Berkshire Hathaway en dat geld zit vast. Als de verzekeringsklanten het niet meer vertrouwen, kunnen ze niet zomaar hun geld opvragen. Bovendien gebruikt hij de leverage met mate. Daarom is hij in het verleden altijd in staat geweest om bedrijven te helpen in tijden van nood. Zoals de redding van Goldman Sachs ten tijde van de kredietcrisis. Wel tegen een flinke prijs natuurlijk. Opmerkelijk is dat diverse onderzoeken aangeven dat Buffetts aandelenkeuzes nauwelijks aan het superrendement hebben bijgedragen. Als hij zijn strategie had uitgevoerd met aandelenindexfondsen met overeenkomstige karakteristieken was de uitkomst vrijwel hetzelfde geweest. Eén ding is zeker. Er zal geen tweede Buffett komen. Wie kan nog zestig jaar lang een superrendement laten zien? Berkshire is in die periode met 19,9% gemiddeld per jaar gestegen, terwijl de S&P 500 in die periode met iets meer dan 10% per jaar steeg. Met een investering van $10.000 zestig jaar geleden zou u nu meer dan $1 mrd hebben gehad. Nee, dat trackrecord zal voorlopig nog wel even ongeëvenaard blijven. Over de column van Corné van Zeijl Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

Veel beleggers denken dat de VS al in een dikke recessie zitten. Ja, de economische groei viel terug, van 2,4% in het vierde kwartaal naar -0,3% in het eerste kwartaal. Dat lijkt dramatisch, maar valt eigenlijk wel mee. De belangrijkste verklaring voor de slechte cijfers ligt in het tekort op de handelsbalans. Veel partijen hadden nog flink wat in het buitenland besteld voordat de importtarieven ingingen. En dat drukte de economische groei met maar liefst 4,8%. Terwijl de gestegen voorraden voor een plus van 2,3% zorgden. En als je als consument toch aan een nieuwe auto of een nieuwe iPhone zit te denken, koop je die liever voordat de prijzen door de tarieven omhooggaan. Er is speciale aandacht voor de goudimporten. Ook deze drukten de economische groei. Vermogende Amerikaanse beleggers hebben hun goud dat in de kluizen in Londen lag, overgebracht. Daarvoor moest het wel eerst naar Zwitserland worden gevlogen, zodat het in Amerikaanse standaardgewichten kon worden omgesmolten. Vervolgens werd al dat goud weer naar de VS gevlogen. Die rijke Amerikanen waren bang dat ze importheffingen moesten gaan betalen als ze hun goud naar de VS wilden overbrengen. De grote grap is dat het allemaal voor niets is geweest. Want die importheffingen op goud kwamen er niet. Overigens maakt het natuurlijk voor de echte economie niets uit of iemand nu zijn goud in een kluis in Londen heeft liggen of in New York. Onder de motorkap ziet het er dus op zich aardig uit. Maar een economisch automonteur moet toch iets verder kijken. Want dat hamstereffect is slechts tijdelijk. Als je die iPhone of nieuwe auto hebt gekocht, doe je dat in het kwartaal daarop niet meer. De handel tussen de VS en China is zo goed als drooggevallen. Een tarief van boven de 100% komt effectief overeen met een handelsboycot. Aan het aantal boekingen is te zien dat de havens op Long Beach in Los Angeles in de komende weken een flinke daling van de bezetting zullen laten zien. Een containerschip doet er gemiddeld dertig dagen over om van China naar Los Angeles te varen. Dus in de loop van mei moeten de eerste effecten te zien zijn. Of er een recessie komt of niet, is moeilijk te bepalen. Economie is en blijft een sociale wetenschap. Wat gaat de Amerikaanse consument doen met al die onzekerheid? Zijn die doemverhalen in de media overtrokken? Gaat Joe Sixpack na de eerste schrikreactie gewoon weer maximaal consumeren? Ik ben bang van niet. De aangebrachte economische schade is zo groot, dat een recessie onvermijdelijk lijkt. Bij de gokkantoren kun je inzetten op een Amerikaanse recessie in 2025. De kans ligt daar nu op 70%. Ik zou daar niet tegen in willen gaan. U wel? Over de column van Corné van Zeijl Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

Ik was enigszins verbaasd over de forse reactie op de Amerikaanse beurzen op het nieuws dat Donald Trump Jerome Powell wilde ontslaan. Aandelen daalden met 2,5% en daar kwam voor ons eurobeleggers nog eens een 1% dollardaling bovenop. Het verbaast me, omdat Trumps mening niet nieuw is. Hooguit dat zijn tweet, of hoe je een bericht op zijn eigen sociale mediakanaal ook noemt, grof en heftig was. Maar dat zijn we zo langzamerhand wel gewend. Sommige economische commentatoren gaven aan dat de Amerikaanse president de Fed-voorzitter niet zal ontslaan, omdat dat wel heel dom zou zijn. Dat klopt, maar dat is geen argument meer, zo hebben we in de afgelopen drie maanden geleerd. De belegger van vandaag moet simpelweg rekening houden met een hoge mate van wispelturigheid. En inderdaad: slechts één dag na de koersdaling zei Trump dat hij niet de intentie had om Powell te ontslaan. Gelukkig kan Mr. Market Mr. Trump nog een beetje in toom houden. Waarom is een onafhankelijke Fed eigenlijk belangrijk? Die kan onplezierige beslissingen nemen, zoals de rente verhogen. Wil je te hoge inflatie bestrijden, dan is een renteverhoging een goed stuk gereedschap. Dat is geen prettig besluit, zeker niet als je, zoals de Amerikaanse overheid, veel schulden hebt. Diverse opkomende markten gingen al eens de kant van een veel te soepel monetair beleid op. Die weten dat vertrouwen van de financiële markten terugwinnen een moeilijke en pijnlijke weg is. Turkije en veel Zuid-Amerikaanse landen zouden een afschrikwekkend voorbeeld moeten zijn. Misschien hebben Trump en de Turkse president Erdogan samen hetzelfde vak gevolgd: ‘economie voor populisten’. De grootste verbazing zit misschien nog wel in het feit dat men zich er nu zo druk om maakt. Powells termijn eindigt al in mei 2026. Wie neemt dan zijn voorzittershamer over? Als je kijkt wie Trump in zijn regering heeft benoemd, geeft dat weinig vertrouwen. Er is een reële kans dat het een soort trekpop wordt die naar his master’s voice luistert. Beleggers hebben zo te zien wat moeite om risico’s die over een jaar plaatsvinden, in te schatten. Waarschijnlijk wordt de beoogde opvolger al in het najaar aangewezen. Omdat het fundament van de Amerikaanse staatschuld en de dollar gebaseerd is op vertrouwen, is een betrouwbaar boegbeeld bij de centrale bank erg belangrijk. Powell vervult die rol met verve. Grote kans dus dat dat vertrouwen over een jaar bij zijn afscheid flink op de proef wordt gesteld. Ik zou dus wat langer vooruitkijken dan die ene dag waarop beslissingen van de Amerikaanse president genomen kunnen worden of juist weer ingetrokken. Ik hoop dat Mr. Market een permanente zetel in de Oval Office krijgt. Nu Elon Musk het Witte Huis gaat verlaten, is er nog wel een plekje vrij. Over de column van Corné van Zeijl Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

De markten lijken een beetje tot rust te komen. De paniekfase is voorbij. De VIX-index, die de beweeglijkheid meet, daalt alweer naar enigszins normale niveaus. Als er paniek in de tent is, is het altijd goed om rustig te blijven. En winstgevend. Beleggers die toen hebben gekocht, kijken alweer tegen een leuke koerswinst aan. In een recent onderzoekje van Ritholz Management bleek dat als je bij een hoge VIX aandelen koopt, je na een halfjaar een gemiddeld rendement van 12,7% zou hebben gemaakt. Blijft de vraag over, hebben we het nu allemaal gehad? Aangezien de discussie over de importheffingen de belangrijke inputfactor is en deze per dag wisselt, is dat moeilijk te bepalen. Maar laten we een poging wagen. We beginnen bij de economie. Economen stellen hun groeiverwachtingen voor de VS bij. Dat is bijzonder, want meestal zijn economen niet zo snel. Of, om het positief te benaderen: ze denken daar lang en goed over na. Beleggers zijn sneller. Uit het meest recente onderzoek van Bank of America onder institutionele beleggers blijkt dat maar liefst 49% van de beleggers een harde landing van de economie verwacht. Toen de huidige president zijn ambt aanvaardde, was dat slechts 5%. Howard Marks, oprichter van vermogensbeheerder Oaktree Capital omschreef het aardig. ‘Gezien de staat van onze onwetendheid (over wat de Amerikaanse regering gaat doen) is beleggen momenteel als het wedden op de uitslag van de Superbowl. Alleen heb je geen flauw idee welke teams er spelen en wie de spelers zijn.’ Ik zal toch een poging wagen. We nemen aan dat de economische groei nu 2% lager uitkomt dan voor deze chaos. Als ik grofweg de meeste rapporten lees, is dat wel de consensusverwachting. Natuurlijk is dat allemaal gebaseerd op de verwachte importheffingen die de Amerikaanse regering oplegt. Aangezien die met de dag veranderen, is dit een hele grove inschatting. Een vuistregel is dat een procentpunt lagere economische groei leidt tot 7% minder winst. De winsten zouden dan dus een procent of 14 moeten dalen. Analisten hebben tot nu toe nog niets aangepast. Maar die zijn net als economen een beetje langzaam. Als we even vooruitlopen en deze 14% lagere winst alvast inkleuren en we nemen een normale waardering van de afgelopen tien jaar, dan zouden aandelen nog weleens een stuk lager kunnen gaan. Gelijk maar al uw aandelen verkopen, dan? Nou, bedenk: dit is een man-made crisis. Die kan ook weer man-made ongedaan worden gemaakt. En dus openen we iedere dag maar weer met spanning onze telefoon om te kijken wat er nu weer voor oekaze uit het Witte huis is gekomen. Houd maar in uw achterhoofd dat dit presidentschap nog maar 1376 dagen te gaan heeft. Over de column van Corné van Zeijl Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

De Amerikaanse president Donald Trump verandert sneller van mening dan ik columns kan schrijven. U leest nu de zoveelste versie van deze bijdrage. Er kwam telkens een nieuwe kanonnade maatregelen. Volgens de theorieboekjes was deze week een uitgelezen kans om in te stappen. Aandelen waren lekker gedaald en diverse indicatoren gaven aan dat een kortetermijnopleving van de koersen nabij was. Zo was bijvoorbeeld het beleggerssentiment erg slecht. De verwachtingen waren zeer somber, en dan is de kans op een meevaller het grootst. De beweeglijkheid (gemeten door de VIX-index) was extreem hoog, wat normaal gesproken ook een goede indicatie is om te kopen. Vergelijkbare periodes waren 1987, 2002, 2008, 2020 en 2023. In de eerdere gevallen greep de Federal Reserve in door de rente te verlagen. Het was de vraag of dat dit keer weer zou gebeuren. Immers, door de importheffingen gaat de inflatie omhoog. En het is de taak van de Fed om te hoge inflatie te bestrijden door de rente te verhogen en niet door te verlagen. Waarom ging Trump dan toch door de knieën? Mr. Market gaf duidelijk aan de importheffingen een slecht idee te vinden. Zakenbanken vielen over elkaar heen om hun economische verwachtingen neerwaarts bij te stellen. Normaal gesproken daalt in onzekere tijden de obligatierente en stijgt de dollar. Nu niet. Dat geeft aan dat beleggers twijfelden aan de stabiliteit van de VS. Vooral de Amerikaanse obligatiemarkt wordt gezien als het stabiele anker van de financiële wereld. Maar dat vertrouwen stond zodanig onder druk, dat dit anker dreigde los te slaan. In het verleden zagen we voorbeelden van regeringsleiders die niet naar Mr. Market luisterden. Denk aan de renteverlagingen van de Turkse president Recep Tayyip Erdogan, of het minibudget van voormalig Brits premier Liz Truss. Beiden moesten bakzeil halen. Het zijn historische monumenten van dom economisch beleid geworden. In de media werden al de eerste vergelijkingen met de jaren dertig gemaakt. Ook toen werden handelsheffingen opgelegd. Maar er is een groot verschil. De Amerikaanse president Herbert Hoover creëerde de crisis niet, hij reageerde fout op de situatie. Trump erfde juist een hele goede economie van zijn voorganger Joe Biden en dreigde die eigenhandig om zeep te helpen. Toch is er wel permanente schade aangericht. De extreem hoge heffingen voor Chinese importen staan nog steeds. Dat worden hele dure iPhones. En ook de overige tarieven van 10% voor de rest van de wereld zijn niet weg. Het dieptepunt van de markt is vaak het punt waarop beleggers hun laatste hoop verliezen, het beruchte ‘kotsmoment’. Kapitein Trump veroorzaakte zoveel deining dat veel veel beleggers al kotsend over de reling. hingen. Die fase is voorbij, maar bedenk dat de Amerikaanse economie wel permanente averij heeft opgelopen. Over de column van Corné van Zeijl Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

ABN-Amro is dit jaar met een winst van maar liefst 30% tot nu toe het best presterende aandeel in de AEX. Geen uitzondering, want de hele Europese bankenindex staat in het zonnetje. Die aandelen zijn gemiddeld met 24% gestegen. Vorig jaar sprak ik een bekende beleggingsstrateeg van een grote Amerikaanse zakenbank die mij vertelde dat je maar beter van Europese banken af kon blijven. Dat bleek achteraf niet zo’n goed advies. Maar in plaats van iemand af te branden omdat zijn advies niet is uitgekomen, is het slimmer om naar de analyse achter dit advies te kijken. Zijn voornaamste argument was dat het slecht ging met de Europese economie. De belangrijkste economische motor, Duitsland, was aan het haperen. En heel Europa kampte met structurele problemen. Dat is nog steeds zo. De economie is een cruciale factor voor bankenwinsten. In een recessie gaan er relatief veel klanten failliet en blijven de banken achter met een flink verlies. Maar nu Duitsland de schuldenrem eraf heeft gehaald, zijn de verwachtingen voor Europa een stuk positiever geworden. Of dat optimisme ook bewaarheid wordt, daar heb ik mijn twijfels over. Voorlopig is er vooral sprake van goede wil. Dat is een belangrijke basisvoorwaarde om dingen te veranderen, maar met alleen goede wil kom je er niet. Daarnaast heeft de ECB de korte rente verlaagd en is de lange rente juist gestegen door die Duitse schuldenremdiscussie. In een dergelijke renteomgeving is het voor banken wat makkelijker om een goede rentemarge te maken. Niet dat er wat mis is met die marge. Banken hebben in de afgelopen jaren geleerd dat ze eenvoudig een belachelijk lage rente kunnen bieden op hun spaarrekeningen. U als klant loopt toch niet weg. Bij ABN Amro kwam er nog een extra factor bij: de Nederlandse overheid wilde vorig jaar een deel van haar aandelenbelang verkopen. Beleggers toonden weinig interesse. Daarom moesten de stukken in de openbare markt verkocht worden. Nu deze druk is weggevallen, schiet de koers omhoog. Leuk zo’n analyse achteraf, maar als belegger hoor je dat liever vooraf. Maar dan zou ik u aandelentips geven. Dat doe ik niet en dat mag ik niet. Sommige bezoekers van sociale media zullen zeggen: ‘En dat bombardement aan advertenties wat ik te zien krijg op Instagram, Facebook en andere sociale media dan?’ Hoewel mijn foto en naam erbij staat kan ik u zeggen: dat ben ik niet. Dit zijn oplichters die u naar een WhatsApp-groep proberen te lokken. Hun doel is u over te halen om aandelen in kleine, illiquide bedrijven te kopen. Als iedereen daarin zit, dumpen zij hun aandelen en blijft u achter met een groot koersverlies en waardeloze aandelen. Dus als u tips krijgt, zelfs als u denkt dat ze van mij zijn, blijf kritisch en vergeet niet om zelf na te denken. Over de column van Corné van Zeijl Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

Op lange termijn worden koersen bepaald door de winsten van de bedrijven waarin u belegt. Soms lopen koersen een beetje achter op de winstontwikkeling, vooral wanneer beleggers somber zijn, of als de rente hoog is. Op andere momenten lopen de koersen vooruit op de winsten. Zoals ten tijde van corona, toen beleggers dachten dat door alle monetair en fiscale steun de economie en de winsten wel zouden herstellen. Dat hadden ze goed gezien. Het doet me denken aan beursgoeroe Josef Lakonishok, die stelde dat de beurs en de economie als een hondje zijn dat wordt uitgelaten door zijn baas. Soms loopt de hond vooruit, soms loopt hij achterop, maar hij blijft in de buurt. Momenteel lopen de koersen ook weer wat vooruit. Dat komt met name door het geloof in kunstmatige intelligentie (AI). In de verwachting dat dit de efficiëntie en dus de winsten zal verhogen. Op korte termijn worden koersen vooral bepaald door vraag en aanbod. Er zijn verschillende groepen beleggers die allemaal een eigen strategie hebben en een ander denkvermogen en ervaring. De memehype uit 2021 liet zien dat de groep met particuliere beleggers groter en agressiever kan zijn dan grote hedgefondsen. Deze laatste groep beleggers zat vooral short in aandelen zoals AMC, GameStop, Bed Bath & Beyond en Koss. Door de gestegen koersen moesten de hedgefondsen met de staart tussen de benen hun verlies nemen. Vier jaar later kunnen we constateren dat de koersen van deze aandelen in de meeste gevallen zijn teruggevallen naar de fundamentele waarde. Ergo: dicht bij nul. Particuliere beleggers laten een opmerkelijke veerkracht zien. Ze zijn weliswaar somber volgens een enquête van de American Association of Individual Investors, toch kopen ze bij deze koersdip aandelen bij. Het is als Pavlovs hondje dat leerde dat het bij het luiden van een bel te eten kreeg. Zodra hij die hoorde, ging hij kwijlen. Sinds de coronacrisis weten deze beleggers dat er altijd weer herstel komt. Dus kopen ze bij iedere dip weer bij, kwijlend in afwachting van het koersherstel. Dit jaar staken ze maar liefst $67 mrd in de markt. Op korte termijn krijgen ze hulp van Amerikaanse pensioenfondsen. Die moeten, nu het kwartaaleinde nadert en aandelen het slecht hebben gedaan, aandelen bijkopen om het gewicht daarvan in hun portefeuille weer op peil te brengen. UBS berekende dat ze de komende dagen voor ongeveer $85 mrd moeten kopen. Als iedereen koopt, gaan de koersen omhoog. Op korte termijn tenminste. Bedenk dat dipkopen de afgelopen jaren wel heeft gewerkt, maar dat dat niet altijd zo zal zijn. Wie een beetje zijn beursgeschiedenis kent, weet dat er lange periodes met dalende koersen kunnen zijn. Dus wees geen kwijlende hond en blijf baas over je eigen beleggingsstrategie. Over de column van Corné van Zeijl Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

Europa heeft een shocktherapie ondergaan. Sinds de verkiezing van de Amerikaanse president Donald Trump is de geopolitieke bewustwording enorm gedraaid. We dachten dat Trump 2.0 Trump 1.0 in het kwadraat zou zijn. Het blijkt zelfs erger. De westerse wereld weet nu dat deze goede vriend, die altijd voor de defensie zorgde, niet meer te vertrouwen is. Intussen worstelen beleggers met de vraag of investeren in defensieaandelen moreel verantwoord is. Slechts een paar jaar terug was er een grote bank waar je niet meer in defensieaandelen mocht beleggen. Zelfs pensioenfondsen overwegen in wapentuig te investeren. Maar ik laat in deze column het principiële vraagstuk voor wat het is en kijk puur naar de beleggingsaspecten. Omdat er enorme bedragen naar Europese defensiebedrijven gaan, stijgen vooral de aandelen daarvan. In de VS zien we eerder het tegenovergestelde koersbeeld. In de afgelopen weken werd pijnlijk duidelijk dat potentiële klanten de betrouwbaarheid van Amerikaanse defensiebedrijven betwijfelen. Logisch. Want stel, je hebt net een peperdure straaljager gekocht en op het moment suprême zegt de Amerikaanse regering dat ze het geen goed idee vindt dat je hem ook echt gebruikt en je krijgt de nieuwe software-update dus niet. Dan zit je met onbruikbaar defensiematerieel, net als je het nodig hebt. Het is wellicht een zwart-witbeeld van de werkelijkheid, maar het geeft aan dat er veel veranderd is in ons wereldbeeld. Vorige week kwam WisdomTree met een nieuw indexfonds dat alleen in Europese defensiebedrijven belegt. Er zitten vooral bekende namen in het mandje, zoals Rheinmetall, Leonardo, Saab, BAE Systems en Thales. De koers van deze vijf aandelen is sinds de Oekraïneoorlog al ver-zeven-voudigd. Rheinmetall spant de kroon, met een stijging van maar liefst 1625%. De introductie van thema-indexfondsen na een sterke koersontwikkeling is vaak een teken dat een hype zijn top nadert. We zagen het eerder met bijvoorbeeld duurzame energie en cannabis. Dat liep niet goed af. Daarnaast komt Rheinmetall waarschijnlijk in de Euro Stoxx 50. Kering, bekend van de Gucci-tasjes, moet dan zijn plaats afstaan. Luxetasjes inruilen voor bommen en granaten, een teken van de tijd. Ook rollen analisten van grote zakenbanken over elkaar heen om hun koersdoel te verhogen. Morgan Stanley verhoogde deze week het koersdoel voor Rheinmetall van €1300 naar €2000. Een klassiek voorbeeld van oververhitting. De hogere Europese defensie-uitgaven zijn geen kortstondige hype – de shocktherapie van de Amerikaanse regering heeft goed gewerkt. Maar je weet nooit waar de beleggershype piekt. Een belegger kan beter het hoofd koel houden als de koersen al zijn geëxplodeerd (vergeef me de woordgrap). Dat zouden politici ook moeten doen. Over de column van Corné van Zeijl Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

Beleggers zijn geschokt omdat Donald Trump lijkt te doen wat hij tijdens zijn verkiezingscampagne heeft beloofd: importheffingen invoeren. Men dacht dat het slechts een onderhandelingstactiek was, maar dat blijkt niet het geval, ook al hebben sommige van die uitspraken over heffingen een houdbaarheidsdatum van een paar uur. Ook hadden beleggers gedacht dat er een soort Trump-put zou zijn; als de beurzen hard zouden dalen zou hij maatregelen nemen om die daling te keren. Immers, hij ziet de aandelenindex als een populariteitsmeter. Van deze verwachtingen is nog niets uitgekomen. Nu de koersen scherp dalen is de Amerikaanse president opvallend stil. De S&P 500 is dit jaar met 5% gedaald. Voor Europese beleggers komt daar een verlies van de dollar van eveneens 5% bovenop. Het gebeurt niet vaak dat zij tegelijkertijd dalen, en zo fors. Die lagere dollar is niet het gevolg van een plotseling wantrouwen in de Amerikaanse munt. De oorzaak is simpelweg de sterke beweging van het renteverschil: in de VS daalt de rente omdat beleggers vrezen voor een recessie, in Europa gaat hij omhoog omdat Duitsland flink meer schulden aangaat. Hoe lager de Amerikaanse rente, hoe onaantrekkelijker de dollar. Ondertussen zijn de Europese beurzen juist met 10% gestegen. Terwijl slechts een paar maanden geleden iedereen het over het Amerikaanse exceptionalisme had, de overtuiging dat de VS structureel beter presteren dan de rest van de wereld. Raar, maar na een 10% koersdaling hoor je daar niemand meer over. Al is niet alles de schuld van Donald Trump. Als we kijken waarom de Amerikaanse beurzen zo hard zijn gedaald, dan blijkt dat dat vooral door de Magnificent 7-aandelen; die zijn dit jaar 14% kwijt. Dat heeft vooral te maken met het DeepSeek-moment. De lancering van dat Chinese AI-model zorgde voor de nodige beroering. Daarnaast is alleen het dramatische koersverlies van Tesla al goed voor een 1% lagere S&P 500. Logisch, er is een anti-Musk-houding ontstaan. Op sociale media gaan beelden van bekladde en beschadigde Tesla’s viraal. Of je nu pro- of juist anti-Musk bent, niemand wil een auto kopen die een mogelijk doelwit van vandalisme is. Ondertussen noteren de overige 493 niet-zo-Magnificent-aandelen vrijwel onveranderd. De grote vraag is: wat nu? Het sentiment onder particuliere beleggers is erg somber. Historisch gezien zijn dat vaak de momenten dat er een korte termijn koersherstel plaatsvindt. Voor de langere termijn moet u zich afvragen, is dit het begin van een bearmarkt? Uit recente analyses van Bridgewater bleek dat het overrendement van aandelen ten opzichte van cash nog nooit zo hoog is geweest als over de afgelopen vijftien jaar. Ergo, veel beter kan het niet worden. In de waanzin van alledag kan de langetermijnbeleger dit soort signalen beter serieus nemen. Over de column van Corné van Zeijl Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via c.zeijl@cardano.com. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.