POPULARITY
In Wat blijft aandacht voor Betje Wolff, vooral bekend als de helft van het schrijversduo met Aagje Deken. Samen met Deken, maar ook als individu, wist ze de Nederlandse literatuur te vernieuwen in een tijd vol politieke omwentelingen. Gebukt onder ziektes en persoonlijke aanvallen hield ze de moed - en humor – erin en sprak zich uit voor religieuze verdraagzaamheid, vrouwenrechten en tegen slavernij. Cultuurhistorica en emeritus-hoogleraar Marita Mathijsen is te gast en vertelt over het roerige leven en virtuoze schrijverschap van deze vrije geest. In het tweede uur en de podcast van Wat blijft: In de podcast Wat Blijft hoor je de 12-delige serie Grote Geesten over indrukwekkende denkers uit de Humanistische Canon. Van Socrates tot Hannah Arendt en van Simone De Beauvoir tot James Baldwin. Wat hebben zij betekend? Wat kunnen we leren van hun leven en denken? En hoe leven zij voort? In de negende aflevering volgt Nathan de Vries het spoor terug van schrijver, activist en verzetsstrijder Anton de Kom. Anton de Kom werd in 1898 geboren in Paramaribo, Suriname en vertrok op zijn 21ste naar Nederland waar hij zich naast zijn werk in de koffie, thee en tabak ontwikkelde tot activistisch strijder. Hier begon hij aan zijn eerste boek ‘Wij slaven van Suriname' dat later, in 1934 zou verschijnen. In 1932 vertrok hij met zijn gezin naar Suriname waar hij streed voor de rechten van boerenarbeiders en om die reden werd vastgezet in Fort Zeelandia. In 1933 werd hij verbannen uit Suriname vanwege zijn zogenaamde ‘anti-koloniaal en communistisch verzet'. Terug in Nederland vond hij geen werk, maar zette zich voortdurend in voor het communistisch verzet. Toen de oorlog in 1940 uitbrak, sloot De Kom zich aan bij het Nederlands verzet. Hij bezweek uiteindelijk aan tuberculose in kamp Sandborstel, het buitenkamp van Neuengamme. Hij werd begraven in een massagraf en pas in 1961 werd de familie officieel geïnformeerd over zijn dood. In 2023 kreeg Anton de Kom officieel eerherstel; de Nederlandse regering bood bij monde van Wopke Hoekstra excuses aan. Ook werd aan de Vrije Universiteit de Anton de Kom-leerstoel ingesteld. Een jaar eerder was er al een gedenksteen voor Anton de Kom onthuld in de Nieuwe Kerk in Amsterdam. Hij is de eerste Surinamer die een plek kreeg in de Canon van Nederland. Presentator: Lara Billie Rense Redactie: Jessica Zoghary, Nina Ramkisoen, Geerte Verduijn, Sushmita Lageman Eindredactie: Bram Vollaers, Inge ter Schure Productie: Mare de Vries
In de podcast Wat Blijft hoor je de 12-delige serie Grote Geesten over indrukwekkende denkers uit de Humanistische Canon. Van Socrates tot Hannah Arendt en van Simone De Beauvoir tot James Baldwin. Wat hebben zij betekend? Wat kunnen we leren van hun leven en denken? En hoe leven zij voort? In de negende aflevering volgt Nathan de Vries het spoor terug van schrijver, activist en verzetsstrijder Anton de Kom. Anton de Kom werd in 1898 geboren in Paramaribo, Suriname en vertrok op zijn 21ste naar Nederland waar hij zich naast zijn werk in de koffie, thee en tabak ontwikkelde tot activistisch strijder. Hier begon hij aan zijn eerste boek ‘Wij slaven van Suriname' dat later, in 1934 zou verschijnen. In 1932 vertrok hij met zijn gezin naar Suriname waar hij streed voor de rechten van boerenarbeiders en om die reden werd vastgezet in Fort Zeelandia. In 1933 werd hij verbannen uit Suriname vanwege zijn zogenaamde ‘anti-koloniaal en communistisch verzet'. Terug in Nederland vond hij geen werk, maar zette zich voortdurend in voor het communistisch verzet. Toen de oorlog in 1940 uitbrak, sloot De Kom zich aan bij het Nederlands verzet. Hij bezweek uiteindelijk aan tuberculose in kamp Sandborstel, het buitenkamp van Neuengamme. Hij werd begraven in een massagraf en pas in 1961 werd de familie officieel geïnformeerd over zijn dood. In 2023 kreeg Anton de Kom officieel eerherstel; de Nederlandse regering bood bij monde van Wopke Hoekstra excuses aan. Ook werd aan de Vrije Universiteit de Anton de Kom-leerstoel ingesteld. Een jaar eerder was er al een gedenksteen voor Anton de Kom onthuld in de Nieuwe Kerk in Amsterdam. Hij is de eerste Surinamer die een plek kreeg in de Canon van Nederland. Nathan de Vries praat met zijn achterkleinzoon Vincent de Kom, filmmaker Ida Does, schrijver Raoul de Jong, actrice GerdaLentenHavertong en professor Guno Jones die aan de VU de Anton de Kom-leerstoel bekleedt. In deze aflevering hoor je o.a. muziek van zanger, atleet en politiek activist Paul Robeson die ‘Amazing Grace' zingt. Dit was muziek waar Anton de Kom zelf ook graag naar luisterde.
Een nieuwe zaak voor inspecteur Charlie Swieninck. In de Nieuwe Kerk in Den Haag is een man aan het kruis gespijkerd. Een opvallende bijbelse straf anno 1942. Wat zit erachter? Uitgegeven door Cargo Spreker: Roel Fooij
De Johannes Vermeerprijs 2024 is toegekend aan illustrator en kinderboekenschrijver Marit Törnqvist. Törnqvist ontvangt de prijs vanwege haar artistieke vermogen om universele emoties in taal en tekeningen te verbeelden, en dicht bij de belevingswereld van de lezer te brengen. De toewijding waarmee Törnqvist in haar oeuvre een veilige ruimte creëert voor uiteenlopende grote thema's, en ieders perspectief met pen en penseel verwelkomt en omarmt, is van grote verdiepende waarde voor jong en oud. De Nederlandse staatsprijs voor de kunsten, ingesteld door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, wordt op maandag 4 november 2024 in de Nieuwe Kerk in Den Haag uitgereikt door Eppo Bruins, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Annemieke Bosman gaat met Marit in gesprek.
Het is vandaag Goede Vrijdag. Vanavond en komend paasweekend zullen de kerken daarom voller zitten dan normaal. Uit een analyse van het Centraal Bureau voor Statistiek van vandaag blijkt echter dat Nederland harder ontkerkelijkt dan ooit. Is dat erg, of hebben we die kerk helemaal niet nodig om te kunnen geloven? Presentator Margje Fikse gaat hierover in gesprek met: * Rinie van Reenen, dominee in de Hersteld Hervormde in Oldebroek * Dirk de Bree, dominee in de Nieuwe Kerk in Utrecht * Fieke Opdam, die non werd op 18-jarige leeftijd en jaren later weer afscheid nam
In de Sint-Janskerk in Gouda werd afgelopen maandag een modeshow gehouden met de voorjaarscollectie van lokale ondernemers. Op het laatste moment hoorde ondernemer Maria Kolenbrander dat ze niet mee mocht doen met haar lingeriecollectie. Dit past niet in het huis van God, vindt het kerkbestuur. Waar mag je een kerkgebouw voor gebruiken? Daarover gaat presentator Tijs van den Brink in gesprek. Lingerie en technofeesten moet prima kunnen, vindt Elles van Vegchel van de Laurenskerk in Rotterdam. Nyncke Graafland (directeur van de Oude en Nieuwe Kerk in Delft) had het ook niet snel voor zich gezien en legt uit waarom ze hier moeite mee heeft. Jaap van Rijn, directeur van de Sint Janskerk, vertelt waarom hij er een stokje voor stak.
Hedy was deze week bij de onthulling van een gedenksteen in de Nieuwe Kerk voor Betje Wolff en Aagje Deken, de voorlopers van het feminisme. Hadassah en Hedy wonden zich beide op over de berichtgeving over de Amerikaanse verkiezingen die zoveel media-aandacht krijgen, terwijl we over de Europese verkiezingen nooit iets horen. We hadden het over de Week van de Lentekriebels en hoe onze eigen seksuele voorlichting eigenlijk was. Hedy wist heel Bretagne met haar prille liefde van sperma te voorzien - zonder te penetreren. Vervolgens ging het over Internationale Vrouwendag. Hedy heeft een druk programma: eerst een tentoonstelling openen en dan een avond in de Kleine Komedie. Zondag loopt ze mee in de vrouwenmars, Hadassah houdt meer van internationale vrouwendag in Italië, waar het een vrouwenfeest is. Tot slot hebben het over Complimentendag die 1 maart plaatsvond. Het blijkt nog een hele kunst om complimenten uit te delen en vooral te ontvangen. Heb je een vraag voor Hedy? Mail die naar saar@snippetmedia.nlBenieuwd naar Saar Magazine? Kijk op saarmagazine.nl/abonnement Hosted on Acast. See acast.com/privacy for more information.
Hedy was deze week bij de onthulling van een gedenksteen in de Nieuwe Kerk voor Betje Wolff en Aagje Deken, de voorlopers van het feminisme. Hadassah en Hedy wonden zich beide op over de berichtgeving over de Amerikaanse verkiezingen die zoveel media-aandacht krijgen, terwijl we over de Europese verkiezingen nooit iets horen. We hadden het over de Week van de Lentekriebels en hoe onze eigen seksuele voorlichting eigenlijk was. Hedy wist heel Bretagne met haar prille liefde van sperma te voorzien - zonder te penetreren. Vervolgens ging het over Internationale Vrouwendag. Hedy heeft een druk programma: eerst een tentoonstelling openen en dan een avond in de Kleine Komedie. Zondag loopt ze mee in de vrouwenmars, Hadassah houdt meer van internationale vrouwendag in Italië, waar het een vrouwenfeest is. Tot slot hebben het over Complimentendag die 1 maart plaatsvond. Het blijkt nog een hele kunst om complimenten uit te delen en vooral te ontvangen. Heb je een vraag voor Hedy? Mail die naar saar@snippetmedia.nlBenieuwd naar Saar Magazine? Kijk op saarmagazine.nl/abonnement Hosted on Acast. See acast.com/privacy for more information.
In deze aflevering spreekt Van Dis over de mannenpil, zijn leesgedrag, de fantastische film ‘Perfect Days', groene zeep en bovendien bezocht hij ‘De grote Indonesië-tentoonstelling' in de Nieuwe Kerk te Amsterdam.Wil je reageren of een vraag stellen aan Van Dis? Mail het aan: vandis@atlascontact.nlMeer informatie over de tentoonstelling vindt u hier: www.nieuwekerk.nl/tentoonstellingen/de-grote-indonesie-tentoonstellingDe boeken die in deze aflevering besproken worden:‘In het buitengebied', ‘Vijf vrolijke verhalen' en ‘Familieziek' van Adriaan van Dis zelf, uitgegeven bij Atlas Contact.‘Het groene poetsboekje' – Diet Groothuis. Atlas ContactDeze boeken zijn te verkrijgen via de webwinkel van de uitgeverij: www.boekenwereld.com/van-disHet gedicht van Adriaan komt uit ‘Totok II', uitgegeven bij '99 uitgevers'Verkrijgbaar via deze website: https://99uitgevers.nl/winkel/99-uitgevers/totok-ii/Van Dis Ongefilterd wordt gemaakt door Adriaan van Dis, Simon Dikker Hupkes, Ellen van Dalsem, Bart Jeroen Kiers en Erik Brandsen. Volg de uitgeverij op X en Instagram: @atlascontactWebsite: www.atlascontact.nl© 2024 Atlas Contact | Adriaan van Dis Hosted on Acast. See acast.com/privacy for more information.
Vannacht duiken we de bewogen en lange geschiedenis in van Indonesië. Van de hoogtijdagen van het rijk, de koloniale overheersing tegenover de Indonesische onafhankelijkheid en de Tweede Wereldoorlog tot de revolutie en het uitroepen van de republiek door Soekarno. Het verhaal van Indonesië is te zien in De Grote Indonesië tentoonstelling in de Nieuwe Kerk in Amsterdam. Journalist Joanne Westeneng dook in het verhaal van dit land, samen met conservator Marlies Kleiterp.
Nederland is geen gelovig land meer, concludeerde het Sociaal en Cultureel Planbureau vorig jaar, toen ons land voor het eerst meer niet-gelovigen dan gelovigen telde. Tegelijkertijd daalde het percentage Nederlanders dat minstens een keer per maand naar een kerk, moskee, synagoge of ander gebedshuis ging van 17 procent in 2012 naar 12 procent in 2022. Hoe is om in een land waar steeds minder mensen zich religieus noemen, toch al vanaf jonge leeftijd je leven te wijden aan de verkondiging van Gods woord? In deze uitzending van De Publieke Tribune spreekt Coen Verbraak met drie jonge voorgangers binnen het katholicisme, protestantisme en de islam. Hoe zorgen deze jonge dominee, priester en imam ervoor dat hun woord toch gehoord wordt? Hoe proberen zij houvast te bieden aan juist hun eigen jongere generaties? Is er nog voldoende toekomst voor religie in Nederland? En hoe proberen deze jonge voorgangers God relevant te houden in een land dat niet langer gelooft? Te gast: * Tirtsa Liefting (1993) is sinds 2019 dominee binnen de protestantse kerk en verbonden aan de Nieuwe Kerk in Groningen. Ze is tevens studentenwerker onder internationale studenten in Groningen en ze richt zich binnnen de kerk vooral op kinderen, jongeren, jongvolwassenen en jonge gezinnen; * Gauthier de Bekker (1992) wist al op zijn 13e dat hij priester wilde worden. Hij werd in 2020 in Utrecht tot priester gewijd door kardinaal Eijk en werd daarmee de jongste priester binnen het aartsbisdom Utrecht van de rooms-katholieke kerk. * Osman Celil Ziylan (1996) woont in Soest, is imam bij diverse moskeeën en geestelijk verzorger in de jeugdgevangenis in Lelystad. Zijn focus ligt vooral bij hoe je als jongere een goede moslim kunt zijn. Vorig jaar verscheen van zijn hand het boek Hedendaagse samenleving en religie (https://iurpress.nl/?product=hedendaagse-samenleving-en-religie), waarin hij mensen wil helpen vragen te beantwoorden over geloof. --- Presentatie: Coen Verbraak Redactie: Sjoerd Alders Eindredactie: Bram Vollaers ℹ️ Meer info over deze aflevering vind je hier (https://www.human.nl/de-publieke-tribune/luister/overzicht/2023/aflevering-111.html) ✉️ Reageren op deze aflevering? Mail de redactie op depublieketribune@human.nl
Einmal die Woche spielen Hamburgs Kunsthallen-Direktor Alexander Klar und Abendblatt-Chefredakteur Lars Haider „Ich sehe was, was du nicht siehst“ – und zwar mit einem Kunstwerk. Heute geht es um das Bild „Der Chor der Nieuwe Kerk in Delft mit dem Grabmal Willems I. von Oranien“ von Gerard Houckgeest aus dem Jahr 1650, in dem sich zeigt, wie jeder Künstler versucht, einerseits auf den Erfahrungen der Vorgängergenerationen aufzubauen und andererseits etwas Neues zu schaffen. Inklusive Hund.
Do you feel optimistic about the future? When a class of 200 graduates were asked to raise their hand if they felt optimistic about the future - No one did. Are you surprised?This week we speak to Matthijs Schouten, the biologist, ecologist, lecturer and author of Nature's mirror; the image of nature in a cultural-historical perspectiveMatthijs G.C. Schouten B.Sc., M.Sc. D.Sc. studied biology and comparative religion at the University of Nijmegen and Celtic studies at the University of Amsterdam (the Netherlands).He has worked as lecturer at the University of Nijmegen and as ecological project leader for the Wildlife Service (Dublin). He was the leader of the international campaign for the conservation of Irish bogs. Since 1992 he is senior ecological officer at the National Forest Service of the Netherlands; since 1995 he also is a visiting professor of nature and landscape conservation at University College Cork and University College Galway (Ireland); in 1999 he furthermore accepted the chair of restoration ecology at Wageningen University (the Netherlands).In 1990 he was awarded the International Award for Conservation Merit by the World wide Fund for Nature and in 1992 the National University of Ireland granted him a honorary doctorate.He has published widely in the fields of ecology and nature philosophy. His latest book Spiegel van de natuur; het natuurbeeld in cultuurhistorisch perspectief (Nature's mirror; the image of nature in a cultural-historical perspective) has formed the basis for the exhibition World Nature Art in the Nieuwe Kerk in Amsterdam.In this episode we explore the meaning of nature, how we have become detached and obsessed with the individual, driven by ego, how we need to reinstate rituals of contemplation, the power we all posses to make change, the importance of enchantment, connection and falling in love. “Unless we accept how destructive we can be we can't move ahead constructively.”We loved this episode so much, Dave has already booked a trip to have lunch with Matthijs!Enjoy!Lots of Love,Dave & SteveThis episode is sponsored by Vivobarefoot Footwear. Vivobarefoot Footwear have given our listeners an exclusive 15% discount when you enter the code HAPPYPEAR15 Genuinely these are the only shoes you will see Dave & Steve wearing!Produced by Sean Cahill & Sara Fawsitt Hosted on Acast. See acast.com/privacy for more information.
Vermeers hele leven speelde zich af in een klein gebied in Delft – hij heeft altijd heel dicht bij de Markt gewoond, het centrale plein met het Stadhuis en de Nieuwe Kerk. Al sinds de middeleeuwen wordt hier elke donderdag markt gehouden. We leren wat Vermeer hier in zijn tijd zal hebben gedaan, wat de kenmerken van een echte Vermeer zijn en hoe het kan dat Vermeer zo honkvast was. In deze podwalk gaan Het Delft van Vermeer-conservator David de Haan en interviewer Dide Vonk op zoek naar locaties in Delft, en koppelen zij die aan het leven van Vermeer. Zo hopen we hem beter te leren kennen. Presentatie & editing: Dide Vonk, De Makers Podcastproducties. Presentatie & Redactie: David de Haan Redactie: Geert-Jan Borgstein Productie: Pia Westgren Mixage: Sonya Vos Artwork: ErikEnik & Studio Judith Schoffelen In opdracht van Museum Prinsenhof Delft
Vrijdag 18 november as. is het openingsconcert van het Muziekatelier Huizen in de Nieuwe Kerk te Huizen. Tijdens dit concert treedt op de meester-pianist Hannes Minnaar (prijswinnaar op diverse internationale concoursen, winnaar Edisons, enz.).Bestuurs leden Peter Den Ouden & Annemiek Schrijver komen graag over dit bijzondere concert vertellen. Ademhalen is een kunst en daarom hebben wij Heleen Ytsma uitgenodigd in de studio. Zij is ademhalingscoach en spreekt met ons hoe je je ademhaling kan reguleren en optimaliseren. De Huidkliniek opgericht door Renske Ypma groeide uit zijn jasje in Bussum aan de Olmenlaan, zij zijn verhuisd om de hoek op de Vlietlaan 4. Huidtherapie is "Booming" kopte de De Gooi- en Eemlander . De huid is de spiegel van je ziel. Ondertussen heeft Renske meerdere bedrijven opgezet door het hele land heen…tijd om deze onderneemster eens uit te nodigen in onze studio. Wat want kan je verwachten bij een huidtherapeute. Jasper Luijten is mede eigenaar van Luytenmakelaardij dat sedert kort gevestigd is aan de Vlietlaan in Bussum… een onafhankelijke makelaar in onroerend goed …. Dat wil zeggen …… Enkel en alleen gespecialiseerd in de aan- en verkoop van recreatie woningen … ..want ….. dit soort og is een vak apart … waarom? Denk aan … de box3 fiscaliteiten … maar wellicht nog belangrijker … operationele zaken als verhuur bemiddeling, rendement en servicekosten .. want veel van deze woningen zijn gevestigd op zgn parken ….En om die reden is vader Jos meegekomen, je kunt wel zeggen de meest ervaren persoon in NL op dit gebied
In deze aflevering van ‘Alle registers open' gaat Elsbeth Gruteke in gesprek met Marco den Toom. Toen hij jong was deed hij een keer mee aan het programma ‘Jong Talent' en daar viel hij op. Hij wist toen nog niet zeker of hij wel organist wilde worden maar nadat hij aanwezig was bij een uitvoering van het optreden van een schoolkoor, was hij verkocht. Hij wilde binnen de muziek zijn brood verdienen! Het begeleiden van koren vindt hij een mooi onderdeel van zijn vak. Ook werkt hij regelmatig mee aan opnames voor ‘Nederland Zingt'. Hij vindt het mooi om aan de mensen iets van zijn eigen geloof door te mogen geven in zijn orgelspel. Dat geeft zijn werk iets bijzonders. Hij heeft soms niet eens in de gaten dat hij mensen kan raken of bemoedigen. Vaak ontvangt hij naderhand reacties of mailtjes waarin mensen dat laten merken. De opname voor deze aflevering is gemaakt op het één na grootste orgel van Nederland; het Van den Heuvelorgel in de Nieuwe Kerk te Katwijk aan Zee.
Hij is groot, oud en bedoeld om te imponeren. Het majestueuze orgel van de Nieuwe Kerk in Amsterdam is een feest voor alle zintuigen. Organist Henk Verhoef vertelt levendig over de geschiedenis van dit enorme bouwwerk dat de gehele westkant van de kerk opvult. In de 17e eeuw gebouwd op initiatief van het stadsbestuur om zodoende mensen naar de kerk te trekken in plaats van naar de kroeg. Op zaterdagen stonden de kerkdeuren wagenwijd open zodat de klanken van het orgel goed te horen waren. En dat werkte. Mensen kwamen vanuit de hele stad om te luisteren naar concerten. Maar niet alleen het indrukwekkende geluid trekt mensen naar de kerk...De podcast Topstukken wordt je aangeboden door de VriendenLoterij, dé cultuurloterij van Nederland. Ontdek meer over deze podcast op topstukkendepodcast.nl.
In de laatste aflevering van de serie van drie podcastvieringen tijdens Epifanie, gaat stadsdominee Tom de Haan in gesprek met zijn nieuwe collega ds. Anette Sprotte. Zij wordt in februari bevestigd aan de Ontmoetingskerk in Haarlem. Samen lezen ze het verhaal waarin Jezus in een synagoge eerst enthousiast wordt ontvangen, maar waar de mensen door zijn woorden zó boos worden dat ze hem in de afgrond willen storten. Het gesprek gaat over 'tevoorschijn' komen en de risico's daarvan, over de vraag of wij ook niet liever Jezus de afgrond in zouden duwen, en waarom het belangrijk is dat Jezus zich niet laat toe-eigenen. De muziek bestaat uit opnames van organist Anton Pauw, leden van de Oude Bavo Cantorij, Jonate Drogers op dwarsfluit en Helen Tillmans op hobo, die Mishal Zeera maakte in de Oude Bavo en de Nieuwe Kerk. Je hoort twee liederen uit de traditie van Taizé: Veni Sancti Spiritus (Kom Heilige Geest) en Nada Te Turbe (Wanhoop niet)
In deze korte serie van drie afleveringen gaat ds. Tom de Haan op bezoek bij drie collega's waar hij veel mee samenwerkt in Haarlem. Deze keer is dat Joost van den Bogert, pastoraal manager bij Stem in de Stad. Samen praten ze door over de bijbeltekst van deze vierde zondag van Epifanie uit het evangelie van Lucas, waar Jezus in de synagoge uit Jesaja leest. Volgende week is onze nieuwe predikant Anette Sprotte te gast die op 6 februari bevestigd wordt in de Ontmoetingskerk. De muziek die je hoort zijn de opnames die Mishal Zeera maakte van organist en cantor Anton Pauw in de Nieuwe Kerk in Haarlem, samen met leden van de Oude Bavo Cantorij. Op dwarsfluit hoor je Jonate Drogers.
Het is Januari 2022. Het feest van kerst, rond de verhalen van de geboorte van Jezus ligt nog maar net achter ons. Dat verhaal vonden we blijkbaar zó belangrijk, dat we onze jaartelling vanaf toen opnieuw hebben laten beginnen. Deze zondagen worden de zondagen van Epifanie genoemd, dat 'tevoorschijn komen' betekent. De verhalen die dan gelezen worden, gaan over de eerste publieke optredens van Jezus. Hij wordt zichtbaar voor mensen. Stadsdominee Tom de Haan gaat drie afleveringen in gesprek met mensen waar hij veel mee samenwerkt als Stadsdominee. In deze aflevering is hij te gast bij Judith van der Wildt, zij is projectleider van Stadsklooster Haarlem, en ze lezen samen het verhaal van de Bruiloft in Kana waar Jezus' bekendste wonder plaatsvindt: Water verandert in wijn. De muziek die je hoort zijn de opnames die Mishal Zeera maakte van organist en cantor Anton Pauw in de Nieuwe Kerk in Haarlem, samen met leden van de Oude Bavo Cantorij. Jonate Drogers hoor je op dwarsfluit. Volgende week is Tom bij Joost van den Bogert te gast, hij is pastoraal manager bij Stem in de Stad.
Op 12 mei 2004 vond de in Middelburg de Franklin D. Roosevelt Four Freedoms Awards plaats in Middelburg. Rietveld Media Podcast laat jou de uitreiking in 2004 nog eens meebeleven. Laureaten in 2004 waren: Kofi Anan, Lennart Meri, Sari Nusseibeh, Magguie Barankitse, Max Kohnstamm en Anton Rupert. Je hoort onder andere de stemmen van William VandenHeuvel, één van de oprichters van de Stichting Four Freedom Awards; laureaat Magguie Barankitse, vrijheid van gebrek; Prins Constantijn, Max Kohnstamm, achterkleindochter Eleonor Roosevelt; Commissaris van de Koningin Wim van Gelder; burgemeester Lonink van Terneuzen; gedeputeerde Toine Poppelaars; burgemeester de Bruin van Veere. De reportage is live opgenomen en later gemonteerd door verslaggever Theo Rietveld
Een radioreportage uit 1993 De Amsterdamse organist Haite van der Schaaf (1927-2016) heeft altijd een sterke band gehad met orgelrepertoire uit de 16e, 17e en 18e eeuw. Hij was een van de eerste organisten die in het naoorlogse Amsterdam series orgelmuziek uit de renaissance en de barok presenteerde: in 1954 op het zes jaar eerder door D.A. Flentrop gebouwde transeptorgel in de Nieuwe Kerk en in 1955 op het Bätz-orgel van de Ronde Lutherse Kerk. Begin jaren '60 van de vorige eeuw maakte hij al een grammofoonplaat met orgelwerken van Sweelinck, opgenomen op het Flentrop-orgel in de Hervormde Kerk te Loenen aan de Vecht en het koororgel in de Grote Kerk te Alkmaar.Daarnaast gaf hij in die jaren regelmatig radio-orgelbespelingen voor de NCRV, de VPRO en de AVRO; in later jaren ook voor de Evangelische Omroep. Doorgaan met orgelDe op 7 februari 1927 in Amsterdam geboren Haite van der Schaaf kreeg zijn eerste orgellessen van de organist van de Amsterdamse Muiderkerk, Hessel de Vries. Aanvankelijk was hij helemaal niet van plan musicus te worden: hij wilde eigenlijk bij de marine. Toen hij dat aan zijn vader vertelde, besloot deze hem na de lagere school te laten testen door de bekende psycholoog prof. Waterink. “Die vond dat ik maar door moest gaan met orgelspelen”, vertelde Haite mij in 1995. In 1942 ging hij de vooropleiding van het Amsterdamsch Conservatorium volgen. “Bijster was tevreden over me en zo werd het duidelijk hoe mijn weg lag.” In 1948 behaalde hij cum laude het einddiploma orgel. Hij werd leraar aan de Muziekschool in Bussum en later aan de Verenigde Muzieklycea (later conservatorium) in Hilversum. Podcast ‘avant-la-lettre'In 1993 maakte EO-programmamaker Dirk Varwijk een radioreportage met Haite van der Schaaf over Sweelincks muziek. Je hoort hoe ze al pratend door de binnenstad van Amsterdam lopen, onder meer door de Koestraat waar Sweelinck heeft gewoond. Daarna bezoeken ze de Oude Kerk – je hoort de grote deuren onder het orgel kreunend opengaan – en beklimmen de galerij van het kleine orgel, waar in Sweelincks tijd het kleine Niehoff-orgel was gesitueerd. Er volgt een levendig gesprek aan de klavieren waarin Haite ‘college' geeft over de toonsoorten waarin Sweelinck componeerde en daar op het orgel voorbeelden van improviseert. Ook komt de interpretatie van zijn muziek voor de jaren heen aan de orde. Tussen de gesprekken door klinken gedeelten van de eerdergenoemde Sweelinck-lp. Van dit radioprogramma bleek een opname bewaard op cassetteband in het archief van Haites weduwe Annelies van der Schaaf-Bos. Zij stelde de opname beschikbaar zodat we deze konden digitaliseren en als ‘podcast' op onze website kunnen plaatsen. Fotobijschrift: Haite van der Schaaf aan het Christian Müller-orgel in de Waalse Kerk te Amsterdam. Foto uit ca. 1972. Collectie Annelies van der Schaaf-Bos.
In de Nieuwe Kerk te Amsterdam is een vrij groot eerbetoon aan Jan van Kinsbergen te zien. Jan van Wiebergen? Precies. Wat doet dat daar en waarom moeten we hem houden of cancellen?
Hermitage Amsterdam luidt de noodklok: het museum heeft 1 miljoen euro nodig om te kunnen blijven bestaan. Is een publiekscampagne voldoende om dat geld bij elkaar te krijgen? Annabelle Birnie, de nieuwe directeur van Hermitage Amsterdam en de Nieuwe Kerk, is te gast in BNR Zakendoen.
In De Top van Nederland een uitgebreid gesprek met Annabelle Birnie, directeur van Hermitage Amsterdam en de Nieuwe Kerk. Musea zijn al maanden dicht en als het aan de besmettingscijfers ligt blijft dat nog wel even zo. Dichte deuren betekenen een gebrek aan inkomsten en dat kan de Hermitage Amsterdam de kop kosten. Gaat het ze lukken om het begrotingstekort van één miljoen euro te dichten?
Al op haar 13de wist Margreeth de Jong dat het haar roeping was om orgel te gaan spelen. Om deze droom te kunnen verwezenlijken, moest ze zich echter ontworstelen aan het stenggelovige milieu waar ze in was grootgebracht. In deze aflevering van ‘Alle registers open' spreekt Elsbeth Gruteke met haar. Over de strijd die ze heeft moeten leveren, maar ook over het enorme plezier dat ze haalt uit de muziek. En niet alleen uit het spelen. Gaandeweg kwam Margreeth erachter dat ze ook een groot talent heeft voor componeren. Op het orgel van de Nieuwe Kerk in Middelburg laat ze horen wat ze allemaal in huis heeft. Van stevige barok tot swingende jazz.
Geef ons heden ons dagelijks brood. In de 3e aflevering hoor je ds. Tom de Haan over het heilige ritme en het dagelijks brood. Wat is ervoor nodig om ruimte open te houden in onze levens? En zegt Jezus in Mattheus nou dat je je geen zorgen mag maken over wat je morgen zult eten? Terwijl voor zoveel mensen dit juist een dagelijkse zorg ís? Wat is de achtergrond van die meest praktische bede uit het Onze Vader? Je hoort de stemmen van Wil van Maris, Lize de Regt, Daan Rasmussen en Renske Bouman. Ook hoor je Anton Pauw op piano, en op orgel speelt hij het ‘Vater unser', van Josef Rheinberger (1839-1901). Het wordt gezongen door bariton Pieter Stam. Mishal Zeera nam deze uitvoering op in de Nieuwe Kerk in Haarlem.
Vraag & Antwoord met Tom de Wal - stel jouw Bijbel- en geloofsvragen! In deze uitzending van Voice of Faith gaat Tom allerlei vragen beantwoorden die aan Frontrunners gesteld zijn via de info-mail, youtube video's en op Facebook. Heb jij een Bijbelse vraag voor Tom, of een vraag zodat je verder komt in je wandel met God, stel hem live in deze uitzending Bel als je gebed nodig hebt. We hebben hier een team van mensen die graag met jullie willen bidden voor genezing, bevrijding of waar je dan ook gebed voor nodig hebt. Dus bel vanavond naar de Frontrunners gebedslijn op (085) 48 82 323 ! De gebedslijn is vanavond (2 februari) geopend van 19:00 uur tot en met 20:00uur
Aan tafel zitten Ward Wijndelts, Hansje van de Beek en Spraakmaker Jaap de Hoop Scheffer. Voor het mediamoment van Van der Beek kijken we naar de onderzoeksjournalistiek. Dat doen we met een glimlach, want het nieuwe Bait duikt in de wereld achter internetoplichters en de stijl waarin ze dat doen is opmerkelijk: "Ik heb echt zitten lachen en dat gebeurd niet vaak bij onderzoeksprogramma's." Het Mediamoment van Wijndelts gaat over een bijzondere publicatie. Vrij Nederland gaat de tekst publiceren die Abdelkader Benali had willen uitspreken op de 4 mei lezing. Er ontstond ophef door uitspraken die Benali in 2006 deed op een borrel en hij trok zich terug. Door de publicatie kunnen we de tekst toch lezen. Maar waarom gaan ze die plaatsen? En was het noodzakelijk dat Benali zich terugtrok? Over die vraag bellen we ook met Gerdi Verbeet, voorzitter Nationaal Comité 4 en 5 mei. Verbeet is standvast: "Benali heeft nog steeds al het recht van spreken, maar niet in op 4 mei in de Nieuwe Kerk." Verder hebben we het over boze onderzoeksjournalisten. Rutte beloofde op de persconferentie bij de val van het Kabinet minder zwart gelakte documenten bij een WOB-verzoek. Dat bleek net even anders te liggen. We besluiten het Mediaforum met het Taalteam met Lennart van Dijk.
Spraakmaker is vandaag Gerdi Verbeet, voorzitter van het Nationaal Comité 4 en 5 mei. Ze maakt bij ons bekend wie de voordracht doet op 4 mei in de Nieuwe Kerk. De legendarische zangeres Dolly Parton wordt morgen 75 jaar. Ze wordt door velen gezien als de ‘grote verbinder’, heeft Amerika haar nodig op dit moment? In het Mediaforum zitten Margriet Brandsma en Joost Oranje.
Jasje dasje is een dresscode. Als je dresscode jasje dasje hoort, denk je natuurlijk meteen aan een outfit met deze kledingstukken. Dit klopt ook redelijk. Het is een voorschrift voor overdag, en dus niet voor gelegenheden die in de avond plaatsvinden, aldus Dresscodes.nl.Annemiek werd geïnspireerd door dit onderwerp door de serie Splinter in de politiek. Daarnaast voelt Annemiek Benno aan de tand over zijn lievelingsprogramma 100 dagen voor de klas. Benno heeft enorm genoten van Annemiek's derde quarantaine quiz. Wil je hem zelf spelen? Ga dan naar de shownotes op onze website. Met betrekking tot de luisteraarsbrief verwijst Annemiek naar De grote Surinametentoonstelling in de Nieuwe Kerk en Benno naar Hollandse meesters her-zien in de Hermitage.
Jasje dasje is een dresscode. Als je dresscode jasje dasje hoort, denk je natuurlijk meteen aan een outfit met deze kledingstukken. Dit klopt ook redelijk. Het is een voorschrift voor overdag, en dus niet voor gelegenheden die in de avond plaatsvinden, aldus Dresscodes.nl.Annemiek werd geïnspireerd door dit onderwerp door de serie Splinter in de politiek. Daarnaast voelt Annemiek Benno aan de tand over zijn lievelingsprogramma 100 dagen voor de klas. Benno heeft enorm genoten van Annemiek's derde quarantaine quiz. Wil je hem zelf spelen? Ga dan naar de shownotes op onze website. Met betrekking tot de luisteraarsbrief verwijst Annemiek naar De grote Surinametentoonstelling in de Nieuwe Kerk en Benno naar Hollandse meesters her-zien in de Hermitage.
In deze editie van Atelier Amsterdam blikken we terug op de start van het Multatuli jaar. Het is alweer even geleden dat we in een volle Nieuwe Kerk luisterden naar de lofrede van schrijver Arnon Grunberg tijdens de onthulling van de gedenksteen voor Multatuli. We vieren het tweehonderdste geboorte-jaar van de beroemde schrijver Eduard Douwes Dekker, van wie het oeuvre behoort tot ons cultureel erfgoed. Emma Louise Diest ging met Grunberg in gesprek over zijn lofrede voor Multatuli.
Misschien kunnen we deze zomer niet 'echt' op reis, maar we kunnen wel reizen in onze verbeelding of die van anderen. In deze Tiny Podcast neemt Danielle Wempe ons mee in de geschiedenis en haar beleving, rond de prachtige plek waar ze woont: bij de Nieuwe Kerk in Haarlem. Je kan me volgen op instagram: @detinypodcast @theartistswayonline @thetinyoffice En ook jouw verhaal is heel welkom op Hade@theartistswayonline.com
Am 30. April 1980 wird Prinzessin Beatrix in der Nieuwe-Kerk in Amsterdam zur Königin der Niederlande vereidigt.
Ein abgeschlossenes Jura-Studium, Betonfrisur, großer Hut und ein strahlendes Lächeln sind ihre Markenzeichen. Ihre Stärke beweist Beatrix 1966, als sie gegen den Willen von Volk und Regierung den Diplomaten Claus von Amsberg aus Hitzacker heiratet. Eine weitere Krise muss das Paar am 30. April 1980 meistern. Als Beatrix heute vor 40 Jahren in der Nieuwe-Kerk zur Königin der Niederlande wird, prügeln sich auf den Straßen von Amsterdam Hausbesetzer mit der Polizei. Autorin: Ariane Hoffmann
In de Nieuwe Kerk werd een gedenksteen voor de schrijver Eduard Douwes Dekker door koning Willem-Alexander onthuld. Een werk gemaakt door kunstenaar Jeroen Henneman. In deze editie van Atelier Amsterdam gaat Emma Louise Diest met hem in gesprek over het verhaal achter zijn kunstwerk voor Multatuli.
Op 2 maart is het 200 jaar geleden dat Multatuli werd geboren. Hij kreeg onlangs een gedenksteen in de Nieuwe Kerk, en 2020 is tot zijn jaar uitgeroepen. Maar ondertussen staat zijn huis in de Korsjespoortstraat te verpieteren. Nederland eert op zijn manier Multatuli, zijn grootste schrijver. Hij staat bekend als de dwarsdenker des vaderlands, de criticus van onze misdaden in Ons Indie. Maar hoe recalcitrant was Eduard Douwes Dekker eigenlijk en was hij wel de antikoloniaal die tegenwoordig van hem gemaakt wordt?Te gast is Dik van der Meulen, schrijver van de biografie Multatuli. Leven en werken.
Drie voormalig Surinaamse politici kijken vanuit de hemel terug op Suriname na de onafhankelijkheid: Jagernath Lachmon, Henck Arron en Johan Adolf Pengel. Alledrie leverden ze een bijdrage aan het publieke debat. Allen hebben een eigen idee over Suriname als zelfstandige vrije staat.Deze drie, gespeeld door Prem Radhakishun, Ruurt de Maesschalck en Roy Ristie, hebben een hoofdrol in de nieuwste aflevering van de Suriname Monologen die aanstaande maandag te zien is in de Nieuwe Kerk in Amsterdam.Te gast zijn regisseur John Leerdam en acteur Roy Ristie.
Rachel Streefland vertelt over de inzamelingsactie van winterjassen voor dak-en thuislozen in Utrecht. / Reportage over de Grote Suriname Tentoonstelling in de Nieuwe Kerk in Amsterdam en de herkomst van de vele religies in het land. / Holkje van der Veer is te gast om te vertellen over haar nieuwe boek 'Drijf-veer, de angst voorbij'. / Onze rubriek 'In de buurt van God' bezoekt de Mariakapel in Krewerd. Blikvanger is het 16e eeuwse orgel. / Tot slot een bijbelse miniatuur van Ferdinand Borger over rijkdom die eenzaam maakt.
Manoek Bevers vertelt over het project Wijkontbijt in Almelo dat woensdag van start gaat. / Reportage over de Grote Suriname tentoonstelling in de Nieuwe Kerk in Amsterdam en de opmerkelijke rol die de Hernhutters speelden. / De Beschouwers van het levensbeschouwelijke nieuws zijn Maria van Mierlo, geestelijk begeleider, en theoloog Alan Verheij. Zij gaan in gesprek over de afstand tussen voor- en tegenstanders van Zwarte Piet; en over de ziel, het thema van de Nacht van de Theologie. / Nelleke Plomp vertelt over het succes van de Kliederkerk, een nieuwe vorm van kerk-zijn. / Tot slot een Miniatuur over Dominicaans Leven door Suzanna Lauwerse, lekendominicanes en hulpverlener bij Leger des Heils.
In deze editie van Atelier Amsterdam reizen we vanuit de Nieuwe Kerk naar Suriname. Daar ontmoeten we Gerda, de kleine ballerina uit het nieuwe kinderboek 'Pirouette in Paramaribo', geschreven door Humberto Tan naar aanleiding van de Grote Suriname Tentoonstelling. Emma Louise Diest gaat met Humberto in gesprek over het avontuur dat hij met het schrijven van dit werk is aangegaan.
In de Nieuwe Kerk in Amsterdam is nu De Grote Suriname-tentoonstelling te zien. Het toont een groots verhaal over de hele cultuurgeschiedenis en de multiculturele samenleving van Suriname. Een autobiografie van één van de meest diverse landen van Zuid-Amerika. We praten erover met John Leerdam, Sheila Sitalsing en Usha Marhé. Presentatie: Frénk van der Linden
Dit weekend opent in de Nieuwe Kerk in Amsterdam een grote expositie over Suriname. Kunstredacteur Sandra Smallenburg onderzocht in Paramaribo de herkomst van de tentoongestelde stukken. Wat zij zag viel niet mee: museumdirecteuren, kunstenaars en conservatoren in Suriname maken zich grote zorgen. Het cultureel erfgoed, zeggen zij, staat op instorten.Gast: Sandra SmallenburgPresentatie: Thomas RuebProductie: Mirjam van Zuidam en Iddo HavingaMontage: Yeppe van Kesteren
Ondanks de etnische verdeeldheid, is Suriname één grote familie. Zo wordt de geschiedenis van de voormalige kolonie gepresenteerd in de Grote Suriname- tentoonstelling. Het verhaal van het land wordt in deze tentoonstelling verteld door de inwoners zelf. De expositie is van 5 oktober 2019 tot 2 februari 2020 in de Nieuwe Kerk in Amsterdam te zien.In Het Spoor Terug reist Michal Citroen naar Suriname en spreekt ze met Stanley Raghoebarsing, schrijver van de Hindoestaanse familiekroniek Uit de klei van Saramacca, over het land en de werkelijkheid achter de tentoonstelling.
Ondanks de etnische verdeeldheid, is Suriname één grote familie. Zo wordt de geschiedenis van de voormalige kolonie gepresenteerd in de Grote Suriname- tentoonstelling. Het verhaal van het land wordt in deze tentoonstelling verteld door de inwoners zelf. De expositie is van 5 oktober 2019 tot 2 februari 2020 in de Nieuwe Kerk in Amsterdam te zien.In Het Spoor Terug reist Michal Citroen naar Suriname en spreekt ze met Stanley Raghoebarsing, schrijver van de Hindoestaanse familiekroniek Uit de klei van Saramacca, over het land en de werkelijkheid achter de tentoonstelling.
Seth Leenman over zijn speciale trouwdag en actiesite 'Trouwen met een doel'. / Reportage over de Relimarkt in Hoensbroek voor verkoop en verhuur van kerk- en kloosterkunst. / Te gast is Paula Irik. Zij maakte een bijzonder boek met teksten in het 'dementees', de taal van mensen met dementie, samen met gedichten en illustraties. / In de Buurt van God bezoekt de Nieuwe Kerk in Amsterdam, met het bijzondere meesterwerk Aartsengel Michaël van Giordano in combinatie met engelentour in de hele kerk. / Miniatuur van Huub Oosterhuis en Elte Rauch over de maakbaarheid van een menswaardige samenleving. Je kunt het volbrengen.
Het is een van de meest beroemde experimenten uit de natuurkunde. Laat een zware bal gelijktijdig met een lichte bal van een toren vallen, en ze zullen tegelijkertijd op de grond vallen. Dat voelt intuïtief altijd een beetje vreemd aan, maar het is iets wat Simon Stevin in de 16de eeuw al aantoonde vanop de Nieuwe Kerk in Delft aantoonde. (En volgens de legende Galileo van de Toren van Pisa). Astrofysici van Astron en het Anton Pannekoek Instituut zijn nu nog een stap verder gegaan. In een astronomisch monsterproject keken ze naar hoe twee extreem zware sterren met een verschillende massa naar een andere extreem zware ster vielen. Ze waren heel benieuwd of bij zo'n dichte en zware objecten de fysicawetten die we over zwaartekracht kennen nog altijd gelden. Want er gebeuren in het heelal zaken (zoals de supersnelle uitbreiding van heelal) die we met ons huidig begrip van zwaartekracht niet kunnen verklaren. Maar volgens dit nieuwe onderzoek staan de huidige ideeën over zwaartekracht, ondanks de extreme omstandigheden, dus nog altijd als een paal boven water. De manier waarop de extreme sterren in een baan draaien (oftewel vallen) kan perfect door de kromming van ruimte en tijd van Einsteins algemene relativiteitstheorie beschreven worden. Daarmee zijn vele alternatieve theorieën over de zwaartekracht van de baan of nog minder waarschijnlijk. Astrofysicus Jason Hessels van ASTRON en de Universiteit van Amsterdam, heeft aan dit belangrijke onderzoek (gepubliceerd in het tijdschrift Nature) meegewerkt. Hessels legt op een eenvoudige manier uit waarom de zwaartekracht dingen doet die voor ons zo vreemd lijken. Ook getuigt hij hoe moeilijk het was om dit project uit te voeren.
Afl. 2/3: Kwab. Dutch Design in de eeuw van Rembrandt. Journaliste Janine Abbring gaat samen met conservator Reinier Baarsen op zoek naar de verhalen achter kwab. Na het overlijden van de ingenieuze zilversmid Adam van Vianen, zocht het Amsterdamse gilde een nieuw, nationaal gezicht van de zilversmeedkunst. Het werd Jacob Lutma. Deze nieuwe ‘meester’ mocht zich gelijk wagen aan één van de meest prestigieuze opdrachten van zijn tijd: het koorhek van de Nieuwe Kerk in Amsterdam.
Bezet! De miniatuur bolide boven de siertegel werd gekocht door een man in een bruine regenjas, op z’n hoofd zo’n raar Sherlock Holmes-hoedje, voorzien van dubbele klep. In de hand een paraplui, terwijl het onbewolkt was. Bovenop het geruite dedectivehoofddeksel zat een groen zijden strikje waar het zonlicht overheen gleed als over het blad van een wintervaste plant en het voorjaar zich al een beetje van z’n goede kant liet zien. Het gaf hem wat hoop. Dat prille van een nieuw begin. De lente waarvan z’n moeder vroeger zei dat die dan weer in het land was. Meestal op de dertigste april en de bloemen op het bordes van Paleis Soestdijk lagen uitgestald als in een etalage van Fleurop. Tot er geen boeket meer was te krijgen in de wijde omgeving van het koninklijke onderkomen en de saaie opgang door de tentoongestelde bestuivers veranderde in een filiaal van de Keukenhof. Gecomplementeerd door de witte anjer in het knoopgsgat van de prinsgemaal. Of er een laatste sneeuwvlok was blijven plakken op z’n rever. Bloemen op het bordes van Paleis Soestdijk. ‘Zeg kereltje wat kost me dat karretje daar?’ Vroeg de man in de Engelse outfit. Het klonk een beetje bekakt. Wat het juist iets komisch gaf, omdat op een dag als deze er van hoog en laag, van arm en rijk, geen sprake meer leek. Een vrolijk, het volk verbindende hebzucht. Het hele land een open lucht bazaar. Met de ijzeren punt van de handparaplu wees hij met gespeelde nonchalance in de richting van de Dinky Toys. De gele papaya-kleur gaf de miniatuur sportauto iets exotisch. Wat de prijs niet op dreef. Eerder het omgekeerde. In plaats van de door het verkopertje gevraagde bedrag van zeven euro werden het er vijfenhalf. Grif door hem in de oneerbiedig opgehouden hand neergelegd. Het doosje kreeg hij er gratis bij. Moet een koopje geweest zijn, want hij maakte zich haastig uit de voeten, blijkbaar bang dat de verkopende partij zich bedacht. Dat GTO’tje stond morgen waarschijnlijk voor het driedubbele op een digitale veilingsite als Marktplaats of Ebay. Niet de tegel, daar was niemand in geïnteresseerd. Hooguit interesseerde hem de kloof die het onbedoeld symboliseerde tussen heden en verleden. Prins Claus bijvoorbeeld was in die dertig jaar voor het oog van de fotocamera’s van de verzamelde roddelpers van een knappe jonge vent een kromgebogen tobber geworden die liever dood was dan een halfbakken koninklijke marionet. Misschien had hij het daarom helemaal niet erg gevonden dat hij de kelder van de Nieuwe Kerk in Delft werd ingedragen als laatste plichtpleging. Daar hoefden immers geen lintjes voor geknipt te worden, wat hij een beetje badinerend z’n core business noemde in een laatste televisieinterview met de starende blik van een diep ontgoocheld iemand die maar beter niet meer op een paleisbalkon kon verschijnen. Persmuskieten die dan het plaatje van hun leven konden schieten, terwijl dat van Claus ophield. Of er moesten een paar behulpzame lakeien met een vangzeil onder staan. Waar hij zich graag als vrijwilliger voor had aangemeld. Al was het maar om te blijven geloven in het wonder van blauw bloed stromend door de aderen van de leden van het Koninklijk Huis. Aangetrouwd of niet. Maar treurig was het natuurlijk wel. Op de haarlijn tussen kroon en hoofd zat over de hele lengte van de wanddecoratie een barst. Het raakte aan een boek dat de perfecte aanvulling van de gehavende kroningstegel was. Toeval dat het beschadigde kunstwerkje naast een journalistieke fotoreportage lag over de rellen die toen als op afspraak uitbraken? De hevigste sinds het Jordaanoproer. Wat de samenstellers blijkbaar tot inspiratie diende wat betreft de titel. ‘Het Kroningsoproer’ stond er met dikke witte letters op de kaft. Het leek hem onwaarschijnlijk dat de verkoper, een joch van een jaar of twaalf, dertien met een omgekeerde honkbalpet op het hoofd, enig benul had van de historische parallel tussen tegel en boek,
Open this story on izi.travel Now you are back on Dam Square, the beginning and the end of your trail. As we explained at the beginning of the walk, this square is the symbolic heart of the city and of the Netherlands. And the Dutch royal family have an important aspect of this: Dam Square is the place where all the national celebrations, like royal marriages and investitures, past and present, are held. The celebrations are not just held on the square, but in the buildings that line the square too, such as the Royal Palace and the Nieuwe Kerk (New Church), which you can see on your right. In 2013, the enthronement of King Willem-Alexander took place here on Dam Square, making him Monarch of the Kingdom of the Netherlands, and spoke to the people on the square from the balcony of the palace. Afterwards, in the Nieuwe Kerk, he was formally installed as king. It was one huge, day-long party for everyone here on Dam Square. If you would like to see some impressions of that day, you can watch the video. Finish the trail by returning to the Monument on Dam Square, and reflect a little on your I-Tour of the ‘Venice of the Low Countries', which showed you all the highlights of Amsterdam's canal ring. If you would like to see more of Amsterdam and its environs, please take a look at the App, which contains various I-Tours of Amsterdam and the neighbouring towns.
Ze voerden een felle strijd tegen ongelijkheid, onderdrukking en haat: Nelson Mandela, Martin Luther King en Gandhi. Naar aanleiding van een tentoonstelling in de Nieuwe Kerk in Amsterdam schreef Bas Heijne een bevlogen essay over deze strijders tegen apartheid, racisme en antikolonialisme. Voor De Groene Amsterdammer schreef Sanders een recensie over Wereldverbeteraars.
Op een stenen bank in de grootste kerk van Azeroth wacht ik op een teken. Niet van de goden, maar van de spelers om mij heen. Het duurt nog geen vijf minuten of een speler genaamd Jassire loopt binnen. Hij knielt neer voor de trap leidend naar het altaar en typt: “Lord, forgive me for […]
After having disappeared for a month, Simon wanders out of the jungle with exciting tales of savage Dutch organs. Featuring the lovely Bernard Winsemius.
Geen woorden maar daden. De lijfspreuk van de stad waar hij negen jaar burgemeester van was (1964-1975), was ook op hemzelf van toepassing. Wim ‘Dux’ Thomassen sleepte zijn stad mee in de vaart der volkeren. Onder zijn bewind werd Rotterdam tot wereldhaven en kreeg het een eigen universiteit. Economisch herstel was voor de sociaal-democraat, die de crisis in de jaren dertig aan den lijve had ondervonden, van het grootste belang. Hij kwam er aan het eind van de jaren zestig in zijn gemeenteraad mee in de problemen. Werkgelegenheid was er immers genoeg en honger was iets dat tot het verleden behoorde. De rijkdommen werden als vanzelfsprekend gezien. Met zijn vrouw An, die hij bij de Nederlandsche Bond van Abstinent Studeerenden – een geheelonthoudersvereniging – had ontmoet, vormde hij van 1932 tot hun beider dood in 2001 (zij stierf acht maanden na hem) een onlosmakelijk verbond. Dat wilde niet zeggen dat ze het altijd met elkaar eens waren. An stond bekend als links-radicaal, Wim was een tikkeltje gematigder. Op 1 januari 1988 schoof de 79-jarige oud-burgemeester bij John Jansen van Galen aan voor een vijf uur durend interview. ------------------------------------------- Biografie Wim Thomassen geb. 3 oktober 1909 te Amsterdam – gest. 16 juni 2001 te Bergen (N-H) Volks en voornaam Willem ‘Dux’ (niet naar Il Duce, maar na een eendje uit een voorleesverhaal) Thomassen werd in een ‘rood’ nest in de Brederodestraat in Amsterdam-West geboren. Vader Kees was een prominent lid van de Sociaal Democratische Arbeiderspartij (SDAP) en als kleine jongen ging Wim al met zijn vader mee ‘de boer op’, die toespraken hield op bijeenkomsten van de arbeiderspartij. Na van 1925 tot 1929 een opleiding werktuigbouwkunde te hebben gedaan aan de MTS, besluit hij toch leraar te willen worden en volgt hij de lerarenopleiding in een stoomcursus. Vanaf 1931 werkt hij onder andere als onderwijzer in Amsterdam, Zaandam, Wieringen en Zuid-Limburg. In die tijd wordt hij ook actief in de Nederlandsche Bond van Abstitent Studeeerenden (NBAS), een geheelonthoudersvereniging. Daar ontmoette hij An Lind, de vrouw met wie hij in 1932 trouwden en van wie hij de daaropvolgende zeventig jaar onafscheidelijk zou zijn. In haar vond hij een vrouw die er nog veel linkser ideeën op nahield dan hij en met wie hij een “discussiegroep van twee personen” vormde. An Thomassen over hun huwelijk: “We zijn in veel dingen tegengesteld, maar de grondgedachte is altijd gelijk. Ik ben radicaler dan hij. Dat merken we bijna elke dag. Toch blijft solidariteit het kenmerk van onze relatie.” Na de NBAS stapte Thomassen in 1936 over naar de Arbeiders Jeugd Centrale (AJC), de socialistische jongerenorganisatie. Hij organiseerde congressen en kampen voor de jeugdige socialisten. In de oorlog dook hij een tijd onder en hoewel hij zelf ooit verklaarde te bang te zijn geweest om in het verzet te gaan, presteerde hij het toch om meerdere malen het gijzelaarskamp in Sint Michielsgestel binnen te dringen. Daar zaten socialisten en sociaal-democraten gevangen met wie Thomassen over de vernieuwing in het socialisme te praten. Niet alleen kwam hij het kamp binnen, maar liep er ook zonder problemen weer uit. Op 9 februari 1946 werd zijn geesteskind geboren: de PvdA werd opgericht. Voor de ideologie en beginselverklaring was hij niet verantwoordelijk, dat liet hij aan anderen over, zoals Willem Banning en Marinus van der Goes van Naters. Thomassen was meer een doener, hij had ervoor gezorgd dat de organisatie op poten stond. Van 1946 tot 1948 was hij partijsecretaris en lid van de Tweede Kamer. Maar toen hij het gevoel had dat hij ergens anders meer kon betekenen en vooral meer kon doen, verliet hij Den Haag om burgemeester van Zaandam te worden. Na tien jaar verruilde hij die gemeente voor de gemeente Enschede. Daar bleef hij zeven jaar. In 1965 zette hij de kroon op carrière als burgemeester toen hij naar de tweede stad van Nederland vertrok: Rotterdam. Als burgemeester stelde hij economisch herstel van de stad altijd boven het behoud van de natuur. Voor Enschede had hij voor de A1 gestreden en Rotterdam kon onder zijn bewind haar havengebied flink uitbreiden. Ook bezorgde hij beide steden een universiteit; de Technische Universiteit voor Enschede en de Erasmus Universiteit voor Rotterdam. Het kwam hem op de karaktereigenschap ‘regentesk’ te staan, een eigenschap die in die tijd juist zeer onder vuur kwam te liggen. De actievoerders in Rotterdam hadden al gauw in de gaten bij wie ze moesten zijn als ze de burgemeester tot daden aan wilden sporen: zijn vrouw An. Een activist nam, in overleg met mevrouw Thomassen een bad in de ambtswoning van de burgemeester, uit protest tegen het ontbreken van een bad of douche in veel Rotterdamse woningen. Bij Thomassens overlijden schreef één van zijn opvolgers, Bram Peper “Een ding staat vast. Hij zou niet geschikt zijn voor het burgemeesterschap in deze tijd waarin het vermijden van risico’s en het afgeven van een geur van aangename nietszeggendheid tot een ware kunst zijn verheven.” Na zijn pensionering verhuisde het echtpaar naar het Noord-Hollandse Schoorl. Prompt kreeg het PvdA-congres nooit eerder vertoonde moties van de afdeling aldaar voorgeschoteld. Die werd, hoe kon het ook anders, bestierd door An. Daarnaast stond het echtpaar bekent als een ‘stoer stel’: Antarctica werd bedwongen en tot ver in de tachtig pakten ze ook elke vakantie een alp mee. Te voet. Wim Thomassen stierf op 16 juni 2001 op 91-jarige leeftijd. Zijn vrouw An volgde hem acht maanden later. Tot het laatst toe bleven ze ‘hun’ partij op de voet volgen. ----------------------------------------------- Hoogtepunten uit het interview "Ik ken je boekje niet, dat vind ik een schande van mezelf" John Jansen van Galen begon het Marathoninterview met de opmerking dat de dood in zijn leven om zich heen had gegrepen: zijn moeder was net overleden, Joop den Uyl net gecremeerd. Of Thomassen ook wel eens tijden meemaakte waarin iedereen dood leek te gaan: "Ja John, dat is voor jou natuurlijk beroerd dat je aan zo'n marathon moet beginnen met de dood van je moeder zo kort geleden in je herinnering. Maar om je vraag zo precies mogelijk te beantwoorden: bij de leeftijd die ik heb, 78, hoort natuurlijk dat je in de kring van vroegere vrienden de een na de ander ziet wegvallen. We hebben ook vrienden, ouder dan wij, die zeggen, van onze generatie is niemand meer over. Dat hebben mijn vrouw en ik nog niet. Ik kan niet bij de uitvaart van Joop den Uyl zijn, omdat er een ander sterfgeval mee samenvalt. En in de Nieuwe Kerk met 2500 genodigden zal ik niet gemist worden, maar in het andere geval wel, dat was een goede vriend." Thomassen was socialist in hart en nieren, maar van de ene keer dat hij de grote voorman - Pieter Jelles Troelstra - had gezien, was hij zich pas later bewust. "Als jongen heeft mijn vader me ooit meegenomen naar het ijsclubterrein in Amsterdam, daar stond zo'n eigenaardige stellage met een dakje erboven. Daarbinnen stond een man luid te schreeuwen, maar ik stond er te ver vanaf om het te kunnen verstaan en ik heb later begrepen dat ik dus van mijn leven één keer Troelstra heb gehoord. De persoon van Troelstra daar kon je niet luchtig, zakelijk, politiek over praten, het was een soort van 'heiligenbeeld' en dat was voor de politieke discussie een enorm nadeel. Ik geloof dat je van nr. 2, Drees, kunt zeggen, dat je op de naam van Drees geen enkele kardinale fout kunt stellen en dat Troelstra, als ie afweek van de opvattingen van Vliegen, enorme fouten maakte. Ik was ook zeer onder de bekoring van deze persoonlijkheid, deze dichter/politicus, dat was een zeldzaamheid, maar toen ik later over nadacht? 1913: het weigeren van ministerszetels was een ontzettende fout en 1918: het doorzetten van de gedachte revolutie, ook toen hem dat ontraden was, was naar mijn mening een fatale fout. Als je dat aan oud-SDAP'ers met cijfers aan wilt tonen, dan kunnen ze nog kwaad op je worden." Over 'vadertje Drees', die de laatste jaren van zijn leven lag weg te kwijnen: "Het is heel tragisch dat Drees nog leeft. Het is al een paar jaar geleden dat collega's van je bij Drees kwamen en zeiden: ”dit is het laatste, bezig doof te worden, bezig blind te worden”. Dat is ie nu beide, contacten zijn er dus niet meer. Ik denk dat een mens dan zelf snakt naar de dood. Als die zoveel te laat komt en mensen in de volle kracht van hun leven dood gaan, dan is dat een tragedie. Ik wens iedereen een lang leven, maar ik wens Drees een zachte dood." De geëngageerde oud-burgemeester merkte op dat hij pas op hoge leeftijd echt oog had gekregen voor de ellende buiten de eigen landsgrenzen: "Het door mekaar geschud worden door armoede en ellende in de wereld, dat is pas gekomen tussen mijn pensionering en de eindstreep, voor zover ik die organisatorisch nu zo ongeveer wel bereikt heb. Voor het baggerwerk ging ik naar Bangladesh, Ethiopië, waar de lepra-artsen begonnen. Nou, als je het hebt over de verdoemden in hongersnood, dan zijn het de leprapatiënten. Ik heb geprobeerd de mensen wat moed in te spreken.
Geen woorden maar daden. De lijfspreuk van de stad waar hij negen jaar burgemeester van was (1964-1975), was ook op hemzelf van toepassing. Wim ‘Dux’ Thomassen sleepte zijn stad mee in de vaart der volkeren. Onder zijn bewind werd Rotterdam tot wereldhaven en kreeg het een eigen universiteit. Economisch herstel was voor de sociaal-democraat, die de crisis in de jaren dertig aan den lijve had ondervonden, van het grootste belang. Hij kwam er aan het eind van de jaren zestig in zijn gemeenteraad mee in de problemen. Werkgelegenheid was er immers genoeg en honger was iets dat tot het verleden behoorde. De rijkdommen werden als vanzelfsprekend gezien. Met zijn vrouw An, die hij bij de Nederlandsche Bond van Abstinent Studeerenden – een geheelonthoudersvereniging – had ontmoet, vormde hij van 1932 tot hun beider dood in 2001 (zij stierf acht maanden na hem) een onlosmakelijk verbond. Dat wilde niet zeggen dat ze het altijd met elkaar eens waren. An stond bekend als links-radicaal, Wim was een tikkeltje gematigder. Op 1 januari 1988 schoof de 79-jarige oud-burgemeester bij John Jansen van Galen aan voor een vijf uur durend interview. ------------------------------------------- Biografie Wim Thomassen geb. 3 oktober 1909 te Amsterdam – gest. 16 juni 2001 te Bergen (N-H) Volks en voornaam Willem ‘Dux’ (niet naar Il Duce, maar na een eendje uit een voorleesverhaal) Thomassen werd in een ‘rood’ nest in de Brederodestraat in Amsterdam-West geboren. Vader Kees was een prominent lid van de Sociaal Democratische Arbeiderspartij (SDAP) en als kleine jongen ging Wim al met zijn vader mee ‘de boer op’, die toespraken hield op bijeenkomsten van de arbeiderspartij. Na van 1925 tot 1929 een opleiding werktuigbouwkunde te hebben gedaan aan de MTS, besluit hij toch leraar te willen worden en volgt hij de lerarenopleiding in een stoomcursus. Vanaf 1931 werkt hij onder andere als onderwijzer in Amsterdam, Zaandam, Wieringen en Zuid-Limburg. In die tijd wordt hij ook actief in de Nederlandsche Bond van Abstitent Studeeerenden (NBAS), een geheelonthoudersvereniging. Daar ontmoette hij An Lind, de vrouw met wie hij in 1932 trouwden en van wie hij de daaropvolgende zeventig jaar onafscheidelijk zou zijn. In haar vond hij een vrouw die er nog veel linkser ideeën op nahield dan hij en met wie hij een “discussiegroep van twee personen” vormde. An Thomassen over hun huwelijk: “We zijn in veel dingen tegengesteld, maar de grondgedachte is altijd gelijk. Ik ben radicaler dan hij. Dat merken we bijna elke dag. Toch blijft solidariteit het kenmerk van onze relatie.” Na de NBAS stapte Thomassen in 1936 over naar de Arbeiders Jeugd Centrale (AJC), de socialistische jongerenorganisatie. Hij organiseerde congressen en kampen voor de jeugdige socialisten. In de oorlog dook hij een tijd onder en hoewel hij zelf ooit verklaarde te bang te zijn geweest om in het verzet te gaan, presteerde hij het toch om meerdere malen het gijzelaarskamp in Sint Michielsgestel binnen te dringen. Daar zaten socialisten en sociaal-democraten gevangen met wie Thomassen over de vernieuwing in het socialisme te praten. Niet alleen kwam hij het kamp binnen, maar liep er ook zonder problemen weer uit. Op 9 februari 1946 werd zijn geesteskind geboren: de PvdA werd opgericht. Voor de ideologie en beginselverklaring was hij niet verantwoordelijk, dat liet hij aan anderen over, zoals Willem Banning en Marinus van der Goes van Naters. Thomassen was meer een doener, hij had ervoor gezorgd dat de organisatie op poten stond. Van 1946 tot 1948 was hij partijsecretaris en lid van de Tweede Kamer. Maar toen hij het gevoel had dat hij ergens anders meer kon betekenen en vooral meer kon doen, verliet hij Den Haag om burgemeester van Zaandam te worden. Na tien jaar verruilde hij die gemeente voor de gemeente Enschede. Daar bleef hij zeven jaar. In 1965 zette hij de kroon op carrière als burgemeester toen hij naar de tweede stad van Nederland vertrok: Rotterdam. Als burgemeester stelde hij economisch herstel van de stad altijd boven het behoud van de natuur. Voor Enschede had hij voor de A1 gestreden en Rotterdam kon onder zijn bewind haar havengebied flink uitbreiden. Ook bezorgde hij beide steden een universiteit; de Technische Universiteit voor Enschede en de Erasmus Universiteit voor Rotterdam. Het kwam hem op de karaktereigenschap ‘regentesk’ te staan, een eigenschap die in die tijd juist zeer onder vuur kwam te liggen. De actievoerders in Rotterdam hadden al gauw in de gaten bij wie ze moesten zijn als ze de burgemeester tot daden aan wilden sporen: zijn vrouw An. Een activist nam, in overleg met mevrouw Thomassen een bad in de ambtswoning van de burgemeester, uit protest tegen het ontbreken van een bad of douche in veel Rotterdamse woningen. Bij Thomassens overlijden schreef één van zijn opvolgers, Bram Peper “Een ding staat vast. Hij zou niet geschikt zijn voor het burgemeesterschap in deze tijd waarin het vermijden van risico’s en het afgeven van een geur van aangename nietszeggendheid tot een ware kunst zijn verheven.” Na zijn pensionering verhuisde het echtpaar naar het Noord-Hollandse Schoorl. Prompt kreeg het PvdA-congres nooit eerder vertoonde moties van de afdeling aldaar voorgeschoteld. Die werd, hoe kon het ook anders, bestierd door An. Daarnaast stond het echtpaar bekent als een ‘stoer stel’: Antarctica werd bedwongen en tot ver in de tachtig pakten ze ook elke vakantie een alp mee. Te voet. Wim Thomassen stierf op 16 juni 2001 op 91-jarige leeftijd. Zijn vrouw An volgde hem acht maanden later. Tot het laatst toe bleven ze ‘hun’ partij op de voet volgen. ----------------------------------------------- Hoogtepunten uit het interview "Ik ken je boekje niet, dat vind ik een schande van mezelf" John Jansen van Galen begon het Marathoninterview met de opmerking dat de dood in zijn leven om zich heen had gegrepen: zijn moeder was net overleden, Joop den Uyl net gecremeerd. Of Thomassen ook wel eens tijden meemaakte waarin iedereen dood leek te gaan: "Ja John, dat is voor jou natuurlijk beroerd dat je aan zo'n marathon moet beginnen met de dood van je moeder zo kort geleden in je herinnering. Maar om je vraag zo precies mogelijk te beantwoorden: bij de leeftijd die ik heb, 78, hoort natuurlijk dat je in de kring van vroegere vrienden de een na de ander ziet wegvallen. We hebben ook vrienden, ouder dan wij, die zeggen, van onze generatie is niemand meer over. Dat hebben mijn vrouw en ik nog niet. Ik kan niet bij de uitvaart van Joop den Uyl zijn, omdat er een ander sterfgeval mee samenvalt. En in de Nieuwe Kerk met 2500 genodigden zal ik niet gemist worden, maar in het andere geval wel, dat was een goede vriend." Thomassen was socialist in hart en nieren, maar van de ene keer dat hij de grote voorman - Pieter Jelles Troelstra - had gezien, was hij zich pas later bewust. "Als jongen heeft mijn vader me ooit meegenomen naar het ijsclubterrein in Amsterdam, daar stond zo'n eigenaardige stellage met een dakje erboven. Daarbinnen stond een man luid te schreeuwen, maar ik stond er te ver vanaf om het te kunnen verstaan en ik heb later begrepen dat ik dus van mijn leven één keer Troelstra heb gehoord. De persoon van Troelstra daar kon je niet luchtig, zakelijk, politiek over praten, het was een soort van 'heiligenbeeld' en dat was voor de politieke discussie een enorm nadeel. Ik geloof dat je van nr. 2, Drees, kunt zeggen, dat je op de naam van Drees geen enkele kardinale fout kunt stellen en dat Troelstra, als ie afweek van de opvattingen van Vliegen, enorme fouten maakte. Ik was ook zeer onder de bekoring van deze persoonlijkheid, deze dichter/politicus, dat was een zeldzaamheid, maar toen ik later over nadacht? 1913: het weigeren van ministerszetels was een ontzettende fout en 1918: het doorzetten van de gedachte revolutie, ook toen hem dat ontraden was, was naar mijn mening een fatale fout. Als je dat aan oud-SDAP'ers met cijfers aan wilt tonen, dan kunnen ze nog kwaad op je worden." Over 'vadertje Drees', die de laatste jaren van zijn leven lag weg te kwijnen: "Het is heel tragisch dat Drees nog leeft. Het is al een paar jaar geleden dat collega's van je bij Drees kwamen en zeiden: ”dit is het laatste, bezig doof te worden, bezig blind te worden”. Dat is ie nu beide, contacten zijn er dus niet meer. Ik denk dat een mens dan zelf snakt naar de dood. Als die zoveel te laat komt en mensen in de volle kracht van hun leven dood gaan, dan is dat een tragedie. Ik wens iedereen een lang leven, maar ik wens Drees een zachte dood." De geëngageerde oud-burgemeester merkte op dat hij pas op hoge leeftijd echt oog had gekregen voor de ellende buiten de eigen landsgrenzen: "Het door mekaar geschud worden door armoede en ellende in de wereld, dat is pas gekomen tussen mijn pensionering en de eindstreep, voor zover ik die organisatorisch nu zo ongeveer wel bereikt heb. Voor het baggerwerk ging ik naar Bangladesh, Ethiopië, waar de lepra-artsen begonnen. Nou, als je het hebt over de verdoemden in hongersnood, dan zijn het de leprapatiënten. Ik heb geprobeerd de mensen wat moed in te spreken.
Geen woorden maar daden. De lijfspreuk van de stad waar hij negen jaar burgemeester van was (1964-1975), was ook op hemzelf van toepassing. Wim ‘Dux’ Thomassen sleepte zijn stad mee in de vaart der volkeren. Onder zijn bewind werd Rotterdam tot wereldhaven en kreeg het een eigen universiteit. Economisch herstel was voor de sociaal-democraat, die de crisis in de jaren dertig aan den lijve had ondervonden, van het grootste belang. Hij kwam er aan het eind van de jaren zestig in zijn gemeenteraad mee in de problemen. Werkgelegenheid was er immers genoeg en honger was iets dat tot het verleden behoorde. De rijkdommen werden als vanzelfsprekend gezien. Met zijn vrouw An, die hij bij de Nederlandsche Bond van Abstinent Studeerenden – een geheelonthoudersvereniging – had ontmoet, vormde hij van 1932 tot hun beider dood in 2001 (zij stierf acht maanden na hem) een onlosmakelijk verbond. Dat wilde niet zeggen dat ze het altijd met elkaar eens waren. An stond bekend als links-radicaal, Wim was een tikkeltje gematigder. Op 1 januari 1988 schoof de 79-jarige oud-burgemeester bij John Jansen van Galen aan voor een vijf uur durend interview. ------------------------------------------- Biografie Wim Thomassen geb. 3 oktober 1909 te Amsterdam – gest. 16 juni 2001 te Bergen (N-H) Volks en voornaam Willem ‘Dux’ (niet naar Il Duce, maar na een eendje uit een voorleesverhaal) Thomassen werd in een ‘rood’ nest in de Brederodestraat in Amsterdam-West geboren. Vader Kees was een prominent lid van de Sociaal Democratische Arbeiderspartij (SDAP) en als kleine jongen ging Wim al met zijn vader mee ‘de boer op’, die toespraken hield op bijeenkomsten van de arbeiderspartij. Na van 1925 tot 1929 een opleiding werktuigbouwkunde te hebben gedaan aan de MTS, besluit hij toch leraar te willen worden en volgt hij de lerarenopleiding in een stoomcursus. Vanaf 1931 werkt hij onder andere als onderwijzer in Amsterdam, Zaandam, Wieringen en Zuid-Limburg. In die tijd wordt hij ook actief in de Nederlandsche Bond van Abstitent Studeeerenden (NBAS), een geheelonthoudersvereniging. Daar ontmoette hij An Lind, de vrouw met wie hij in 1932 trouwden en van wie hij de daaropvolgende zeventig jaar onafscheidelijk zou zijn. In haar vond hij een vrouw die er nog veel linkser ideeën op nahield dan hij en met wie hij een “discussiegroep van twee personen” vormde. An Thomassen over hun huwelijk: “We zijn in veel dingen tegengesteld, maar de grondgedachte is altijd gelijk. Ik ben radicaler dan hij. Dat merken we bijna elke dag. Toch blijft solidariteit het kenmerk van onze relatie.” Na de NBAS stapte Thomassen in 1936 over naar de Arbeiders Jeugd Centrale (AJC), de socialistische jongerenorganisatie. Hij organiseerde congressen en kampen voor de jeugdige socialisten. In de oorlog dook hij een tijd onder en hoewel hij zelf ooit verklaarde te bang te zijn geweest om in het verzet te gaan, presteerde hij het toch om meerdere malen het gijzelaarskamp in Sint Michielsgestel binnen te dringen. Daar zaten socialisten en sociaal-democraten gevangen met wie Thomassen over de vernieuwing in het socialisme te praten. Niet alleen kwam hij het kamp binnen, maar liep er ook zonder problemen weer uit. Op 9 februari 1946 werd zijn geesteskind geboren: de PvdA werd opgericht. Voor de ideologie en beginselverklaring was hij niet verantwoordelijk, dat liet hij aan anderen over, zoals Willem Banning en Marinus van der Goes van Naters. Thomassen was meer een doener, hij had ervoor gezorgd dat de organisatie op poten stond. Van 1946 tot 1948 was hij partijsecretaris en lid van de Tweede Kamer. Maar toen hij het gevoel had dat hij ergens anders meer kon betekenen en vooral meer kon doen, verliet hij Den Haag om burgemeester van Zaandam te worden. Na tien jaar verruilde hij die gemeente voor de gemeente Enschede. Daar bleef hij zeven jaar. In 1965 zette hij de kroon op carrière als burgemeester toen hij naar de tweede stad van Nederland vertrok: Rotterdam. Als burgemeester stelde hij economisch herstel van de stad altijd boven het behoud van de natuur. Voor Enschede had hij voor de A1 gestreden en Rotterdam kon onder zijn bewind haar havengebied flink uitbreiden. Ook bezorgde hij beide steden een universiteit; de Technische Universiteit voor Enschede en de Erasmus Universiteit voor Rotterdam. Het kwam hem op de karaktereigenschap ‘regentesk’ te staan, een eigenschap die in die tijd juist zeer onder vuur kwam te liggen. De actievoerders in Rotterdam hadden al gauw in de gaten bij wie ze moesten zijn als ze de burgemeester tot daden aan wilden sporen: zijn vrouw An. Een activist nam, in overleg met mevrouw Thomassen een bad in de ambtswoning van de burgemeester, uit protest tegen het ontbreken van een bad of douche in veel Rotterdamse woningen. Bij Thomassens overlijden schreef één van zijn opvolgers, Bram Peper “Een ding staat vast. Hij zou niet geschikt zijn voor het burgemeesterschap in deze tijd waarin het vermijden van risico’s en het afgeven van een geur van aangename nietszeggendheid tot een ware kunst zijn verheven.” Na zijn pensionering verhuisde het echtpaar naar het Noord-Hollandse Schoorl. Prompt kreeg het PvdA-congres nooit eerder vertoonde moties van de afdeling aldaar voorgeschoteld. Die werd, hoe kon het ook anders, bestierd door An. Daarnaast stond het echtpaar bekent als een ‘stoer stel’: Antarctica werd bedwongen en tot ver in de tachtig pakten ze ook elke vakantie een alp mee. Te voet. Wim Thomassen stierf op 16 juni 2001 op 91-jarige leeftijd. Zijn vrouw An volgde hem acht maanden later. Tot het laatst toe bleven ze ‘hun’ partij op de voet volgen. ----------------------------------------------- Hoogtepunten uit het interview "Ik ken je boekje niet, dat vind ik een schande van mezelf" John Jansen van Galen begon het Marathoninterview met de opmerking dat de dood in zijn leven om zich heen had gegrepen: zijn moeder was net overleden, Joop den Uyl net gecremeerd. Of Thomassen ook wel eens tijden meemaakte waarin iedereen dood leek te gaan: "Ja John, dat is voor jou natuurlijk beroerd dat je aan zo'n marathon moet beginnen met de dood van je moeder zo kort geleden in je herinnering. Maar om je vraag zo precies mogelijk te beantwoorden: bij de leeftijd die ik heb, 78, hoort natuurlijk dat je in de kring van vroegere vrienden de een na de ander ziet wegvallen. We hebben ook vrienden, ouder dan wij, die zeggen, van onze generatie is niemand meer over. Dat hebben mijn vrouw en ik nog niet. Ik kan niet bij de uitvaart van Joop den Uyl zijn, omdat er een ander sterfgeval mee samenvalt. En in de Nieuwe Kerk met 2500 genodigden zal ik niet gemist worden, maar in het andere geval wel, dat was een goede vriend." Thomassen was socialist in hart en nieren, maar van de ene keer dat hij de grote voorman - Pieter Jelles Troelstra - had gezien, was hij zich pas later bewust. "Als jongen heeft mijn vader me ooit meegenomen naar het ijsclubterrein in Amsterdam, daar stond zo'n eigenaardige stellage met een dakje erboven. Daarbinnen stond een man luid te schreeuwen, maar ik stond er te ver vanaf om het te kunnen verstaan en ik heb later begrepen dat ik dus van mijn leven één keer Troelstra heb gehoord. De persoon van Troelstra daar kon je niet luchtig, zakelijk, politiek over praten, het was een soort van 'heiligenbeeld' en dat was voor de politieke discussie een enorm nadeel. Ik geloof dat je van nr. 2, Drees, kunt zeggen, dat je op de naam van Drees geen enkele kardinale fout kunt stellen en dat Troelstra, als ie afweek van de opvattingen van Vliegen, enorme fouten maakte. Ik was ook zeer onder de bekoring van deze persoonlijkheid, deze dichter/politicus, dat was een zeldzaamheid, maar toen ik later over nadacht? 1913: het weigeren van ministerszetels was een ontzettende fout en 1918: het doorzetten van de gedachte revolutie, ook toen hem dat ontraden was, was naar mijn mening een fatale fout. Als je dat aan oud-SDAP'ers met cijfers aan wilt tonen, dan kunnen ze nog kwaad op je worden." Over 'vadertje Drees', die de laatste jaren van zijn leven lag weg te kwijnen: "Het is heel tragisch dat Drees nog leeft. Het is al een paar jaar geleden dat collega's van je bij Drees kwamen en zeiden: ”dit is het laatste, bezig doof te worden, bezig blind te worden”. Dat is ie nu beide, contacten zijn er dus niet meer. Ik denk dat een mens dan zelf snakt naar de dood. Als die zoveel te laat komt en mensen in de volle kracht van hun leven dood gaan, dan is dat een tragedie. Ik wens iedereen een lang leven, maar ik wens Drees een zachte dood." De geëngageerde oud-burgemeester merkte op dat hij pas op hoge leeftijd echt oog had gekregen voor de ellende buiten de eigen landsgrenzen: "Het door mekaar geschud worden door armoede en ellende in de wereld, dat is pas gekomen tussen mijn pensionering en de eindstreep, voor zover ik die organisatorisch nu zo ongeveer wel bereikt heb. Voor het baggerwerk ging ik naar Bangladesh, Ethiopië, waar de lepra-artsen begonnen. Nou, als je het hebt over de verdoemden in hongersnood, dan zijn het de leprapatiënten. Ik heb geprobeerd de mensen wat moed in te spreken.
Geen woorden maar daden. De lijfspreuk van de stad waar hij negen jaar burgemeester van was (1964-1975), was ook op hemzelf van toepassing. Wim ‘Dux’ Thomassen sleepte zijn stad mee in de vaart der volkeren. Onder zijn bewind werd Rotterdam tot wereldhaven en kreeg het een eigen universiteit. Economisch herstel was voor de sociaal-democraat, die de crisis in de jaren dertig aan den lijve had ondervonden, van het grootste belang. Hij kwam er aan het eind van de jaren zestig in zijn gemeenteraad mee in de problemen. Werkgelegenheid was er immers genoeg en honger was iets dat tot het verleden behoorde. De rijkdommen werden als vanzelfsprekend gezien. Met zijn vrouw An, die hij bij de Nederlandsche Bond van Abstinent Studeerenden – een geheelonthoudersvereniging – had ontmoet, vormde hij van 1932 tot hun beider dood in 2001 (zij stierf acht maanden na hem) een onlosmakelijk verbond. Dat wilde niet zeggen dat ze het altijd met elkaar eens waren. An stond bekend als links-radicaal, Wim was een tikkeltje gematigder. Op 1 januari 1988 schoof de 79-jarige oud-burgemeester bij John Jansen van Galen aan voor een vijf uur durend interview. ------------------------------------------- Biografie Wim Thomassen geb. 3 oktober 1909 te Amsterdam – gest. 16 juni 2001 te Bergen (N-H) Volks en voornaam Willem ‘Dux’ (niet naar Il Duce, maar na een eendje uit een voorleesverhaal) Thomassen werd in een ‘rood’ nest in de Brederodestraat in Amsterdam-West geboren. Vader Kees was een prominent lid van de Sociaal Democratische Arbeiderspartij (SDAP) en als kleine jongen ging Wim al met zijn vader mee ‘de boer op’, die toespraken hield op bijeenkomsten van de arbeiderspartij. Na van 1925 tot 1929 een opleiding werktuigbouwkunde te hebben gedaan aan de MTS, besluit hij toch leraar te willen worden en volgt hij de lerarenopleiding in een stoomcursus. Vanaf 1931 werkt hij onder andere als onderwijzer in Amsterdam, Zaandam, Wieringen en Zuid-Limburg. In die tijd wordt hij ook actief in de Nederlandsche Bond van Abstitent Studeeerenden (NBAS), een geheelonthoudersvereniging. Daar ontmoette hij An Lind, de vrouw met wie hij in 1932 trouwden en van wie hij de daaropvolgende zeventig jaar onafscheidelijk zou zijn. In haar vond hij een vrouw die er nog veel linkser ideeën op nahield dan hij en met wie hij een “discussiegroep van twee personen” vormde. An Thomassen over hun huwelijk: “We zijn in veel dingen tegengesteld, maar de grondgedachte is altijd gelijk. Ik ben radicaler dan hij. Dat merken we bijna elke dag. Toch blijft solidariteit het kenmerk van onze relatie.” Na de NBAS stapte Thomassen in 1936 over naar de Arbeiders Jeugd Centrale (AJC), de socialistische jongerenorganisatie. Hij organiseerde congressen en kampen voor de jeugdige socialisten. In de oorlog dook hij een tijd onder en hoewel hij zelf ooit verklaarde te bang te zijn geweest om in het verzet te gaan, presteerde hij het toch om meerdere malen het gijzelaarskamp in Sint Michielsgestel binnen te dringen. Daar zaten socialisten en sociaal-democraten gevangen met wie Thomassen over de vernieuwing in het socialisme te praten. Niet alleen kwam hij het kamp binnen, maar liep er ook zonder problemen weer uit. Op 9 februari 1946 werd zijn geesteskind geboren: de PvdA werd opgericht. Voor de ideologie en beginselverklaring was hij niet verantwoordelijk, dat liet hij aan anderen over, zoals Willem Banning en Marinus van der Goes van Naters. Thomassen was meer een doener, hij had ervoor gezorgd dat de organisatie op poten stond. Van 1946 tot 1948 was hij partijsecretaris en lid van de Tweede Kamer. Maar toen hij het gevoel had dat hij ergens anders meer kon betekenen en vooral meer kon doen, verliet hij Den Haag om burgemeester van Zaandam te worden. Na tien jaar verruilde hij die gemeente voor de gemeente Enschede. Daar bleef hij zeven jaar. In 1965 zette hij de kroon op carrière als burgemeester toen hij naar de tweede stad van Nederland vertrok: Rotterdam. Als burgemeester stelde hij economisch herstel van de stad altijd boven het behoud van de natuur. Voor Enschede had hij voor de A1 gestreden en Rotterdam kon onder zijn bewind haar havengebied flink uitbreiden. Ook bezorgde hij beide steden een universiteit; de Technische Universiteit voor Enschede en de Erasmus Universiteit voor Rotterdam. Het kwam hem op de karaktereigenschap ‘regentesk’ te staan, een eigenschap die in die tijd juist zeer onder vuur kwam te liggen. De actievoerders in Rotterdam hadden al gauw in de gaten bij wie ze moesten zijn als ze de burgemeester tot daden aan wilden sporen: zijn vrouw An. Een activist nam, in overleg met mevrouw Thomassen een bad in de ambtswoning van de burgemeester, uit protest tegen het ontbreken van een bad of douche in veel Rotterdamse woningen. Bij Thomassens overlijden schreef één van zijn opvolgers, Bram Peper “Een ding staat vast. Hij zou niet geschikt zijn voor het burgemeesterschap in deze tijd waarin het vermijden van risico’s en het afgeven van een geur van aangename nietszeggendheid tot een ware kunst zijn verheven.” Na zijn pensionering verhuisde het echtpaar naar het Noord-Hollandse Schoorl. Prompt kreeg het PvdA-congres nooit eerder vertoonde moties van de afdeling aldaar voorgeschoteld. Die werd, hoe kon het ook anders, bestierd door An. Daarnaast stond het echtpaar bekent als een ‘stoer stel’: Antarctica werd bedwongen en tot ver in de tachtig pakten ze ook elke vakantie een alp mee. Te voet. Wim Thomassen stierf op 16 juni 2001 op 91-jarige leeftijd. Zijn vrouw An volgde hem acht maanden later. Tot het laatst toe bleven ze ‘hun’ partij op de voet volgen. ----------------------------------------------- Hoogtepunten uit het interview "Ik ken je boekje niet, dat vind ik een schande van mezelf" John Jansen van Galen begon het Marathoninterview met de opmerking dat de dood in zijn leven om zich heen had gegrepen: zijn moeder was net overleden, Joop den Uyl net gecremeerd. Of Thomassen ook wel eens tijden meemaakte waarin iedereen dood leek te gaan: "Ja John, dat is voor jou natuurlijk beroerd dat je aan zo'n marathon moet beginnen met de dood van je moeder zo kort geleden in je herinnering. Maar om je vraag zo precies mogelijk te beantwoorden: bij de leeftijd die ik heb, 78, hoort natuurlijk dat je in de kring van vroegere vrienden de een na de ander ziet wegvallen. We hebben ook vrienden, ouder dan wij, die zeggen, van onze generatie is niemand meer over. Dat hebben mijn vrouw en ik nog niet. Ik kan niet bij de uitvaart van Joop den Uyl zijn, omdat er een ander sterfgeval mee samenvalt. En in de Nieuwe Kerk met 2500 genodigden zal ik niet gemist worden, maar in het andere geval wel, dat was een goede vriend." Thomassen was socialist in hart en nieren, maar van de ene keer dat hij de grote voorman - Pieter Jelles Troelstra - had gezien, was hij zich pas later bewust. "Als jongen heeft mijn vader me ooit meegenomen naar het ijsclubterrein in Amsterdam, daar stond zo'n eigenaardige stellage met een dakje erboven. Daarbinnen stond een man luid te schreeuwen, maar ik stond er te ver vanaf om het te kunnen verstaan en ik heb later begrepen dat ik dus van mijn leven één keer Troelstra heb gehoord. De persoon van Troelstra daar kon je niet luchtig, zakelijk, politiek over praten, het was een soort van 'heiligenbeeld' en dat was voor de politieke discussie een enorm nadeel. Ik geloof dat je van nr. 2, Drees, kunt zeggen, dat je op de naam van Drees geen enkele kardinale fout kunt stellen en dat Troelstra, als ie afweek van de opvattingen van Vliegen, enorme fouten maakte. Ik was ook zeer onder de bekoring van deze persoonlijkheid, deze dichter/politicus, dat was een zeldzaamheid, maar toen ik later over nadacht? 1913: het weigeren van ministerszetels was een ontzettende fout en 1918: het doorzetten van de gedachte revolutie, ook toen hem dat ontraden was, was naar mijn mening een fatale fout. Als je dat aan oud-SDAP'ers met cijfers aan wilt tonen, dan kunnen ze nog kwaad op je worden." Over 'vadertje Drees', die de laatste jaren van zijn leven lag weg te kwijnen: "Het is heel tragisch dat Drees nog leeft. Het is al een paar jaar geleden dat collega's van je bij Drees kwamen en zeiden: ”dit is het laatste, bezig doof te worden, bezig blind te worden”. Dat is ie nu beide, contacten zijn er dus niet meer. Ik denk dat een mens dan zelf snakt naar de dood. Als die zoveel te laat komt en mensen in de volle kracht van hun leven dood gaan, dan is dat een tragedie. Ik wens iedereen een lang leven, maar ik wens Drees een zachte dood." De geëngageerde oud-burgemeester merkte op dat hij pas op hoge leeftijd echt oog had gekregen voor de ellende buiten de eigen landsgrenzen: "Het door mekaar geschud worden door armoede en ellende in de wereld, dat is pas gekomen tussen mijn pensionering en de eindstreep, voor zover ik die organisatorisch nu zo ongeveer wel bereikt heb. Voor het baggerwerk ging ik naar Bangladesh, Ethiopië, waar de lepra-artsen begonnen. Nou, als je het hebt over de verdoemden in hongersnood, dan zijn het de leprapatiënten. Ik heb geprobeerd de mensen wat moed in te spreken.
Geen woorden maar daden. De lijfspreuk van de stad waar hij negen jaar burgemeester van was (1964-1975), was ook op hemzelf van toepassing. Wim ‘Dux’ Thomassen sleepte zijn stad mee in de vaart der volkeren. Onder zijn bewind werd Rotterdam tot wereldhaven en kreeg het een eigen universiteit. Economisch herstel was voor de sociaal-democraat, die de crisis in de jaren dertig aan den lijve had ondervonden, van het grootste belang. Hij kwam er aan het eind van de jaren zestig in zijn gemeenteraad mee in de problemen. Werkgelegenheid was er immers genoeg en honger was iets dat tot het verleden behoorde. De rijkdommen werden als vanzelfsprekend gezien. Met zijn vrouw An, die hij bij de Nederlandsche Bond van Abstinent Studeerenden – een geheelonthoudersvereniging – had ontmoet, vormde hij van 1932 tot hun beider dood in 2001 (zij stierf acht maanden na hem) een onlosmakelijk verbond. Dat wilde niet zeggen dat ze het altijd met elkaar eens waren. An stond bekend als links-radicaal, Wim was een tikkeltje gematigder. Op 1 januari 1988 schoof de 79-jarige oud-burgemeester bij John Jansen van Galen aan voor een vijf uur durend interview. ------------------------------------------- Biografie Wim Thomassen geb. 3 oktober 1909 te Amsterdam – gest. 16 juni 2001 te Bergen (N-H) Volks en voornaam Willem ‘Dux’ (niet naar Il Duce, maar na een eendje uit een voorleesverhaal) Thomassen werd in een ‘rood’ nest in de Brederodestraat in Amsterdam-West geboren. Vader Kees was een prominent lid van de Sociaal Democratische Arbeiderspartij (SDAP) en als kleine jongen ging Wim al met zijn vader mee ‘de boer op’, die toespraken hield op bijeenkomsten van de arbeiderspartij. Na van 1925 tot 1929 een opleiding werktuigbouwkunde te hebben gedaan aan de MTS, besluit hij toch leraar te willen worden en volgt hij de lerarenopleiding in een stoomcursus. Vanaf 1931 werkt hij onder andere als onderwijzer in Amsterdam, Zaandam, Wieringen en Zuid-Limburg. In die tijd wordt hij ook actief in de Nederlandsche Bond van Abstitent Studeeerenden (NBAS), een geheelonthoudersvereniging. Daar ontmoette hij An Lind, de vrouw met wie hij in 1932 trouwden en van wie hij de daaropvolgende zeventig jaar onafscheidelijk zou zijn. In haar vond hij een vrouw die er nog veel linkser ideeën op nahield dan hij en met wie hij een “discussiegroep van twee personen” vormde. An Thomassen over hun huwelijk: “We zijn in veel dingen tegengesteld, maar de grondgedachte is altijd gelijk. Ik ben radicaler dan hij. Dat merken we bijna elke dag. Toch blijft solidariteit het kenmerk van onze relatie.” Na de NBAS stapte Thomassen in 1936 over naar de Arbeiders Jeugd Centrale (AJC), de socialistische jongerenorganisatie. Hij organiseerde congressen en kampen voor de jeugdige socialisten. In de oorlog dook hij een tijd onder en hoewel hij zelf ooit verklaarde te bang te zijn geweest om in het verzet te gaan, presteerde hij het toch om meerdere malen het gijzelaarskamp in Sint Michielsgestel binnen te dringen. Daar zaten socialisten en sociaal-democraten gevangen met wie Thomassen over de vernieuwing in het socialisme te praten. Niet alleen kwam hij het kamp binnen, maar liep er ook zonder problemen weer uit. Op 9 februari 1946 werd zijn geesteskind geboren: de PvdA werd opgericht. Voor de ideologie en beginselverklaring was hij niet verantwoordelijk, dat liet hij aan anderen over, zoals Willem Banning en Marinus van der Goes van Naters. Thomassen was meer een doener, hij had ervoor gezorgd dat de organisatie op poten stond. Van 1946 tot 1948 was hij partijsecretaris en lid van de Tweede Kamer. Maar toen hij het gevoel had dat hij ergens anders meer kon betekenen en vooral meer kon doen, verliet hij Den Haag om burgemeester van Zaandam te worden. Na tien jaar verruilde hij die gemeente voor de gemeente Enschede. Daar bleef hij zeven jaar. In 1965 zette hij de kroon op carrière als burgemeester toen hij naar de tweede stad van Nederland vertrok: Rotterdam. Als burgemeester stelde hij economisch herstel van de stad altijd boven het behoud van de natuur. Voor Enschede had hij voor de A1 gestreden en Rotterdam kon onder zijn bewind haar havengebied flink uitbreiden. Ook bezorgde hij beide steden een universiteit; de Technische Universiteit voor Enschede en de Erasmus Universiteit voor Rotterdam. Het kwam hem op de karaktereigenschap ‘regentesk’ te staan, een eigenschap die in die tijd juist zeer onder vuur kwam te liggen. De actievoerders in Rotterdam hadden al gauw in de gaten bij wie ze moesten zijn als ze de burgemeester tot daden aan wilden sporen: zijn vrouw An. Een activist nam, in overleg met mevrouw Thomassen een bad in de ambtswoning van de burgemeester, uit protest tegen het ontbreken van een bad of douche in veel Rotterdamse woningen. Bij Thomassens overlijden schreef één van zijn opvolgers, Bram Peper “Een ding staat vast. Hij zou niet geschikt zijn voor het burgemeesterschap in deze tijd waarin het vermijden van risico’s en het afgeven van een geur van aangename nietszeggendheid tot een ware kunst zijn verheven.” Na zijn pensionering verhuisde het echtpaar naar het Noord-Hollandse Schoorl. Prompt kreeg het PvdA-congres nooit eerder vertoonde moties van de afdeling aldaar voorgeschoteld. Die werd, hoe kon het ook anders, bestierd door An. Daarnaast stond het echtpaar bekent als een ‘stoer stel’: Antarctica werd bedwongen en tot ver in de tachtig pakten ze ook elke vakantie een alp mee. Te voet. Wim Thomassen stierf op 16 juni 2001 op 91-jarige leeftijd. Zijn vrouw An volgde hem acht maanden later. Tot het laatst toe bleven ze ‘hun’ partij op de voet volgen. ----------------------------------------------- Hoogtepunten uit het interview "Ik ken je boekje niet, dat vind ik een schande van mezelf" John Jansen van Galen begon het Marathoninterview met de opmerking dat de dood in zijn leven om zich heen had gegrepen: zijn moeder was net overleden, Joop den Uyl net gecremeerd. Of Thomassen ook wel eens tijden meemaakte waarin iedereen dood leek te gaan: "Ja John, dat is voor jou natuurlijk beroerd dat je aan zo'n marathon moet beginnen met de dood van je moeder zo kort geleden in je herinnering. Maar om je vraag zo precies mogelijk te beantwoorden: bij de leeftijd die ik heb, 78, hoort natuurlijk dat je in de kring van vroegere vrienden de een na de ander ziet wegvallen. We hebben ook vrienden, ouder dan wij, die zeggen, van onze generatie is niemand meer over. Dat hebben mijn vrouw en ik nog niet. Ik kan niet bij de uitvaart van Joop den Uyl zijn, omdat er een ander sterfgeval mee samenvalt. En in de Nieuwe Kerk met 2500 genodigden zal ik niet gemist worden, maar in het andere geval wel, dat was een goede vriend." Thomassen was socialist in hart en nieren, maar van de ene keer dat hij de grote voorman - Pieter Jelles Troelstra - had gezien, was hij zich pas later bewust. "Als jongen heeft mijn vader me ooit meegenomen naar het ijsclubterrein in Amsterdam, daar stond zo'n eigenaardige stellage met een dakje erboven. Daarbinnen stond een man luid te schreeuwen, maar ik stond er te ver vanaf om het te kunnen verstaan en ik heb later begrepen dat ik dus van mijn leven één keer Troelstra heb gehoord. De persoon van Troelstra daar kon je niet luchtig, zakelijk, politiek over praten, het was een soort van 'heiligenbeeld' en dat was voor de politieke discussie een enorm nadeel. Ik geloof dat je van nr. 2, Drees, kunt zeggen, dat je op de naam van Drees geen enkele kardinale fout kunt stellen en dat Troelstra, als ie afweek van de opvattingen van Vliegen, enorme fouten maakte. Ik was ook zeer onder de bekoring van deze persoonlijkheid, deze dichter/politicus, dat was een zeldzaamheid, maar toen ik later over nadacht? 1913: het weigeren van ministerszetels was een ontzettende fout en 1918: het doorzetten van de gedachte revolutie, ook toen hem dat ontraden was, was naar mijn mening een fatale fout. Als je dat aan oud-SDAP'ers met cijfers aan wilt tonen, dan kunnen ze nog kwaad op je worden." Over 'vadertje Drees', die de laatste jaren van zijn leven lag weg te kwijnen: "Het is heel tragisch dat Drees nog leeft. Het is al een paar jaar geleden dat collega's van je bij Drees kwamen en zeiden: ”dit is het laatste, bezig doof te worden, bezig blind te worden”. Dat is ie nu beide, contacten zijn er dus niet meer. Ik denk dat een mens dan zelf snakt naar de dood. Als die zoveel te laat komt en mensen in de volle kracht van hun leven dood gaan, dan is dat een tragedie. Ik wens iedereen een lang leven, maar ik wens Drees een zachte dood." De geëngageerde oud-burgemeester merkte op dat hij pas op hoge leeftijd echt oog had gekregen voor de ellende buiten de eigen landsgrenzen: "Het door mekaar geschud worden door armoede en ellende in de wereld, dat is pas gekomen tussen mijn pensionering en de eindstreep, voor zover ik die organisatorisch nu zo ongeveer wel bereikt heb. Voor het baggerwerk ging ik naar Bangladesh, Ethiopië, waar de lepra-artsen begonnen. Nou, als je het hebt over de verdoemden in hongersnood, dan zijn het de leprapatiënten. Ik heb geprobeerd de mensen wat moed in te spreken.