Podcasts about galton

What if trading wasn't about guessing market direction—but understanding where the odds are stacked in your favor? In this episode, Andy, Corey, and Noah break down the concept of probability trading and how it can give investors a clearer edge. Using a Galton board as an analogy, they explain how predictable outcomes and distributions play a crucial role in market behavior.Corey points out that the S&P 500 typically stays within a certain range year over year—and that statistically, the odds favor positive returns. Andy shares his personal strategy of trading options on the Dow, where a large percentage of trades expired worthless by design. Together, they emphasize the power of probability over prediction, the importance of managing risk, and how understanding patterns can transform both trading and long-term investing.

En este episodio de DÍAS EXTRAÑOS exploramos la fascinante y controvertida figura de Francis Galton, primo de Charles Darwin y uno de los científicos más excéntricos de la historia. Más allá de ser el padre de la eugenesia, descubrimos a un hombre obsesionado con medir absolutamente todo: desde el color que cambiaba en los rostros de los espectadores durante las carreras de caballos, hasta la eficacia de las oraciones por la realeza británica. Inventor del silbato para perros, los mapas meteorológicos en periódicos y un "detector de atracción" basado en la inclinación física de las personas, Galton representa la delgada línea entre el genio científico y la obsesión desmedida. Una historia sobre cómo la mente humana puede brillar y extraviarse al mismo tiempo. Escucha el episodio completo en la app de iVoox, o descubre todo el catálogo de iVoox Originals

On a recent trip to Kidscreen I had the opportunity to sit down and discuss distribution with Alison Taylor from Aardman and Ed Galton from Cake. With our industry undergoing so much change, I wanted to hear what it was like on the distribution side of the business, and how these two companies, with very different beginnings and operations were navigating the change. I also added some thoughts on the conference in general and the vibe I got while on the trip. Enjoy!And if you do, please like, rate, and comment on your favorite podcasting platform and share the episode on social media.If you have any comments or suggestions please get in touch. If you'd like to hear about new episodes in your inbox, please subscribe here.Host & Producer: Michael WakelamExecutive Producer: Eric M. MillerMusic by: Rich DickersonAudio Engineering: Mike RochaEdited by: Jonathan WakelamThe Creators Society is a professional community uniting all disciplines of the animation industry. Our mission is to foster meaningful connections, encourage collaboration, and deepen the understanding of every role involved in bringing animated stories to life. Through networking, mentorships, education, and industry events, we celebrate the creativity and passion that drive animation forward, supporting the talented creators who make it all possible.Learn more about the Creators Society, and how to become a member at creatorssociety.netSend us a text

Mord, Diebstahl, Einbrüche Entführungen - Verbrechen gibt es vermutlich seit Anbeginn der Menschheit. Aber erst in den vergangenen 200 Jahren wurden technische Verfahren entwickelt, um den Tätern auf die Spur zu kommen. Vorher verließ man sich meistens auf Zeugenaussagen, befragte im Notfall sogar Orakel oder Griff zur Folter, um ein Geständnis vom mutmaßlichen Täter zu bekommen. Das änderte sich im 19. Jahrhundert. Aber wer identifizierte als erstes Täter anhand ihres Fingerabdrucks? Wer analysierte zum ersten Mal Blutspuren? Seit wann werden DNA-Proben erfolgreich zur Verbrechensaufklärung eingesetzt und stimmt es, dass das Bild des Täters im Auge des Mordopfers zu sehen ist? Ein Podcast über die ersten Kriminalisten der Geschichte, die Bedeutung der Wissenschaft bei der Verbrechensaufklärung und die Frage, was in der frühen Neuzeit eigentlich mit denen passierte, die trotz Folter kein Geständnis ablegten. Gesprächspartner*innen: Carsten Proff Peter Becker Bernd Stiegler Stephan Dusil Angelos Chaniotis Quellen: Becker, Peter (2005): Dem Täter auf der Spur. Eine Geschichte der Kriminalistik. Chaniotis, Angelos (2005): Von Ehre, Schande und kleinen Verbrechen unter Nachbarn: Konfliktbewältigung und Götterjustiz in Gemeinden des antiken Anatolien, in: Frank R. Pfetsch; Angelos Chaniotis: Konflikt 48, S. 233–254. Dusil, Stephan (2023): Researching Medieval Canon Law around 1900: The Life and Work of Viktor Wolf Edler von Glanvell (1871–1905) Galton, Francis (1908): Memories of my life. Galton, Francis (1892): Finger Prints. Rösinger, Amelie; Signori, Gabriela (2014): Augen-Zeugen. Die Optographie in der Kriminalistik des 19. und frühen 20. Jahrhunderts, in: Amelie Rösinger und Gabriela Signori (Hg.): Die Figur des Augenzeugen. Geschichte und Wahrheit im fächer- und epochenübergreifenden Vergleich, S. 135-158. Siemens Daniel: (2013): Vermessen(d)e Verbrecherjagd: Zur Geschichte der biometrischen Identifizierungstechniken in der Kriminalistik seit dem 19. Jahrhundert. In: Bernd J. Hartmann, Daniel Siemens, Gottfried Vosgerau et al.: Biometrie – Sicherheit für den gläsernen Menschen?, S. 43-78. Siemens, Daniel (2008): Forschung am lebenden Objekt: Kriminologie und Expertenwissen in Chicago zwischen 1900 und 1930. In: Silvia Kesper-Biermann; Alexander Kästner: Experten und Expertenwissen in der Strafjustiz von der Frühen Neuzeit bis zur Moderne, S. 43-56. Dahm, Ralf (2019): „Der vergessene Entdecker der DNA.“ In: Spektrum der Wissenschaft 1/19, 10-17. Stiegler, Bernd (2012): Das Auge als photographischer Zeuge. Optographie und Kriminologie, in: Randgänge der Photographie, S.195-213. Stiegler, Bernd (2011): Belichtete Augen. Optogramme oder das Versprechen der Retina. Internetquellen: https://www.stadtgeschichte-ffm.de/de/stadtgeschichte/stadtchronik/1904 https://anno.onb.ac.at/cgi-content/anno?aid=nwj&datum=19040316&seite=4&zoom=33&query=%22Hermann%22%2B%22Lichtenstein%22&ref=anno-search https://galton.org/fingerprints/faulds.htm https://www.gutenberg.org/cache/epub/34859/pg34859-images.html https://swplive.blob.core.windows.net/wordpress-uploads/17-HN-History-of-Fingerprinting.pdf https://www.welt.de/geschichte/article117936074/Als-Fingerabdruecke-erstmals-einen-Taeter-ueberfuehrten.html#:~:text=Ein%20Kapitalverbrechen%20in%20der%20argentinischen,Aires%20ein%20grauenhafter%20Doppelmord%20entdeckt. https://anno.onb.ac.at/cgi-content/anno?apm=0&aid=pab&datum=19080603&seite=4&query=%22Ein+grauensiafter+Mord%22 https://unipub.uni-graz.at/obvugrhs/download/pdf/3412975 https://www.gottwein.de/Grie/rhet/lys01.php https://www.zeit.de/zeit-geschichte/2011/04/Aufklaerung-Preussen/seite-3 https://gallica.bnf.fr/ark:/12148/bpt6k510007.notice https://digitalisate.sub.uni-hamburg.de/recherche/detail?tx_dlf%5Bdouble%5D=0&tx_dlf%5Bid%5D=42697&tx_dlf%5Bpage%5D=367&tx_dlf_navigation%5Baction%5D=main&tx_dlf_navigation%5Bcontroller%5D=Navigation&cHash=5b63ffef4d2

Onderwerp: Social DarwinBeste lezer,De filosoof Spencer legde mede door zijn slagzin “survival of the fittest”de basis voor sociaal darwinistische gedachten. Hij trok de evolutiegedachtes van Darwin zonder omwegen door naar de menselijke maatschappij. Weliswaar nam Darwin die slagzin later over, maar de kern van zijn evolutiegedachten was en bleef de natuurlijke selectie van variaties in de erfelijkheid. Die leidt tot de ontwikkeling van de soorten op aarde. Darwin realiseerde zich dat ook in de ontwikkeling van de mens specifieke eigenschappen als intelligentie een rol speelden. Maar hij was veel terughoudender om daarmee sociale structuren te willen verklaren. Toch gingen nog tijdens zijn leven velen aan de haal met ideeën over biologische evolutie bij de ontwikkeling van wat zij noemden sociale theorieën en programma's. Galton kwam met sterilisatieplannen in wat hij noemde eugenetica. Vacher de Lapouge stelde doem­scenario's op over raciale degeneratie. De bankier Bagehot kwam met een biologische theorie van de staat. En er was het extreem liberale vooruitgangsevolutionisme van Spencer en Schäffle.In zijn proefschrift concludeerde de Nederlandse historicus Cor Hermans in 2003 dat sociaal-darwinisme nooit een homogene ideologie was. Volgens hem waren wel “de redeneerpatronenwaren vaak opgebouwd rond de centrale notie dat de moderne maatschappij niet ongestraft de natuurlijke selectiemechanismen mag verstoren”. Sommigen gingen daarin heel ver in, voor hen dicteerde en rechtvaardigde de biologie extreme opvattingen over de strijd om het bestaan of zelfs het recht van de sterkste. Volgens die ideologische lijn kan men biologische selectie zowel sociaal als economisch en moreel toepassen op de menselijke ontwikkeling. En tot heil van de mensheid moet men slechte erfelijke eigenschappen uitroeien. Het leidde tot eugenetica programma van de Nazi's. Maar ook tot racistische sterilisatieprogramma's in Amerika, Canada en Australie, tot ver in de 20e eeuw, met als criteria een geestelijke achterstand, een alcoholprobleem, chronische armoede of alleen al een etnische achtergrond. En ook in deze eeuw kwam tijdens de corona-epidemie onverhuld sociaaldarwinistisch gedachtengoed weer naar boven met de subtiel gekozen bewoording van “dor hout”. “Zo werkt de natuur. We gaan door met de jonge twijgjes”, aldus de Telegraaf columniste Marianne Zwagerman. De biologisch evolutionaire basis van het menselijk bestaan is algemeen aanvaard. Daaraan twijfelt men alleen nog in enkele fanatiek religieuse kringen. De specifieke ontwikkeling van de menselijke soort roept intussen nog vele vragen op. Over de verspreiding na een Afrikaanse oorsprong van Homo sapiens, de rol van landbouw, van taal, van migratiestromen. Er zijn, zoals bij elke soort op aarde, veel eigenschappen ontstaan onder heel specifieke omstandigheden, die later er al dan niet niet meer toe deden. Het toeval speelt in evolutie een grote rol, een richting is niet aan te geven. Er zijn wel wat factoren die vaker optreden. Bijvoorbeeld kan een grote mate van specialisatie gevaarlijk zijn. Generalisten lijken op de lange duur de betere kaarten te hebben. Maar wat evolutionair goed was, zegt weinig over wat straks goed zal zijn. Dat geldt ook voor eigenschappen in sociale systemen, zoals bestudeerd in de sociobiologie. Het is des te verbazingwekkender dat steeds weer geciteerd wordt uit de biologie om menselijk handelen te rechtvaardigen. Dat geldt voor progressief, op emancipatie gerichte gedachten. Maar net zo goed, of zelfs nog meer voor het huidige onverhuld, geldgedreven liberaal kapitalisme of de machtsbeluste politiek rechtse kringen. De ecologische puinhoop die we met elkaar gemaakt hebben vraagt om gemeenschappelijke inspanningen, en een morele verantwoording van regeringen en burgers. Maar wie zich overigens voor zijn eigen gedrag wil beroepen op natuurwetten begeeft zich op glad ijs. Ons morele kompas moet het doen zonder een biologisch excuus, daar helpt geen sociaal darwinisme aan.Vond je dit leuk? Deel deze nieuwsbrief met vrienden, familie, of wie dan ook van een goed natuurverhaal houdt.Tot de volgende nieuwsbrief!Hartelijke groet,Menno & Erwin

Welcome to this week's episode, which is all about celebrating the shift from creating in isolation to launching your work into the world. I'm joined by Beth Galton, an award winning photo-based artist. Beth shares about her experimental creative process and what it was like to be an artist living in New York City during the pandemic. She also shares the fear and doubt that can come with sharing a new project publicly. Plus, using your voice when you were told to be “seen and not heard.”Listen to the episode on Apple Podcasts, Spotify, or your favorite podcast platform while you cook, clean, or create. Get the full show notes & transcript here.What's in This Episode:Beth tells us about how she became a photographer after quitting her secure job as an administrative assistant. After just one day in a photography studio, she knew she found what she wanted to do. That certainty led her to assisting established photographers while she honed her craft before later launching her own commercial photography career. Beth opens up about what it was like to use photography to process the isolation and anxiety of the C*VID pandemic and how she prepared for the shutdown as an artist. Beth shares her struggles with self-doubt and fears of putting her personal work out there, and how she is working to overcome those challenges through promoting the Kickstarter campaign for her new photo book project. Topics Covered:-Approaching the world in your own creative way, even if you're not a traditional artist -The power of being in community with others-The power of finding a creative medium as a form of self-expression and using it as a path to finding your unique voice -The isolation of the pandemic and what it was like to be in NYC during lockdown  -Connecting to nature through photography and using found materials as inspiration-Struggling with self-doubt and a fear of putting personal work out into the worldxo Chef CarlaPS: Dreaming of starting your own Substack? Join us on November 21st for Getting Started & Build Your Community On Substack 101!Join My Community:WebsitePinterestInstagramSubstackDisclaimer: Always seek the counsel of a qualified medical practitioner or other healthcare provider for an individual consultation before making any significant changes to your health, lifestyle, or to answer questions about specific medical conditions. This podcast is for entertainment and information purposes only. Get full access to Nourishing Creativity at chefcarla.substack.com/subscribe

In this episode, Tim, James, Jon and Martin celebrate the 70th anniversary of Hancock's Half Hour with a look at the first series episode The New Car. The team consider how lucky we are that many of the first series survive because they were made available to overseas radio stations and how good a foil for Hancock Moira Lister was. The Gang of Four discuss how the episode provides a fascinating insight into 1950s life and how it showcases the brilliant writing of Galton & Simpson so early in the first series. Don't forget to rate and subscribe to the podcast.  And if you haven't done so already, why not join the Tony Hancock Appreciation Society – full details of how to join are at www.tonyhancock.org.uk  We have events planned – Steve Punt (subject to commitments) will be one of the guests at our event at Hancock's local The Red Barn in the Spring and we are planning an event in Solihull in September 2025.   In addition, screenings of Hancock's TV episodes on the big screen continue at the Riverside Studios in Hammersmith; we'd love to welcome you as a member and see you at our events. We'll be back with a look at the radio episode The Expresso Bar soon.  We hope that you will be able to join us then.

During the Pandemic, commercial and fine art photographer Beth Galton created an art piece that eventually turned into an art book she titled, Covid Diary. Now she has started a Kickstarter to help her fully realize the scope of this passion project.  On this episode, we're talking about the Covid Diary, which is on its final fundraising stretch. We discuss the origin of the project, its evolution, and how this experience has helped Beth grow. Click here to learn more about the kickstarter! About Beth: A born and bred New Yorker, Beth is continually inspired by the sights, sounds, and tastes of the city she calls home. The path to a prolific career as an award-winning New York City photographer began in a childhood animated with Marvel Comics, choral music, a natural science education, flute lessons, and the chaotic and composed meals she had at home and abroad. Photography became her method to synthesize life. Drawn to the organic classicism of Edward Weston, Ansel Adams and Edward Steichen, Beth's work is informed by her sensitivity to how light falls and shapes the subject. Her work is exceptional in its ability to invest her images with emotion. Whether making a photo look so compelling you want to pick it up off the page, or conceptually exploring an idea, she applies her deep knowledge and love of craft to each photograph she creates. Beth's personal warmth and generosity infuse her working and shooting environment. She enjoys creative and collaborative relationships with stylists and Art Directors many of whom she works with again and again. Her images and short films tell stories – the story of memories, of what and how we eat together, a love of nature, and the pleasure of shared experiences. Visit Beth's website.  

I discuss how the role of voting is intended to garner the consent of the governed, not to accomplish the will of the governed. The system will carry on as it is until voters disenfranchise themselves from the ballot box and move into the streets. A huge thanks to Seth White for the awesome music!Thanks to Palmtoptiger17 for the beautiful logo: https://www.instagram.com/palmtoptiger17/Facebook Page: https://www.facebook.com/thewayfourth/?modal=admin_todo_tourYouTube: https://www.youtube.com/channel/UCTd3KlRte86eG9U40ncZ4XA?view_as=subscriberInstagram: https://www.instagram.com/theway4th/ Kingdom Outpost: https://kingdomoutpost.org/My Reading List Goodreads: https://www.goodreads.com/author/show/21940220.J_G_ElliotLe Bon, Condorcet, and Galton Episode: https://share.transistor.fm/s/39cf19bb Thanks to our monthly supporters Laverne Miller Jesse Killion ★ Support this podcast on Patreon ★

Professor Philip Schofield hosts Social Scientist Dr Jonathan Galton, to explore his research into the perceived political tension on the progressive left between queerness and Islam. Discussing the historical and cultural context surrounding queerness and Islam, they find surprising affinities between Bentham's writing on freedom of religion and sexual liberty, and the contemporary theological work reinterpreting Quranic verses on homosexuality today. Host: Professor Philip Schofield (Director of the Bentham Project, UCL) Guest: Dr Jonathan Galton (IOE - Social Research Institute, UCL) Commissioners: Professor David Docherty OBE & Dr Paul Ayris (Pro-Vice-Provost LCCOS: Library, Culture, Collections and Open Science, UCL) Director: Justin Hardy (IOE - Culture, Communication & Media, UCL) Producer: Stevie Doran Date: 21 October 2024 Duration: 26:35

IQ is, to say the least, a fraught concept. Psychologists have studied IQ—or g for “general cognitive ability”—maybe more than any other psychological construct. And they've learned some interesting things about it. That it's remarkably stable over the lifespan. That it really is general: people who ace one test of intellectual ability tend to ace others. And that IQs have risen markedly over the last century. At the same time, IQ seems to be met with increasing squeamishness, if not outright disdain, in many circles. It's often seen as crude, misguided, reductive—maybe a whole lot worse. There's no question, after all, that IQ has been misused—that it still gets misused—for all kinds of racist, classist, colonialist purposes. As if this wasn't all thorny enough, the study of IQ is also intimately bound up with the study of genetics. It's right there in the roiling center of debates about how genes and environment make us who we are. So, yeah, what to make of all this? How should we be thinking about IQ? My guest today is Dr. Eric Turkheimer. Eric is Professor of Psychology at the University of Virginia. He has studied intelligence and many other complex human traits for decades, and he's a major figure in the field of “behavior genetics.” Eric also has a new book out this fall—which I highly recommend—titled Understanding the Nature-Nurture Debate. In a field that has sometimes been accused of rampant optimism, Eric is—as you'll hear—a bit more measured. In this conversation, Eric and I focus on intelligence and its putatively genetic basis. We talk about why Eric doubts that we are anywhere close to an account of the biology of IQ. We discuss what makes intelligence such a formidable construct in psychology and why essentialist understandings of it are so intuitive. We talk about Francis Galton and the long shadow he's cast on the study of human behavior. We discuss the classic era of Twin Studies—an era in which researchers started to derive quantitative estimates of the heritability of complex traits. We talk about how the main takeaway from that era was that genes are quite important indeed, and about how more genetic techniques suggest that takeaway may have been a bit simplistic. Along the way, Eric and I touch on spelling ability, child prodigies, the chemical composition of money, the shared quirks of twins reared apart, the Flynn Effect, the Reverse Flynn Effect, birth order, the genetics of height, the problem of missing heritability, whether we should still be using IQ scores, and the role of behavior genetics in the broader social sciences.  Alright folks, lots in here—let's just get to it. On to my conversation with Dr. Eric Turkheimer. Enjoy!   A transcript of this episode will be available soon.   Notes and links 3:30 – The 1994 book The Bell Curve, by Richard Herrnstein a Charles Murray, dealt largely with the putative social implications of IQ research. It was extremely controversial and widely discussed. For an overview of the book and controversy, see the Wikipedia article here. 6:00 – For discussion of the “all parents are environmentalists…” quip, see here. 12:00 – The notion of “multiple intelligences” was popularized by the psychologist Howard Gardner—see here for an overview. See here for an attempt to test the claims of the “multiple intelligences” framework using some of the methods of traditional IQ research. For work on EQ (or Emotional Intelligence) see here. 19:00 – Dr. Turkheimer has also laid out his spelling test analogy in a Substack post. 22:30 – Dr. Turkheimer's 1998 paper, “Heritability and Biological Explanation.” 24:30 – For an in-passing treatment of the processing efficiency idea, see p. 195 of Daniel Nettle's book Personality. See also Richard Haier's book, The Neuroscience of Intelligence. 26:00 – The original study on the relationship between pupil size and intelligence. A more recent study that fails to replicate those findings. 31:00 – For an argument that child prodigies constitute an argument for “nature,” see here. For a memorable narrative account of one child prodigy, see here. 32:00 – A meta-analysis of the Flynn effect. We have previously discussed the Flynn Effect in an episode with Michael Muthukrishna. 37:00 – James Flynn's book, What is Intelligence? On the reversal of the Flynn Effect, see here. 40:00 – The phrase “nature-nurture” originally comes from Shakespeare and was picked up by Francis Galton. In The Tempest, Prospero describes Caliban as “a born devil on whose nature/ Nurture can never stick.” 41:00 – For a biography of Galton, see here. For an article-length account of Galton's role in the birth of eugenics, see here. 50:00 – For an account of R.A. Fisher's 1918 paper and its continuing influence, see here. 55:00 – See Dr. Turkheimer's paper on the “nonshared environment”—E in the ACE model. 57:00 – A study coming out of the Minnesota Study of Twins reared apart. A New York Times article recounting some of the interesting anecdata in the Minnesota Study. 1:00:00 – See Dr. Turkheimer's 2000 paper on the “three laws of behavior genetics.” Note that this is not, in fact, Dr. Turkheimer's most cited paper (though it is very well cited). 1:03:00 – For another view of the state of behavior genetics in the postgenomic era, see here. 1:11:00 – For Dr. Turkheimer's work on poverty, heritability, and IQ, see here. 1:13:00 – A recent large-scale analysis of birth order effects on personality. 1:16:00 – For Dr. Turkheimer's take on the missing heritability problem, see here and here.    1:19:00 – A recent study on the missing heritability problem in the case of height. 1:30:00 – On the dark side of IQ, see Chapter 9 of Dr. Turkheimer's book. See also Radiolab's series on g. 1:31:00 – See Dr. Turkheimer's Substack, The Gloomy Prospect.   Recommendations The Genetic Lottery, Kathryn Paige Harden Intelligence, Stuart Ritchie Intelligence and How to Get It, Richard Nisbett ‘Why our IQ levels are higher than our grandparents'' (Ted talk), James Flynn   Many Minds is a project of the Diverse Intelligences Summer Institute, which is made possible by a generous grant from the John Templeton Foundation to Indiana University. The show is hosted and produced by Kensy Cooperrider, with help from Assistant Producer Urte Laukaityte and with creative support from DISI Directors Erica Cartmill and Jacob Foster. Our artwork is by Ben Oldroyd. Our transcripts are created by Sarah Dopierala. Subscribe to Many Minds on Apple, Stitcher, Spotify, Pocket Casts, Google Play, or wherever you listen to podcasts. You can also now subscribe to the Many Minds newsletter here! We welcome your comments, questions, and suggestions. Feel free to email us at: manymindspodcast@gmail.com. For updates about the show, visit our website or follow us on Twitter (@ManyMindsPod) or Bluesky (@manymindspod.bsky.social).

Good evening and a huge welcome back to the show, I hope you've had a great day and you're ready to kick back and relax with another episode of Brett's old time radio show. Hello, I'm Brett your host for this evening and welcome to my home in beautiful Lyme Bay where it's lovely December night. I hope it's just as nice where you are. You'll find all of my links at www.linktr.ee/sundaynightmystery A huge thankyou for joining me once again for our regular late night visit to those dusty studio archives of Old Time radio shows right here at my home in the united kingdom. Don't forget I have an instagram page and youtube channel both called brett's old time radio show and I'd love it if you could follow me. Feel free to send me some feedback on this and the other shows if you get a moment, brett@tourdate.co.uk   #sleep #insomnia #relax #chill #night #nighttime #bed #bedtime #oldtimeradio #drama #comedy #radio #talkradio #hancock #tonyhancock #hancockshalfhour #sherlock #sherlockholmes #radiodrama #popular #viral #viralpodcast #podcast #podcasting #podcasts #podtok #podcastclip #podcastclips #podcasttrailer #podcastteaser #newpodcastepisode #newpodcast #videopodcast #upcomingpodcast #audiogram #audiograms #truecrimepodcast #historypodcast #truecrime #podcaster #viral #popular #viralpodcast #number1 #instagram #youtube #facebook #johnnydollar #crime #fiction #unwind #devon #texas #texasranger #beer #seaton #seaside  #smuggler #colyton #devon #seaton #beer #branscombe #lymebay #lymeregis #brett #brettorchard #orchard #greatdetectives #greatdetectivesofoldtimeradio #detectives #johnnydollar #thesaint #steptoe #texasrangers   
sleep insomnia relax chill night nightime bed bedtime oldtimeradio drama comedy radio talkradio hancock tonyhancock hancockshalfhour sherlock sherlockholmes radiodrama popular viral viralpodcast podcast brett brettorchard orchard east devon seaton beer lyme regis village condado de alhama spain murcia       Hancock's Half Hour was a BBC radio comedy, and later television comedy series, broadcast from 1954 to 1961 and written by Ray Galton and Alan Simpson. The series starred Tony Hancock, with Sidney James; the radio version also co-starred, at various times, Moira Lister, Andrée Melly, Hattie Jacques, Bill Kerr and Kenneth Williams.   The final television series, renamed simply Hancock, starred Hancock alone. Hancock played an exaggerated and much poorer version of his own character and lifestyle, Anthony Aloysius St John Hancock, a down-at-heel comedian living at the dilapidated 23 Railway Cuttings in East Cheam. The series was influential in the development of the situation comedy, with its move away from radio variety towards a focus on character development. The radio version was produced by Dennis Main Wilson for most of its run. After Main Wilson departed for his television career, his role was taken by Tom Ronald. The television series was produced by Duncan Wood. The distinctive tuba-based theme tune was composed by Angela Morley. Ten scripts (nine TV, one radio) were written but never recorded for a variety of reasons. The unused radio script for The Counterfeiter was finally recorded in 2019 with Kevin R. McNally as Tony Hancock.   Most of the radio episodes were recorded between one day and three weeks in advance of broadcast, except for Series 6 which was mostly recorded during a three-week period in June 1959 in order to avoid clashing with the recording of Series 5 of the television show. Galton and Simpson never gave titles to any of their Hancock scripts, for radio or television; this was usually left to the girl who filed the scripts at their office, who gave them names that were a reminder of what the script was about. So when Roger Wilmut came to write his book Tony Hancock – Artiste (first published 1978) he took the liberty of inventing titles where necessary and these titles, a combination of the file names and Wilmut's own, have become the accepted ones ever since, with the approval of Galton and Simpson and the BBC. The regular cast members generally played "themselves", in that the characters were called by the actor's real name (although the English actress Andrée Melly – sister of George – played a French character). However, there were exceptions: Kenneth Williams played a series of unnamed characters referred to in the scripts—but not on air—as "Snide". He also played the very occasional roles of Edwardian Fred (a criminal associate of Sid's) and Hancock's Vicar, as well as various other characters (e.g. a judge). In the episode "The Emigrant" he is allowed to break the fourth wall and refer to himself as "that bloke with the funny voice".
Hattie Jacques played Griselda Pugh, Hancock's secretary, with the exception of the episode "The East Cheam Drama Festival" where she played herself.
Alan Simpson played an unnamed man in early episodes who listened patiently to Hancock's long-winded stories. His lines would frequently be restricted to simply "Yes", "Really?", "Mm-hmm", or "I see".
These performers are present in the series as indicated below. Series 1 (1954–1955)
16 episodes, 2 November 1954 – 15 February 1955 
Regular cast: Tony Hancock, Bill Kerr, Moira Lister, Sid James, Kenneth Williams, Alan Simpson (uncredited). Three of this cast (Kerr, Lister and James) were born in South Africa.
Guest Stars: Gerald Campion (episode 1), Dora Bryan (episode 10), Paul Carpenter (episode 10), Brian Johnston (episode 12), Raymond Baxter (episode 12), Peter Sellers (episode 15).
The First Night Party
The Diamond Ring †
The Idol
The Boxing Champion
The Hancock Festival †
The New Car
The Department Store Santa †
Christmas at Aldershot †
The Christmas Eve Party †
Cinderella Hancock
A Trip To France
The Monte Carlo Rally
A House on the Cliff
The Sheikh
The Marriage Bureau
The End of the Series
Episodes 2, 5, 7, 8 and 9 no longer exist. On 30 September 2022 it was announced that Richard Harrison of the Radio Circle had found the original recording of The Marriage Bureau, and Keith Wickham, also of the Radio Circle, had restored the edition. The episode aired on BBC Radio 4 for the first time since 1955 on 18 October 2022. This episode was particularly significant given it featured the only Hancock guest appearance by Peter Sellers. In April 2014 the BBC started to re-record the lost episodes under the banner The Missing Hancocks, produced by Neil Pearson and Ed Morrish. The scripts for this five-episode run were selected by Galton and Simpson and recorded in their presence, with Kevin McNally taking the part of Tony Hancock. From the original first series they chose "The Hancock Festival", which aired in November 2014, the sixtieth anniversary of its first airing. The project would eventually re-record all the missing episodes. "The Marriage Bureau", which was still missing at the time, was re-recorded in September 2015 and broadcast on 7 December 2015. "The Department Store Santa" was re-recorded on 3 September 2017 and broadcast in December 2018, opening the fourth series of The Missing Hancocks. On 24 September 2017 "Christmas at Aldershot" was re-recorded for broadcast on Christmas Day 2019 along with "The Christmas Eve Party" which was broadcast on 21 December 2021. "The Diamond Ring" was re-recorded on 11 January 2019 and broadcast (in keeping with its Guy Fawkes theme) on 5 November 2019. One no longer extant episode (5) features the only Hancock guest appearance by Spike Milligan. Series 2 (1955)
12 episodes, 17 April – 2 July 1955
Regular cast: Harry Secombe (Episodes 1–4), Tony Hancock (Episodes 4–12), Bill Kerr, Sid James, Andrée Melly, Kenneth Williams, Alan Simpson (uncredited)
A Holiday in France †
The Crown Jewels †
The Racehorse †
A Visit To Swansea
The Holiday Camp
The Chef That Died of Shame
Prime Minister Hancock †
The Rail Strike
The Television Set
The Three Sons †
The Marrow Contest
The Matador †
Episodes 1, 2, 3, 7, 10 and 12 (half the series, including the first three of Harry Secombe's guest appearances) no longer exist. Shortly before the series was due to be recorded Hancock walked out on a theatre performance suffering from "nervous exhaustion" and flew to Rome. Harry Secombe was brought in at short notice to replace Hancock. Secombe starred in the first three episodes and made a guest appearance in the fourth, by which time Hancock had returned to complete the series as scheduled. The fourth episode, "A Visit To Swansea", featured Tony being forced to go and thank Harry who'd returned to Wales, and was littered with references to how good Secombe had been. Had Hancock not returned when he did, then Galton and Simpson planned to replace him permanently with Secombe and rename the series Secombe's Half Hour. In April 2014 the BBC re-recorded "The Matador", chosen by Galton and Simpson, for the first series of The Missing Hancocks. On 2 December 2016 the BBC re-recorded "A Holiday in France" followed by "The Race Horse" and "The Crown Jewels" with Andy Secombe as his late father Harry. On 13 January 2019 "Prime Minister Hancock" was re-recorded for broadcast on 18 December that year. Also re-recorded was "A Visit To Swansea" which was then missing, as none of the Secombe episodes had been kept: however, on 11 October 2023 radio enthusiast Richard Harrison announced he had found an off-air copy of "A Visit To Swansea", missing only the first two minutes prior to Hancock's entrance. Series 3 (1955–1956)
20 episodes, 19 October 1955 – 29 February 1956
Regular cast: Tony Hancock, Bill Kerr, Sid James, Andrée Melly, Kenneth Williams, Alan Simpson (uncredited).
Guest Stars: Graham Stark (episode 10), Dora Bryan (episode 11), John Arlott (episode 20), Godfrey Evans (episode 20), Colin Cowdrey (episode 20), Frank Tyson (episode 20).
The Pet Dog
The Jewel Robbery
The Bequest
The New Neighbour †
The Winter Holiday †
The Blackboard Jungle
The Red Planet †
The Diet
A Visit To Russia †
The Trial of Father Christmas †
Cinderella Hancock (a new production of the 10th of the 1st series) †
The New Year Resolutions †
Hancock's Hair
The Student Prince
The Breakfast Cereal †
How Hancock Won The War
The Newspaper †
The Greyhound Track
The Conjurer
The Test Match
Episodes 4, 5, 7, 9, 10, 11, 12, 15 and 17 no longer exist. Only a short extract from episode 12 survives; this plus episodes 8 and 16 only survive in poor sound quality. "The Blackboard Jungle" was recovered in 2002 from off-air home recordings made by listener Vic Rogers, along with the original version of "The New Secretary" from series 4. In April 2014 the BBC re-recorded "The New Neighbour", "The Breakfast Cereal" and "The Newspaper", selected by and recorded in the presence of Galton and Simpson, for the first series of The Missing Hancocks. The episodes were broadcast on Radio 4 in October and November 2014. On 21 July 2015 the BBC re-recorded "The Red Planet" and "How Hancock Won The War" for broadcast in November as part of the second series. "A Visit To Russia" and "The Trial of Father Christmas" were re-recorded in September 2015 for broadcast in December. On 3 September 2017 the BBC re-recorded "The Winter Holiday" for broadcast in the fourth series. Episode 11 of the third series was supposed to be a new episode called "The Counterfeiter", about Bill Kerr being forced to get a job, but the script went unused and a new version of "Cinderella Hancock" was recorded in its place. On 11 January 2019, the cast of The Missing Hancocks recorded the episode for the first time at the BBC Radio Theatre. It was broadcast on 1 January 2020. "The New Year Resolutions" was re-recorded on 13 January 2019 for broadcast on 31 December 2020. Series 4 (1956–1957)
20 episodes, 14 October 1956 – 24 February 1957
Regular cast: Tony Hancock, Sid James, Hattie Jacques (debut in Episode 5), Bill Kerr, Kenneth Williams.
Back From Holiday
The Bolshoi Ballet
Sid James's Dad
The Income Tax Demand
The New Secretary
Michelangelo 'Ancock
Anna and the King of Siam
Cyrano De Hancock
The Stolen Petrol
The Espresso Bar
Hancock's Happy Christmas
The Diary
The 13th of the Series
Almost A Gentleman
The Old School Reunion
The Wild Man of the Woods
Agricultural 'Ancock
Hancock in the Police
The Emigrant
The Last of the McHancocks - with James Robertson Justice
All episodes still exist, though episode 3 only survives in poor sound quality. Series 5 (1958)
20 episodes, 21 January – 3 June 1958
Regular cast: Tony Hancock, Sid James, Hattie Jacques, Bill Kerr, Kenneth Williams.
The New Radio Series - includes reference to series 3 of the TV series which had just finished.
The Scandal Magazine - with John Vere
The Male Suffragettes
The Insurance Policy
The Publicity Photograph
The Unexploded Bomb
Hancock's School
Around the World in Eighty Days
The Americans Hit Town
The Election Candidate
Hancock's Car
The East Cheam Drama Festival
The Foreign Legion
Sunday Afternoon at Home
The Grappling Game
The Junkman
Hancock's War
The Prize Money
The Threatening Letters
The Sleepless Night
All episodes still exist. Welcome to London was broadcast live on 3 August 1958 on the BBC Light Programme from the London Coliseum to commemorate the Cardiff British Empire and Commonwealth Games. It features a nine-minute sketch with Hancock, James and Kerr. A recording of the whole 90-minute programme was discovered in the collection of Bob Monkhouse after his death. The Hancock sketch has been broadcast on BBC Radio 4 Extra. Christmas Special
"Bill and Father Christmas" Cast: Tony Hancock, Sid James, Hattie Jacques, Bill Kerr, Warren Mitchell

 The Golden Age of Radio Also known as the old-time radio (OTR) era, was an era of radio in the United States where it was the dominant electronic home entertainment medium. It began with the birth of commercial radio broadcasting in the early 1920s and lasted through the 1950s, when television gradually superseded radio as the medium of choice for scripted programming, variety and dramatic shows. Radio was the first broadcast medium, and during this period people regularly tuned in to their favourite radio programs, and families gathered to listen to the home radio in the evening. According to a 1947 C. E. Hooper survey, 82 out of 100 Americans were found to be radio listeners. A variety of new entertainment formats and genres were created for the new medium, many of which later migrated to television: radio plays, mystery serials, soap operas, quiz shows, talent shows, daytime and evening variety hours, situation comedies, play-by-play sports, children's shows, cooking shows, and more. In the 1950s, television surpassed radio as the most popular broadcast medium, and commercial radio programming shifted to narrower formats of news, talk, sports and music. Religious broadcasters, listener-supported public radio and college stations provide their own distinctive formats. Origins A family listening to the first broadcasts around 1920 with a crystal radio. The crystal radio, a legacy from the pre-broadcast era, could not power a loudspeaker so the family must share earphones
During the first three decades of radio, from 1887 to about 1920, the technology of transmitting sound was undeveloped; the information-carrying ability of radio waves was the same as a telegraph; the radio signal could be either on or off. Radio communication was by wireless telegraphy; at the sending end, an operator tapped on a switch which caused the radio transmitter to produce a series of pulses of radio waves which spelled out text messages in Morse code. At the receiver these sounded like beeps, requiring an operator who knew Morse code to translate them back to text. This type of radio was used exclusively for person-to-person text communication for commercial, diplomatic and military purposes and hobbyists; broadcasting did not exist. The broadcasts of live drama, comedy, music and news that characterize the Golden Age of Radio had a precedent in the Théâtrophone, commercially introduced in Paris in 1890 and available as late as 1932. It allowed subscribers to eavesdrop on live stage performances and hear news reports by means of a network of telephone lines. The development of radio eliminated the wires and subscription charges from this concept. Between 1900 and 1920 the first technology for transmitting sound by radio was developed, AM (amplitude modulation), and AM broadcasting sprang up around 1920. On Christmas Eve 1906, Reginald Fessenden is said to have broadcast the first radio program, consisting of some violin playing and passages from the Bible. While Fessenden's role as an inventor and early radio experimenter is not in dispute, several contemporary radio researchers have questioned whether the Christmas Eve broadcast took place, or whether the date was, in fact, several weeks earlier. The first apparent published reference to the event was made in 1928 by H. P. Davis, Vice President of Westinghouse, in a lecture given at Harvard University. In 1932 Fessenden cited the Christmas Eve 1906 broadcast event in a letter he wrote to Vice President S. M. Kinter of Westinghouse. Fessenden's wife Helen recounts the broadcast in her book Fessenden: Builder of Tomorrows (1940), eight years after Fessenden's death. The issue of whether the 1906 Fessenden broadcast actually happened is discussed in Donna Halper's article "In Search of the Truth About Fessenden"[2] and also in James O'Neal's essays.[3][4] An annotated argument supporting Fessenden as the world's first radio broadcaster was offered in 2006 by Dr. John S. Belrose, Radioscientist Emeritus at the Communications Research Centre Canada, in his essay "Fessenden's 1906 Christmas Eve broadcast." It was not until after the Titanic catastrophe in 1912 that radio for mass communication came into vogue, inspired first by the work of amateur ("ham") radio operators. Radio was especially important during World War I as it was vital for air and naval operations. World War I brought about major developments in radio, superseding the Morse code of the wireless telegraph with the vocal communication of the wireless telephone, through advancements in vacuum tube technology and the introduction of the transceiver. After the war, numerous radio stations were born in the United States and set the standard for later radio programs. The first radio news program was broadcast on August 31, 1920, on the station 8MK in Detroit; owned by The Detroit News, the station covered local election results. This was followed in 1920 with the first commercial radio station in the United States, KDKA, being established in Pittsburgh. The first regular entertainment programs were broadcast in 1922, and on March 10, Variety carried the front-page headline: "Radio Sweeping Country: 1,000,000 Sets in Use." A highlight of this time was the first Rose Bowl being broadcast on January 1, 1923, on the Los Angeles station KHJ. Growth of radio
Broadcast radio in the United States underwent a period of rapid change through the decade of the 1920s. Technology advances, better regulation, rapid consumer adoption, and the creation of broadcast networks transformed radio from a consumer curiosity into the mass media powerhouse that defined the Golden Age of Radio. Consumer adoption
Through the decade of the 1920s, the purchase of radios by United States homes continued, and accelerated. The Radio Corporation of America (RCA) released figures in 1925 stating that 19% of United States homes owned a radio. The triode and regenerative circuit made amplified, vacuum tube radios widely available to consumers by the second half of the 1920s. The advantage was obvious: several people at once in a home could now easily listen to their radio at the same time. In 1930, 40% of the nation's households owned a radio,[8] a figure that was much higher in suburban and large metropolitan areas. The superheterodyne receiver and other inventions refined radios even further in the next decade; even as the Great Depression ravaged the country in the 1930s, radio would stay at the centre of American life. 83% of American homes would own a radio by 1940. Government regulation
Although radio was well established with United States consumers by the mid-1920s, regulation of the broadcast medium presented its own challenges. Until 1926, broadcast radio power and frequency use was regulated by the U.S. Department of Commerce, until a legal challenge rendered the agency powerless to do so. Congress responded by enacting the Radio Act of 1927, which included the formation of the Federal Radio Commission (FRC). One of the FRC's most important early actions was the adoption of General Order 40, which divided stations on the AM band into three power level categories, which became known as Local, Regional, and Clear Channel, and reorganized station assignments. Based on this plan, effective 3:00 a.m. Eastern time on November 11, 1928, most of the country's stations were assigned to new transmitting frequencies. Broadcast networks
The final element needed to make the Golden Age of Radio possible focused on the question of distribution: the ability for multiple radio stations to simultaneously broadcast the same content, and this would be solved with the concept of a radio network. The earliest radio programs of the 1920s were largely unsponsored; radio stations were a service designed to sell radio receivers. In early 1922, American Telephone & Telegraph Company (AT&T) announced the beginning of advertisement-supported broadcasting on its owned stations, and plans for the development of the first radio network using its telephone lines to transmit the content. In July 1926, AT&T abruptly decided to exit the broadcasting field, and signed an agreement to sell its entire network operations to a group headed by RCA, which used the assets to form the National Broadcasting Company. Four radio networks had formed by 1934. These were: National Broadcasting Company Red Network (NBC Red), launched November 15, 1926. Originally founded as the National Broadcasting Company in late 1926, the company was almost immediately forced to split under antitrust laws to form NBC Red and NBC Blue. When, in 1942, NBC Blue was sold and renamed the Blue Network, this network would go back to calling itself simply the National Broadcasting Company Radio Network (NBC).
National Broadcasting Company Blue Network (NBC Blue); launched January 10, 1927, split from NBC Red. NBC Blue was sold in 1942 and became the Blue Network, and it in turn transferred its assets to a new company, the American Broadcasting Company on June 15, 1945. That network identified itself as the American Broadcasting Company Radio Network (ABC).
Columbia Broadcasting System (CBS), launched September 18, 1927. After an initially struggling attempt to compete with the NBC networks, CBS gained new momentum when William S. Paley was installed as company president.
Mutual Broadcasting System (Mutual), launched September 29, 1934. Mutual was initially run as a cooperative in which the flagship stations owned the network, not the other way around as was the case with the other three radio networks. 
Programming
In the period before and after the advent of the broadcast network, new forms of entertainment needed to be created to fill the time of a station's broadcast day. Many of the formats born in this era continued into the television and digital eras. In the beginning of the Golden Age, network programs were almost exclusively broadcast live, as the national networks prohibited the airing of recorded programs until the late 1940s because of the inferior sound quality of phonograph discs, the only practical recording medium at that time. As a result, network prime-time shows would be performed twice, once for each coast. 
Rehearsal for the World War II radio show You Can't Do Business with Hitler with John Flynn and Virginia Moore. This series of programs, broadcast at least once weekly by more than 790 radio stations in the United States, was written and produced by the radio section of the Office of War Information (OWI).
Live events
Coverage of live events included musical concerts and play-by-play sports broadcasts. News
The capability of the new medium to get information to people created the format of modern radio news: headlines, remote reporting, sidewalk interviews (such as Vox Pop), panel discussions, weather reports, and farm reports. The entry of radio into the realm of news triggered a feud between the radio and newspaper industries in the mid-1930s, eventually culminating in newspapers trumping up exaggerated [citation needed] reports of a mass hysteria from the (entirely fictional) radio presentation of The War of the Worlds, which had been presented as a faux newscast. Musical features
The sponsored musical feature soon became one of the most popular program formats. Most early radio sponsorship came in the form of selling the naming rights to the program, as evidenced by such programs as The A&P Gypsies, Champion Spark Plug Hour, The Clicquot Club Eskimos, and King Biscuit Time; commercials, as they are known in the modern era, were still relatively uncommon and considered intrusive. During the 1930s and 1940s, the leading orchestras were heard often through big band remotes, and NBC's Monitor continued such remotes well into the 1950s by broadcasting live music from New York City jazz clubs to rural America. Singers such as Harriet Lee and Wendell Hall became popular fixtures on network radio beginning in the late 1920s and early 1930s. Local stations often had staff organists such as Jesse Crawford playing popular tunes. Classical music programs on the air included The Voice of Firestone and The Bell Telephone Hour. Texaco sponsored the Metropolitan Opera radio broadcasts; the broadcasts, now sponsored by the Toll Brothers, continue to this day around the world, and are one of the few examples of live classical music still broadcast on radio. One of the most notable of all classical music radio programs of the Golden Age of Radio featured the celebrated Italian conductor Arturo Toscanini conducting the NBC Symphony Orchestra, which had been created especially for him. At that time, nearly all classical musicians and critics considered Toscanini the greatest living maestro. Popular songwriters such as George Gershwin were also featured on radio. (Gershwin, in addition to frequent appearances as a guest, had his own program in 1934.) The New York Philharmonic also had weekly concerts on radio. There was no dedicated classical music radio station like NPR at that time, so classical music programs had to share the network they were broadcast on with more popular ones, much as in the days of television before the creation of NET and PBS. Country music also enjoyed popularity. National Barn Dance, begun on Chicago's WLS in 1924, was picked up by NBC Radio in 1933. In 1925, WSM Barn Dance went on the air from Nashville. It was renamed the Grand Ole Opry in 1927 and NBC carried portions from 1944 to 1956. NBC also aired The Red Foley Show from 1951 to 1961, and ABC Radio carried Ozark Jubilee from 1953 to 1961. Comedy
Radio attracted top comedy talents from vaudeville and Hollywood for many years: Bing Crosby, Abbott and Costello, Fred Allen, Jack Benny, Victor Borge, Fanny Brice, Billie Burke, Bob Burns, Judy Canova, Eddie Cantor, Jimmy Durante, Burns and Allen, Phil Harris, Edgar Bergen, Bob Hope, Groucho Marx, Jean Shepherd, Red Skelton and Ed Wynn. Situational comedies also gained popularity, such as Amos 'n' Andy, Easy Aces, Ethel and Albert, Fibber McGee and Molly, The Goldbergs, The Great Gildersleeve, The Halls of Ivy (which featured screen star Ronald Colman and his wife Benita Hume), Meet Corliss Archer, Meet Millie, and Our Miss Brooks. Radio comedy ran the gamut from the small town humor of Lum and Abner, Herb Shriner and Minnie Pearl to the dialect characterizations of Mel Blanc and the caustic sarcasm of Henry Morgan. Gags galore were delivered weekly on Stop Me If You've Heard This One and Can You Top This?,[18] panel programs devoted to the art of telling jokes. Quiz shows were lampooned on It Pays to Be Ignorant, and other memorable parodies were presented by such satirists as Spike Jones, Stoopnagle and Budd, Stan Freberg and Bob and Ray. British comedy reached American shores in a major assault when NBC carried The Goon Show in the mid-1950s. 
Some shows originated as stage productions: Clifford Goldsmith's play What a Life was reworked into NBC's popular, long-running The Aldrich Family (1939–1953) with the familiar catchphrases "Henry! Henry Aldrich!," followed by Henry's answer, "Coming, Mother!" Moss Hart and George S. Kaufman's Pulitzer Prize-winning Broadway hit, You Can't Take It with You (1936), became a weekly situation comedy heard on Mutual (1944) with Everett Sloane and later on NBC (1951) with Walter Brennan. Other shows were adapted from comic strips, such as Blondie, Dick Tracy, Gasoline Alley, The Gumps, Li'l Abner, Little Orphan Annie, Popeye the Sailor, Red Ryder, Reg'lar Fellers, Terry and the Pirates and Tillie the Toiler. Bob Montana's redheaded teen of comic strips and comic books was heard on radio's Archie Andrews from 1943 to 1953. The Timid Soul was a 1941–1942 comedy based on cartoonist H. T. Webster's famed Caspar Milquetoast character, and Robert L. Ripley's Believe It or Not! was adapted to several different radio formats during the 1930s and 1940s. Conversely, some radio shows gave rise to spinoff comic strips, such as My Friend Irma starring Marie Wilson. Soap operas
The first program generally considered to be a daytime serial drama by scholars of the genre is Painted Dreams, which premiered on WGN on October 20, 1930. The first networked daytime serial is Clara, Lu, 'n Em, which started in a daytime time slot on February 15, 1932. As daytime serials became popular in the early 1930s, they became known as soap operas because many were sponsored by soap products and detergents. On November 25, 1960, the last four daytime radio dramas—Young Dr. Malone, Right to Happiness, The Second Mrs. Burton and Ma Perkins, all broadcast on the CBS Radio Network—were brought to an end. Children's programming
The line-up of late afternoon adventure serials included Bobby Benson and the B-Bar-B Riders, The Cisco Kid, Jack Armstrong, the All-American Boy, Captain Midnight, and The Tom Mix Ralston Straight Shooters. Badges, rings, decoding devices and other radio premiums offered on these adventure shows were often allied with a sponsor's product, requiring the young listeners to mail in a boxtop from a breakfast cereal or other proof of purchase. Radio plays
Radio plays were presented on such programs as 26 by Corwin, NBC Short Story, Arch Oboler's Plays, Quiet, Please, and CBS Radio Workshop. Orson Welles's The Mercury Theatre on the Air and The Campbell Playhouse were considered by many critics to be the finest radio drama anthologies ever presented. They usually starred Welles in the leading role, along with celebrity guest stars such as Margaret Sullavan or Helen Hayes, in adaptations from literature, Broadway, and/or films. They included such titles as Liliom, Oliver Twist (a title now feared lost), A Tale of Two Cities, Lost Horizon, and The Murder of Roger Ackroyd. It was on Mercury Theatre that Welles presented his celebrated-but-infamous 1938 adaptation of H. G. Wells's The War of the Worlds, formatted to sound like a breaking news program. Theatre Guild on the Air presented adaptations of classical and Broadway plays. Their Shakespeare adaptations included a one-hour Macbeth starring Maurice Evans and Judith Anderson, and a 90-minute Hamlet, starring John Gielgud.[22] Recordings of many of these programs survive. During the 1940s, Basil Rathbone and Nigel Bruce, famous for playing Sherlock Holmes and Dr. Watson in films, repeated their characterizations on radio on The New Adventures of Sherlock Holmes, which featured both original stories and episodes directly adapted from Arthur Conan Doyle's stories. None of the episodes in which Rathbone and Bruce starred on the radio program were filmed with the two actors as Holmes and Watson, so radio became the only medium in which audiences were able to experience Rathbone and Bruce appearing in some of the more famous Holmes stories, such as "The Speckled Band". There were also many dramatizations of Sherlock Holmes stories on radio without Rathbone and Bruce. During the latter part of his career, celebrated actor John Barrymore starred in a radio program, Streamlined Shakespeare, which featured him in a series of one-hour adaptations of Shakespeare plays, many of which Barrymore never appeared in either on stage or in films, such as Twelfth Night (in which he played both Malvolio and Sir Toby Belch), and Macbeth. Lux Radio Theatre and The Screen Guild Theater presented adaptations of Hollywood movies, performed before a live audience, usually with cast members from the original films. Suspense, Escape, The Mysterious Traveler and Inner Sanctum Mystery were popular thriller anthology series. Leading writers who created original material for radio included Norman Corwin, Carlton E. Morse, David Goodis, Archibald MacLeish, Arthur Miller, Arch Oboler, Wyllis Cooper, Rod Serling, Jay Bennett, and Irwin Shaw. Game shows
Game shows saw their beginnings in radio. One of the first was Information Please in 1938, and one of the first major successes was Dr. I.Q. in 1939. Winner Take All, which premiered in 1946, was the first to use lockout devices and feature returning champions. A relative of the game show, which would be called the giveaway show in contemporary media, typically involved giving sponsored products to studio audience members, people randomly called by telephone, or both. An early example of this show was the 1939 show Pot o' Gold, but the breakout hit of this type was ABC's Stop the Music in 1948. Winning a prize generally required knowledge of what was being aired on the show at that moment, which led to criticism of the giveaway show as a form of "buying an audience". Giveaway shows were extremely popular through 1948 and 1949. They were often panned as low-brow, and an unsuccessful attempt was even made by the FCC to ban them (as an illegal lottery) in August 1949.[23] Broadcast production methods
The RCA Type 44-BX microphone had two live faces and two dead ones. Thus actors could face each other and react. An actor could give the effect of leaving the room by simply moving their head toward the dead face of the microphone. The scripts were paper-clipped together. It has been disputed whether or not actors and actresses would drop finished pages to the carpeted floor after use. 
Radio stations
Despite a general ban on use of recordings on broadcasts by radio networks through the late 1940s, "reference recordings" on phonograph disc were made of many programs as they were being broadcast, for review by the sponsor and for the network's own archival purposes. With the development of high-fidelity magnetic wire and tape recording in the years following World War II, the networks became more open to airing recorded programs and the prerecording of shows became more common. Local stations, however, had always been free to use recordings and sometimes made substantial use of pre-recorded syndicated programs distributed on pressed (as opposed to individually recorded) transcription discs. Recording was done using a cutting lathe and acetate discs. Programs were normally recorded at 331⁄3 rpm on 16 inch discs, the standard format used for such "electrical transcriptions" from the early 1930s through the 1950s. Sometimes, the groove was cut starting at the inside of the disc and running to the outside. This was useful when the program to be recorded was longer than 15 minutes so required more than one disc side. By recording the first side outside in, the second inside out, and so on, the sound quality at the disc change-over points would match and result in a more seamless playback. An inside start also had the advantage that the thread of material cut from the disc's surface, which had to be kept out of the path of the cutting stylus, was naturally thrown toward the centre of the disc so was automatically out of the way. When cutting an outside start disc, a brush could be used to keep it out of the way by sweeping it toward the middle of the disc. Well-equipped recording lathes used the vacuum from a water aspirator to pick it up as it was cut and deposit it in a water-filled bottle. In addition to convenience, this served a safety purpose, as the cellulose nitrate thread was highly flammable and a loose accumulation of it combusted violently if ignited. Most recordings of radio broadcasts were made at a radio network's studios, or at the facilities of a network-owned or affiliated station, which might have four or more lathes. A small local station often had none. Two lathes were required to capture a program longer than 15 minutes without losing parts of it while discs were flipped over or changed, along with a trained technician to operate them and monitor the recording while it was being made. However, some surviving recordings were produced by local stations. When a substantial number of copies of an electrical transcription were required, as for the distribution of a syndicated program, they were produced by the same process used to make ordinary records. A master recording was cut, then electroplated to produce a stamper from which pressings in vinyl (or, in the case of transcription discs pressed before about 1935, shellac) were moulded in a record press. Armed Forces Radio Service 
Frank Sinatra and Alida Valli converse over Armed Forces Radio Service during World War II
The Armed Forces Radio Service (AFRS) had its origins in the U.S. War Department's quest to improve troop morale. This quest began with short-wave broadcasts of educational and information programs to troops in 1940. In 1941, the War Department began issuing "Buddy Kits" (B-Kits) to departing troops, which consisted of radios, 78 rpm records and electrical transcription discs of radio shows. However, with the entrance of the United States into World War II, the War Department decided that it needed to improve the quality and quantity of its offerings. This began with the broadcasting of its own original variety programs. Command Performance was the first of these, produced for the first time on March 1, 1942. On May 26, 1942, the Armed Forces Radio Service was formally established. Originally, its programming comprised network radio shows with the commercials removed. However, it soon began producing original programming, such as Mail Call, G.I. Journal, Jubilee and GI Jive. At its peak in 1945, the Service produced around 20 hours of original programming each week. From 1943 until 1949 the AFRS also broadcast programs developed through the collaborative efforts of the Office of the Coordinator of Inter-American Affairs and the Columbia Broadcasting System in support of America's cultural diplomacy initiatives and President Franklin Roosevelt's Good Neighbour policy. Included among the popular shows was Viva America which showcased leading musical artists from both North and South America for the entertainment of America's troops. Included among the regular performers were: Alfredo Antonini, Juan Arvizu, Nestor Mesta Chayres, Kate Smith,[26] and John Serry Sr. After the war, the AFRS continued providing programming to troops in Europe. During the 1950s and early 1960s it presented performances by the Army's only symphonic orchestra ensemble—the Seventh Army Symphony Orchestra. It also provided programming for future wars that the United States was involved in. It survives today as a component of the American Forces Network (AFN). All of the shows aired by the AFRS during the Golden Age were recorded as electrical transcription discs, vinyl copies of which were shipped to stations overseas to be broadcast to the troops. People in the United States rarely ever heard programming from the AFRS,[31] though AFRS recordings of Golden Age network shows were occasionally broadcast on some domestic stations beginning in the 1950s. In some cases, the AFRS disc is the only surviving recording of a program. Home radio recordings in the United States
There was some home recording of radio broadcasts in the 1930s and 1940s. Examples from as early as 1930 have been documented. During these years, home recordings were made with disc recorders, most of which were only capable of storing about four minutes of a radio program on each side of a twelve-inch 78 rpm record. Most home recordings were made on even shorter-playing ten-inch or smaller discs. Some home disc recorders offered the option of the 331⁄3 rpm speed used for electrical transcriptions, allowing a recording more than twice as long to be made, although with reduced audio quality. Office dictation equipment was sometimes pressed into service for making recordings of radio broadcasts, but the audio quality of these devices was poor and the resulting recordings were in odd formats that had to be played back on similar equipment. Due to the expense of recorders and the limitations of the recording media, home recording of broadcasts was not common during this period and it was usually limited to brief excerpts. The lack of suitable home recording equipment was somewhat relieved in 1947 with the availability of magnetic wire recorders for domestic use. These were capable of recording an hour-long broadcast on a single small spool of wire, and if a high-quality radio's audio output was recorded directly, rather than by holding a microphone up to its speaker, the recorded sound quality was very good. However, because the wire cost money and, like magnetic tape, could be repeatedly re-used to make new recordings, only a few complete broadcasts appear to have survived on this medium. In fact, there was little home recording of complete radio programs until the early 1950s, when increasingly affordable reel-to-reel tape recorders for home use were introduced to the market. Recording media
Electrical transcription discs   The War of the Worlds radio broadcast by Orson Welles on electrical transcription disc
Before the early 1950s, when radio networks and local stations wanted to preserve a live broadcast, they did so by means of special phonograph records known as "electrical transcriptions" (ETs), made by cutting a sound-modulated groove into a blank disc. At first, in the early 1930s, the blanks varied in both size and composition, but most often they were simply bare aluminum and the groove was indented rather than cut. Typically, these very early recordings were not made by the network or radio station, but by a private recording service contracted by the broadcast sponsor or one of the performers. The bare aluminum discs were typically 10 or 12 inches in diameter and recorded at the then-standard speed of 78 rpm, which meant that several disc sides were required to accommodate even a 15-minute program. By about 1936, 16-inch aluminum-based discs coated with cellulose nitrate lacquer, commonly known as acetates and recorded at a speed of 331⁄3 rpm, had been adopted by the networks and individual radio stations as the standard medium for recording broadcasts. The making of such recordings, at least for some purposes, then became routine. Some discs were recorded using a "hill and dale" vertically modulated groove, rather than the "lateral" side-to-side modulation found on the records being made for home use at that time. The large slow-speed discs could easily contain fifteen minutes on each side, allowing an hour-long program to be recorded on only two discs. The lacquer was softer than shellac or vinyl and wore more rapidly, allowing only a few playbacks with the heavy pickups and steel needles then in use before deterioration became audible. During World War II, aluminum became a necessary material for the war effort and was in short supply. This caused an alternative to be sought for the base on which to coat the lacquer. Glass, despite its obvious disadvantage of fragility, had occasionally been used in earlier years because it could provide a perfectly smooth and even supporting surface for mastering and other critical applications. Glass base recording blanks came into general use for the duration of the war. Magnetic wire recording
In the late 1940s, wire recorders became a readily obtainable means of recording radio programs. On a per-minute basis, it was less expensive to record a broadcast on wire than on discs. The one-hour program that required the four sides of two 16-inch discs could be recorded intact on a single spool of wire less than three inches in diameter and about half an inch thick. The audio fidelity of a good wire recording was comparable to acetate discs and by comparison the wire was practically indestructible, but it was soon rendered obsolete by the more manageable and easily edited medium of magnetic tape. Reel-to-reel tape recording
Bing Crosby became the first major proponent of magnetic tape recording for radio, and he was the first to use it on network radio, after he did a demonstration program in 1947. Tape had several advantages over earlier recording methods. Running at a sufficiently high speed, it could achieve higher fidelity than both electrical transcription discs and magnetic wire. Discs could be edited only by copying parts of them to a new disc, and the copying entailed a loss of audio quality. Wire could be divided up and the ends spliced together by knotting, but wire was difficult to handle and the crude splices were too noticeable. Tape could be edited by cutting it with a blade and neatly joining ends together with adhesive tape. By early 1949, the transition from live performances preserved on discs to performances pre-recorded on magnetic tape for later broadcast was complete for network radio programs. However, for the physical distribution of pre-recorded programming to individual stations, 16-inch 331⁄3 rpm vinyl pressings, less expensive to produce in quantities of identical copies than tapes, continued to be standard throughout the 1950s. Availability of recordings
The great majority of pre-World War II live radio broadcasts are lost. Many were never recorded; few recordings antedate the early 1930s. Beginning then several of the longer-running radio dramas have their archives complete or nearly complete. The earlier the date, the less likely it is that a recording survives. However, a good number of syndicated programs from this period have survived because copies were distributed far and wide. Recordings of live network broadcasts from the World War II years were preserved in the form of pressed vinyl copies issued by the Armed Forces Radio Service (AFRS) and survive in relative abundance. Syndicated programs from World War II and later years have nearly all survived. The survival of network programming from this time frame is more inconsistent; the networks started prerecording their formerly live shows on magnetic tape for subsequent network broadcast, but did not physically distribute copies, and the expensive tapes, unlike electrical transcription ("ET") discs, could be "wiped" and re-used (especially since, in the age of emerging trends such as television and music radio, such recordings were believed to have virtually no rerun or resale value). Thus, while some prime time network radio series from this era exist in full or almost in full, especially the most famous and longest-lived of them, less prominent or shorter-lived series (such as serials) may have only a handful of extant episodes. Airchecks, off-the-air recordings of complete shows made by, or at the behest of, individuals for their own private use, sometimes help to fill in such gaps. The contents of privately made recordings of live broadcasts from the first half of the 1930s can be of particular interest, as little live material from that period survives. Unfortunately, the sound quality of very early private recordings is often very poor, although in some cases this is largely due to the use of an incorrect playback stylus, which can also badly damage some unusual types of discs. Most of the Golden Age programs in circulation among collectors—whether on analogue tape, CD, or in the form of MP3s—originated from analogue 16-inch transcription disc, although some are off-the-air AM recordings. But in many cases, the circulating recordings are corrupted (decreased in quality), because lossless digital recording for the home market did not come until the very end of the twentieth century. Collectors made and shared recordings on analogue magnetic tapes, the only practical, relatively inexpensive medium, first on reels, then cassettes. "Sharing" usually meant making a duplicate tape. They connected two recorders, playing on one and recording on the other. Analog recordings are never perfect, and copying an analogue recording multiplies the imperfections. With the oldest recordings this can even mean it went out the speaker of one machine and in via the microphone of the other. The muffled sound, dropouts, sudden changes in sound quality, unsteady pitch, and other defects heard all too often are almost always accumulated tape copy defects. In addition, magnetic recordings, unless preserved archivally, are gradually damaged by the Earth's magnetic field. The audio quality of the source discs, when they have survived unscathed and are accessed and dubbed anew, is usually found to be reasonably clear and undistorted, sometimes startlingly good, although like all phonograph records they are vulnerable to wear and the effects of scuffs, scratches, and ground-in dust. Many shows from the 1940s have survived only in edited AFRS versions, although some exist in both the original and AFRS forms. As of 2020, the Old Time Radio collection at the Internet Archive contains 5,121 recordings. An active group of collectors makes digitally available, via CD or download, large collections of programs. RadioEchoes.com offers 98,949 episodes in their collection, but not all is old-time radio. Copyright status
Unlike film, television, and print items from the era, the copyright status of most recordings from the Golden Age of Radio is unclear. This is because, prior to 1972, the United States delegated the copyrighting of sound recordings to the individual states, many of which offered more generous common law copyright protections than the federal government offered for other media (some offered perpetual copyright, which has since been abolished; under the Music Modernization Act of September 2018, any sound recording 95 years old or older will be thrust into the public domain regardless of state law). The only exceptions are AFRS original productions, which are considered work of the United States government and thus both ineligible for federal copyright and outside the jurisdiction of any state; these programs are firmly in the public domain (this does not apply to programs carried by AFRS but produced by commercial networks). In practice, most old-time radio recordings are treated as orphan works: although there may still be a valid copyright on the program, it is seldom enforced. The copyright on an individual sound recording is distinct from the federal copyright for the underlying material (such as a published script, music, or in the case of adaptations, the original film or television material), and in many cases it is impossible to determine where or when the original recording was made or if the recording was copyrighted in that state. The U.S. Copyright Office states "there are a variety of legal regimes governing protection of pre-1972 sound recordings in the various states, and the scope of protection and of exceptions and limitations to that protection is unclear."[39] For example, New York has issued contradicting rulings on whether or not common law exists in that state; the most recent ruling, 2016's Flo & Eddie, Inc. v. Sirius XM Radio, holds that there is no such copyright in New York in regard to public performance.[40] Further complicating matters is that certain examples in case law have implied that radio broadcasts (and faithful reproductions thereof), because they were distributed freely to the public over the air, may not be eligible for copyright in and of themselves. The Internet Archive and other organizations that distribute public domain and open-source audio recordings maintain extensive archives of old-time radio programs. Legacy
United States
Some old-time radio shows continued on the air, although in ever-dwindling numbers, throughout the 1950s, even after their television equivalents had conquered the general public. One factor which helped to kill off old-time radio entirely was the evolution of popular music (including the development of rock and roll), which led to the birth of the top 40 radio format. A top 40 show could be produced in a small studio in a local station with minimal staff. This displaced full-service network radio and hastened the end of the golden-age era of radio drama by 1962. (Radio as a broadcast medium would survive, thanks in part to the proliferation of the transistor radio, and permanent installation in vehicles, making the medium far more portable than television). Full-service stations that did not adopt either top 40 or the mellower beautiful music or MOR formats eventually developed all-news radio in the mid-1960s. Scripted radio comedy and drama in the vein of old-time radio has a limited presence on U.S. radio. Several radio theatre series are still in production in the United States, usually airing on Sunday nights. These include original series such as Imagination Theatre and a radio adaptation of The Twilight Zone TV series, as well as rerun compilations such as the popular daily series When Radio Was and USA Radio Network's Golden Age of Radio Theatre, and weekly programs such as The Big Broadcast on WAMU, hosted by Murray Horwitz. These shows usually air in late nights and/or on weekends on small AM stations. Carl Amari's nationally syndicated radio show Hollywood 360 features 5 old-time radio episodes each week during his 5-hour broadcast. Amari's show is heard on 100+ radio stations coast-to-coast and in 168 countries on American Forces Radio. Local rerun compilations are also heard, primarily on public radio stations. Sirius XM Radio maintains a full-time Radio Classics channel devoted to rebroadcasts of vintage radio shows. Starting in 1974, Garrison Keillor, through his syndicated two-hour-long program A Prairie Home Companion, has provided a living museum of the production, tone and listener's experience of this era of radio for several generations after its demise. Produced live in theaters throughout the country, using the same sound effects and techniques of the era, it ran through 2016 with Keillor as host. The program included segments that were close renditions (in the form of parody) of specific genres of this era, including Westerns ("Dusty and Lefty, The Lives of the Cowboys"), detective procedurals ("Guy Noir, Private Eye") and even advertising through fictional commercials. Keillor also wrote a novel, WLT: A Radio Romance based on a radio station of this era—including a personally narrated version for the ultimate in verisimilitude. Upon Keillor's retirement, replacement host Chris Thile chose to reboot the show (since renamed Live from Here after the syndicator cut ties with Keillor) and eliminate much of the old-time radio trappings of the format; the show was ultimately canceled in 2020 due to financial and logistics problems. Vintage shows and new audio productions in America are accessible more widely from recordings or by satellite and web broadcasters, rather than over conventional AM and FM radio. The National Audio Theatre Festival is a national organization and yearly conference keeping the audio arts—especially audio drama—alive, and continues to involve long-time voice actors and OTR veterans in its ranks. Its predecessor, the Midwest Radio Theatre Workshop, was first hosted by Jim Jordan, of Fibber McGee and Molly fame, and Norman Corwin advised the organization. One of the longest running radio programs celebrating this era is The Golden Days of Radio, which was hosted on the Armed Forces Radio Service for more than 20 years and overall for more than 50 years by Frank Bresee, who also played "Little Beaver" on the Red Ryder program as a child actor. One of the very few still-running shows from the earlier era of radio is a Christian program entitled Unshackled! The weekly half-hour show, produced in Chicago by Pacific Garden Mission, has been continuously broadcast since 1950. The shows are created using techniques from the 1950s (including home-made sound effects) and are broadcast across the U.S. and around the world by thousands of radio stations. Today, radio performers of the past appear at conventions that feature re-creations of classic shows, as well as music, memorabilia and historical panels. The largest of these events was the Friends of Old Time Radio Convention, held in Newark, New Jersey, which held its final convention in October 2011 after 36 years. Others include REPS in Seattle (June), SPERDVAC in California, the Cincinnati OTR & Nostalgia Convention (April), and the Mid-Atlantic Nostalgia Convention (September). Veterans of the Friends of Old Time Radio Convention, including Chairperson Steven M. Lewis of The Gotham Radio Players, Maggie Thompson, publisher of the Comic Book Buyer's Guide, Craig Wichman of audio drama troupe Quicksilver Audio Theater and long-time FOTR Publicist Sean Dougherty have launched a successor event, Celebrating Audio Theater – Old & New, scheduled for October 12–13, 2012. Radio dramas from the golden age are sometimes recreated as live stage performances at such events. One such group, led by director Daniel Smith, has been performing re-creations of old-time radio dramas at Fairfield University's Regina A. Quick Center for the Arts since the year 2000. The 40th anniversary of what is widely considered the end of the old time radio era (the final broadcasts of Yours Truly, Johnny Dollar and Suspense on September 30, 1962) was marked with a commentary on NPR's All Things Considered. A handful of radio programs from the old-time era remain in production, all from the genres of news, music, or religious broadcasting: the Grand Ole Opry (1925), Music and the Spoken Word (1929), The Lutheran Hour (1930), the CBS World News Roundup (1938), King Biscuit Time (1941) and the Renfro Valley Gatherin' (1943). Of those, all but the Opry maintain their original short-form length of 30 minutes or less. The Wheeling Jamboree counts an earlier program on a competing station as part of its history, tracing its lineage back to 1933. Western revival/comedy act Riders in the Sky produced a radio serial Riders Radio Theatre in the 1980s and 1990s and continues to provide sketch comedy on existing radio programs including the Grand Ole Opry, Midnite Jamboree and WoodSongs Old-Time Radio Hour. Elsewhere
Regular broadcasts of radio plays are also heard in—among other countries—Australia, Croatia, Estonia,[46] France, Germany, Ireland, Japan, New Zealand, Norway, Romania, and Sweden. In the United Kingdom, such scripted radio drama continues on BBC Radio 3 and (principally) BBC Radio 4, the second-most popular radio station in the country, as well as on the rerun channel BBC Radio 4 Extra, which is the seventh-most popular station there.   
   #starradio #totalstar #star1075 #heart #heartradio #lbc #bbc #bbcradio #bbcradio1 #bbcradio2 #bbcradio3 #bbcradio4 #radio4extra #absoluteradio #absolute #capital #capitalradio #greatesthitsradio #hitsradio #radio #adultcontemporary #spain #bristol #frenchay #colyton #lymeregis #seaton #beer #devon #eastdevon #brettorchard #brettsoldtimeradioshow 
   fe2f4df62ffeeb8c30c04d3d3454779ca91a4871

On this weeks Hospitality Meets I was able to get some time with one of my food heroes, Galton Blackiston, Chef Patron of the quite wonderful Morston Hall. He shares his fascinating journey and insights from and amazing career in the hospitality industry so far.Galton takes us through his early days, starting as a kitchen trainee in the Lake District without any formal culinary education. He reminisces about the tough yet rewarding experience that ultimately led him to become a head chef after a decade of learning.We dive into the challenges and essential nature of sourcing quality ingredients for his restaurant and the importance of the supplier relationship.Galton also shares his thoughts on the ever-evolving nature of the hospitality industry, discussing the impact of staff shortages following COVID-19 and the decision to prioritise staff well-being by closing the restaurant on Mondays. He highlights the need for adaptability and innovation, citing examples of young chefs making their mark in Norwich.And of course we also celebrate Galton's impressive 25-year Michelin star run at Morston Hall along with the story behind it's success. Throughout the episode, Galton emphasises the importance of understanding business and adapting to change. He also discusses the challenges and opportunities within the hospitality industry, stressing the need for caution in managing staff while recognising the potential for growth and success.Join us as we explore Galton Blackiston's remarkable journey, from his humble beginnings, to 25 years Michelin through to his thriving fish and chips business, and learn from his wealth of experience in the ever-changing world of hospitality. Galton's focus on quality and innovation shines through. His entrepreneurial spirit is rivalled only by his cheeky sense of humour and passion for the craft.Enjoy!The GuestGalton is the Chef Patron of Morston HallInstagram - https://www.instagram.com/chefgaltonb/The SponsorToday's episode comes to you in partnership with RotaCloud, the people management platform for shift-based teams.RotaCloud lets managers create and share rotas, record attendance, and manage annual leave in minutes — all from a single, web-based app.It makes work simple for your team, too, allowing them to check their rotas, request holiday, and even pick up extra shifts straight from their phones. Try RotaCloud's time-saving tools today by heading to https://rotacloud.com/philThis podcast uses the following third-party services for analysis: Podcorn - https://podcorn.com/privacyChartable - https://chartable.com/privacy

Good evening and a huge welcome back to the show, I hope you've had a great day and you're ready to kick back and relax with another episode of Brett's old time radio show. Hello, I'm Brett your host for this evening and welcome to my home in beautiful Lyme Bay where it's lovely December night. I hope it's just as nice where you are. You'll find all of my links at www.linktr.ee/sundaynightmystery A huge thankyou for joining me once again for our regular late night visit to those dusty studio archives of Old Time radio shows right here at my home in the united kingdom. Don't forget I have an instagram page and youtube channel both called brett's old time radio show and I'd love it if you could follow me. Feel free to send me some feedback on this and the other shows if you get a moment, brett@tourdate.co.uk   #sleep #insomnia #relax #chill #night #nighttime #bed #bedtime #oldtimeradio #drama #comedy #radio #talkradio #hancock #tonyhancock #hancockshalfhour #sherlock #sherlockholmes #radiodrama #popular #viral #viralpodcast #podcast #podcasting #podcasts #podtok #podcastclip #podcastclips #podcasttrailer #podcastteaser #newpodcastepisode #newpodcast #videopodcast #upcomingpodcast #audiogram #audiograms #truecrimepodcast #historypodcast #truecrime #podcaster #viral #popular #viralpodcast #number1 #instagram #youtube #facebook #johnnydollar #crime #fiction #unwind #devon #texas #texasranger #beer #seaton #seaside  #smuggler #colyton #devon #seaton #beer #branscombe #lymebay #lymeregis #brett #brettorchard #orchard #greatdetectives #greatdetectivesofoldtimeradio #detectives #johnnydollar #thesaint #steptoe #texasrangers   
sleep insomnia relax chill night nightime bed bedtime oldtimeradio drama comedy radio talkradio hancock tonyhancock hancockshalfhour sherlock sherlockholmes radiodrama popular viral viralpodcast podcast brett brettorchard orchard east devon seaton beer lyme regis village condado de alhama spain murcia       Hancock's Half Hour was a BBC radio comedy, and later television comedy series, broadcast from 1954 to 1961 and written by Ray Galton and Alan Simpson. The series starred Tony Hancock, with Sidney James; the radio version also co-starred, at various times, Moira Lister, Andrée Melly, Hattie Jacques, Bill Kerr and Kenneth Williams.   The final television series, renamed simply Hancock, starred Hancock alone. Hancock played an exaggerated and much poorer version of his own character and lifestyle, Anthony Aloysius St John Hancock, a down-at-heel comedian living at the dilapidated 23 Railway Cuttings in East Cheam. The series was influential in the development of the situation comedy, with its move away from radio variety towards a focus on character development. The radio version was produced by Dennis Main Wilson for most of its run. After Main Wilson departed for his television career, his role was taken by Tom Ronald. The television series was produced by Duncan Wood. The distinctive tuba-based theme tune was composed by Angela Morley. Ten scripts (nine TV, one radio) were written but never recorded for a variety of reasons. The unused radio script for The Counterfeiter was finally recorded in 2019 with Kevin R. McNally as Tony Hancock.   Most of the radio episodes were recorded between one day and three weeks in advance of broadcast, except for Series 6 which was mostly recorded during a three-week period in June 1959 in order to avoid clashing with the recording of Series 5 of the television show. Galton and Simpson never gave titles to any of their Hancock scripts, for radio or television; this was usually left to the girl who filed the scripts at their office, who gave them names that were a reminder of what the script was about. So when Roger Wilmut came to write his book Tony Hancock – Artiste (first published 1978) he took the liberty of inventing titles where necessary and these titles, a combination of the file names and Wilmut's own, have become the accepted ones ever since, with the approval of Galton and Simpson and the BBC. The regular cast members generally played "themselves", in that the characters were called by the actor's real name (although the English actress Andrée Melly – sister of George – played a French character). However, there were exceptions: Kenneth Williams played a series of unnamed characters referred to in the scripts—but not on air—as "Snide". He also played the very occasional roles of Edwardian Fred (a criminal associate of Sid's) and Hancock's Vicar, as well as various other characters (e.g. a judge). In the episode "The Emigrant" he is allowed to break the fourth wall and refer to himself as "that bloke with the funny voice".
Hattie Jacques played Griselda Pugh, Hancock's secretary, with the exception of the episode "The East Cheam Drama Festival" where she played herself.
Alan Simpson played an unnamed man in early episodes who listened patiently to Hancock's long-winded stories. His lines would frequently be restricted to simply "Yes", "Really?", "Mm-hmm", or "I see".
These performers are present in the series as indicated below. Series 1 (1954–1955)
16 episodes, 2 November 1954 – 15 February 1955 
Regular cast: Tony Hancock, Bill Kerr, Moira Lister, Sid James, Kenneth Williams, Alan Simpson (uncredited). Three of this cast (Kerr, Lister and James) were born in South Africa.
Guest Stars: Gerald Campion (episode 1), Dora Bryan (episode 10), Paul Carpenter (episode 10), Brian Johnston (episode 12), Raymond Baxter (episode 12), Peter Sellers (episode 15).
The First Night Party
The Diamond Ring †
The Idol
The Boxing Champion
The Hancock Festival †
The New Car
The Department Store Santa †
Christmas at Aldershot †
The Christmas Eve Party †
Cinderella Hancock
A Trip To France
The Monte Carlo Rally
A House on the Cliff
The Sheikh
The Marriage Bureau
The End of the Series
Episodes 2, 5, 7, 8 and 9 no longer exist. On 30 September 2022 it was announced that Richard Harrison of the Radio Circle had found the original recording of The Marriage Bureau, and Keith Wickham, also of the Radio Circle, had restored the edition. The episode aired on BBC Radio 4 for the first time since 1955 on 18 October 2022. This episode was particularly significant given it featured the only Hancock guest appearance by Peter Sellers. In April 2014 the BBC started to re-record the lost episodes under the banner The Missing Hancocks, produced by Neil Pearson and Ed Morrish. The scripts for this five-episode run were selected by Galton and Simpson and recorded in their presence, with Kevin McNally taking the part of Tony Hancock. From the original first series they chose "The Hancock Festival", which aired in November 2014, the sixtieth anniversary of its first airing. The project would eventually re-record all the missing episodes. "The Marriage Bureau", which was still missing at the time, was re-recorded in September 2015 and broadcast on 7 December 2015. "The Department Store Santa" was re-recorded on 3 September 2017 and broadcast in December 2018, opening the fourth series of The Missing Hancocks. On 24 September 2017 "Christmas at Aldershot" was re-recorded for broadcast on Christmas Day 2019 along with "The Christmas Eve Party" which was broadcast on 21 December 2021. "The Diamond Ring" was re-recorded on 11 January 2019 and broadcast (in keeping with its Guy Fawkes theme) on 5 November 2019. One no longer extant episode (5) features the only Hancock guest appearance by Spike Milligan. Series 2 (1955)
12 episodes, 17 April – 2 July 1955
Regular cast: Harry Secombe (Episodes 1–4), Tony Hancock (Episodes 4–12), Bill Kerr, Sid James, Andrée Melly, Kenneth Williams, Alan Simpson (uncredited)
A Holiday in France †
The Crown Jewels †
The Racehorse †
A Visit To Swansea
The Holiday Camp
The Chef That Died of Shame
Prime Minister Hancock †
The Rail Strike
The Television Set
The Three Sons †
The Marrow Contest
The Matador †
Episodes 1, 2, 3, 7, 10 and 12 (half the series, including the first three of Harry Secombe's guest appearances) no longer exist. Shortly before the series was due to be recorded Hancock walked out on a theatre performance suffering from "nervous exhaustion" and flew to Rome. Harry Secombe was brought in at short notice to replace Hancock. Secombe starred in the first three episodes and made a guest appearance in the fourth, by which time Hancock had returned to complete the series as scheduled. The fourth episode, "A Visit To Swansea", featured Tony being forced to go and thank Harry who'd returned to Wales, and was littered with references to how good Secombe had been. Had Hancock not returned when he did, then Galton and Simpson planned to replace him permanently with Secombe and rename the series Secombe's Half Hour. In April 2014 the BBC re-recorded "The Matador", chosen by Galton and Simpson, for the first series of The Missing Hancocks. On 2 December 2016 the BBC re-recorded "A Holiday in France" followed by "The Race Horse" and "The Crown Jewels" with Andy Secombe as his late father Harry. On 13 January 2019 "Prime Minister Hancock" was re-recorded for broadcast on 18 December that year. Also re-recorded was "A Visit To Swansea" which was then missing, as none of the Secombe episodes had been kept: however, on 11 October 2023 radio enthusiast Richard Harrison announced he had found an off-air copy of "A Visit To Swansea", missing only the first two minutes prior to Hancock's entrance. Series 3 (1955–1956)
20 episodes, 19 October 1955 – 29 February 1956
Regular cast: Tony Hancock, Bill Kerr, Sid James, Andrée Melly, Kenneth Williams, Alan Simpson (uncredited).
Guest Stars: Graham Stark (episode 10), Dora Bryan (episode 11), John Arlott (episode 20), Godfrey Evans (episode 20), Colin Cowdrey (episode 20), Frank Tyson (episode 20).
The Pet Dog
The Jewel Robbery
The Bequest
The New Neighbour †
The Winter Holiday †
The Blackboard Jungle
The Red Planet †
The Diet
A Visit To Russia †
The Trial of Father Christmas †
Cinderella Hancock (a new production of the 10th of the 1st series) †
The New Year Resolutions †
Hancock's Hair
The Student Prince
The Breakfast Cereal †
How Hancock Won The War
The Newspaper †
The Greyhound Track
The Conjurer
The Test Match
Episodes 4, 5, 7, 9, 10, 11, 12, 15 and 17 no longer exist. Only a short extract from episode 12 survives; this plus episodes 8 and 16 only survive in poor sound quality. "The Blackboard Jungle" was recovered in 2002 from off-air home recordings made by listener Vic Rogers, along with the original version of "The New Secretary" from series 4. In April 2014 the BBC re-recorded "The New Neighbour", "The Breakfast Cereal" and "The Newspaper", selected by and recorded in the presence of Galton and Simpson, for the first series of The Missing Hancocks. The episodes were broadcast on Radio 4 in October and November 2014. On 21 July 2015 the BBC re-recorded "The Red Planet" and "How Hancock Won The War" for broadcast in November as part of the second series. "A Visit To Russia" and "The Trial of Father Christmas" were re-recorded in September 2015 for broadcast in December. On 3 September 2017 the BBC re-recorded "The Winter Holiday" for broadcast in the fourth series. Episode 11 of the third series was supposed to be a new episode called "The Counterfeiter", about Bill Kerr being forced to get a job, but the script went unused and a new version of "Cinderella Hancock" was recorded in its place. On 11 January 2019, the cast of The Missing Hancocks recorded the episode for the first time at the BBC Radio Theatre. It was broadcast on 1 January 2020. "The New Year Resolutions" was re-recorded on 13 January 2019 for broadcast on 31 December 2020. Series 4 (1956–1957)
20 episodes, 14 October 1956 – 24 February 1957
Regular cast: Tony Hancock, Sid James, Hattie Jacques (debut in Episode 5), Bill Kerr, Kenneth Williams.
Back From Holiday
The Bolshoi Ballet
Sid James's Dad
The Income Tax Demand
The New Secretary
Michelangelo 'Ancock
Anna and the King of Siam
Cyrano De Hancock
The Stolen Petrol
The Espresso Bar
Hancock's Happy Christmas
The Diary
The 13th of the Series
Almost A Gentleman
The Old School Reunion
The Wild Man of the Woods
Agricultural 'Ancock
Hancock in the Police
The Emigrant
The Last of the McHancocks - with James Robertson Justice
All episodes still exist, though episode 3 only survives in poor sound quality. Series 5 (1958)
20 episodes, 21 January – 3 June 1958
Regular cast: Tony Hancock, Sid James, Hattie Jacques, Bill Kerr, Kenneth Williams.
The New Radio Series - includes reference to series 3 of the TV series which had just finished.
The Scandal Magazine - with John Vere
The Male Suffragettes
The Insurance Policy
The Publicity Photograph
The Unexploded Bomb
Hancock's School
Around the World in Eighty Days
The Americans Hit Town
The Election Candidate
Hancock's Car
The East Cheam Drama Festival
The Foreign Legion
Sunday Afternoon at Home
The Grappling Game
The Junkman
Hancock's War
The Prize Money
The Threatening Letters
The Sleepless Night
All episodes still exist. Welcome to London was broadcast live on 3 August 1958 on the BBC Light Programme from the London Coliseum to commemorate the Cardiff British Empire and Commonwealth Games. It features a nine-minute sketch with Hancock, James and Kerr. A recording of the whole 90-minute programme was discovered in the collection of Bob Monkhouse after his death. The Hancock sketch has been broadcast on BBC Radio 4 Extra. Christmas Special
"Bill and Father Christmas" Cast: Tony Hancock, Sid James, Hattie Jacques, Bill Kerr, Warren Mitchell

 The Golden Age of Radio Also known as the old-time radio (OTR) era, was an era of radio in the United States where it was the dominant electronic home entertainment medium. It began with the birth of commercial radio broadcasting in the early 1920s and lasted through the 1950s, when television gradually superseded radio as the medium of choice for scripted programming, variety and dramatic shows. Radio was the first broadcast medium, and during this period people regularly tuned in to their favourite radio programs, and families gathered to listen to the home radio in the evening. According to a 1947 C. E. Hooper survey, 82 out of 100 Americans were found to be radio listeners. A variety of new entertainment formats and genres were created for the new medium, many of which later migrated to television: radio plays, mystery serials, soap operas, quiz shows, talent shows, daytime and evening variety hours, situation comedies, play-by-play sports, children's shows, cooking shows, and more. In the 1950s, television surpassed radio as the most popular broadcast medium, and commercial radio programming shifted to narrower formats of news, talk, sports and music. Religious broadcasters, listener-supported public radio and college stations provide their own distinctive formats. Origins A family listening to the first broadcasts around 1920 with a crystal radio. The crystal radio, a legacy from the pre-broadcast era, could not power a loudspeaker so the family must share earphones
During the first three decades of radio, from 1887 to about 1920, the technology of transmitting sound was undeveloped; the information-carrying ability of radio waves was the same as a telegraph; the radio signal could be either on or off. Radio communication was by wireless telegraphy; at the sending end, an operator tapped on a switch which caused the radio transmitter to produce a series of pulses of radio waves which spelled out text messages in Morse code. At the receiver these sounded like beeps, requiring an operator who knew Morse code to translate them back to text. This type of radio was used exclusively for person-to-person text communication for commercial, diplomatic and military purposes and hobbyists; broadcasting did not exist. The broadcasts of live drama, comedy, music and news that characterize the Golden Age of Radio had a precedent in the Théâtrophone, commercially introduced in Paris in 1890 and available as late as 1932. It allowed subscribers to eavesdrop on live stage performances and hear news reports by means of a network of telephone lines. The development of radio eliminated the wires and subscription charges from this concept. Between 1900 and 1920 the first technology for transmitting sound by radio was developed, AM (amplitude modulation), and AM broadcasting sprang up around 1920. On Christmas Eve 1906, Reginald Fessenden is said to have broadcast the first radio program, consisting of some violin playing and passages from the Bible. While Fessenden's role as an inventor and early radio experimenter is not in dispute, several contemporary radio researchers have questioned whether the Christmas Eve broadcast took place, or whether the date was, in fact, several weeks earlier. The first apparent published reference to the event was made in 1928 by H. P. Davis, Vice President of Westinghouse, in a lecture given at Harvard University. In 1932 Fessenden cited the Christmas Eve 1906 broadcast event in a letter he wrote to Vice President S. M. Kinter of Westinghouse. Fessenden's wife Helen recounts the broadcast in her book Fessenden: Builder of Tomorrows (1940), eight years after Fessenden's death. The issue of whether the 1906 Fessenden broadcast actually happened is discussed in Donna Halper's article "In Search of the Truth About Fessenden"[2] and also in James O'Neal's essays.[3][4] An annotated argument supporting Fessenden as the world's first radio broadcaster was offered in 2006 by Dr. John S. Belrose, Radioscientist Emeritus at the Communications Research Centre Canada, in his essay "Fessenden's 1906 Christmas Eve broadcast." It was not until after the Titanic catastrophe in 1912 that radio for mass communication came into vogue, inspired first by the work of amateur ("ham") radio operators. Radio was especially important during World War I as it was vital for air and naval operations. World War I brought about major developments in radio, superseding the Morse code of the wireless telegraph with the vocal communication of the wireless telephone, through advancements in vacuum tube technology and the introduction of the transceiver. After the war, numerous radio stations were born in the United States and set the standard for later radio programs. The first radio news program was broadcast on August 31, 1920, on the station 8MK in Detroit; owned by The Detroit News, the station covered local election results. This was followed in 1920 with the first commercial radio station in the United States, KDKA, being established in Pittsburgh. The first regular entertainment programs were broadcast in 1922, and on March 10, Variety carried the front-page headline: "Radio Sweeping Country: 1,000,000 Sets in Use." A highlight of this time was the first Rose Bowl being broadcast on January 1, 1923, on the Los Angeles station KHJ. Growth of radio
Broadcast radio in the United States underwent a period of rapid change through the decade of the 1920s. Technology advances, better regulation, rapid consumer adoption, and the creation of broadcast networks transformed radio from a consumer curiosity into the mass media powerhouse that defined the Golden Age of Radio. Consumer adoption
Through the decade of the 1920s, the purchase of radios by United States homes continued, and accelerated. The Radio Corporation of America (RCA) released figures in 1925 stating that 19% of United States homes owned a radio. The triode and regenerative circuit made amplified, vacuum tube radios widely available to consumers by the second half of the 1920s. The advantage was obvious: several people at once in a home could now easily listen to their radio at the same time. In 1930, 40% of the nation's households owned a radio,[8] a figure that was much higher in suburban and large metropolitan areas. The superheterodyne receiver and other inventions refined radios even further in the next decade; even as the Great Depression ravaged the country in the 1930s, radio would stay at the centre of American life. 83% of American homes would own a radio by 1940. Government regulation
Although radio was well established with United States consumers by the mid-1920s, regulation of the broadcast medium presented its own challenges. Until 1926, broadcast radio power and frequency use was regulated by the U.S. Department of Commerce, until a legal challenge rendered the agency powerless to do so. Congress responded by enacting the Radio Act of 1927, which included the formation of the Federal Radio Commission (FRC). One of the FRC's most important early actions was the adoption of General Order 40, which divided stations on the AM band into three power level categories, which became known as Local, Regional, and Clear Channel, and reorganized station assignments. Based on this plan, effective 3:00 a.m. Eastern time on November 11, 1928, most of the country's stations were assigned to new transmitting frequencies. Broadcast networks
The final element needed to make the Golden Age of Radio possible focused on the question of distribution: the ability for multiple radio stations to simultaneously broadcast the same content, and this would be solved with the concept of a radio network. The earliest radio programs of the 1920s were largely unsponsored; radio stations were a service designed to sell radio receivers. In early 1922, American Telephone & Telegraph Company (AT&T) announced the beginning of advertisement-supported broadcasting on its owned stations, and plans for the development of the first radio network using its telephone lines to transmit the content. In July 1926, AT&T abruptly decided to exit the broadcasting field, and signed an agreement to sell its entire network operations to a group headed by RCA, which used the assets to form the National Broadcasting Company. Four radio networks had formed by 1934. These were: National Broadcasting Company Red Network (NBC Red), launched November 15, 1926. Originally founded as the National Broadcasting Company in late 1926, the company was almost immediately forced to split under antitrust laws to form NBC Red and NBC Blue. When, in 1942, NBC Blue was sold and renamed the Blue Network, this network would go back to calling itself simply the National Broadcasting Company Radio Network (NBC).
National Broadcasting Company Blue Network (NBC Blue); launched January 10, 1927, split from NBC Red. NBC Blue was sold in 1942 and became the Blue Network, and it in turn transferred its assets to a new company, the American Broadcasting Company on June 15, 1945. That network identified itself as the American Broadcasting Company Radio Network (ABC).
Columbia Broadcasting System (CBS), launched September 18, 1927. After an initially struggling attempt to compete with the NBC networks, CBS gained new momentum when William S. Paley was installed as company president.
Mutual Broadcasting System (Mutual), launched September 29, 1934. Mutual was initially run as a cooperative in which the flagship stations owned the network, not the other way around as was the case with the other three radio networks. 
Programming
In the period before and after the advent of the broadcast network, new forms of entertainment needed to be created to fill the time of a station's broadcast day. Many of the formats born in this era continued into the television and digital eras. In the beginning of the Golden Age, network programs were almost exclusively broadcast live, as the national networks prohibited the airing of recorded programs until the late 1940s because of the inferior sound quality of phonograph discs, the only practical recording medium at that time. As a result, network prime-time shows would be performed twice, once for each coast. 
Rehearsal for the World War II radio show You Can't Do Business with Hitler with John Flynn and Virginia Moore. This series of programs, broadcast at least once weekly by more than 790 radio stations in the United States, was written and produced by the radio section of the Office of War Information (OWI).
Live events
Coverage of live events included musical concerts and play-by-play sports broadcasts. News
The capability of the new medium to get information to people created the format of modern radio news: headlines, remote reporting, sidewalk interviews (such as Vox Pop), panel discussions, weather reports, and farm reports. The entry of radio into the realm of news triggered a feud between the radio and newspaper industries in the mid-1930s, eventually culminating in newspapers trumping up exaggerated [citation needed] reports of a mass hysteria from the (entirely fictional) radio presentation of The War of the Worlds, which had been presented as a faux newscast. Musical features
The sponsored musical feature soon became one of the most popular program formats. Most early radio sponsorship came in the form of selling the naming rights to the program, as evidenced by such programs as The A&P Gypsies, Champion Spark Plug Hour, The Clicquot Club Eskimos, and King Biscuit Time; commercials, as they are known in the modern era, were still relatively uncommon and considered intrusive. During the 1930s and 1940s, the leading orchestras were heard often through big band remotes, and NBC's Monitor continued such remotes well into the 1950s by broadcasting live music from New York City jazz clubs to rural America. Singers such as Harriet Lee and Wendell Hall became popular fixtures on network radio beginning in the late 1920s and early 1930s. Local stations often had staff organists such as Jesse Crawford playing popular tunes. Classical music programs on the air included The Voice of Firestone and The Bell Telephone Hour. Texaco sponsored the Metropolitan Opera radio broadcasts; the broadcasts, now sponsored by the Toll Brothers, continue to this day around the world, and are one of the few examples of live classical music still broadcast on radio. One of the most notable of all classical music radio programs of the Golden Age of Radio featured the celebrated Italian conductor Arturo Toscanini conducting the NBC Symphony Orchestra, which had been created especially for him. At that time, nearly all classical musicians and critics considered Toscanini the greatest living maestro. Popular songwriters such as George Gershwin were also featured on radio. (Gershwin, in addition to frequent appearances as a guest, had his own program in 1934.) The New York Philharmonic also had weekly concerts on radio. There was no dedicated classical music radio station like NPR at that time, so classical music programs had to share the network they were broadcast on with more popular ones, much as in the days of television before the creation of NET and PBS. Country music also enjoyed popularity. National Barn Dance, begun on Chicago's WLS in 1924, was picked up by NBC Radio in 1933. In 1925, WSM Barn Dance went on the air from Nashville. It was renamed the Grand Ole Opry in 1927 and NBC carried portions from 1944 to 1956. NBC also aired The Red Foley Show from 1951 to 1961, and ABC Radio carried Ozark Jubilee from 1953 to 1961. Comedy
Radio attracted top comedy talents from vaudeville and Hollywood for many years: Bing Crosby, Abbott and Costello, Fred Allen, Jack Benny, Victor Borge, Fanny Brice, Billie Burke, Bob Burns, Judy Canova, Eddie Cantor, Jimmy Durante, Burns and Allen, Phil Harris, Edgar Bergen, Bob Hope, Groucho Marx, Jean Shepherd, Red Skelton and Ed Wynn. Situational comedies also gained popularity, such as Amos 'n' Andy, Easy Aces, Ethel and Albert, Fibber McGee and Molly, The Goldbergs, The Great Gildersleeve, The Halls of Ivy (which featured screen star Ronald Colman and his wife Benita Hume), Meet Corliss Archer, Meet Millie, and Our Miss Brooks. Radio comedy ran the gamut from the small town humor of Lum and Abner, Herb Shriner and Minnie Pearl to the dialect characterizations of Mel Blanc and the caustic sarcasm of Henry Morgan. Gags galore were delivered weekly on Stop Me If You've Heard This One and Can You Top This?,[18] panel programs devoted to the art of telling jokes. Quiz shows were lampooned on It Pays to Be Ignorant, and other memorable parodies were presented by such satirists as Spike Jones, Stoopnagle and Budd, Stan Freberg and Bob and Ray. British comedy reached American shores in a major assault when NBC carried The Goon Show in the mid-1950s. 
Some shows originated as stage productions: Clifford Goldsmith's play What a Life was reworked into NBC's popular, long-running The Aldrich Family (1939–1953) with the familiar catchphrases "Henry! Henry Aldrich!," followed by Henry's answer, "Coming, Mother!" Moss Hart and George S. Kaufman's Pulitzer Prize-winning Broadway hit, You Can't Take It with You (1936), became a weekly situation comedy heard on Mutual (1944) with Everett Sloane and later on NBC (1951) with Walter Brennan. Other shows were adapted from comic strips, such as Blondie, Dick Tracy, Gasoline Alley, The Gumps, Li'l Abner, Little Orphan Annie, Popeye the Sailor, Red Ryder, Reg'lar Fellers, Terry and the Pirates and Tillie the Toiler. Bob Montana's redheaded teen of comic strips and comic books was heard on radio's Archie Andrews from 1943 to 1953. The Timid Soul was a 1941–1942 comedy based on cartoonist H. T. Webster's famed Caspar Milquetoast character, and Robert L. Ripley's Believe It or Not! was adapted to several different radio formats during the 1930s and 1940s. Conversely, some radio shows gave rise to spinoff comic strips, such as My Friend Irma starring Marie Wilson. Soap operas
The first program generally considered to be a daytime serial drama by scholars of the genre is Painted Dreams, which premiered on WGN on October 20, 1930. The first networked daytime serial is Clara, Lu, 'n Em, which started in a daytime time slot on February 15, 1932. As daytime serials became popular in the early 1930s, they became known as soap operas because many were sponsored by soap products and detergents. On November 25, 1960, the last four daytime radio dramas—Young Dr. Malone, Right to Happiness, The Second Mrs. Burton and Ma Perkins, all broadcast on the CBS Radio Network—were brought to an end. Children's programming
The line-up of late afternoon adventure serials included Bobby Benson and the B-Bar-B Riders, The Cisco Kid, Jack Armstrong, the All-American Boy, Captain Midnight, and The Tom Mix Ralston Straight Shooters. Badges, rings, decoding devices and other radio premiums offered on these adventure shows were often allied with a sponsor's product, requiring the young listeners to mail in a boxtop from a breakfast cereal or other proof of purchase. Radio plays
Radio plays were presented on such programs as 26 by Corwin, NBC Short Story, Arch Oboler's Plays, Quiet, Please, and CBS Radio Workshop. Orson Welles's The Mercury Theatre on the Air and The Campbell Playhouse were considered by many critics to be the finest radio drama anthologies ever presented. They usually starred Welles in the leading role, along with celebrity guest stars such as Margaret Sullavan or Helen Hayes, in adaptations from literature, Broadway, and/or films. They included such titles as Liliom, Oliver Twist (a title now feared lost), A Tale of Two Cities, Lost Horizon, and The Murder of Roger Ackroyd. It was on Mercury Theatre that Welles presented his celebrated-but-infamous 1938 adaptation of H. G. Wells's The War of the Worlds, formatted to sound like a breaking news program. Theatre Guild on the Air presented adaptations of classical and Broadway plays. Their Shakespeare adaptations included a one-hour Macbeth starring Maurice Evans and Judith Anderson, and a 90-minute Hamlet, starring John Gielgud.[22] Recordings of many of these programs survive. During the 1940s, Basil Rathbone and Nigel Bruce, famous for playing Sherlock Holmes and Dr. Watson in films, repeated their characterizations on radio on The New Adventures of Sherlock Holmes, which featured both original stories and episodes directly adapted from Arthur Conan Doyle's stories. None of the episodes in which Rathbone and Bruce starred on the radio program were filmed with the two actors as Holmes and Watson, so radio became the only medium in which audiences were able to experience Rathbone and Bruce appearing in some of the more famous Holmes stories, such as "The Speckled Band". There were also many dramatizations of Sherlock Holmes stories on radio without Rathbone and Bruce. During the latter part of his career, celebrated actor John Barrymore starred in a radio program, Streamlined Shakespeare, which featured him in a series of one-hour adaptations of Shakespeare plays, many of which Barrymore never appeared in either on stage or in films, such as Twelfth Night (in which he played both Malvolio and Sir Toby Belch), and Macbeth. Lux Radio Theatre and The Screen Guild Theater presented adaptations of Hollywood movies, performed before a live audience, usually with cast members from the original films. Suspense, Escape, The Mysterious Traveler and Inner Sanctum Mystery were popular thriller anthology series. Leading writers who created original material for radio included Norman Corwin, Carlton E. Morse, David Goodis, Archibald MacLeish, Arthur Miller, Arch Oboler, Wyllis Cooper, Rod Serling, Jay Bennett, and Irwin Shaw. Game shows
Game shows saw their beginnings in radio. One of the first was Information Please in 1938, and one of the first major successes was Dr. I.Q. in 1939. Winner Take All, which premiered in 1946, was the first to use lockout devices and feature returning champions. A relative of the game show, which would be called the giveaway show in contemporary media, typically involved giving sponsored products to studio audience members, people randomly called by telephone, or both. An early example of this show was the 1939 show Pot o' Gold, but the breakout hit of this type was ABC's Stop the Music in 1948. Winning a prize generally required knowledge of what was being aired on the show at that moment, which led to criticism of the giveaway show as a form of "buying an audience". Giveaway shows were extremely popular through 1948 and 1949. They were often panned as low-brow, and an unsuccessful attempt was even made by the FCC to ban them (as an illegal lottery) in August 1949.[23] Broadcast production methods
The RCA Type 44-BX microphone had two live faces and two dead ones. Thus actors could face each other and react. An actor could give the effect of leaving the room by simply moving their head toward the dead face of the microphone. The scripts were paper-clipped together. It has been disputed whether or not actors and actresses would drop finished pages to the carpeted floor after use. 
Radio stations
Despite a general ban on use of recordings on broadcasts by radio networks through the late 1940s, "reference recordings" on phonograph disc were made of many programs as they were being broadcast, for review by the sponsor and for the network's own archival purposes. With the development of high-fidelity magnetic wire and tape recording in the years following World War II, the networks became more open to airing recorded programs and the prerecording of shows became more common. Local stations, however, had always been free to use recordings and sometimes made substantial use of pre-recorded syndicated programs distributed on pressed (as opposed to individually recorded) transcription discs. Recording was done using a cutting lathe and acetate discs. Programs were normally recorded at 331⁄3 rpm on 16 inch discs, the standard format used for such "electrical transcriptions" from the early 1930s through the 1950s. Sometimes, the groove was cut starting at the inside of the disc and running to the outside. This was useful when the program to be recorded was longer than 15 minutes so required more than one disc side. By recording the first side outside in, the second inside out, and so on, the sound quality at the disc change-over points would match and result in a more seamless playback. An inside start also had the advantage that the thread of material cut from the disc's surface, which had to be kept out of the path of the cutting stylus, was naturally thrown toward the centre of the disc so was automatically out of the way. When cutting an outside start disc, a brush could be used to keep it out of the way by sweeping it toward the middle of the disc. Well-equipped recording lathes used the vacuum from a water aspirator to pick it up as it was cut and deposit it in a water-filled bottle. In addition to convenience, this served a safety purpose, as the cellulose nitrate thread was highly flammable and a loose accumulation of it combusted violently if ignited. Most recordings of radio broadcasts were made at a radio network's studios, or at the facilities of a network-owned or affiliated station, which might have four or more lathes. A small local station often had none. Two lathes were required to capture a program longer than 15 minutes without losing parts of it while discs were flipped over or changed, along with a trained technician to operate them and monitor the recording while it was being made. However, some surviving recordings were produced by local stations. When a substantial number of copies of an electrical transcription were required, as for the distribution of a syndicated program, they were produced by the same process used to make ordinary records. A master recording was cut, then electroplated to produce a stamper from which pressings in vinyl (or, in the case of transcription discs pressed before about 1935, shellac) were moulded in a record press. Armed Forces Radio Service 
Frank Sinatra and Alida Valli converse over Armed Forces Radio Service during World War II
The Armed Forces Radio Service (AFRS) had its origins in the U.S. War Department's quest to improve troop morale. This quest began with short-wave broadcasts of educational and information programs to troops in 1940. In 1941, the War Department began issuing "Buddy Kits" (B-Kits) to departing troops, which consisted of radios, 78 rpm records and electrical transcription discs of radio shows. However, with the entrance of the United States into World War II, the War Department decided that it needed to improve the quality and quantity of its offerings. This began with the broadcasting of its own original variety programs. Command Performance was the first of these, produced for the first time on March 1, 1942. On May 26, 1942, the Armed Forces Radio Service was formally established. Originally, its programming comprised network radio shows with the commercials removed. However, it soon began producing original programming, such as Mail Call, G.I. Journal, Jubilee and GI Jive. At its peak in 1945, the Service produced around 20 hours of original programming each week. From 1943 until 1949 the AFRS also broadcast programs developed through the collaborative efforts of the Office of the Coordinator of Inter-American Affairs and the Columbia Broadcasting System in support of America's cultural diplomacy initiatives and President Franklin Roosevelt's Good Neighbour policy. Included among the popular shows was Viva America which showcased leading musical artists from both North and South America for the entertainment of America's troops. Included among the regular performers were: Alfredo Antonini, Juan Arvizu, Nestor Mesta Chayres, Kate Smith,[26] and John Serry Sr. After the war, the AFRS continued providing programming to troops in Europe. During the 1950s and early 1960s it presented performances by the Army's only symphonic orchestra ensemble—the Seventh Army Symphony Orchestra. It also provided programming for future wars that the United States was involved in. It survives today as a component of the American Forces Network (AFN). All of the shows aired by the AFRS during the Golden Age were recorded as electrical transcription discs, vinyl copies of which were shipped to stations overseas to be broadcast to the troops. People in the United States rarely ever heard programming from the AFRS,[31] though AFRS recordings of Golden Age network shows were occasionally broadcast on some domestic stations beginning in the 1950s. In some cases, the AFRS disc is the only surviving recording of a program. Home radio recordings in the United States
There was some home recording of radio broadcasts in the 1930s and 1940s. Examples from as early as 1930 have been documented. During these years, home recordings were made with disc recorders, most of which were only capable of storing about four minutes of a radio program on each side of a twelve-inch 78 rpm record. Most home recordings were made on even shorter-playing ten-inch or smaller discs. Some home disc recorders offered the option of the 331⁄3 rpm speed used for electrical transcriptions, allowing a recording more than twice as long to be made, although with reduced audio quality. Office dictation equipment was sometimes pressed into service for making recordings of radio broadcasts, but the audio quality of these devices was poor and the resulting recordings were in odd formats that had to be played back on similar equipment. Due to the expense of recorders and the limitations of the recording media, home recording of broadcasts was not common during this period and it was usually limited to brief excerpts. The lack of suitable home recording equipment was somewhat relieved in 1947 with the availability of magnetic wire recorders for domestic use. These were capable of recording an hour-long broadcast on a single small spool of wire, and if a high-quality radio's audio output was recorded directly, rather than by holding a microphone up to its speaker, the recorded sound quality was very good. However, because the wire cost money and, like magnetic tape, could be repeatedly re-used to make new recordings, only a few complete broadcasts appear to have survived on this medium. In fact, there was little home recording of complete radio programs until the early 1950s, when increasingly affordable reel-to-reel tape recorders for home use were introduced to the market. Recording media
Electrical transcription discs   The War of the Worlds radio broadcast by Orson Welles on electrical transcription disc
Before the early 1950s, when radio networks and local stations wanted to preserve a live broadcast, they did so by means of special phonograph records known as "electrical transcriptions" (ETs), made by cutting a sound-modulated groove into a blank disc. At first, in the early 1930s, the blanks varied in both size and composition, but most often they were simply bare aluminum and the groove was indented rather than cut. Typically, these very early recordings were not made by the network or radio station, but by a private recording service contracted by the broadcast sponsor or one of the performers. The bare aluminum discs were typically 10 or 12 inches in diameter and recorded at the then-standard speed of 78 rpm, which meant that several disc sides were required to accommodate even a 15-minute program. By about 1936, 16-inch aluminum-based discs coated with cellulose nitrate lacquer, commonly known as acetates and recorded at a speed of 331⁄3 rpm, had been adopted by the networks and individual radio stations as the standard medium for recording broadcasts. The making of such recordings, at least for some purposes, then became routine. Some discs were recorded using a "hill and dale" vertically modulated groove, rather than the "lateral" side-to-side modulation found on the records being made for home use at that time. The large slow-speed discs could easily contain fifteen minutes on each side, allowing an hour-long program to be recorded on only two discs. The lacquer was softer than shellac or vinyl and wore more rapidly, allowing only a few playbacks with the heavy pickups and steel needles then in use before deterioration became audible. During World War II, aluminum became a necessary material for the war effort and was in short supply. This caused an alternative to be sought for the base on which to coat the lacquer. Glass, despite its obvious disadvantage of fragility, had occasionally been used in earlier years because it could provide a perfectly smooth and even supporting surface for mastering and other critical applications. Glass base recording blanks came into general use for the duration of the war. Magnetic wire recording
In the late 1940s, wire recorders became a readily obtainable means of recording radio programs. On a per-minute basis, it was less expensive to record a broadcast on wire than on discs. The one-hour program that required the four sides of two 16-inch discs could be recorded intact on a single spool of wire less than three inches in diameter and about half an inch thick. The audio fidelity of a good wire recording was comparable to acetate discs and by comparison the wire was practically indestructible, but it was soon rendered obsolete by the more manageable and easily edited medium of magnetic tape. Reel-to-reel tape recording
Bing Crosby became the first major proponent of magnetic tape recording for radio, and he was the first to use it on network radio, after he did a demonstration program in 1947. Tape had several advantages over earlier recording methods. Running at a sufficiently high speed, it could achieve higher fidelity than both electrical transcription discs and magnetic wire. Discs could be edited only by copying parts of them to a new disc, and the copying entailed a loss of audio quality. Wire could be divided up and the ends spliced together by knotting, but wire was difficult to handle and the crude splices were too noticeable. Tape could be edited by cutting it with a blade and neatly joining ends together with adhesive tape. By early 1949, the transition from live performances preserved on discs to performances pre-recorded on magnetic tape for later broadcast was complete for network radio programs. However, for the physical distribution of pre-recorded programming to individual stations, 16-inch 331⁄3 rpm vinyl pressings, less expensive to produce in quantities of identical copies than tapes, continued to be standard throughout the 1950s. Availability of recordings
The great majority of pre-World War II live radio broadcasts are lost. Many were never recorded; few recordings antedate the early 1930s. Beginning then several of the longer-running radio dramas have their archives complete or nearly complete. The earlier the date, the less likely it is that a recording survives. However, a good number of syndicated programs from this period have survived because copies were distributed far and wide. Recordings of live network broadcasts from the World War II years were preserved in the form of pressed vinyl copies issued by the Armed Forces Radio Service (AFRS) and survive in relative abundance. Syndicated programs from World War II and later years have nearly all survived. The survival of network programming from this time frame is more inconsistent; the networks started prerecording their formerly live shows on magnetic tape for subsequent network broadcast, but did not physically distribute copies, and the expensive tapes, unlike electrical transcription ("ET") discs, could be "wiped" and re-used (especially since, in the age of emerging trends such as television and music radio, such recordings were believed to have virtually no rerun or resale value). Thus, while some prime time network radio series from this era exist in full or almost in full, especially the most famous and longest-lived of them, less prominent or shorter-lived series (such as serials) may have only a handful of extant episodes. Airchecks, off-the-air recordings of complete shows made by, or at the behest of, individuals for their own private use, sometimes help to fill in such gaps. The contents of privately made recordings of live broadcasts from the first half of the 1930s can be of particular interest, as little live material from that period survives. Unfortunately, the sound quality of very early private recordings is often very poor, although in some cases this is largely due to the use of an incorrect playback stylus, which can also badly damage some unusual types of discs. Most of the Golden Age programs in circulation among collectors—whether on analogue tape, CD, or in the form of MP3s—originated from analogue 16-inch transcription disc, although some are off-the-air AM recordings. But in many cases, the circulating recordings are corrupted (decreased in quality), because lossless digital recording for the home market did not come until the very end of the twentieth century. Collectors made and shared recordings on analogue magnetic tapes, the only practical, relatively inexpensive medium, first on reels, then cassettes. "Sharing" usually meant making a duplicate tape. They connected two recorders, playing on one and recording on the other. Analog recordings are never perfect, and copying an analogue recording multiplies the imperfections. With the oldest recordings this can even mean it went out the speaker of one machine and in via the microphone of the other. The muffled sound, dropouts, sudden changes in sound quality, unsteady pitch, and other defects heard all too often are almost always accumulated tape copy defects. In addition, magnetic recordings, unless preserved archivally, are gradually damaged by the Earth's magnetic field. The audio quality of the source discs, when they have survived unscathed and are accessed and dubbed anew, is usually found to be reasonably clear and undistorted, sometimes startlingly good, although like all phonograph records they are vulnerable to wear and the effects of scuffs, scratches, and ground-in dust. Many shows from the 1940s have survived only in edited AFRS versions, although some exist in both the original and AFRS forms. As of 2020, the Old Time Radio collection at the Internet Archive contains 5,121 recordings. An active group of collectors makes digitally available, via CD or download, large collections of programs. RadioEchoes.com offers 98,949 episodes in their collection, but not all is old-time radio. Copyright status
Unlike film, television, and print items from the era, the copyright status of most recordings from the Golden Age of Radio is unclear. This is because, prior to 1972, the United States delegated the copyrighting of sound recordings to the individual states, many of which offered more generous common law copyright protections than the federal government offered for other media (some offered perpetual copyright, which has since been abolished; under the Music Modernization Act of September 2018, any sound recording 95 years old or older will be thrust into the public domain regardless of state law). The only exceptions are AFRS original productions, which are considered work of the United States government and thus both ineligible for federal copyright and outside the jurisdiction of any state; these programs are firmly in the public domain (this does not apply to programs carried by AFRS but produced by commercial networks). In practice, most old-time radio recordings are treated as orphan works: although there may still be a valid copyright on the program, it is seldom enforced. The copyright on an individual sound recording is distinct from the federal copyright for the underlying material (such as a published script, music, or in the case of adaptations, the original film or television material), and in many cases it is impossible to determine where or when the original recording was made or if the recording was copyrighted in that state. The U.S. Copyright Office states "there are a variety of legal regimes governing protection of pre-1972 sound recordings in the various states, and the scope of protection and of exceptions and limitations to that protection is unclear."[39] For example, New York has issued contradicting rulings on whether or not common law exists in that state; the most recent ruling, 2016's Flo & Eddie, Inc. v. Sirius XM Radio, holds that there is no such copyright in New York in regard to public performance.[40] Further complicating matters is that certain examples in case law have implied that radio broadcasts (and faithful reproductions thereof), because they were distributed freely to the public over the air, may not be eligible for copyright in and of themselves. The Internet Archive and other organizations that distribute public domain and open-source audio recordings maintain extensive archives of old-time radio programs. Legacy
United States
Some old-time radio shows continued on the air, although in ever-dwindling numbers, throughout the 1950s, even after their television equivalents had conquered the general public. One factor which helped to kill off old-time radio entirely was the evolution of popular music (including the development of rock and roll), which led to the birth of the top 40 radio format. A top 40 show could be produced in a small studio in a local station with minimal staff. This displaced full-service network radio and hastened the end of the golden-age era of radio drama by 1962. (Radio as a broadcast medium would survive, thanks in part to the proliferation of the transistor radio, and permanent installation in vehicles, making the medium far more portable than television). Full-service stations that did not adopt either top 40 or the mellower beautiful music or MOR formats eventually developed all-news radio in the mid-1960s. Scripted radio comedy and drama in the vein of old-time radio has a limited presence on U.S. radio. Several radio theatre series are still in production in the United States, usually airing on Sunday nights. These include original series such as Imagination Theatre and a radio adaptation of The Twilight Zone TV series, as well as rerun compilations such as the popular daily series When Radio Was and USA Radio Network's Golden Age of Radio Theatre, and weekly programs such as The Big Broadcast on WAMU, hosted by Murray Horwitz. These shows usually air in late nights and/or on weekends on small AM stations. Carl Amari's nationally syndicated radio show Hollywood 360 features 5 old-time radio episodes each week during his 5-hour broadcast. Amari's show is heard on 100+ radio stations coast-to-coast and in 168 countries on American Forces Radio. Local rerun compilations are also heard, primarily on public radio stations. Sirius XM Radio maintains a full-time Radio Classics channel devoted to rebroadcasts of vintage radio shows. Starting in 1974, Garrison Keillor, through his syndicated two-hour-long program A Prairie Home Companion, has provided a living museum of the production, tone and listener's experience of this era of radio for several generations after its demise. Produced live in theaters throughout the country, using the same sound effects and techniques of the era, it ran through 2016 with Keillor as host. The program included segments that were close renditions (in the form of parody) of specific genres of this era, including Westerns ("Dusty and Lefty, The Lives of the Cowboys"), detective procedurals ("Guy Noir, Private Eye") and even advertising through fictional commercials. Keillor also wrote a novel, WLT: A Radio Romance based on a radio station of this era—including a personally narrated version for the ultimate in verisimilitude. Upon Keillor's retirement, replacement host Chris Thile chose to reboot the show (since renamed Live from Here after the syndicator cut ties with Keillor) and eliminate much of the old-time radio trappings of the format; the show was ultimately canceled in 2020 due to financial and logistics problems. Vintage shows and new audio productions in America are accessible more widely from recordings or by satellite and web broadcasters, rather than over conventional AM and FM radio. The National Audio Theatre Festival is a national organization and yearly conference keeping the audio arts—especially audio drama—alive, and continues to involve long-time voice actors and OTR veterans in its ranks. Its predecessor, the Midwest Radio Theatre Workshop, was first hosted by Jim Jordan, of Fibber McGee and Molly fame, and Norman Corwin advised the organization. One of the longest running radio programs celebrating this era is The Golden Days of Radio, which was hosted on the Armed Forces Radio Service for more than 20 years and overall for more than 50 years by Frank Bresee, who also played "Little Beaver" on the Red Ryder program as a child actor. One of the very few still-running shows from the earlier era of radio is a Christian program entitled Unshackled! The weekly half-hour show, produced in Chicago by Pacific Garden Mission, has been continuously broadcast since 1950. The shows are created using techniques from the 1950s (including home-made sound effects) and are broadcast across the U.S. and around the world by thousands of radio stations. Today, radio performers of the past appear at conventions that feature re-creations of classic shows, as well as music, memorabilia and historical panels. The largest of these events was the Friends of Old Time Radio Convention, held in Newark, New Jersey, which held its final convention in October 2011 after 36 years. Others include REPS in Seattle (June), SPERDVAC in California, the Cincinnati OTR & Nostalgia Convention (April), and the Mid-Atlantic Nostalgia Convention (September). Veterans of the Friends of Old Time Radio Convention, including Chairperson Steven M. Lewis of The Gotham Radio Players, Maggie Thompson, publisher of the Comic Book Buyer's Guide, Craig Wichman of audio drama troupe Quicksilver Audio Theater and long-time FOTR Publicist Sean Dougherty have launched a successor event, Celebrating Audio Theater – Old & New, scheduled for October 12–13, 2012. Radio dramas from the golden age are sometimes recreated as live stage performances at such events. One such group, led by director Daniel Smith, has been performing re-creations of old-time radio dramas at Fairfield University's Regina A. Quick Center for the Arts since the year 2000. The 40th anniversary of what is widely considered the end of the old time radio era (the final broadcasts of Yours Truly, Johnny Dollar and Suspense on September 30, 1962) was marked with a commentary on NPR's All Things Considered. A handful of radio programs from the old-time era remain in production, all from the genres of news, music, or religious broadcasting: the Grand Ole Opry (1925), Music and the Spoken Word (1929), The Lutheran Hour (1930), the CBS World News Roundup (1938), King Biscuit Time (1941) and the Renfro Valley Gatherin' (1943). Of those, all but the Opry maintain their original short-form length of 30 minutes or less. The Wheeling Jamboree counts an earlier program on a competing station as part of its history, tracing its lineage back to 1933. Western revival/comedy act Riders in the Sky produced a radio serial Riders Radio Theatre in the 1980s and 1990s and continues to provide sketch comedy on existing radio programs including the Grand Ole Opry, Midnite Jamboree and WoodSongs Old-Time Radio Hour. Elsewhere
Regular broadcasts of radio plays are also heard in—among other countries—Australia, Croatia, Estonia,[46] France, Germany, Ireland, Japan, New Zealand, Norway, Romania, and Sweden. In the United Kingdom, such scripted radio drama continues on BBC Radio 3 and (principally) BBC Radio 4, the second-most popular radio station in the country, as well as on the rerun channel BBC Radio 4 Extra, which is the seventh-most popular station there.   
   #starradio #totalstar #star1075 #heart #heartradio #lbc #bbc #bbcradio #bbcradio1 #bbcradio2 #bbcradio3 #bbcradio4 #radio4extra #absoluteradio #absolute #capital #capitalradio #greatesthitsradio #hitsradio #radio #adultcontemporary #spain #bristol #frenchay #colyton #lymeregis #seaton #beer #devon #eastdevon #brettorchard #brettsoldtimeradioshow 
   fe2f4df62ffeeb8c30c04d3d3454779ca91a4871

Good evening and a huge welcome back to the show, I hope you've had a great day and you're ready to kick back and relax with another episode of Brett's old time radio show. Hello, I'm Brett your host for this evening and welcome to my home in beautiful Lyme Bay where it's lovely December night. I hope it's just as nice where you are. You'll find all of my links at www.linktr.ee/sundaynightmystery A huge thankyou for joining me once again for our regular late night visit to those dusty studio archives of Old Time radio shows right here at my home in the united kingdom. Don't forget I have an instagram page and youtube channel both called brett's old time radio show and I'd love it if you could follow me. Feel free to send me some feedback on this and the other shows if you get a moment, brett@tourdate.co.uk   #sleep #insomnia #relax #chill #night #nighttime #bed #bedtime #oldtimeradio #drama #comedy #radio #talkradio #hancock #tonyhancock #hancockshalfhour #sherlock #sherlockholmes #radiodrama #popular #viral #viralpodcast #podcast #podcasting #podcasts #podtok #podcastclip #podcastclips #podcasttrailer #podcastteaser #newpodcastepisode #newpodcast #videopodcast #upcomingpodcast #audiogram #audiograms #truecrimepodcast #historypodcast #truecrime #podcaster #viral #popular #viralpodcast #number1 #instagram #youtube #facebook #johnnydollar #crime #fiction #unwind #devon #texas #texasranger #beer #seaton #seaside  #smuggler #colyton #devon #seaton #beer #branscombe #lymebay #lymeregis #brett #brettorchard #orchard #greatdetectives #greatdetectivesofoldtimeradio #detectives #johnnydollar #thesaint #steptoe #texasrangers   
sleep insomnia relax chill night nightime bed bedtime oldtimeradio drama comedy radio talkradio hancock tonyhancock hancockshalfhour sherlock sherlockholmes radiodrama popular viral viralpodcast podcast brett brettorchard orchard east devon seaton beer lyme regis village condado de alhama spain murcia       Hancock's Half Hour was a BBC radio comedy, and later television comedy series, broadcast from 1954 to 1961 and written by Ray Galton and Alan Simpson. The series starred Tony Hancock, with Sidney James; the radio version also co-starred, at various times, Moira Lister, Andrée Melly, Hattie Jacques, Bill Kerr and Kenneth Williams.   The final television series, renamed simply Hancock, starred Hancock alone. Hancock played an exaggerated and much poorer version of his own character and lifestyle, Anthony Aloysius St John Hancock, a down-at-heel comedian living at the dilapidated 23 Railway Cuttings in East Cheam. The series was influential in the development of the situation comedy, with its move away from radio variety towards a focus on character development. The radio version was produced by Dennis Main Wilson for most of its run. After Main Wilson departed for his television career, his role was taken by Tom Ronald. The television series was produced by Duncan Wood. The distinctive tuba-based theme tune was composed by Angela Morley. Ten scripts (nine TV, one radio) were written but never recorded for a variety of reasons. The unused radio script for The Counterfeiter was finally recorded in 2019 with Kevin R. McNally as Tony Hancock.   Most of the radio episodes were recorded between one day and three weeks in advance of broadcast, except for Series 6 which was mostly recorded during a three-week period in June 1959 in order to avoid clashing with the recording of Series 5 of the television show. Galton and Simpson never gave titles to any of their Hancock scripts, for radio or television; this was usually left to the girl who filed the scripts at their office, who gave them names that were a reminder of what the script was about. So when Roger Wilmut came to write his book Tony Hancock – Artiste (first published 1978) he took the liberty of inventing titles where necessary and these titles, a combination of the file names and Wilmut's own, have become the accepted ones ever since, with the approval of Galton and Simpson and the BBC. The regular cast members generally played "themselves", in that the characters were called by the actor's real name (although the English actress Andrée Melly – sister of George – played a French character). However, there were exceptions: Kenneth Williams played a series of unnamed characters referred to in the scripts—but not on air—as "Snide". He also played the very occasional roles of Edwardian Fred (a criminal associate of Sid's) and Hancock's Vicar, as well as various other characters (e.g. a judge). In the episode "The Emigrant" he is allowed to break the fourth wall and refer to himself as "that bloke with the funny voice".
Hattie Jacques played Griselda Pugh, Hancock's secretary, with the exception of the episode "The East Cheam Drama Festival" where she played herself.
Alan Simpson played an unnamed man in early episodes who listened patiently to Hancock's long-winded stories. His lines would frequently be restricted to simply "Yes", "Really?", "Mm-hmm", or "I see".
These performers are present in the series as indicated below. Series 1 (1954–1955)
16 episodes, 2 November 1954 – 15 February 1955 
Regular cast: Tony Hancock, Bill Kerr, Moira Lister, Sid James, Kenneth Williams, Alan Simpson (uncredited). Three of this cast (Kerr, Lister and James) were born in South Africa.
Guest Stars: Gerald Campion (episode 1), Dora Bryan (episode 10), Paul Carpenter (episode 10), Brian Johnston (episode 12), Raymond Baxter (episode 12), Peter Sellers (episode 15).
The First Night Party
The Diamond Ring †
The Idol
The Boxing Champion
The Hancock Festival †
The New Car
The Department Store Santa †
Christmas at Aldershot †
The Christmas Eve Party †
Cinderella Hancock
A Trip To France
The Monte Carlo Rally
A House on the Cliff
The Sheikh
The Marriage Bureau
The End of the Series
Episodes 2, 5, 7, 8 and 9 no longer exist. On 30 September 2022 it was announced that Richard Harrison of the Radio Circle had found the original recording of The Marriage Bureau, and Keith Wickham, also of the Radio Circle, had restored the edition. The episode aired on BBC Radio 4 for the first time since 1955 on 18 October 2022. This episode was particularly significant given it featured the only Hancock guest appearance by Peter Sellers. In April 2014 the BBC started to re-record the lost episodes under the banner The Missing Hancocks, produced by Neil Pearson and Ed Morrish. The scripts for this five-episode run were selected by Galton and Simpson and recorded in their presence, with Kevin McNally taking the part of Tony Hancock. From the original first series they chose "The Hancock Festival", which aired in November 2014, the sixtieth anniversary of its first airing. The project would eventually re-record all the missing episodes. "The Marriage Bureau", which was still missing at the time, was re-recorded in September 2015 and broadcast on 7 December 2015. "The Department Store Santa" was re-recorded on 3 September 2017 and broadcast in December 2018, opening the fourth series of The Missing Hancocks. On 24 September 2017 "Christmas at Aldershot" was re-recorded for broadcast on Christmas Day 2019 along with "The Christmas Eve Party" which was broadcast on 21 December 2021. "The Diamond Ring" was re-recorded on 11 January 2019 and broadcast (in keeping with its Guy Fawkes theme) on 5 November 2019. One no longer extant episode (5) features the only Hancock guest appearance by Spike Milligan. Series 2 (1955)
12 episodes, 17 April – 2 July 1955
Regular cast: Harry Secombe (Episodes 1–4), Tony Hancock (Episodes 4–12), Bill Kerr, Sid James, Andrée Melly, Kenneth Williams, Alan Simpson (uncredited)
A Holiday in France †
The Crown Jewels †
The Racehorse †
A Visit To Swansea
The Holiday Camp
The Chef That Died of Shame
Prime Minister Hancock †
The Rail Strike
The Television Set
The Three Sons †
The Marrow Contest
The Matador †
Episodes 1, 2, 3, 7, 10 and 12 (half the series, including the first three of Harry Secombe's guest appearances) no longer exist. Shortly before the series was due to be recorded Hancock walked out on a theatre performance suffering from "nervous exhaustion" and flew to Rome. Harry Secombe was brought in at short notice to replace Hancock. Secombe starred in the first three episodes and made a guest appearance in the fourth, by which time Hancock had returned to complete the series as scheduled. The fourth episode, "A Visit To Swansea", featured Tony being forced to go and thank Harry who'd returned to Wales, and was littered with references to how good Secombe had been. Had Hancock not returned when he did, then Galton and Simpson planned to replace him permanently with Secombe and rename the series Secombe's Half Hour. In April 2014 the BBC re-recorded "The Matador", chosen by Galton and Simpson, for the first series of The Missing Hancocks. On 2 December 2016 the BBC re-recorded "A Holiday in France" followed by "The Race Horse" and "The Crown Jewels" with Andy Secombe as his late father Harry. On 13 January 2019 "Prime Minister Hancock" was re-recorded for broadcast on 18 December that year. Also re-recorded was "A Visit To Swansea" which was then missing, as none of the Secombe episodes had been kept: however, on 11 October 2023 radio enthusiast Richard Harrison announced he had found an off-air copy of "A Visit To Swansea", missing only the first two minutes prior to Hancock's entrance. Series 3 (1955–1956)
20 episodes, 19 October 1955 – 29 February 1956
Regular cast: Tony Hancock, Bill Kerr, Sid James, Andrée Melly, Kenneth Williams, Alan Simpson (uncredited).
Guest Stars: Graham Stark (episode 10), Dora Bryan (episode 11), John Arlott (episode 20), Godfrey Evans (episode 20), Colin Cowdrey (episode 20), Frank Tyson (episode 20).
The Pet Dog
The Jewel Robbery
The Bequest
The New Neighbour †
The Winter Holiday †
The Blackboard Jungle
The Red Planet †
The Diet
A Visit To Russia †
The Trial of Father Christmas †
Cinderella Hancock (a new production of the 10th of the 1st series) †
The New Year Resolutions †
Hancock's Hair
The Student Prince
The Breakfast Cereal †
How Hancock Won The War
The Newspaper †
The Greyhound Track
The Conjurer
The Test Match
Episodes 4, 5, 7, 9, 10, 11, 12, 15 and 17 no longer exist. Only a short extract from episode 12 survives; this plus episodes 8 and 16 only survive in poor sound quality. "The Blackboard Jungle" was recovered in 2002 from off-air home recordings made by listener Vic Rogers, along with the original version of "The New Secretary" from series 4. In April 2014 the BBC re-recorded "The New Neighbour", "The Breakfast Cereal" and "The Newspaper", selected by and recorded in the presence of Galton and Simpson, for the first series of The Missing Hancocks. The episodes were broadcast on Radio 4 in October and November 2014. On 21 July 2015 the BBC re-recorded "The Red Planet" and "How Hancock Won The War" for broadcast in November as part of the second series. "A Visit To Russia" and "The Trial of Father Christmas" were re-recorded in September 2015 for broadcast in December. On 3 September 2017 the BBC re-recorded "The Winter Holiday" for broadcast in the fourth series. Episode 11 of the third series was supposed to be a new episode called "The Counterfeiter", about Bill Kerr being forced to get a job, but the script went unused and a new version of "Cinderella Hancock" was recorded in its place. On 11 January 2019, the cast of The Missing Hancocks recorded the episode for the first time at the BBC Radio Theatre. It was broadcast on 1 January 2020. "The New Year Resolutions" was re-recorded on 13 January 2019 for broadcast on 31 December 2020. Series 4 (1956–1957)
20 episodes, 14 October 1956 – 24 February 1957
Regular cast: Tony Hancock, Sid James, Hattie Jacques (debut in Episode 5), Bill Kerr, Kenneth Williams.
Back From Holiday
The Bolshoi Ballet
Sid James's Dad
The Income Tax Demand
The New Secretary
Michelangelo 'Ancock
Anna and the King of Siam
Cyrano De Hancock
The Stolen Petrol
The Espresso Bar
Hancock's Happy Christmas
The Diary
The 13th of the Series
Almost A Gentleman
The Old School Reunion
The Wild Man of the Woods
Agricultural 'Ancock
Hancock in the Police
The Emigrant
The Last of the McHancocks - with James Robertson Justice
All episodes still exist, though episode 3 only survives in poor sound quality. Series 5 (1958)
20 episodes, 21 January – 3 June 1958
Regular cast: Tony Hancock, Sid James, Hattie Jacques, Bill Kerr, Kenneth Williams.
The New Radio Series - includes reference to series 3 of the TV series which had just finished.
The Scandal Magazine - with John Vere
The Male Suffragettes
The Insurance Policy
The Publicity Photograph
The Unexploded Bomb
Hancock's School
Around the World in Eighty Days
The Americans Hit Town
The Election Candidate
Hancock's Car
The East Cheam Drama Festival
The Foreign Legion
Sunday Afternoon at Home
The Grappling Game
The Junkman
Hancock's War
The Prize Money
The Threatening Letters
The Sleepless Night
All episodes still exist. Welcome to London was broadcast live on 3 August 1958 on the BBC Light Programme from the London Coliseum to commemorate the Cardiff British Empire and Commonwealth Games. It features a nine-minute sketch with Hancock, James and Kerr. A recording of the whole 90-minute programme was discovered in the collection of Bob Monkhouse after his death. The Hancock sketch has been broadcast on BBC Radio 4 Extra. Christmas Special
"Bill and Father Christmas" Cast: Tony Hancock, Sid James, Hattie Jacques, Bill Kerr, Warren Mitchell

 The Golden Age of Radio Also known as the old-time radio (OTR) era, was an era of radio in the United States where it was the dominant electronic home entertainment medium. It began with the birth of commercial radio broadcasting in the early 1920s and lasted through the 1950s, when television gradually superseded radio as the medium of choice for scripted programming, variety and dramatic shows. Radio was the first broadcast medium, and during this period people regularly tuned in to their favourite radio programs, and families gathered to listen to the home radio in the evening. According to a 1947 C. E. Hooper survey, 82 out of 100 Americans were found to be radio listeners. A variety of new entertainment formats and genres were created for the new medium, many of which later migrated to television: radio plays, mystery serials, soap operas, quiz shows, talent shows, daytime and evening variety hours, situation comedies, play-by-play sports, children's shows, cooking shows, and more. In the 1950s, television surpassed radio as the most popular broadcast medium, and commercial radio programming shifted to narrower formats of news, talk, sports and music. Religious broadcasters, listener-supported public radio and college stations provide their own distinctive formats. Origins A family listening to the first broadcasts around 1920 with a crystal radio. The crystal radio, a legacy from the pre-broadcast era, could not power a loudspeaker so the family must share earphones
During the first three decades of radio, from 1887 to about 1920, the technology of transmitting sound was undeveloped; the information-carrying ability of radio waves was the same as a telegraph; the radio signal could be either on or off. Radio communication was by wireless telegraphy; at the sending end, an operator tapped on a switch which caused the radio transmitter to produce a series of pulses of radio waves which spelled out text messages in Morse code. At the receiver these sounded like beeps, requiring an operator who knew Morse code to translate them back to text. This type of radio was used exclusively for person-to-person text communication for commercial, diplomatic and military purposes and hobbyists; broadcasting did not exist. The broadcasts of live drama, comedy, music and news that characterize the Golden Age of Radio had a precedent in the Théâtrophone, commercially introduced in Paris in 1890 and available as late as 1932. It allowed subscribers to eavesdrop on live stage performances and hear news reports by means of a network of telephone lines. The development of radio eliminated the wires and subscription charges from this concept. Between 1900 and 1920 the first technology for transmitting sound by radio was developed, AM (amplitude modulation), and AM broadcasting sprang up around 1920. On Christmas Eve 1906, Reginald Fessenden is said to have broadcast the first radio program, consisting of some violin playing and passages from the Bible. While Fessenden's role as an inventor and early radio experimenter is not in dispute, several contemporary radio researchers have questioned whether the Christmas Eve broadcast took place, or whether the date was, in fact, several weeks earlier. The first apparent published reference to the event was made in 1928 by H. P. Davis, Vice President of Westinghouse, in a lecture given at Harvard University. In 1932 Fessenden cited the Christmas Eve 1906 broadcast event in a letter he wrote to Vice President S. M. Kinter of Westinghouse. Fessenden's wife Helen recounts the broadcast in her book Fessenden: Builder of Tomorrows (1940), eight years after Fessenden's death. The issue of whether the 1906 Fessenden broadcast actually happened is discussed in Donna Halper's article "In Search of the Truth About Fessenden"[2] and also in James O'Neal's essays.[3][4] An annotated argument supporting Fessenden as the world's first radio broadcaster was offered in 2006 by Dr. John S. Belrose, Radioscientist Emeritus at the Communications Research Centre Canada, in his essay "Fessenden's 1906 Christmas Eve broadcast." It was not until after the Titanic catastrophe in 1912 that radio for mass communication came into vogue, inspired first by the work of amateur ("ham") radio operators. Radio was especially important during World War I as it was vital for air and naval operations. World War I brought about major developments in radio, superseding the Morse code of the wireless telegraph with the vocal communication of the wireless telephone, through advancements in vacuum tube technology and the introduction of the transceiver. After the war, numerous radio stations were born in the United States and set the standard for later radio programs. The first radio news program was broadcast on August 31, 1920, on the station 8MK in Detroit; owned by The Detroit News, the station covered local election results. This was followed in 1920 with the first commercial radio station in the United States, KDKA, being established in Pittsburgh. The first regular entertainment programs were broadcast in 1922, and on March 10, Variety carried the front-page headline: "Radio Sweeping Country: 1,000,000 Sets in Use." A highlight of this time was the first Rose Bowl being broadcast on January 1, 1923, on the Los Angeles station KHJ. Growth of radio
Broadcast radio in the United States underwent a period of rapid change through the decade of the 1920s. Technology advances, better regulation, rapid consumer adoption, and the creation of broadcast networks transformed radio from a consumer curiosity into the mass media powerhouse that defined the Golden Age of Radio. Consumer adoption
Through the decade of the 1920s, the purchase of radios by United States homes continued, and accelerated. The Radio Corporation of America (RCA) released figures in 1925 stating that 19% of United States homes owned a radio. The triode and regenerative circuit made amplified, vacuum tube radios widely available to consumers by the second half of the 1920s. The advantage was obvious: several people at once in a home could now easily listen to their radio at the same time. In 1930, 40% of the nation's households owned a radio,[8] a figure that was much higher in suburban and large metropolitan areas. The superheterodyne receiver and other inventions refined radios even further in the next decade; even as the Great Depression ravaged the country in the 1930s, radio would stay at the centre of American life. 83% of American homes would own a radio by 1940. Government regulation
Although radio was well established with United States consumers by the mid-1920s, regulation of the broadcast medium presented its own challenges. Until 1926, broadcast radio power and frequency use was regulated by the U.S. Department of Commerce, until a legal challenge rendered the agency powerless to do so. Congress responded by enacting the Radio Act of 1927, which included the formation of the Federal Radio Commission (FRC). One of the FRC's most important early actions was the adoption of General Order 40, which divided stations on the AM band into three power level categories, which became known as Local, Regional, and Clear Channel, and reorganized station assignments. Based on this plan, effective 3:00 a.m. Eastern time on November 11, 1928, most of the country's stations were assigned to new transmitting frequencies. Broadcast networks
The final element needed to make the Golden Age of Radio possible focused on the question of distribution: the ability for multiple radio stations to simultaneously broadcast the same content, and this would be solved with the concept of a radio network. The earliest radio programs of the 1920s were largely unsponsored; radio stations were a service designed to sell radio receivers. In early 1922, American Telephone & Telegraph Company (AT&T) announced the beginning of advertisement-supported broadcasting on its owned stations, and plans for the development of the first radio network using its telephone lines to transmit the content. In July 1926, AT&T abruptly decided to exit the broadcasting field, and signed an agreement to sell its entire network operations to a group headed by RCA, which used the assets to form the National Broadcasting Company. Four radio networks had formed by 1934. These were: National Broadcasting Company Red Network (NBC Red), launched November 15, 1926. Originally founded as the National Broadcasting Company in late 1926, the company was almost immediately forced to split under antitrust laws to form NBC Red and NBC Blue. When, in 1942, NBC Blue was sold and renamed the Blue Network, this network would go back to calling itself simply the National Broadcasting Company Radio Network (NBC).
National Broadcasting Company Blue Network (NBC Blue); launched January 10, 1927, split from NBC Red. NBC Blue was sold in 1942 and became the Blue Network, and it in turn transferred its assets to a new company, the American Broadcasting Company on June 15, 1945. That network identified itself as the American Broadcasting Company Radio Network (ABC).
Columbia Broadcasting System (CBS), launched September 18, 1927. After an initially struggling attempt to compete with the NBC networks, CBS gained new momentum when William S. Paley was installed as company president.
Mutual Broadcasting System (Mutual), launched September 29, 1934. Mutual was initially run as a cooperative in which the flagship stations owned the network, not the other way around as was the case with the other three radio networks. 
Programming
In the period before and after the advent of the broadcast network, new forms of entertainment needed to be created to fill the time of a station's broadcast day. Many of the formats born in this era continued into the television and digital eras. In the beginning of the Golden Age, network programs were almost exclusively broadcast live, as the national networks prohibited the airing of recorded programs until the late 1940s because of the inferior sound quality of phonograph discs, the only practical recording medium at that time. As a result, network prime-time shows would be performed twice, once for each coast. 
Rehearsal for the World War II radio show You Can't Do Business with Hitler with John Flynn and Virginia Moore. This series of programs, broadcast at least once weekly by more than 790 radio stations in the United States, was written and produced by the radio section of the Office of War Information (OWI).
Live events
Coverage of live events included musical concerts and play-by-play sports broadcasts. News
The capability of the new medium to get information to people created the format of modern radio news: headlines, remote reporting, sidewalk interviews (such as Vox Pop), panel discussions, weather reports, and farm reports. The entry of radio into the realm of news triggered a feud between the radio and newspaper industries in the mid-1930s, eventually culminating in newspapers trumping up exaggerated [citation needed] reports of a mass hysteria from the (entirely fictional) radio presentation of The War of the Worlds, which had been presented as a faux newscast. Musical features
The sponsored musical feature soon became one of the most popular program formats. Most early radio sponsorship came in the form of selling the naming rights to the program, as evidenced by such programs as The A&P Gypsies, Champion Spark Plug Hour, The Clicquot Club Eskimos, and King Biscuit Time; commercials, as they are known in the modern era, were still relatively uncommon and considered intrusive. During the 1930s and 1940s, the leading orchestras were heard often through big band remotes, and NBC's Monitor continued such remotes well into the 1950s by broadcasting live music from New York City jazz clubs to rural America. Singers such as Harriet Lee and Wendell Hall became popular fixtures on network radio beginning in the late 1920s and early 1930s. Local stations often had staff organists such as Jesse Crawford playing popular tunes. Classical music programs on the air included The Voice of Firestone and The Bell Telephone Hour. Texaco sponsored the Metropolitan Opera radio broadcasts; the broadcasts, now sponsored by the Toll Brothers, continue to this day around the world, and are one of the few examples of live classical music still broadcast on radio. One of the most notable of all classical music radio programs of the Golden Age of Radio featured the celebrated Italian conductor Arturo Toscanini conducting the NBC Symphony Orchestra, which had been created especially for him. At that time, nearly all classical musicians and critics considered Toscanini the greatest living maestro. Popular songwriters such as George Gershwin were also featured on radio. (Gershwin, in addition to frequent appearances as a guest, had his own program in 1934.) The New York Philharmonic also had weekly concerts on radio. There was no dedicated classical music radio station like NPR at that time, so classical music programs had to share the network they were broadcast on with more popular ones, much as in the days of television before the creation of NET and PBS. Country music also enjoyed popularity. National Barn Dance, begun on Chicago's WLS in 1924, was picked up by NBC Radio in 1933. In 1925, WSM Barn Dance went on the air from Nashville. It was renamed the Grand Ole Opry in 1927 and NBC carried portions from 1944 to 1956. NBC also aired The Red Foley Show from 1951 to 1961, and ABC Radio carried Ozark Jubilee from 1953 to 1961. Comedy
Radio attracted top comedy talents from vaudeville and Hollywood for many years: Bing Crosby, Abbott and Costello, Fred Allen, Jack Benny, Victor Borge, Fanny Brice, Billie Burke, Bob Burns, Judy Canova, Eddie Cantor, Jimmy Durante, Burns and Allen, Phil Harris, Edgar Bergen, Bob Hope, Groucho Marx, Jean Shepherd, Red Skelton and Ed Wynn. Situational comedies also gained popularity, such as Amos 'n' Andy, Easy Aces, Ethel and Albert, Fibber McGee and Molly, The Goldbergs, The Great Gildersleeve, The Halls of Ivy (which featured screen star Ronald Colman and his wife Benita Hume), Meet Corliss Archer, Meet Millie, and Our Miss Brooks. Radio comedy ran the gamut from the small town humor of Lum and Abner, Herb Shriner and Minnie Pearl to the dialect characterizations of Mel Blanc and the caustic sarcasm of Henry Morgan. Gags galore were delivered weekly on Stop Me If You've Heard This One and Can You Top This?,[18] panel programs devoted to the art of telling jokes. Quiz shows were lampooned on It Pays to Be Ignorant, and other memorable parodies were presented by such satirists as Spike Jones, Stoopnagle and Budd, Stan Freberg and Bob and Ray. British comedy reached American shores in a major assault when NBC carried The Goon Show in the mid-1950s. 
Some shows originated as stage productions: Clifford Goldsmith's play What a Life was reworked into NBC's popular, long-running The Aldrich Family (1939–1953) with the familiar catchphrases "Henry! Henry Aldrich!," followed by Henry's answer, "Coming, Mother!" Moss Hart and George S. Kaufman's Pulitzer Prize-winning Broadway hit, You Can't Take It with You (1936), became a weekly situation comedy heard on Mutual (1944) with Everett Sloane and later on NBC (1951) with Walter Brennan. Other shows were adapted from comic strips, such as Blondie, Dick Tracy, Gasoline Alley, The Gumps, Li'l Abner, Little Orphan Annie, Popeye the Sailor, Red Ryder, Reg'lar Fellers, Terry and the Pirates and Tillie the Toiler. Bob Montana's redheaded teen of comic strips and comic books was heard on radio's Archie Andrews from 1943 to 1953. The Timid Soul was a 1941–1942 comedy based on cartoonist H. T. Webster's famed Caspar Milquetoast character, and Robert L. Ripley's Believe It or Not! was adapted to several different radio formats during the 1930s and 1940s. Conversely, some radio shows gave rise to spinoff comic strips, such as My Friend Irma starring Marie Wilson. Soap operas
The first program generally considered to be a daytime serial drama by scholars of the genre is Painted Dreams, which premiered on WGN on October 20, 1930. The first networked daytime serial is Clara, Lu, 'n Em, which started in a daytime time slot on February 15, 1932. As daytime serials became popular in the early 1930s, they became known as soap operas because many were sponsored by soap products and detergents. On November 25, 1960, the last four daytime radio dramas—Young Dr. Malone, Right to Happiness, The Second Mrs. Burton and Ma Perkins, all broadcast on the CBS Radio Network—were brought to an end. Children's programming
The line-up of late afternoon adventure serials included Bobby Benson and the B-Bar-B Riders, The Cisco Kid, Jack Armstrong, the All-American Boy, Captain Midnight, and The Tom Mix Ralston Straight Shooters. Badges, rings, decoding devices and other radio premiums offered on these adventure shows were often allied with a sponsor's product, requiring the young listeners to mail in a boxtop from a breakfast cereal or other proof of purchase. Radio plays
Radio plays were presented on such programs as 26 by Corwin, NBC Short Story, Arch Oboler's Plays, Quiet, Please, and CBS Radio Workshop. Orson Welles's The Mercury Theatre on the Air and The Campbell Playhouse were considered by many critics to be the finest radio drama anthologies ever presented. They usually starred Welles in the leading role, along with celebrity guest stars such as Margaret Sullavan or Helen Hayes, in adaptations from literature, Broadway, and/or films. They included such titles as Liliom, Oliver Twist (a title now feared lost), A Tale of Two Cities, Lost Horizon, and The Murder of Roger Ackroyd. It was on Mercury Theatre that Welles presented his celebrated-but-infamous 1938 adaptation of H. G. Wells's The War of the Worlds, formatted to sound like a breaking news program. Theatre Guild on the Air presented adaptations of classical and Broadway plays. Their Shakespeare adaptations included a one-hour Macbeth starring Maurice Evans and Judith Anderson, and a 90-minute Hamlet, starring John Gielgud.[22] Recordings of many of these programs survive. During the 1940s, Basil Rathbone and Nigel Bruce, famous for playing Sherlock Holmes and Dr. Watson in films, repeated their characterizations on radio on The New Adventures of Sherlock Holmes, which featured both original stories and episodes directly adapted from Arthur Conan Doyle's stories. None of the episodes in which Rathbone and Bruce starred on the radio program were filmed with the two actors as Holmes and Watson, so radio became the only medium in which audiences were able to experience Rathbone and Bruce appearing in some of the more famous Holmes stories, such as "The Speckled Band". There were also many dramatizations of Sherlock Holmes stories on radio without Rathbone and Bruce. During the latter part of his career, celebrated actor John Barrymore starred in a radio program, Streamlined Shakespeare, which featured him in a series of one-hour adaptations of Shakespeare plays, many of which Barrymore never appeared in either on stage or in films, such as Twelfth Night (in which he played both Malvolio and Sir Toby Belch), and Macbeth. Lux Radio Theatre and The Screen Guild Theater presented adaptations of Hollywood movies, performed before a live audience, usually with cast members from the original films. Suspense, Escape, The Mysterious Traveler and Inner Sanctum Mystery were popular thriller anthology series. Leading writers who created original material for radio included Norman Corwin, Carlton E. Morse, David Goodis, Archibald MacLeish, Arthur Miller, Arch Oboler, Wyllis Cooper, Rod Serling, Jay Bennett, and Irwin Shaw. Game shows
Game shows saw their beginnings in radio. One of the first was Information Please in 1938, and one of the first major successes was Dr. I.Q. in 1939. Winner Take All, which premiered in 1946, was the first to use lockout devices and feature returning champions. A relative of the game show, which would be called the giveaway show in contemporary media, typically involved giving sponsored products to studio audience members, people randomly called by telephone, or both. An early example of this show was the 1939 show Pot o' Gold, but the breakout hit of this type was ABC's Stop the Music in 1948. Winning a prize generally required knowledge of what was being aired on the show at that moment, which led to criticism of the giveaway show as a form of "buying an audience". Giveaway shows were extremely popular through 1948 and 1949. They were often panned as low-brow, and an unsuccessful attempt was even made by the FCC to ban them (as an illegal lottery) in August 1949.[23] Broadcast production methods
The RCA Type 44-BX microphone had two live faces and two dead ones. Thus actors could face each other and react. An actor could give the effect of leaving the room by simply moving their head toward the dead face of the microphone. The scripts were paper-clipped together. It has been disputed whether or not actors and actresses would drop finished pages to the carpeted floor after use. 
Radio stations
Despite a general ban on use of recordings on broadcasts by radio networks through the late 1940s, "reference recordings" on phonograph disc were made of many programs as they were being broadcast, for review by the sponsor and for the network's own archival purposes. With the development of high-fidelity magnetic wire and tape recording in the years following World War II, the networks became more open to airing recorded programs and the prerecording of shows became more common. Local stations, however, had always been free to use recordings and sometimes made substantial use of pre-recorded syndicated programs distributed on pressed (as opposed to individually recorded) transcription discs. Recording was done using a cutting lathe and acetate discs. Programs were normally recorded at 331⁄3 rpm on 16 inch discs, the standard format used for such "electrical transcriptions" from the early 1930s through the 1950s. Sometimes, the groove was cut starting at the inside of the disc and running to the outside. This was useful when the program to be recorded was longer than 15 minutes so required more than one disc side. By recording the first side outside in, the second inside out, and so on, the sound quality at the disc change-over points would match and result in a more seamless playback. An inside start also had the advantage that the thread of material cut from the disc's surface, which had to be kept out of the path of the cutting stylus, was naturally thrown toward the centre of the disc so was automatically out of the way. When cutting an outside start disc, a brush could be used to keep it out of the way by sweeping it toward the middle of the disc. Well-equipped recording lathes used the vacuum from a water aspirator to pick it up as it was cut and deposit it in a water-filled bottle. In addition to convenience, this served a safety purpose, as the cellulose nitrate thread was highly flammable and a loose accumulation of it combusted violently if ignited. Most recordings of radio broadcasts were made at a radio network's studios, or at the facilities of a network-owned or affiliated station, which might have four or more lathes. A small local station often had none. Two lathes were required to capture a program longer than 15 minutes without losing parts of it while discs were flipped over or changed, along with a trained technician to operate them and monitor the recording while it was being made. However, some surviving recordings were produced by local stations. When a substantial number of copies of an electrical transcription were required, as for the distribution of a syndicated program, they were produced by the same process used to make ordinary records. A master recording was cut, then electroplated to produce a stamper from which pressings in vinyl (or, in the case of transcription discs pressed before about 1935, shellac) were moulded in a record press. Armed Forces Radio Service 
Frank Sinatra and Alida Valli converse over Armed Forces Radio Service during World War II
The Armed Forces Radio Service (AFRS) had its origins in the U.S. War Department's quest to improve troop morale. This quest began with short-wave broadcasts of educational and information programs to troops in 1940. In 1941, the War Department began issuing "Buddy Kits" (B-Kits) to departing troops, which consisted of radios, 78 rpm records and electrical transcription discs of radio shows. However, with the entrance of the United States into World War II, the War Department decided that it needed to improve the quality and quantity of its offerings. This began with the broadcasting of its own original variety programs. Command Performance was the first of these, produced for the first time on March 1, 1942. On May 26, 1942, the Armed Forces Radio Service was formally established. Originally, its programming comprised network radio shows with the commercials removed. However, it soon began producing original programming, such as Mail Call, G.I. Journal, Jubilee and GI Jive. At its peak in 1945, the Service produced around 20 hours of original programming each week. From 1943 until 1949 the AFRS also broadcast programs developed through the collaborative efforts of the Office of the Coordinator of Inter-American Affairs and the Columbia Broadcasting System in support of America's cultural diplomacy initiatives and President Franklin Roosevelt's Good Neighbour policy. Included among the popular shows was Viva America which showcased leading musical artists from both North and South America for the entertainment of America's troops. Included among the regular performers were: Alfredo Antonini, Juan Arvizu, Nestor Mesta Chayres, Kate Smith,[26] and John Serry Sr. After the war, the AFRS continued providing programming to troops in Europe. During the 1950s and early 1960s it presented performances by the Army's only symphonic orchestra ensemble—the Seventh Army Symphony Orchestra. It also provided programming for future wars that the United States was involved in. It survives today as a component of the American Forces Network (AFN). All of the shows aired by the AFRS during the Golden Age were recorded as electrical transcription discs, vinyl copies of which were shipped to stations overseas to be broadcast to the troops. People in the United States rarely ever heard programming from the AFRS,[31] though AFRS recordings of Golden Age network shows were occasionally broadcast on some domestic stations beginning in the 1950s. In some cases, the AFRS disc is the only surviving recording of a program. Home radio recordings in the United States
There was some home recording of radio broadcasts in the 1930s and 1940s. Examples from as early as 1930 have been documented. During these years, home recordings were made with disc recorders, most of which were only capable of storing about four minutes of a radio program on each side of a twelve-inch 78 rpm record. Most home recordings were made on even shorter-playing ten-inch or smaller discs. Some home disc recorders offered the option of the 331⁄3 rpm speed used for electrical transcriptions, allowing a recording more than twice as long to be made, although with reduced audio quality. Office dictation equipment was sometimes pressed into service for making recordings of radio broadcasts, but the audio quality of these devices was poor and the resulting recordings were in odd formats that had to be played back on similar equipment. Due to the expense of recorders and the limitations of the recording media, home recording of broadcasts was not common during this period and it was usually limited to brief excerpts. The lack of suitable home recording equipment was somewhat relieved in 1947 with the availability of magnetic wire recorders for domestic use. These were capable of recording an hour-long broadcast on a single small spool of wire, and if a high-quality radio's audio output was recorded directly, rather than by holding a microphone up to its speaker, the recorded sound quality was very good. However, because the wire cost money and, like magnetic tape, could be repeatedly re-used to make new recordings, only a few complete broadcasts appear to have survived on this medium. In fact, there was little home recording of complete radio programs until the early 1950s, when increasingly affordable reel-to-reel tape recorders for home use were introduced to the market. Recording media
Electrical transcription discs   The War of the Worlds radio broadcast by Orson Welles on electrical transcription disc
Before the early 1950s, when radio networks and local stations wanted to preserve a live broadcast, they did so by means of special phonograph records known as "electrical transcriptions" (ETs), made by cutting a sound-modulated groove into a blank disc. At first, in the early 1930s, the blanks varied in both size and composition, but most often they were simply bare aluminum and the groove was indented rather than cut. Typically, these very early recordings were not made by the network or radio station, but by a private recording service contracted by the broadcast sponsor or one of the performers. The bare aluminum discs were typically 10 or 12 inches in diameter and recorded at the then-standard speed of 78 rpm, which meant that several disc sides were required to accommodate even a 15-minute program. By about 1936, 16-inch aluminum-based discs coated with cellulose nitrate lacquer, commonly known as acetates and recorded at a speed of 331⁄3 rpm, had been adopted by the networks and individual radio stations as the standard medium for recording broadcasts. The making of such recordings, at least for some purposes, then became routine. Some discs were recorded using a "hill and dale" vertically modulated groove, rather than the "lateral" side-to-side modulation found on the records being made for home use at that time. The large slow-speed discs could easily contain fifteen minutes on each side, allowing an hour-long program to be recorded on only two discs. The lacquer was softer than shellac or vinyl and wore more rapidly, allowing only a few playbacks with the heavy pickups and steel needles then in use before deterioration became audible. During World War II, aluminum became a necessary material for the war effort and was in short supply. This caused an alternative to be sought for the base on which to coat the lacquer. Glass, despite its obvious disadvantage of fragility, had occasionally been used in earlier years because it could provide a perfectly smooth and even supporting surface for mastering and other critical applications. Glass base recording blanks came into general use for the duration of the war. Magnetic wire recording
In the late 1940s, wire recorders became a readily obtainable means of recording radio programs. On a per-minute basis, it was less expensive to record a broadcast on wire than on discs. The one-hour program that required the four sides of two 16-inch discs could be recorded intact on a single spool of wire less than three inches in diameter and about half an inch thick. The audio fidelity of a good wire recording was comparable to acetate discs and by comparison the wire was practically indestructible, but it was soon rendered obsolete by the more manageable and easily edited medium of magnetic tape. Reel-to-reel tape recording
Bing Crosby became the first major proponent of magnetic tape recording for radio, and he was the first to use it on network radio, after he did a demonstration program in 1947. Tape had several advantages over earlier recording methods. Running at a sufficiently high speed, it could achieve higher fidelity than both electrical transcription discs and magnetic wire. Discs could be edited only by copying parts of them to a new disc, and the copying entailed a loss of audio quality. Wire could be divided up and the ends spliced together by knotting, but wire was difficult to handle and the crude splices were too noticeable. Tape could be edited by cutting it with a blade and neatly joining ends together with adhesive tape. By early 1949, the transition from live performances preserved on discs to performances pre-recorded on magnetic tape for later broadcast was complete for network radio programs. However, for the physical distribution of pre-recorded programming to individual stations, 16-inch 331⁄3 rpm vinyl pressings, less expensive to produce in quantities of identical copies than tapes, continued to be standard throughout the 1950s. Availability of recordings
The great majority of pre-World War II live radio broadcasts are lost. Many were never recorded; few recordings antedate the early 1930s. Beginning then several of the longer-running radio dramas have their archives complete or nearly complete. The earlier the date, the less likely it is that a recording survives. However, a good number of syndicated programs from this period have survived because copies were distributed far and wide. Recordings of live network broadcasts from the World War II years were preserved in the form of pressed vinyl copies issued by the Armed Forces Radio Service (AFRS) and survive in relative abundance. Syndicated programs from World War II and later years have nearly all survived. The survival of network programming from this time frame is more inconsistent; the networks started prerecording their formerly live shows on magnetic tape for subsequent network broadcast, but did not physically distribute copies, and the expensive tapes, unlike electrical transcription ("ET") discs, could be "wiped" and re-used (especially since, in the age of emerging trends such as television and music radio, such recordings were believed to have virtually no rerun or resale value). Thus, while some prime time network radio series from this era exist in full or almost in full, especially the most famous and longest-lived of them, less prominent or shorter-lived series (such as serials) may have only a handful of extant episodes. Airchecks, off-the-air recordings of complete shows made by, or at the behest of, individuals for their own private use, sometimes help to fill in such gaps. The contents of privately made recordings of live broadcasts from the first half of the 1930s can be of particular interest, as little live material from that period survives. Unfortunately, the sound quality of very early private recordings is often very poor, although in some cases this is largely due to the use of an incorrect playback stylus, which can also badly damage some unusual types of discs. Most of the Golden Age programs in circulation among collectors—whether on analogue tape, CD, or in the form of MP3s—originated from analogue 16-inch transcription disc, although some are off-the-air AM recordings. But in many cases, the circulating recordings are corrupted (decreased in quality), because lossless digital recording for the home market did not come until the very end of the twentieth century. Collectors made and shared recordings on analogue magnetic tapes, the only practical, relatively inexpensive medium, first on reels, then cassettes. "Sharing" usually meant making a duplicate tape. They connected two recorders, playing on one and recording on the other. Analog recordings are never perfect, and copying an analogue recording multiplies the imperfections. With the oldest recordings this can even mean it went out the speaker of one machine and in via the microphone of the other. The muffled sound, dropouts, sudden changes in sound quality, unsteady pitch, and other defects heard all too often are almost always accumulated tape copy defects. In addition, magnetic recordings, unless preserved archivally, are gradually damaged by the Earth's magnetic field. The audio quality of the source discs, when they have survived unscathed and are accessed and dubbed anew, is usually found to be reasonably clear and undistorted, sometimes startlingly good, although like all phonograph records they are vulnerable to wear and the effects of scuffs, scratches, and ground-in dust. Many shows from the 1940s have survived only in edited AFRS versions, although some exist in both the original and AFRS forms. As of 2020, the Old Time Radio collection at the Internet Archive contains 5,121 recordings. An active group of collectors makes digitally available, via CD or download, large collections of programs. RadioEchoes.com offers 98,949 episodes in their collection, but not all is old-time radio. Copyright status
Unlike film, television, and print items from the era, the copyright status of most recordings from the Golden Age of Radio is unclear. This is because, prior to 1972, the United States delegated the copyrighting of sound recordings to the individual states, many of which offered more generous common law copyright protections than the federal government offered for other media (some offered perpetual copyright, which has since been abolished; under the Music Modernization Act of September 2018, any sound recording 95 years old or older will be thrust into the public domain regardless of state law). The only exceptions are AFRS original productions, which are considered work of the United States government and thus both ineligible for federal copyright and outside the jurisdiction of any state; these programs are firmly in the public domain (this does not apply to programs carried by AFRS but produced by commercial networks). In practice, most old-time radio recordings are treated as orphan works: although there may still be a valid copyright on the program, it is seldom enforced. The copyright on an individual sound recording is distinct from the federal copyright for the underlying material (such as a published script, music, or in the case of adaptations, the original film or television material), and in many cases it is impossible to determine where or when the original recording was made or if the recording was copyrighted in that state. The U.S. Copyright Office states "there are a variety of legal regimes governing protection of pre-1972 sound recordings in the various states, and the scope of protection and of exceptions and limitations to that protection is unclear."[39] For example, New York has issued contradicting rulings on whether or not common law exists in that state; the most recent ruling, 2016's Flo & Eddie, Inc. v. Sirius XM Radio, holds that there is no such copyright in New York in regard to public performance.[40] Further complicating matters is that certain examples in case law have implied that radio broadcasts (and faithful reproductions thereof), because they were distributed freely to the public over the air, may not be eligible for copyright in and of themselves. The Internet Archive and other organizations that distribute public domain and open-source audio recordings maintain extensive archives of old-time radio programs. Legacy
United States
Some old-time radio shows continued on the air, although in ever-dwindling numbers, throughout the 1950s, even after their television equivalents had conquered the general public. One factor which helped to kill off old-time radio entirely was the evolution of popular music (including the development of rock and roll), which led to the birth of the top 40 radio format. A top 40 show could be produced in a small studio in a local station with minimal staff. This displaced full-service network radio and hastened the end of the golden-age era of radio drama by 1962. (Radio as a broadcast medium would survive, thanks in part to the proliferation of the transistor radio, and permanent installation in vehicles, making the medium far more portable than television). Full-service stations that did not adopt either top 40 or the mellower beautiful music or MOR formats eventually developed all-news radio in the mid-1960s. Scripted radio comedy and drama in the vein of old-time radio has a limited presence on U.S. radio. Several radio theatre series are still in production in the United States, usually airing on Sunday nights. These include original series such as Imagination Theatre and a radio adaptation of The Twilight Zone TV series, as well as rerun compilations such as the popular daily series When Radio Was and USA Radio Network's Golden Age of Radio Theatre, and weekly programs such as The Big Broadcast on WAMU, hosted by Murray Horwitz. These shows usually air in late nights and/or on weekends on small AM stations. Carl Amari's nationally syndicated radio show Hollywood 360 features 5 old-time radio episodes each week during his 5-hour broadcast. Amari's show is heard on 100+ radio stations coast-to-coast and in 168 countries on American Forces Radio. Local rerun compilations are also heard, primarily on public radio stations. Sirius XM Radio maintains a full-time Radio Classics channel devoted to rebroadcasts of vintage radio shows. Starting in 1974, Garrison Keillor, through his syndicated two-hour-long program A Prairie Home Companion, has provided a living museum of the production, tone and listener's experience of this era of radio for several generations after its demise. Produced live in theaters throughout the country, using the same sound effects and techniques of the era, it ran through 2016 with Keillor as host. The program included segments that were close renditions (in the form of parody) of specific genres of this era, including Westerns ("Dusty and Lefty, The Lives of the Cowboys"), detective procedurals ("Guy Noir, Private Eye") and even advertising through fictional commercials. Keillor also wrote a novel, WLT: A Radio Romance based on a radio station of this era—including a personally narrated version for the ultimate in verisimilitude. Upon Keillor's retirement, replacement host Chris Thile chose to reboot the show (since renamed Live from Here after the syndicator cut ties with Keillor) and eliminate much of the old-time radio trappings of the format; the show was ultimately canceled in 2020 due to financial and logistics problems. Vintage shows and new audio productions in America are accessible more widely from recordings or by satellite and web broadcasters, rather than over conventional AM and FM radio. The National Audio Theatre Festival is a national organization and yearly conference keeping the audio arts—especially audio drama—alive, and continues to involve long-time voice actors and OTR veterans in its ranks. Its predecessor, the Midwest Radio Theatre Workshop, was first hosted by Jim Jordan, of Fibber McGee and Molly fame, and Norman Corwin advised the organization. One of the longest running radio programs celebrating this era is The Golden Days of Radio, which was hosted on the Armed Forces Radio Service for more than 20 years and overall for more than 50 years by Frank Bresee, who also played "Little Beaver" on the Red Ryder program as a child actor. One of the very few still-running shows from the earlier era of radio is a Christian program entitled Unshackled! The weekly half-hour show, produced in Chicago by Pacific Garden Mission, has been continuously broadcast since 1950. The shows are created using techniques from the 1950s (including home-made sound effects) and are broadcast across the U.S. and around the world by thousands of radio stations. Today, radio performers of the past appear at conventions that feature re-creations of classic shows, as well as music, memorabilia and historical panels. The largest of these events was the Friends of Old Time Radio Convention, held in Newark, New Jersey, which held its final convention in October 2011 after 36 years. Others include REPS in Seattle (June), SPERDVAC in California, the Cincinnati OTR & Nostalgia Convention (April), and the Mid-Atlantic Nostalgia Convention (September). Veterans of the Friends of Old Time Radio Convention, including Chairperson Steven M. Lewis of The Gotham Radio Players, Maggie Thompson, publisher of the Comic Book Buyer's Guide, Craig Wichman of audio drama troupe Quicksilver Audio Theater and long-time FOTR Publicist Sean Dougherty have launched a successor event, Celebrating Audio Theater – Old & New, scheduled for October 12–13, 2012. Radio dramas from the golden age are sometimes recreated as live stage performances at such events. One such group, led by director Daniel Smith, has been performing re-creations of old-time radio dramas at Fairfield University's Regina A. Quick Center for the Arts since the year 2000. The 40th anniversary of what is widely considered the end of the old time radio era (the final broadcasts of Yours Truly, Johnny Dollar and Suspense on September 30, 1962) was marked with a commentary on NPR's All Things Considered. A handful of radio programs from the old-time era remain in production, all from the genres of news, music, or religious broadcasting: the Grand Ole Opry (1925), Music and the Spoken Word (1929), The Lutheran Hour (1930), the CBS World News Roundup (1938), King Biscuit Time (1941) and the Renfro Valley Gatherin' (1943). Of those, all but the Opry maintain their original short-form length of 30 minutes or less. The Wheeling Jamboree counts an earlier program on a competing station as part of its history, tracing its lineage back to 1933. Western revival/comedy act Riders in the Sky produced a radio serial Riders Radio Theatre in the 1980s and 1990s and continues to provide sketch comedy on existing radio programs including the Grand Ole Opry, Midnite Jamboree and WoodSongs Old-Time Radio Hour. Elsewhere
Regular broadcasts of radio plays are also heard in—among other countries—Australia, Croatia, Estonia,[46] France, Germany, Ireland, Japan, New Zealand, Norway, Romania, and Sweden. In the United Kingdom, such scripted radio drama continues on BBC Radio 3 and (principally) BBC Radio 4, the second-most popular radio station in the country, as well as on the rerun channel BBC Radio 4 Extra, which is the seventh-most popular station there.   
   #starradio #totalstar #star1075 #heart #heartradio #lbc #bbc #bbcradio #bbcradio1 #bbcradio2 #bbcradio3 #bbcradio4 #radio4extra #absoluteradio #absolute #capital #capitalradio #greatesthitsradio #hitsradio #radio #adultcontemporary #spain #bristol #frenchay #colyton #lymeregis #seaton #beer #devon #eastdevon #brettorchard #brettsoldtimeradioshow 
   fe2f4df62ffeeb8c30c04d3d3454779ca91a4871

Find me and the show on social media. Click the following links or search @DrWilmerLeon on X/Twitter, Instagram, Facebook, and YouTube!   FULL TRANSCRIPT: Wilmer Leon (00:00): So here's a question. How does the false construct of race, and yes, it is a false construct or the real constructs of culture and cultural identity factor into our opposition to or support for a political candidate. Let's find out Announcer (00:26): Connecting the dots with Dr. Wilmer Leon, where the analysis of politics, culture, and history converge. Wilmer Leon (00:33): Welcome to the Connecting the Dots podcast with Dr. Wilmer Leon and I am Wilmer Leon. Here's the point. We have a tendency to view current events as though they occur in a vacuum, failing to understand the broader historical context in which most events take place. During each episode of connecting the dots, my guests and I have probing, provocative, and in-depth discussions about the broader historic context in which most events occur. This enables you to better understand and analyze the events and the impact that these events have on the global village in which we live on today's episode. The issue before us is, as I stated, how does the false construct of race and it is a false construct and or the real issues of culture and cultural identity factor into our opposition to and support for candidates for insight. Let's turn to my guest, Dr. (01:35) Chantel Sherman is a historian and journalist whose work documents deconstructs and interprets eugenic themes in popular culture, identity formation among African-Americans and reproductive apartheid in carceral spaces and within marginalized communities. Publisher of Acumen Magazine, author of In Search of Purity, eugenics and Racial Uplift among New Negroes, 1915 and 1935, as well as popular eugenics in television and film. Also, she's a novelist of Fester and Spill. Dr. Chantel Sherman, welcome back. Good morning. Thank you for having me. And as always, thank you for joining me. And I got to add, she's a very, very dear friend as well, so I get to call her Chantel, before we get to the question posed in the open, A viewer of our last discussion reached out to me and wanted us to elaborate on the issues of eugenics in medicine because many of us know some things about the Tuskegee study as well as Ms. Henrietta Lacks, but there's an awful lot more to eugenics and medicine than just those two issues. So starting there, particularly with the Tuskegee experiment, I elaborate, clarify what you know to be some of the misunderstandings about that, a little bit about Henrietta Lacks and then where are we with eugenics in medicine? Shantella Sherman (03:10): Sure. It's a loaded question because it actually has, the response is almost a series of volumes, quite frankly, but to synthesize this understanding, eugenics means what you're trying to do is create better people. And in order to create better people, you have to know what they're made of, what makes good stock, what makes good genes. And so what we've tried to do in this country through eugenics is to create better people by restricting who can and who cannot have children incarcerating people performing sterilizations for sterilizations on folks who we deem as unfit. And so it's not just about the body, but it's the body politic. So if I determine that you're poor, for instance, it's believed that poverty is in your DNA diseases are automatically in your DNA. And so black people as a whole, were considered to be contaminated. We are still considered to be largely contaminated. (04:17) We are a bad gene pool, we are a subhuman group according to science and eugenics. So based on this, studying any type of disease means studying black people, and sometimes it means injecting them with certain things. So with Tuskegee, there's been a bit of a revisionist history about these are black people who had syphilis and we simply did not treat them in order to see the development of the disease or the course of the disease over years. The truth of the matter is many of these men were injected with syphilis, and that's the original documentation that we don't necessarily look at. We have to get to a point where we're looking at the entire scope of information and data. Alabama, Tuskegee was not the only place where these syphilis studies were taking place. The serological studies were taking place in six different states and they were all connected to sharecropping or farming communities, sharecropping communities where the black people there could not necessarily leave of their own free will. (05:23) And then based upon that, you had a population that you could study, you could inject with different things. I've seen studies where folks are literally looking at how pesticides work by spraying cotton fields and leaving the black people who are working in the cotton fields in the fields so that as they develop lung conditions, you now start to talk about how black people don't have the capacity to breathe in certain places or they have bad lungs or these other things as if they're genetic, when the truth of the matter is you are experimenting on them. And so we've been the Guinea pigs unwittingly in this country for a long time, but because the stroke and the core of the information is based upon black people being somehow contaminated anyway, being less human, then we become like the lab rats or the little white mice in the labs where constantly we're having things tested on us and we don't necessarily know this. Then the scope of that becomes black people are 10 times more likely to have this. They're 10 times more likely to do this or to die of these conditions, or their behaviors lend themselves to these particular things. Wilmer Leon (06:39): When you said make better people, it was inferred, but I want to state the obvious. When the Nazis were trying to make the superior race, they were not doing this for the betterment of mankind, even though in their warped racist minds, they thought, so this was not altruistic by any stretch of the imagination. They were trying to make better white people at the expense of people of color. Is that hyperbolic on my Shantella Sherman (07:22): No, it's on point. I mean, the fact of the matter is if you consider non-white people to be subhuman, there we go. Or a subspecies. Let's pull this into America. When you say American, you're not talking about black people, you're talking about white people. That's why you have to add these hyphens, African-American, because America is the culture. It is also the race. It is also the health. It is also the patriotism. It is also the citizenship. And so this language becomes loaded. So when you say American, I'm looking at things that are talking about the American birth rate. The American birth rate is not going down when we're talking about black people or Hispanic people. So where in America is the birth issue? It's an American issue. It's a white issue. Wilmer Leon (08:15): It's a very white issue. And I'm quickly trying to put my hands on a piece by Dr. Walters here. I think I have it that speaks to this in the political context where, well, I can't find the quote, but he basically talks about, it's very important to understand that, oh, here we go. This is from white nationalism, black interests, and so this is your eugenics. On the policy side, if a race is dominant to the extent that it controls the government of the state defined as the authoritative institutions of decision-making, it is able to utilize those institutions and the policy outcomes they produce as instruments through which it is also structures its racial interests. Given a condition where one race is dominant in all political institutions, most policy appears to take on an objective quality where policymakers argue they're acting on the basis of national interests rather than racial ones. So that's Dr. Walters telling us, if I can just cut to the chase, when white folks run the show and they speak in the national interest, they're talking about their interests, not ours, and that's absolutely okay. Alright, Shantella Sherman (09:55): That's it. Wilmer Leon (09:55): So two other points about Tuskegee that I think are very important for people to understand. I know there were black nurses involved and weren't there also black physicians involved? Shantella Sherman (10:08): Absolutely. Wilmer Leon (10:09): And there is some question about whether there was actual consent. How much of this did they actually know or were they dupes? Isn't that a question that gets posed? Shantella Sherman (10:24): It's a question that's posed often because the belief is that if there's a black person in the room that they're going to side for black people, they're going to defend, they're going to try and help. But the reality is when we're talking science, we're talking medicine and science on behalf of the nation, on behalf of American Americans, we want to make sure that we have a healthy pool of black people as well. So it benefited and it benefits currently many black leaders to hold onto these eugenic things and these eugenic tropes and these eugenic theories where even though we don't talk about sterilizing people in the same way we did, then you still hear people say, black people, even this person has too many kids, they don't need to have any more kids. They're on welfare already. So what do you do? You Wilmer Leon (11:18): Give them Ronald Reagan's welfare queen, Shantella Sherman (11:20): Right? Well, right. If a white person says this, it's racist. If a black person says she already has 10 kids, she doesn't need anymore. She can't afford 'em, now she's neglecting them. We start with this other thing and it becomes, so what do we do? Give her no plan or something. And if that doesn't work, go ahead and give her a hysterectomy. That's eugenics. Wilmer Leon (11:41): An example of that on the other side is Octo mom. Shantella Sherman (11:45): Exactly, Wilmer Leon (11:47): Exactly. She got a TV show or she was trying to get a, there were people who were saying, oh, this woman is out here tripping and something needs to be done. But there were also those that wanted to glorify her, put her on television in order to generate revenue, Shantella Sherman (12:11): Generate revenue, but also public opinion, where she was one, a single woman, she already had one child that she was having trouble supporting. Then it became who should have access to IVF and all these other things, and then who's going to pay for all of these eight now nine children that she has? And it was like, what is she going to do with them and dah, dah, dah, dah. But you give the duggars one, she's single. If it's the Duggars who are just full of all types of deficiencies over here, I'm using eugenic terms. I'm sorry. All of a sudden it was like, right, give them a TV show. Give them money, give them this, give them that. Because what you're doing with television is programming people to believe some people need this, some people don't. If this was a black female in Chicago, in the Robert Taylor homes years ago and she had 10 or 11 kids, you'd be running her up a flagpole at this point and talking about the degeneracy and her kids are going to be this and there's no father in the house and all of these other things. (13:09) So when you push this politically and you start talking policy, this is what you're concerned about. We should be concerned about on a local, national, and even an international scale. And so as you start to talk about candidates, we have to have a clear understanding of where our potential leaders fall, whether they're black or white, because black people are also Americans. And so we're living the American dream, and I don't want these people living next to me and I don't want a prison next to me and I don't want halfway house over here, and I don't want the school of kids over here and I don't want this, this, this and this. And that's an American thing, even if the person or the kids or the people I'm talking about happens to be brown just like me. Wilmer Leon (13:57): So to wrap up the Tuskegee, what are the two biggest misnomers about Tuskegee that you want this audience to have a better understanding of before we get to Henrietta Lacks? What do you want people to understand about Tuskegee? Shantella Sherman (14:13): The Tuskegee was not the only place, and I don't even like it being named, that it was the Eugenics records office. Serological studies. And you had five other places, five other places other than Tuskegee, where these serological tests were being done and they did not necessarily stop. Wilmer Leon (14:34): Oh, meaning that they're still ongoing. I know they were going well into the seventies at least. Shantella Sherman (14:43): And if Tuskegee is the only one that they're talking about, what makes you think that? The serological studies that were taking place in Mississippi and in Tennessee, in Georgia, just in North Carolina. In North Carolina, and again, there's a whole record of this, but we don't talk about that and we don't talk about the black people intrinsically involved in these studies and in this research, Wilmer Leon (15:08): Henrietta Lacks, if you would elaborate, Shantella Sherman (15:13): One thing that we don't discuss with Henrietta Lacks is that the fact of the matter is that she was at Crownsville, she was in Maryland. Once again, you must make the connection between eugenics and these carceral spaces, either asylums places where you need to have a mental rest. I don't like even calling them. It's a home for the mentally ill. This person may have been having menopausal symptoms. They have women in there, they were reading too much. There's a Howard University professor and his name Escape Smith, the moment high ranking Howard University professor. He was caught up in Crownsville at some point and died there. And Wilmer Leon (15:52): For those that don't know, what is Crownsville? Shantella Sherman (15:54): Crownsville was the Maryland, it's, we would say asylum now, but it was a place for people who were feeble minded or had mental health issues. And you could be put there for any of a number of reasons. But once you were there, this was the one specifically for black folks. So a whole black neighborhood was cleared in order to put this asylum there and to let you know what they thought of black people, they made the black people who were supposed to be the patients actually build the hospital itself. And it remained open for quite a while, but it was a place of torture. It was a place of experiments. And Henrietta Lacks ended up there. And so while people are, she's telling people, okay, I'm having fibroid issues. The potential cancer issue, once you're in these spaces, you don't have rights over your own body. (16:45) So the experiments and the biopsies and the whatever else are also taking place in these spaces. And so that's where she was when all of this transpired, grabbing her cells, studying her cells. If you knew the cells could give us the cancer treatments that we have today, were you actually trying to treat her or were you trying to advance science? And so we have to start looking at who were some of the black doctors that were there, who were the other universities? You have universities that are attached to these asylums. And so it's not just, even if you're talking to Tuskegee, it's not just Tuskegee as the area, it's Tuskegee, the university, it's Howard or it's me, Harry. It's black institutions as well. And you have to look at this. Some of this is a class issue, but it's always a consciousness issue. You all right? Wilmer Leon (17:40): And just so people know that Henrietta Lacks, she was the first African-American woman whose cancer cells are the of the hela cell line, which is the first immortalized human cell line, and one of the most important cell lines in medical research. And a lot of people made a lot of money, Shantella Sherman (18:05): Still are Wilmer Leon (18:06): Hundreds of millions of dollars off of her body. And up until recently, her family did not receive any type of compensation for the illegal use of her body. And I want to put it in the context of body because when you talk about cells and people go, oh, cells, what the hell? No, it was her body that they used to create an incredibly valuable, some would say invaluable. You really can't even put a value on it. And up until recently, her family, I can see you want to go ahead. Go ahead. Shantella Sherman (18:52): Well, when you start talking about the value of black bodies, we can go currently, as of last year, the children that were involved, there was a situation in Philadelphia, 1985 where it was a group of what they called militant resistant black folks, the Africa Family Wilmer Leon (19:12): Move Shantella Sherman (19:12): Movement community. They were in a lovely community. And so they had this move project that they were doing, this is their thing. And you had a black mayor at this point who said, Wilmer Leon (19:23): William, good, Shantella Sherman (19:24): There you go, mayor. Wilmer Leon (19:26): Good. Who was bad? Shantella Sherman (19:28): I'm sick of having to deal with this. And instead of charging the house which had children in his whole family communal type of space, he said, let's drop a bomb, get a helicopter to drop a bomb on the house. Which of course ended up spreading. It tears up the entire neighborhood. But here's the point with this, two of the children that died in the bombing, somehow their bodies were sold given over to the University of Pennsylvania for study for research. Because the idea is, is there a difference in the brain and the mentality of a resistant black family and their children, their progeny that we need to be aware of? So now you have a university studying the brains and the body parts of dead children. The family does not know. The family did not know until last year that the university didn't even know that the bodies were sitting on the shelf Now Wilmer Leon (20:30): Because some of the other children survived and are now in their thirties and forties. Absolutely. Shantella Sherman (20:36): Absolutely. Absolutely. So they had to give those but become, we're going to give you the bodies back so they can be interred. What were you doing with these children? You were studying them, you're studying them not just as cadavers. They were being used in the classroom for what purpose though? And so I think that we need to really grapple with the fact that there's a value to black bodies, even if there's not a value to black people. The culture is amazing and this and this, but there is a value to black bodies that we don't talk about. And so there are folks that are, you have dollar signs on you when they see you, they have dollar signs on your womb, they have dollar signs on you as you matriculate through life and you navigate different systems. And the goal is to extract as much as possible while we are just kind of not paying attention to any of it. Wilmer Leon (21:34): There is the adage, you are a product of your environment. And so people will look at me, look at you. And how did you all become PhDs? Well, they haven't met your mother. I've had the blessing. They haven't met your parents. They haven't met my parents. We are products of our environment. So when you look at the children in the Africa family from move in Philadelphia, those children, there was nothing biologically different that made them one way or another. They were products. They were raised a certain way just as they want to talk about black on black crime, ignoring the fact that crime occurs everywhere. You tend to commit crime in the space that's closest to you against those that are closest to you. And that poverty is one of the greatest contributors to a criminal element. Not psychosis, not phenotype. And final point as they talk about black crime, who did the mafia commit most of its crime against other Italians? Who did the Polish Mafia? Who did the Russian mob? Who does the Israeli mob commit crime against those that are closest to them, but we don't understand it in that context. Shantella Sherman (23:19): Wiler, I'm going to throw this in here real quick. The University of Pennsylvania has a long history of studying black folks, especially ones that they consider to be degenerate types. For years, I did a series for Acumen Magazine called the Crack Baby Turns 30. And it looked at a study, a longitudinal study that the University of Pennsylvania was doing where they actually studied the children, the newborn babies that were left at the hospital by women who were crack addicted at that point. And they had these terrible lines in their notes saying things like, these children don't look you in the face. They are born with a pathology. They will be criminals and they will be murderers. And they don't even cry like real babies. They're like animals, okay, 30 years on and they're studying these kids every month 30 years later, they come back and say, each one of those children provided they were given to an aunt, a grandparent or someone else, and they were loved on and taken care of. (24:21) They turned out just fine. None of them have been in prison. None of them have committed crimes. None of them have had out welock babies, most of them. I think they said 90% of them have been to college. Alright. So it automatically tells you that the nature versus nurture is really just a dream. It's a dream sequence in some madman's laboratory where you're going to try and make a case by creating an environment where you're defunding this and unhinging people and then saying, this is a self-fulfilling prophecy or this is all about the numbers and these are the stats and this is where this goes. And it is simply not true. Wilmer Leon (25:04): Some may have heard me tell this story before, but nature versus nurture, really quick example, I went to a private Catholic high school in Sacramento, Christian brothers high school and had to pay tuition to get there. So whether it was hook or by crook, I can obviously afford to be there. I'm there. So the guidance counselor at the time, Mr. Patrick O'Brien sees me wearing a Hampton sweatshirt and I'm walking down the hall and he says, Wilmer, what is that? And I said, oh, this is the sweatshirt from the college I'm going to go to. And he says, you're going to college? I said, yeah, Mr. O'Brien, I'm going to college. He said, Wilmer, have you ever thought about trade school? I said, no, I have never thought about trade school. He says, well, why not? I said, because honestly, Mr. O'Brien, I don't want to have to take the ass whooping that I'm going to take if I go home and tell my parents I'm not going to college. Now there's nothing against going to trade school, but in my house. Shantella Sherman (26:13): Exactly. Wilmer Leon (26:14): That was not an option, Shantella Sherman (26:16): Not one. So Wilmer Leon (26:21): It was all a matter of environment. And so people look at my son now who just graduated from Hampton, and the boy understands he has two options, conform or perish. So it's not a miracle, it's an environment. It's a level of expectation that is set. It's a matter of standards that must be maintained and understanding if you follow the path, life is great. If you deviate from the path, you might have a problem on your hands and you have to make a decision, do I want this problem or do I? That's all. Am I wrong? Shantella Sherman (27:12): No, I mean it's spot on. And I think that again, we understood this 50 years ago in a way that we are not passing that information down now. So the fact that someone can come to me now with eugenic thoughts and tell me if a black child hasn't learned to read by the time they're in the third grade, they have automatically lined themselves up to go to prison. Who came up with that foolishness? Wilmer Leon (27:38): Wait a minute, I'm one of those kids. I'm one kids. Shantella Sherman (27:45): Come on now. Wilmer Leon (27:46): I was reading well below grade level when I was in the third grade and they had shifted, and that was the time when they had shifted how they were teaching reading away from phonics to sight words. Fortunately for me, my parents, we had a very dear friend, Mrs. Bode, Mrs. Gloria Bode, who was a reading specialist, she would come to the house three times a week after dinner. She taught me phonics. And within Goy, it wasn't even a month, I went from reading below the third grade level in third grade to reading at the seventh grade level. All she did was teach me phonics. Shantella Sherman (28:40): Exactly, exactly. So the fact that you can add fake science over here with the eugenic themes, add it to policy, trickle it into the school system, add some funding issues with this, it's like I need you to understand that's what public libraries are for. I need you to understand that every child learns at a different rate. I need you to understand that if there's calamity all around this child outside in the neighborhood, they're not listening for concentration purposes and it may be hindering them. There are things that we knew and we knew how to meet those challenges to ensure that the children in this great space would be able to matriculate. We haven't gone bonkers. So why is it that we are feeding into this and actually accepting that it's true? And then getting on television and saying yes, as a black psychologist, it is true that if black kids don't start reading, you have black people who don't know how to read until they are adults, but they've never committed crimes and they didn't turn into degenerates. So why are we leaning this 10 toes down? It really is a fact. Wilmer Leon (29:47): I know some of those people who became very productive individuals and education became very, very important for them because they understood the value of what they didn't have. And they instilled in their children who went on to college and went on to get master's degrees and other advanced degrees, and many of those kids didn't even realize until after they got out of school that their parents couldn't even read. Shantella Sherman (30:13): Many people went to their graves as black people and white people who never learned to read period, but that was not a part of their character. If you can't read, you're automatically going to become a criminal. That's not the way this works. It's not the way it works. So the fact that we bought into this again tells me that we're moving back into these eugenic themes without, it's the popular social eugenics that the average everyday person is just like, yeah, that makes sense. It does not. Wilmer Leon (30:43): It only makes sense if you don't have any sense. So moving into these popular eugenics themes, getting to now the question that I opened the show with, how does the false construct of race and yes, race is a false construct or the real constructs of culture and cultural identity factor into our opposition to or support for a political candidate. And that all centers around, and I'll state the obvious here at right now, the presumed democratic nominee, Kamala Harris, whose father is Jamaican, whose mother is Indian, and she in some circles is considered to be an African-American woman. I've heard her referred to as such. I've also heard her in many current commercials referred to as an Indian-American woman. And I want to stress this is not a judgmental conversation. Shantella Sherman (31:54): No. Wilmer Leon (31:55): Let me throw it to you, Dr. Sherman. Shantella Sherman (31:59): The issue at hand warmer is that however many of those boxes she chooses to check that show diversity or Wilmer Leon (32:06): Check for her Shantella Sherman (32:08): Either way, either way, all of those lend themselves to the greater eugenic conversation, which is she is non-white. Okay, 1924, racial integrity, that act coming out of Virginia said there are only two races. Skip the Monga, Loy Caucusi. We're going to scratch all of that. There are only two races, white and non-white and the fact that she's also female, that's another thing that we have to deal with. Public perception, American public perception, sometimes global public section of what it means to be any of these things or an amalgamation of all of these things. And some people may be offended by the term amalgamation, a mixture. We're all a mixture of a bunch of other things. What does that mean? And so each one of these people who are definitive about whiteness and Americanism and patriotism, they're questioning as they did with Obama citizenship. They're questioning her womanhood at this point. They're questioning as Wilmer Leon (33:15): They did with Michelle Obama. Shantella Sherman (33:17): Exactly. They're questioning. But on this side, how many kids does Kamala have? And then the fact that, Wilmer Leon (33:26): Didn't JD Vance call her a cat woman because she doesn't have any biological children of her own? Shantella Sherman (33:31): What is that exactly? Wilmer Leon (33:34): Wait a minute. I got to mention when I mention his name, we always must say for those who don't know, JD Vance is now Donald Trump's vice presidential nominee. He's the same guy who about three years ago compared Donald Trump to Adolf Hitler. So one has to ask the question, how does the guy who three years ago called another guy Adolf Hitler, wind up standing next to that guy as his vice presidential nominee. He didn't even call him Mussolini. He called him Hitler Shantella Sherman (34:07): And pay attention to the fact that when Kamala, Kamala was named as Joe Biden's running mate, once again, I heard the senator call say, okay, now we are going to have aunt your mama in the White House. This woman doesn't look like aunt your mama, no connections whatsoever. But all of a sudden this is what folks are thinking of you in these spaces all along. And so the nastiness of it starts to come out the thing. Wait Wilmer Leon (34:40): A minute, and that takes me to Tiger Woods when he first won the master's tournament and the year after the master's tournament, the winner gets to determine the menu for the player's dinner. And Fuzzy Zeller says, oh, we going to have fried chicken tonight. Shantella Sherman (34:58): Fried chicken and watermelon. Wilmer Leon (35:00): There you go. Shantella Sherman (35:01): Yeah. So again, my question is if we are that removed from the plantation at this point, why are you constantly trying to throw people back onto it? Or these are the only references that you're coming up with when you can clearly see in front of you that this isn't the case, it's the Fair State University, their whole thing, their memorabilia collection that they have of racist items that came up 1870 and moving forward. And it was like while we are saying they're racist, these are the things that keep peace in many white minds. I need an anama salt and pepper shaker. I need an anama cookie jump. I need to put her face on the pancake box. I need to have two little black kids as the icons or the folks that I'm using for gold dust soap powder and for this and for that and for the other. (36:00) And so in researching how labels and emblems and mascots were created, you start to find that when white people feel uncomfortable in this country, they tend to hold onto the things that they did love about black people. And so that hasn't changed. We're going to show Kamala dancing and we're going to show her doing all of these things, loving cats, the things that make white people feel good and feel comfortable and feel wholesome and feel whole. She is a part of our group. And at the same time you have black people who are going, but she's married to someone who's not black. Wilmer Leon (36:40): I was asked that question, I won't mention the woman's name who said to me, Wilmer, why do black men, Hey Kamala Harris. And I said, I don't know that black men do hate Kamala Harris. I haven't seen any data. I said, but let me pose this to you. Why does she hate black men? And it was what I said, well, she didn't marry her brother. And I said, so I'm not equating the fact that she didn't marry a brother to say that she hates black men. I am just posing that as a ridiculous premise to your ridiculous premise and riddle me that and I couldn't get an answer. Shantella Sherman (37:28): No, we are still stuck in an antebellum mindset. Many folks are just still stuck there. And so it doesn't make sense that I can walk into a room and someone is waiting for me to flip some pancakes or am I the cleaning lady? Am I here for any type of servant position? Nothing wrong with servants, but when you visually look at a person and you start to assess them, not my character, not any of these other things, but sight, you're seeing me for the first time. If your reaction is to put me into this particular position, you need to ask yourself why. This is something that as the commander in chief, potential commander in chief of this country, that she's going to have to face down in the same way that President Obama had to. But she's also going to have this added level of this is a female who does not have children and all of these other, she's suspicious to folks. She's suspicious to the nation. And that is simply unfair and it's unfounded, but it's how we do things here a lot of times. Wilmer Leon (38:40): So let's take the other side of this because when she first announced that she wanted to be president in this, after Joe Biden stepped down, the narrative was she's earned it. She deserves it. I think it was Simone Sanders Townsend who was saying, and some of her other surrogates who were saying, what does the Democratic, what problem does the Democratic party have with wanting a black woman at the top of the ticket? It was all about her being an AKA. She went to Howard and she can do the electric slide. We were falling into that same mindset in terms of rallying the troops around her instead of asking the questions, where does she stand on Gaza? What's she going to do about Ukraine? What's her policy on Cop city? Where is she on the George Floyd Act and policy issues? And when we started listing policy issues and wanting her to articulate where she stands on policy, then the question becomes, why are you hating on the sister? Why do you hate black women? No, I don't hate black women. I know that AKAs Howard University and I have two degrees from Howard, so I ain't hating on Howard and being able to do electric slide that ain't going to feed the bulldog. Shantella Sherman (40:16): Well, and the truth of the matter, I don't believe our percentage is 13% still because it's just not fathomable we've been producing. So I'm going to say the black population is country. Let's say it's at about 18% right now. Alright? You still have the whole rest of the country that to some extent mentally and emotionally, you're going to have to reunite in the same way Obama had to reunite them because they had blown apart with even the thought of having a black man in office. Okay, you're going to have to suture us back together. Wilmer Leon (40:54): Donald Trump was the reaction to Barack Obama. Shantella Sherman (40:58): Absolutely. And the belief that even at this point, I still have people saying, Barack Obama is running the White House behind Biden all this time. And I'm going, are you serious? So it doesn't matter the truth. The truth doesn't matter at this point. It's what you feel. And I'm telling people it's not about what you feel. Your feelings don't enter into the facts at this point. Thank you. I need you to start talking about the fact that the housing in this country is so deliberately greedy and ridiculous that working people are living in homeless shelters. All right? I need you to talk. College Wilmer Leon (41:33): Professors in California are living in their cars. Shantella Sherman (41:38): I need you. And this is across the country and quite frankly across the globe. So I need you to talk to me about investing and divesting in certain things. I need to know where Kamala stands on certain things. I haven't really heard. I don't know what her platform is on certain things. I would love to have someone talk to her rather than having Megan thee stallion up dancing with her. I don't care about that. I don't want to hear about that right now. You're telling me people are blowing me up about Project 2025, which by the way is nothing but the NATO group and some other folks from 1925 still trying so much conservative policy. This isn't new. Wilmer Leon (42:14): It's not new. It's called New Gingrich's Contract with America. Shantella Sherman (42:18): Thank you. Nothing on that list is new. Nothing on it is new. So it's like even if it were true, and I understand that a lot of it is not true. It wasn't in the 880 page document that most people haven't read. When I started sifting through it, it was like that didn't happen. That's not in the document. That's not there. These are proposals. And do you know how many think tanks put out proposals every time there's about to be a change of leadership? So it's like don't get up in arms. This is something that we always face. But in the meantime, can you tell me where if this were something that was about to take place, where are your local leaders positioned on this? Because we got Biden in office right now, but you still can't afford to get a bag of potato chips for less than $4 or $5 right now. What is going on with the cost of living and the American dream? Why are you having corporations buying up housing so that the average person can't afford 'em? Wilmer Leon (43:10): BlackRock, Shantella Sherman (43:12): Help me out. Wilmer Leon (43:14): People don't understand that As a result of the Covid crisis and the mortgage crisis and all of these homes that people were put out of BlackRock and other venture capitalist companies were buying up the housing stock and they weren't putting the housing stock back on the market for sale. They were putting the housing stock back on the market for rent. Absolutely Shantella Sherman (43:45): For rent. And if you're charging, there's nothing, I'm going to say it on the record, there's nothing inside Washington DC that's worth $5,000 a month as a two bedroom apartment. Nothing. Nowhere in this city is it worth it. But those are the going rates. And so we can look at this. Go ahead, I'm Wilmer Leon (44:02): Sorry. And as Vice President Harris is on the stump saying, Donald Trump is a convicted felon. And as a former prosecutor, I know how to deal with felons. I know that personality well, when you had Steve Mnuchin in your sights when he was the bankster in California and your staff brought you a thousand felonies committed by the man, you didn't pursue the case against Steve Mnuchin who wound up being our Secretary of Treasury under Donald Trump. So don't hate Malcolm said, when my telling you the truth makes you angry, don't get angry at me. Get angry at the truth. I don't do the electric slide. I'm not an A KAI am in the divine nine, but I don't do that. And so those things don't matter to me, Dr. Sherman, Shantella Sherman (45:00): It's going to have to matter to us what the policies and standpoints are that Kamala Harris brings to the table. I just want to know her positions on things. I have the lesser of two evils true as it appears, and I believe she would make a wonderful president, but I would love to know where she stands on all of these issues that are also international issues that are also, I've been trying to get someone from the state of California, a representative, and I don't have to call the person's name to talk to me about the sterilizations that are being forced on black and Spanish women inside California penitentiaries for the last eight years. And I can't get a callback. So I want you to understand that it's not about blackness. It's about I need you to make sure that my American dream isn't a nightmare, that you get to blame on Donald Trump or anybody else. We have black elected officials. We're not holding anyone accountable and we're not holding them accountable from the moment we elect them. You're not asking the proper questions, and so you Wilmer Leon (46:04): Won't get the right answer. Shantella Sherman (46:06): I want Kamala Harris to win. I put on the T-shirt, all of that. But in the meantime, I want to know where she stands on some things that impact my quality of life and the quality of life for the folks who are around me. I've crossed 50 years old at this point, so I'm trying to figure out if I had to go lay down and retire somewhere, is there a patch of dirt in the woods for me that you want going to then come through and arrest me for being homeless on and lock me up for it? That's a reality. They're locking up homeless people. It's their laws in certain states now. And these states have black representatives. No one's talking about this. We are talking about the suits that people are wearing and their connections and affiliations with other things that don't benefit us at the moment. Wilmer Leon (46:51): And rappers Shantella Sherman (46:52): Well, and just while you dancing, when it comes time to pick your kid up from the daycare center, are you going to find out that they've raised the rates? So you got to pay $3,500 a month for the kid to go to the daycare? Wilmer Leon (47:04): And two things. One is we keep hearing that we can't afford to provide quality daycare to people across the country, but we can send a trillion dollars to Ukraine. See, budgets are numeric representations of priority. Shantella Sherman (47:26): And also add to that, even if we didn't have the money, we had the consciousness, we had the heart to say that the grandmother in the neighborhood who was opening her home should still be able to do that without being licensed to a point where she has to pay $2,500 to the city and go to a class for eight. She raised 10 kids and 15 grandkids. She knows what she's doing. You've kept us from being able to have that communal space. Now that's not just, I want some money that's being vindictive. You're setting up the parameters, the variables that are going to lend to the things that you're talking about as black people and poor people. You're creating poverty. That's what you're doing right now. Wilmer Leon (48:11): Norway can do it, Finland can do it. Denmark can do it. They're doing it. Shantella Sherman (48:19): Anyone who is for their citizens can and will do it. The difference here is that we're not working together. We've always been fighting against each other. It's the infighting. I want my kids to be able to have it, but not your kids. I don't want immigrant kids. I don't want my kids around the Spanish kids. They're going to learn Spanish and it's too many of 'em and they're undocumented and they can have diseases, and I don't know what they're into. Well, the same thing was said about black people coming into white spaces. So if we're going to do America, we got to do America for everyone, and we got to make sure that these policies don't hurt this person in order to make me feel better. And in the long run, end up hurting me as well. Wilmer Leon (48:58): My current piece is you're with her, but is she with you? And the premise of the piece is, and I say this in the piece, it's not about her. It's about us. And what are we going to demand of her relative to us? Because that's what policy politics is all about. It's about policy output. It's not about the Divine nine and Howard University and the electric slide. It's about policy output. She went to the Cara comm meeting as vice president and try to convince the leaders of those Caribbean nations to be the minstrel face on American imperialism to invade Haiti. How does a black woman whose father is from Jamaica believe that our invading Haiti is a good idea? She didn't go alone. She went with Hakeem Jeffries and some other folks, Linda Thomas Greenfield. How do these black people, how do these black people buy into imperialist, neo-colonial policies like that? And so I make that to take us back to the eugenics question and the identity Shantella Sherman (50:26): Question, and I'll throw that to you because it's all about the fitness of the individual person or the group. And so Haiti has always been the bastard black child that even black folks don't want to claim a small minority of black folks always down for Haiti, always. I'm there with you. But there are all these people who are still, you want to glamorize Africa, but you won't set foot there. You want to go to Africa, but you don't want to stay there. You don't understand the politics, the culture, the language, the faith, none of it. But since it's been tagged onto you as African-American, you claim it. But again, when you get down to it, we still have eugenic thoughts as black people about who is fit and unfit, who is worthy, who is unworthy. And it's about nothing related to character. It is about nothing related to morality or how people handle you or them being good people. (51:27) It's all about the same things that white people use the litmus test to define you. And so we cannot get away from that as easily as we think and things like this. When we get into a space like this, it magnifies it and we start to see ourselves and it does not look good. It doesn't look good on us at all. Haiti, poor black people, folks living in the projects historically by colleges and universities, not the elite eight, the big eight, but the rest of 'em, the ones that we don't really want to talk about this in them other states that we don't want to deal with, alright? We don't want to deal with that. There are things that we need to discuss to make sure that HBCUs and the Divine Nine still exists. If the federal government starts pulling money back. We've had the heirs desegregation case. (52:20) We've had a similar case in Maryland where basically HBCUs are being said to be anti-white at this point. And in order to get the money that these HBCUs won for having been discriminated against with funding, it's being said, in order to get the money, you now have to have five to 10% of your student population be minority. That minority has to be white. So now you are giving free education to white students in order to get the money that's owed to you from having been discriminated against in the first place. You have to understand in street terms, we've been in a trick bag for a minute, right? And we need to stop playing games. It's late in the day. You need to heal your line. Alright, I'm going back to Hurston. Heal your line. You need to understand that you're about to get caught up in the very trap that you've been setting and you're not paying attention. You're simply not paying attention. We haven't been paying our alumni fees like we're supposed to. Our schools are still dependent on federal government funding and state funding. We are not standing alone. So we need to make sure that our leadership also understands that, that we need to have practical solutions and policies so that we're not reacting to things, but literally charting a course and setting it and staying on that course. Wilmer Leon (53:44): What are you demanding? And two things to your point about funding and HBCUs, the HBCUs in Maryland won a case against the Maryland government for not properly funding those HBCUs. As the state had funded, the predominantly white institutions went all the way to Maryland Supreme Court and the schools won. The Republican governor, Larry Hogan refused to give them the money that the court awarded and forced those institutions to negotiate a lower number. I don't remember what the numbers were off the top of my head, but Shantella Sherman (54:33): What? Yes, sir. What again? The exact same thing happened in Mississippi. And that's why I said that was the heirs desegregation case. And it was the exact same thing. The money that came down to fund the Mississippi schools, they gave the HBCUs less money when they disseminated. And it was like, okay, Mississippi won the HBCUs won the case, but the content, the little fine print said, we are going to give you the money, but now you are required at this point to add 10% of your population needs to be minority on a black campus that's not black students. And they said, we can pull in some Africans and some people that still fit. No, you need to have some white students on this campus now. So that was the quote. That's how they got around it. And it was like, wow, these are the nasty tricks that I'm talking about. And so if it happened in Mississippi and it's happened in Maryland, where else is this happening? Can I get leadership to understand this is how you tie black hands behind the backs of citizens that actually want to go to school. Wilmer Leon (55:45): Final thing, symbolism. And again, I'm getting back to ethnicity and cultural identity as it relates to Vice President Harris. And I'm not picking on her, she just is the poster child of this in the moment because there's an awful lot of symbolism that is being used here. And again, they rather be symbolic than talk about substantive policy output. Shantella Sherman (56:22): The symbolism goes to the heart of the nation. Whose nation is it? Whose America is it that's which one of the presidents? Wilmer Leon (56:39): Well, you mean we want, we want, oh Shantella Sherman (56:41): No, no, Coolidge, Calvin Coolidge. Okay, whose country is it anyway? And so you literally, you're having white Americans say, this is ours and we've allowed you to be here, Wilmer Leon (56:56): Tom Tancredo, and we want, and the Tea Party, which was the precursor to Donald Trump. We want our country back. Shantella Sherman (57:06): So again, but how have you lost it? Wilmer Leon (57:09): Who has it? Because I don't have it. Tom Tan credo. If you're listening, if you're watching, I don't have your country. Shantella Sherman (57:18): And again, so that's how you start again. You're going to see an explosion of language about women having babies and birth control and all this. And again, it's this. They're having natal conferences once or twice a year where people are talking about we need to get the country back. And getting the country back means we need white women to have babies and they're not having them. And so based on that alone, any white female who's out here supporting Donald Trump and all of these policies, they don't necessarily understand what you're about to do is send yourself back into the house because there's a good white man that needs the job that you're sitting in. You need to be producing babies bottom line. And if you're not, you serve no purpose. Now to the nation, that is a Hitler esque thing, but Hitler got it from us. So that is a Francis Galton thing. Wilmer Leon (58:11): In fact, thank you very much because you and I had talked about that Francis Galton father of modern eugenics, there's a book Control the Dark History and troubling present of Eugenics just by Adam Rutherford. Talk about Francis Galton and talk about Adam Rutherford's book. Shantella Sherman (58:32): Just the idea First Rutherford's book is an amazing examination. I think that it's something that pulls together a lot of the research from different spaces and different years and to synthesize it the way he has it makes it make sense to the average person, which is critical at this point. It's not talking above folks head. So you get to the critical analysis of we need these birthing numbers. Statisticians started coming in and Galton is right here in the middle of this. And you have the eugenics record office who are literally charting birth rates and they're trying to figure out with immigration, emancipated black people. And then you end up with Chinese people and all these other folks that are coming in. And then you start having women who decide they're not going to stay at home. These rates matter and they have mattered for the last 150 years because whoever has the birth numbers, when we start talking politics, these are voting blocks. (59:32) And if I can put you under duress, if I can incarcerate you and then tell you based on the fact that you're in prison, you are no longer a citizen, so you are not able to vote because you have a felony charge. That is a reality for those black men who are huddled in prisons. But the other part of that reality is that because during the reproductive height of their lives, they're in prison, it means that they're not reproducing children. And so there's a duality to having black men and Spanish men and locked into these prisons and degenerate white men. We don't want babies from them anyway. Wilmer Leon (01:00:08): And the fastest growing cohort in prisons are women. Shantella Sherman (01:00:13): And when the women go into the prisons, they are automatically taken before what used to be the sterilization board. They're given a physical examination. If you're a black woman, a Spanish woman, and you have fibroids, they're going to tell you, we're not going to manage your fibroids while you're here. We're just going to recommend that you have a hysterectomy. Or they may not even tell you. So great documentary Belly of the Beast looks at the California state Penitentiary system and they're just ad hoc deciding to sterilize black and Spanish women without their consent and without their knowledge because they said, once we open you up, it's easier just to go ahead and snip you than to worry about having to pay for your children, either ending up in prison, being slow and retarded mentally having to go to special schools or having to pay through the welfare system because they're not normal. Because you're not normal. You're breeding criminals. And so we have to look at these things. I think Rutherford did a great job, but Galton has been talking about, he started talking about this when he coined the phrase, we were already talking about this and the black bodies on plantations started this whole, let's check the women's bodies and see what they can manage and hold as far as their fecundity, as far as they're being able to breed the next crop of Americans. Wilmer Leon (01:01:28): Are those eugenic practices relative to women of color in California? Prisons still going on as you and I are speaking right now. Shantella Sherman (01:01:38): Absolutely. Wilmer Leon (01:01:40): So our vice president, Kamala Harris, who is the presumptive Democratic Party nominee is from Berkeley, was the DA in San Francisco, was the attorney general in the state of California, was the senator from California. I haven't heard anybody ask her this question. Shantella Sherman (01:02:05): I have not heard anyone ask Wilmer Leon (01:02:10): Anybody Shantella Sherman (01:02:10): Elected official. You've only had the Congressman Ell from North Carolina who got reparations for folks who had been sterilized, many of them black in North Carolina. He's since passed away. Virginia asked that people come forward if they had been sterilized, but people couldn't come forward because they didn't know they'd been sterilized. You took them in and told them that they had an appendicitis. So they didn't know that the reason why they didn't produce children is because when they went into the hospital, you decided to do a hook and crook on 'em. They didn't know. So based on just that information, you have very few people in the state of Virginia to come forward and to receive the money. California is now offering some reparations to folks. But if you're in those penal systems, it's still going on. You don't have control over your body. Wilmer Leon (01:03:08): And I want to be very clear to say, I'm not for those that just heard me ask that question and Wilmer, why are you blaming her for this? I'm not. I'm saying I haven't heard anyone ask her this question again because it's not about her. It's about us. And what are we as a political constituency? What are we going to do? What are we going to demand? What are we going to get if we are responsible for putting her in office, which everybody says Democrats can't win without black people. Speaker 4 (01:03:55): Okay, Wilmer Leon (01:03:56): All right. Speaker 4 (01:04:00): Again, I think that she would make an amazing president again. I simply want to know what her policies are. I want to know how she's going to fight against and how she's sizing up her time in office. And that's what I want to hear from her. That's it. Wilmer Leon (01:04:19): Dr. Chantel Sherman, I am so appreciative of you joining me today, as always, dear. Thank you. Thank you, thank you, Speaker 4 (01:04:27): Thank you. Anytime, Wilmer Leon (01:04:29): Folks, thank you all so much for listening and watching the Connecting the Dots podcast with me, Dr. Wilmer Leon, and my brilliant, brilliant friend and guest, Dr. Chantel Sherman. Stay tuned for new episodes each week. Also, please follow and subscribe. Leave a review, share the show, would greatly, greatly appreciate it. Follow me on social media. You can find all the links below to the show there. And remember, folks, that this is where the analysis of politics, culture, and history converge talk without analysis is just chatter. And you can tell by this, we don't chatter on connecting the dots. See you all again next time. Until then, I am Dr. Wier Leon. Have a great one. Peace.

Good evening and a huge welcome back to the show, I hope you've had a great day and you're ready to kick back and relax with another episode of Brett's old time radio show. Hello, I'm Brett your host for this evening and welcome to my home in beautiful Lyme Bay where it's lovely December night. I hope it's just as nice where you are. You'll find all of my links at www.linktr.ee/brettsoldtimeradioshow A huge thankyou for joining me once again for our regular late night visit to those dusty studio archives of Old Time radio shows right here at my home in the united kingdom. Don't forget I have an instagram page and youtube channel both called brett's old time radio show and I'd love it if you could follow me. Feel free to send me some feedback on this and the other shows if you get a moment, brett@tourdate.co.uk   #sleep #insomnia #relax #chill #night #nighttime #bed #bedtime #oldtimeradio #drama #comedy #radio #talkradio #hancock #tonyhancock #hancockshalfhour #sherlock #sherlockholmes #radiodrama #popular #viral #viralpodcast #podcast #podcasting #podcasts #podtok #podcastclip #podcastclips #podcasttrailer #podcastteaser #newpodcastepisode #newpodcast #videopodcast #upcomingpodcast #audiogram #audiograms #truecrimepodcast #historypodcast #truecrime #podcaster #viral #popular #viralpodcast #number1 #instagram #youtube #facebook #johnnydollar #crime #fiction #unwind #devon #texas #texasranger #beer #seaton #seaside  #smuggler #colyton #devon #seaton #beer #branscombe #lymebay #lymeregis #brett #brettorchard #orchard #greatdetectives #greatdetectivesofoldtimeradio #detectives #johnnydollar #thesaint #steptoe #texasrangers   
sleep insomnia relax chill night nightime bed bedtime oldtimeradio drama comedy radio talkradio hancock tonyhancock hancockshalfhour sherlock sherlockholmes radiodrama popular viral viralpodcast podcast brett brettorchard orchard east devon seaton beer lyme regis village condado de alhama spain murcia       Hancock's Half Hour was a BBC radio comedy, and later television comedy series, broadcast from 1954 to 1961 and written by Ray Galton and Alan Simpson. The series starred Tony Hancock, with Sidney James; the radio version also co-starred, at various times, Moira Lister, Andrée Melly, Hattie Jacques, Bill Kerr and Kenneth Williams.   The final television series, renamed simply Hancock, starred Hancock alone. Hancock played an exaggerated and much poorer version of his own character and lifestyle, Anthony Aloysius St John Hancock, a down-at-heel comedian living at the dilapidated 23 Railway Cuttings in East Cheam. The series was influential in the development of the situation comedy, with its move away from radio variety towards a focus on character development. The radio version was produced by Dennis Main Wilson for most of its run. After Main Wilson departed for his television career, his role was taken by Tom Ronald. The television series was produced by Duncan Wood. The distinctive tuba-based theme tune was composed by Angela Morley. Ten scripts (nine TV, one radio) were written but never recorded for a variety of reasons. The unused radio script for The Counterfeiter was finally recorded in 2019 with Kevin R. McNally as Tony Hancock.   Most of the radio episodes were recorded between one day and three weeks in advance of broadcast, except for Series 6 which was mostly recorded during a three-week period in June 1959 in order to avoid clashing with the recording of Series 5 of the television show. Galton and Simpson never gave titles to any of their Hancock scripts, for radio or television; this was usually left to the girl who filed the scripts at their office, who gave them names that were a reminder of what the script was about. So when Roger Wilmut came to write his book Tony Hancock – Artiste (first published 1978) he took the liberty of inventing titles where necessary and these titles, a combination of the file names and Wilmut's own, have become the accepted ones ever since, with the approval of Galton and Simpson and the BBC. The regular cast members generally played "themselves", in that the characters were called by the actor's real name (although the English actress Andrée Melly – sister of George – played a French character). However, there were exceptions: Kenneth Williams played a series of unnamed characters referred to in the scripts—but not on air—as "Snide". He also played the very occasional roles of Edwardian Fred (a criminal associate of Sid's) and Hancock's Vicar, as well as various other characters (e.g. a judge). In the episode "The Emigrant" he is allowed to break the fourth wall and refer to himself as "that bloke with the funny voice".
Hattie Jacques played Griselda Pugh, Hancock's secretary, with the exception of the episode "The East Cheam Drama Festival" where she played herself.
Alan Simpson played an unnamed man in early episodes who listened patiently to Hancock's long-winded stories. His lines would frequently be restricted to simply "Yes", "Really?", "Mm-hmm", or "I see".
These performers are present in the series as indicated below. Series 1 (1954–1955)
16 episodes, 2 November 1954 – 15 February 1955 
Regular cast: Tony Hancock, Bill Kerr, Moira Lister, Sid James, Kenneth Williams, Alan Simpson (uncredited). Three of this cast (Kerr, Lister and James) were born in South Africa.
Guest Stars: Gerald Campion (episode 1), Dora Bryan (episode 10), Paul Carpenter (episode 10), Brian Johnston (episode 12), Raymond Baxter (episode 12), Peter Sellers (episode 15).
The First Night Party
The Diamond Ring †
The Idol
The Boxing Champion
The Hancock Festival †
The New Car
The Department Store Santa †
Christmas at Aldershot †
The Christmas Eve Party †
Cinderella Hancock
A Trip To France
The Monte Carlo Rally
A House on the Cliff
The Sheikh
The Marriage Bureau
The End of the Series
Episodes 2, 5, 7, 8 and 9 no longer exist. On 30 September 2022 it was announced that Richard Harrison of the Radio Circle had found the original recording of The Marriage Bureau, and Keith Wickham, also of the Radio Circle, had restored the edition. The episode aired on BBC Radio 4 for the first time since 1955 on 18 October 2022. This episode was particularly significant given it featured the only Hancock guest appearance by Peter Sellers. In April 2014 the BBC started to re-record the lost episodes under the banner The Missing Hancocks, produced by Neil Pearson and Ed Morrish. The scripts for this five-episode run were selected by Galton and Simpson and recorded in their presence, with Kevin McNally taking the part of Tony Hancock. From the original first series they chose "The Hancock Festival", which aired in November 2014, the sixtieth anniversary of its first airing. The project would eventually re-record all the missing episodes. "The Marriage Bureau", which was still missing at the time, was re-recorded in September 2015 and broadcast on 7 December 2015. "The Department Store Santa" was re-recorded on 3 September 2017 and broadcast in December 2018, opening the fourth series of The Missing Hancocks. On 24 September 2017 "Christmas at Aldershot" was re-recorded for broadcast on Christmas Day 2019 along with "The Christmas Eve Party" which was broadcast on 21 December 2021. "The Diamond Ring" was re-recorded on 11 January 2019 and broadcast (in keeping with its Guy Fawkes theme) on 5 November 2019. One no longer extant episode (5) features the only Hancock guest appearance by Spike Milligan. Series 2 (1955)
12 episodes, 17 April – 2 July 1955
Regular cast: Harry Secombe (Episodes 1–4), Tony Hancock (Episodes 4–12), Bill Kerr, Sid James, Andrée Melly, Kenneth Williams, Alan Simpson (uncredited)
A Holiday in France †
The Crown Jewels †
The Racehorse †
A Visit To Swansea
The Holiday Camp
The Chef That Died of Shame
Prime Minister Hancock †
The Rail Strike
The Television Set
The Three Sons †
The Marrow Contest
The Matador †
Episodes 1, 2, 3, 7, 10 and 12 (half the series, including the first three of Harry Secombe's guest appearances) no longer exist. Shortly before the series was due to be recorded Hancock walked out on a theatre performance suffering from "nervous exhaustion" and flew to Rome. Harry Secombe was brought in at short notice to replace Hancock. Secombe starred in the first three episodes and made a guest appearance in the fourth, by which time Hancock had returned to complete the series as scheduled. The fourth episode, "A Visit To Swansea", featured Tony being forced to go and thank Harry who'd returned to Wales, and was littered with references to how good Secombe had been. Had Hancock not returned when he did, then Galton and Simpson planned to replace him permanently with Secombe and rename the series Secombe's Half Hour. In April 2014 the BBC re-recorded "The Matador", chosen by Galton and Simpson, for the first series of The Missing Hancocks. On 2 December 2016 the BBC re-recorded "A Holiday in France" followed by "The Race Horse" and "The Crown Jewels" with Andy Secombe as his late father Harry. On 13 January 2019 "Prime Minister Hancock" was re-recorded for broadcast on 18 December that year. Also re-recorded was "A Visit To Swansea" which was then missing, as none of the Secombe episodes had been kept: however, on 11 October 2023 radio enthusiast Richard Harrison announced he had found an off-air copy of "A Visit To Swansea", missing only the first two minutes prior to Hancock's entrance. Series 3 (1955–1956)
20 episodes, 19 October 1955 – 29 February 1956
Regular cast: Tony Hancock, Bill Kerr, Sid James, Andrée Melly, Kenneth Williams, Alan Simpson (uncredited).
Guest Stars: Graham Stark (episode 10), Dora Bryan (episode 11), John Arlott (episode 20), Godfrey Evans (episode 20), Colin Cowdrey (episode 20), Frank Tyson (episode 20).
The Pet Dog
The Jewel Robbery
The Bequest
The New Neighbour †
The Winter Holiday †
The Blackboard Jungle
The Red Planet †
The Diet
A Visit To Russia †
The Trial of Father Christmas †
Cinderella Hancock (a new production of the 10th of the 1st series) †
The New Year Resolutions †
Hancock's Hair
The Student Prince
The Breakfast Cereal †
How Hancock Won The War
The Newspaper †
The Greyhound Track
The Conjurer
The Test Match
Episodes 4, 5, 7, 9, 10, 11, 12, 15 and 17 no longer exist. Only a short extract from episode 12 survives; this plus episodes 8 and 16 only survive in poor sound quality. "The Blackboard Jungle" was recovered in 2002 from off-air home recordings made by listener Vic Rogers, along with the original version of "The New Secretary" from series 4. In April 2014 the BBC re-recorded "The New Neighbour", "The Breakfast Cereal" and "The Newspaper", selected by and recorded in the presence of Galton and Simpson, for the first series of The Missing Hancocks. The episodes were broadcast on Radio 4 in October and November 2014. On 21 July 2015 the BBC re-recorded "The Red Planet" and "How Hancock Won The War" for broadcast in November as part of the second series. "A Visit To Russia" and "The Trial of Father Christmas" were re-recorded in September 2015 for broadcast in December. On 3 September 2017 the BBC re-recorded "The Winter Holiday" for broadcast in the fourth series. Episode 11 of the third series was supposed to be a new episode called "The Counterfeiter", about Bill Kerr being forced to get a job, but the script went unused and a new version of "Cinderella Hancock" was recorded in its place. On 11 January 2019, the cast of The Missing Hancocks recorded the episode for the first time at the BBC Radio Theatre. It was broadcast on 1 January 2020. "The New Year Resolutions" was re-recorded on 13 January 2019 for broadcast on 31 December 2020. Series 4 (1956–1957)
20 episodes, 14 October 1956 – 24 February 1957
Regular cast: Tony Hancock, Sid James, Hattie Jacques (debut in Episode 5), Bill Kerr, Kenneth Williams.
Back From Holiday
The Bolshoi Ballet
Sid James's Dad
The Income Tax Demand
The New Secretary
Michelangelo 'Ancock
Anna and the King of Siam
Cyrano De Hancock
The Stolen Petrol
The Espresso Bar
Hancock's Happy Christmas
The Diary
The 13th of the Series
Almost A Gentleman
The Old School Reunion
The Wild Man of the Woods
Agricultural 'Ancock
Hancock in the Police
The Emigrant
The Last of the McHancocks - with James Robertson Justice
All episodes still exist, though episode 3 only survives in poor sound quality. Series 5 (1958)
20 episodes, 21 January – 3 June 1958
Regular cast: Tony Hancock, Sid James, Hattie Jacques, Bill Kerr, Kenneth Williams.
The New Radio Series - includes reference to series 3 of the TV series which had just finished.
The Scandal Magazine - with John Vere
The Male Suffragettes
The Insurance Policy
The Publicity Photograph
The Unexploded Bomb
Hancock's School
Around the World in Eighty Days
The Americans Hit Town
The Election Candidate
Hancock's Car
The East Cheam Drama Festival
The Foreign Legion
Sunday Afternoon at Home
The Grappling Game
The Junkman
Hancock's War
The Prize Money
The Threatening Letters
The Sleepless Night
All episodes still exist. Welcome to London was broadcast live on 3 August 1958 on the BBC Light Programme from the London Coliseum to commemorate the Cardiff British Empire and Commonwealth Games. It features a nine-minute sketch with Hancock, James and Kerr. A recording of the whole 90-minute programme was discovered in the collection of Bob Monkhouse after his death. The Hancock sketch has been broadcast on BBC Radio 4 Extra. Christmas Special
"Bill and Father Christmas" Cast: Tony Hancock, Sid James, Hattie Jacques, Bill Kerr, Warren Mitchell

 The Golden Age of Radio Also known as the old-time radio (OTR) era, was an era of radio in the United States where it was the dominant electronic home entertainment medium. It began with the birth of commercial radio broadcasting in the early 1920s and lasted through the 1950s, when television gradually superseded radio as the medium of choice for scripted programming, variety and dramatic shows. Radio was the first broadcast medium, and during this period people regularly tuned in to their favourite radio programs, and families gathered to listen to the home radio in the evening. According to a 1947 C. E. Hooper survey, 82 out of 100 Americans were found to be radio listeners. A variety of new entertainment formats and genres were created for the new medium, many of which later migrated to television: radio plays, mystery serials, soap operas, quiz shows, talent shows, daytime and evening variety hours, situation comedies, play-by-play sports, children's shows, cooking shows, and more. In the 1950s, television surpassed radio as the most popular broadcast medium, and commercial radio programming shifted to narrower formats of news, talk, sports and music. Religious broadcasters, listener-supported public radio and college stations provide their own distinctive formats. Origins A family listening to the first broadcasts around 1920 with a crystal radio. The crystal radio, a legacy from the pre-broadcast era, could not power a loudspeaker so the family must share earphones
During the first three decades of radio, from 1887 to about 1920, the technology of transmitting sound was undeveloped; the information-carrying ability of radio waves was the same as a telegraph; the radio signal could be either on or off. Radio communication was by wireless telegraphy; at the sending end, an operator tapped on a switch which caused the radio transmitter to produce a series of pulses of radio waves which spelled out text messages in Morse code. At the receiver these sounded like beeps, requiring an operator who knew Morse code to translate them back to text. This type of radio was used exclusively for person-to-person text communication for commercial, diplomatic and military purposes and hobbyists; broadcasting did not exist. The broadcasts of live drama, comedy, music and news that characterize the Golden Age of Radio had a precedent in the Théâtrophone, commercially introduced in Paris in 1890 and available as late as 1932. It allowed subscribers to eavesdrop on live stage performances and hear news reports by means of a network of telephone lines. The development of radio eliminated the wires and subscription charges from this concept. Between 1900 and 1920 the first technology for transmitting sound by radio was developed, AM (amplitude modulation), and AM broadcasting sprang up around 1920. On Christmas Eve 1906, Reginald Fessenden is said to have broadcast the first radio program, consisting of some violin playing and passages from the Bible. While Fessenden's role as an inventor and early radio experimenter is not in dispute, several contemporary radio researchers have questioned whether the Christmas Eve broadcast took place, or whether the date was, in fact, several weeks earlier. The first apparent published reference to the event was made in 1928 by H. P. Davis, Vice President of Westinghouse, in a lecture given at Harvard University. In 1932 Fessenden cited the Christmas Eve 1906 broadcast event in a letter he wrote to Vice President S. M. Kinter of Westinghouse. Fessenden's wife Helen recounts the broadcast in her book Fessenden: Builder of Tomorrows (1940), eight years after Fessenden's death. The issue of whether the 1906 Fessenden broadcast actually happened is discussed in Donna Halper's article "In Search of the Truth About Fessenden"[2] and also in James O'Neal's essays.[3][4] An annotated argument supporting Fessenden as the world's first radio broadcaster was offered in 2006 by Dr. John S. Belrose, Radioscientist Emeritus at the Communications Research Centre Canada, in his essay "Fessenden's 1906 Christmas Eve broadcast." It was not until after the Titanic catastrophe in 1912 that radio for mass communication came into vogue, inspired first by the work of amateur ("ham") radio operators. Radio was especially important during World War I as it was vital for air and naval operations. World War I brought about major developments in radio, superseding the Morse code of the wireless telegraph with the vocal communication of the wireless telephone, through advancements in vacuum tube technology and the introduction of the transceiver. After the war, numerous radio stations were born in the United States and set the standard for later radio programs. The first radio news program was broadcast on August 31, 1920, on the station 8MK in Detroit; owned by The Detroit News, the station covered local election results. This was followed in 1920 with the first commercial radio station in the United States, KDKA, being established in Pittsburgh. The first regular entertainment programs were broadcast in 1922, and on March 10, Variety carried the front-page headline: "Radio Sweeping Country: 1,000,000 Sets in Use." A highlight of this time was the first Rose Bowl being broadcast on January 1, 1923, on the Los Angeles station KHJ. Growth of radio
Broadcast radio in the United States underwent a period of rapid change through the decade of the 1920s. Technology advances, better regulation, rapid consumer adoption, and the creation of broadcast networks transformed radio from a consumer curiosity into the mass media powerhouse that defined the Golden Age of Radio. Consumer adoption
Through the decade of the 1920s, the purchase of radios by United States homes continued, and accelerated. The Radio Corporation of America (RCA) released figures in 1925 stating that 19% of United States homes owned a radio. The triode and regenerative circuit made amplified, vacuum tube radios widely available to consumers by the second half of the 1920s. The advantage was obvious: several people at once in a home could now easily listen to their radio at the same time. In 1930, 40% of the nation's households owned a radio,[8] a figure that was much higher in suburban and large metropolitan areas. The superheterodyne receiver and other inventions refined radios even further in the next decade; even as the Great Depression ravaged the country in the 1930s, radio would stay at the centre of American life. 83% of American homes would own a radio by 1940. Government regulation
Although radio was well established with United States consumers by the mid-1920s, regulation of the broadcast medium presented its own challenges. Until 1926, broadcast radio power and frequency use was regulated by the U.S. Department of Commerce, until a legal challenge rendered the agency powerless to do so. Congress responded by enacting the Radio Act of 1927, which included the formation of the Federal Radio Commission (FRC). One of the FRC's most important early actions was the adoption of General Order 40, which divided stations on the AM band into three power level categories, which became known as Local, Regional, and Clear Channel, and reorganized station assignments. Based on this plan, effective 3:00 a.m. Eastern time on November 11, 1928, most of the country's stations were assigned to new transmitting frequencies. Broadcast networks
The final element needed to make the Golden Age of Radio possible focused on the question of distribution: the ability for multiple radio stations to simultaneously broadcast the same content, and this would be solved with the concept of a radio network. The earliest radio programs of the 1920s were largely unsponsored; radio stations were a service designed to sell radio receivers. In early 1922, American Telephone & Telegraph Company (AT&T) announced the beginning of advertisement-supported broadcasting on its owned stations, and plans for the development of the first radio network using its telephone lines to transmit the content. In July 1926, AT&T abruptly decided to exit the broadcasting field, and signed an agreement to sell its entire network operations to a group headed by RCA, which used the assets to form the National Broadcasting Company. Four radio networks had formed by 1934. These were: National Broadcasting Company Red Network (NBC Red), launched November 15, 1926. Originally founded as the National Broadcasting Company in late 1926, the company was almost immediately forced to split under antitrust laws to form NBC Red and NBC Blue. When, in 1942, NBC Blue was sold and renamed the Blue Network, this network would go back to calling itself simply the National Broadcasting Company Radio Network (NBC).
National Broadcasting Company Blue Network (NBC Blue); launched January 10, 1927, split from NBC Red. NBC Blue was sold in 1942 and became the Blue Network, and it in turn transferred its assets to a new company, the American Broadcasting Company on June 15, 1945. That network identified itself as the American Broadcasting Company Radio Network (ABC).
Columbia Broadcasting System (CBS), launched September 18, 1927. After an initially struggling attempt to compete with the NBC networks, CBS gained new momentum when William S. Paley was installed as company president.
Mutual Broadcasting System (Mutual), launched September 29, 1934. Mutual was initially run as a cooperative in which the flagship stations owned the network, not the other way around as was the case with the other three radio networks. 
Programming
In the period before and after the advent of the broadcast network, new forms of entertainment needed to be created to fill the time of a station's broadcast day. Many of the formats born in this era continued into the television and digital eras. In the beginning of the Golden Age, network programs were almost exclusively broadcast live, as the national networks prohibited the airing of recorded programs until the late 1940s because of the inferior sound quality of phonograph discs, the only practical recording medium at that time. As a result, network prime-time shows would be performed twice, once for each coast. 
Rehearsal for the World War II radio show You Can't Do Business with Hitler with John Flynn and Virginia Moore. This series of programs, broadcast at least once weekly by more than 790 radio stations in the United States, was written and produced by the radio section of the Office of War Information (OWI).
Live events
Coverage of live events included musical concerts and play-by-play sports broadcasts. News
The capability of the new medium to get information to people created the format of modern radio news: headlines, remote reporting, sidewalk interviews (such as Vox Pop), panel discussions, weather reports, and farm reports. The entry of radio into the realm of news triggered a feud between the radio and newspaper industries in the mid-1930s, eventually culminating in newspapers trumping up exaggerated [citation needed] reports of a mass hysteria from the (entirely fictional) radio presentation of The War of the Worlds, which had been presented as a faux newscast. Musical features
The sponsored musical feature soon became one of the most popular program formats. Most early radio sponsorship came in the form of selling the naming rights to the program, as evidenced by such programs as The A&P Gypsies, Champion Spark Plug Hour, The Clicquot Club Eskimos, and King Biscuit Time; commercials, as they are known in the modern era, were still relatively uncommon and considered intrusive. During the 1930s and 1940s, the leading orchestras were heard often through big band remotes, and NBC's Monitor continued such remotes well into the 1950s by broadcasting live music from New York City jazz clubs to rural America. Singers such as Harriet Lee and Wendell Hall became popular fixtures on network radio beginning in the late 1920s and early 1930s. Local stations often had staff organists such as Jesse Crawford playing popular tunes. Classical music programs on the air included The Voice of Firestone and The Bell Telephone Hour. Texaco sponsored the Metropolitan Opera radio broadcasts; the broadcasts, now sponsored by the Toll Brothers, continue to this day around the world, and are one of the few examples of live classical music still broadcast on radio. One of the most notable of all classical music radio programs of the Golden Age of Radio featured the celebrated Italian conductor Arturo Toscanini conducting the NBC Symphony Orchestra, which had been created especially for him. At that time, nearly all classical musicians and critics considered Toscanini the greatest living maestro. Popular songwriters such as George Gershwin were also featured on radio. (Gershwin, in addition to frequent appearances as a guest, had his own program in 1934.) The New York Philharmonic also had weekly concerts on radio. There was no dedicated classical music radio station like NPR at that time, so classical music programs had to share the network they were broadcast on with more popular ones, much as in the days of television before the creation of NET and PBS. Country music also enjoyed popularity. National Barn Dance, begun on Chicago's WLS in 1924, was picked up by NBC Radio in 1933. In 1925, WSM Barn Dance went on the air from Nashville. It was renamed the Grand Ole Opry in 1927 and NBC carried portions from 1944 to 1956. NBC also aired The Red Foley Show from 1951 to 1961, and ABC Radio carried Ozark Jubilee from 1953 to 1961. Comedy
Radio attracted top comedy talents from vaudeville and Hollywood for many years: Bing Crosby, Abbott and Costello, Fred Allen, Jack Benny, Victor Borge, Fanny Brice, Billie Burke, Bob Burns, Judy Canova, Eddie Cantor, Jimmy Durante, Burns and Allen, Phil Harris, Edgar Bergen, Bob Hope, Groucho Marx, Jean Shepherd, Red Skelton and Ed Wynn. Situational comedies also gained popularity, such as Amos 'n' Andy, Easy Aces, Ethel and Albert, Fibber McGee and Molly, The Goldbergs, The Great Gildersleeve, The Halls of Ivy (which featured screen star Ronald Colman and his wife Benita Hume), Meet Corliss Archer, Meet Millie, and Our Miss Brooks. Radio comedy ran the gamut from the small town humor of Lum and Abner, Herb Shriner and Minnie Pearl to the dialect characterizations of Mel Blanc and the caustic sarcasm of Henry Morgan. Gags galore were delivered weekly on Stop Me If You've Heard This One and Can You Top This?,[18] panel programs devoted to the art of telling jokes. Quiz shows were lampooned on It Pays to Be Ignorant, and other memorable parodies were presented by such satirists as Spike Jones, Stoopnagle and Budd, Stan Freberg and Bob and Ray. British comedy reached American shores in a major assault when NBC carried The Goon Show in the mid-1950s. 
Some shows originated as stage productions: Clifford Goldsmith's play What a Life was reworked into NBC's popular, long-running The Aldrich Family (1939–1953) with the familiar catchphrases "Henry! Henry Aldrich!," followed by Henry's answer, "Coming, Mother!" Moss Hart and George S. Kaufman's Pulitzer Prize-winning Broadway hit, You Can't Take It with You (1936), became a weekly situation comedy heard on Mutual (1944) with Everett Sloane and later on NBC (1951) with Walter Brennan. Other shows were adapted from comic strips, such as Blondie, Dick Tracy, Gasoline Alley, The Gumps, Li'l Abner, Little Orphan Annie, Popeye the Sailor, Red Ryder, Reg'lar Fellers, Terry and the Pirates and Tillie the Toiler. Bob Montana's redheaded teen of comic strips and comic books was heard on radio's Archie Andrews from 1943 to 1953. The Timid Soul was a 1941–1942 comedy based on cartoonist H. T. Webster's famed Caspar Milquetoast character, and Robert L. Ripley's Believe It or Not! was adapted to several different radio formats during the 1930s and 1940s. Conversely, some radio shows gave rise to spinoff comic strips, such as My Friend Irma starring Marie Wilson. Soap operas
The first program generally considered to be a daytime serial drama by scholars of the genre is Painted Dreams, which premiered on WGN on October 20, 1930. The first networked daytime serial is Clara, Lu, 'n Em, which started in a daytime time slot on February 15, 1932. As daytime serials became popular in the early 1930s, they became known as soap operas because many were sponsored by soap products and detergents. On November 25, 1960, the last four daytime radio dramas—Young Dr. Malone, Right to Happiness, The Second Mrs. Burton and Ma Perkins, all broadcast on the CBS Radio Network—were brought to an end. Children's programming
The line-up of late afternoon adventure serials included Bobby Benson and the B-Bar-B Riders, The Cisco Kid, Jack Armstrong, the All-American Boy, Captain Midnight, and The Tom Mix Ralston Straight Shooters. Badges, rings, decoding devices and other radio premiums offered on these adventure shows were often allied with a sponsor's product, requiring the young listeners to mail in a boxtop from a breakfast cereal or other proof of purchase. Radio plays
Radio plays were presented on such programs as 26 by Corwin, NBC Short Story, Arch Oboler's Plays, Quiet, Please, and CBS Radio Workshop. Orson Welles's The Mercury Theatre on the Air and The Campbell Playhouse were considered by many critics to be the finest radio drama anthologies ever presented. They usually starred Welles in the leading role, along with celebrity guest stars such as Margaret Sullavan or Helen Hayes, in adaptations from literature, Broadway, and/or films. They included such titles as Liliom, Oliver Twist (a title now feared lost), A Tale of Two Cities, Lost Horizon, and The Murder of Roger Ackroyd. It was on Mercury Theatre that Welles presented his celebrated-but-infamous 1938 adaptation of H. G. Wells's The War of the Worlds, formatted to sound like a breaking news program. Theatre Guild on the Air presented adaptations of classical and Broadway plays. Their Shakespeare adaptations included a one-hour Macbeth starring Maurice Evans and Judith Anderson, and a 90-minute Hamlet, starring John Gielgud.[22] Recordings of many of these programs survive. During the 1940s, Basil Rathbone and Nigel Bruce, famous for playing Sherlock Holmes and Dr. Watson in films, repeated their characterizations on radio on The New Adventures of Sherlock Holmes, which featured both original stories and episodes directly adapted from Arthur Conan Doyle's stories. None of the episodes in which Rathbone and Bruce starred on the radio program were filmed with the two actors as Holmes and Watson, so radio became the only medium in which audiences were able to experience Rathbone and Bruce appearing in some of the more famous Holmes stories, such as "The Speckled Band". There were also many dramatizations of Sherlock Holmes stories on radio without Rathbone and Bruce. During the latter part of his career, celebrated actor John Barrymore starred in a radio program, Streamlined Shakespeare, which featured him in a series of one-hour adaptations of Shakespeare plays, many of which Barrymore never appeared in either on stage or in films, such as Twelfth Night (in which he played both Malvolio and Sir Toby Belch), and Macbeth. Lux Radio Theatre and The Screen Guild Theater presented adaptations of Hollywood movies, performed before a live audience, usually with cast members from the original films. Suspense, Escape, The Mysterious Traveler and Inner Sanctum Mystery were popular thriller anthology series. Leading writers who created original material for radio included Norman Corwin, Carlton E. Morse, David Goodis, Archibald MacLeish, Arthur Miller, Arch Oboler, Wyllis Cooper, Rod Serling, Jay Bennett, and Irwin Shaw. Game shows
Game shows saw their beginnings in radio. One of the first was Information Please in 1938, and one of the first major successes was Dr. I.Q. in 1939. Winner Take All, which premiered in 1946, was the first to use lockout devices and feature returning champions. A relative of the game show, which would be called the giveaway show in contemporary media, typically involved giving sponsored products to studio audience members, people randomly called by telephone, or both. An early example of this show was the 1939 show Pot o' Gold, but the breakout hit of this type was ABC's Stop the Music in 1948. Winning a prize generally required knowledge of what was being aired on the show at that moment, which led to criticism of the giveaway show as a form of "buying an audience". Giveaway shows were extremely popular through 1948 and 1949. They were often panned as low-brow, and an unsuccessful attempt was even made by the FCC to ban them (as an illegal lottery) in August 1949.[23] Broadcast production methods
The RCA Type 44-BX microphone had two live faces and two dead ones. Thus actors could face each other and react. An actor could give the effect of leaving the room by simply moving their head toward the dead face of the microphone. The scripts were paper-clipped together. It has been disputed whether or not actors and actresses would drop finished pages to the carpeted floor after use. 
Radio stations
Despite a general ban on use of recordings on broadcasts by radio networks through the late 1940s, "reference recordings" on phonograph disc were made of many programs as they were being broadcast, for review by the sponsor and for the network's own archival purposes. With the development of high-fidelity magnetic wire and tape recording in the years following World War II, the networks became more open to airing recorded programs and the prerecording of shows became more common. Local stations, however, had always been free to use recordings and sometimes made substantial use of pre-recorded syndicated programs distributed on pressed (as opposed to individually recorded) transcription discs. Recording was done using a cutting lathe and acetate discs. Programs were normally recorded at 331⁄3 rpm on 16 inch discs, the standard format used for such "electrical transcriptions" from the early 1930s through the 1950s. Sometimes, the groove was cut starting at the inside of the disc and running to the outside. This was useful when the program to be recorded was longer than 15 minutes so required more than one disc side. By recording the first side outside in, the second inside out, and so on, the sound quality at the disc change-over points would match and result in a more seamless playback. An inside start also had the advantage that the thread of material cut from the disc's surface, which had to be kept out of the path of the cutting stylus, was naturally thrown toward the centre of the disc so was automatically out of the way. When cutting an outside start disc, a brush could be used to keep it out of the way by sweeping it toward the middle of the disc. Well-equipped recording lathes used the vacuum from a water aspirator to pick it up as it was cut and deposit it in a water-filled bottle. In addition to convenience, this served a safety purpose, as the cellulose nitrate thread was highly flammable and a loose accumulation of it combusted violently if ignited. Most recordings of radio broadcasts were made at a radio network's studios, or at the facilities of a network-owned or affiliated station, which might have four or more lathes. A small local station often had none. Two lathes were required to capture a program longer than 15 minutes without losing parts of it while discs were flipped over or changed, along with a trained technician to operate them and monitor the recording while it was being made. However, some surviving recordings were produced by local stations. When a substantial number of copies of an electrical transcription were required, as for the distribution of a syndicated program, they were produced by the same process used to make ordinary records. A master recording was cut, then electroplated to produce a stamper from which pressings in vinyl (or, in the case of transcription discs pressed before about 1935, shellac) were moulded in a record press. Armed Forces Radio Service 
Frank Sinatra and Alida Valli converse over Armed Forces Radio Service during World War II
The Armed Forces Radio Service (AFRS) had its origins in the U.S. War Department's quest to improve troop morale. This quest began with short-wave broadcasts of educational and information programs to troops in 1940. In 1941, the War Department began issuing "Buddy Kits" (B-Kits) to departing troops, which consisted of radios, 78 rpm records and electrical transcription discs of radio shows. However, with the entrance of the United States into World War II, the War Department decided that it needed to improve the quality and quantity of its offerings. This began with the broadcasting of its own original variety programs. Command Performance was the first of these, produced for the first time on March 1, 1942. On May 26, 1942, the Armed Forces Radio Service was formally established. Originally, its programming comprised network radio shows with the commercials removed. However, it soon began producing original programming, such as Mail Call, G.I. Journal, Jubilee and GI Jive. At its peak in 1945, the Service produced around 20 hours of original programming each week. From 1943 until 1949 the AFRS also broadcast programs developed through the collaborative efforts of the Office of the Coordinator of Inter-American Affairs and the Columbia Broadcasting System in support of America's cultural diplomacy initiatives and President Franklin Roosevelt's Good Neighbour policy. Included among the popular shows was Viva America which showcased leading musical artists from both North and South America for the entertainment of America's troops. Included among the regular performers were: Alfredo Antonini, Juan Arvizu, Nestor Mesta Chayres, Kate Smith,[26] and John Serry Sr. After the war, the AFRS continued providing programming to troops in Europe. During the 1950s and early 1960s it presented performances by the Army's only symphonic orchestra ensemble—the Seventh Army Symphony Orchestra. It also provided programming for future wars that the United States was involved in. It survives today as a component of the American Forces Network (AFN). All of the shows aired by the AFRS during the Golden Age were recorded as electrical transcription discs, vinyl copies of which were shipped to stations overseas to be broadcast to the troops. People in the United States rarely ever heard programming from the AFRS,[31] though AFRS recordings of Golden Age network shows were occasionally broadcast on some domestic stations beginning in the 1950s. In some cases, the AFRS disc is the only surviving recording of a program. Home radio recordings in the United States
There was some home recording of radio broadcasts in the 1930s and 1940s. Examples from as early as 1930 have been documented. During these years, home recordings were made with disc recorders, most of which were only capable of storing about four minutes of a radio program on each side of a twelve-inch 78 rpm record. Most home recordings were made on even shorter-playing ten-inch or smaller discs. Some home disc recorders offered the option of the 331⁄3 rpm speed used for electrical transcriptions, allowing a recording more than twice as long to be made, although with reduced audio quality. Office dictation equipment was sometimes pressed into service for making recordings of radio broadcasts, but the audio quality of these devices was poor and the resulting recordings were in odd formats that had to be played back on similar equipment. Due to the expense of recorders and the limitations of the recording media, home recording of broadcasts was not common during this period and it was usually limited to brief excerpts. The lack of suitable home recording equipment was somewhat relieved in 1947 with the availability of magnetic wire recorders for domestic use. These were capable of recording an hour-long broadcast on a single small spool of wire, and if a high-quality radio's audio output was recorded directly, rather than by holding a microphone up to its speaker, the recorded sound quality was very good. However, because the wire cost money and, like magnetic tape, could be repeatedly re-used to make new recordings, only a few complete broadcasts appear to have survived on this medium. In fact, there was little home recording of complete radio programs until the early 1950s, when increasingly affordable reel-to-reel tape recorders for home use were introduced to the market. Recording media
Electrical transcription discs   The War of the Worlds radio broadcast by Orson Welles on electrical transcription disc
Before the early 1950s, when radio networks and local stations wanted to preserve a live broadcast, they did so by means of special phonograph records known as "electrical transcriptions" (ETs), made by cutting a sound-modulated groove into a blank disc. At first, in the early 1930s, the blanks varied in both size and composition, but most often they were simply bare aluminum and the groove was indented rather than cut. Typically, these very early recordings were not made by the network or radio station, but by a private recording service contracted by the broadcast sponsor or one of the performers. The bare aluminum discs were typically 10 or 12 inches in diameter and recorded at the then-standard speed of 78 rpm, which meant that several disc sides were required to accommodate even a 15-minute program. By about 1936, 16-inch aluminum-based discs coated with cellulose nitrate lacquer, commonly known as acetates and recorded at a speed of 331⁄3 rpm, had been adopted by the networks and individual radio stations as the standard medium for recording broadcasts. The making of such recordings, at least for some purposes, then became routine. Some discs were recorded using a "hill and dale" vertically modulated groove, rather than the "lateral" side-to-side modulation found on the records being made for home use at that time. The large slow-speed discs could easily contain fifteen minutes on each side, allowing an hour-long program to be recorded on only two discs. The lacquer was softer than shellac or vinyl and wore more rapidly, allowing only a few playbacks with the heavy pickups and steel needles then in use before deterioration became audible. During World War II, aluminum became a necessary material for the war effort and was in short supply. This caused an alternative to be sought for the base on which to coat the lacquer. Glass, despite its obvious disadvantage of fragility, had occasionally been used in earlier years because it could provide a perfectly smooth and even supporting surface for mastering and other critical applications. Glass base recording blanks came into general use for the duration of the war. Magnetic wire recording
In the late 1940s, wire recorders became a readily obtainable means of recording radio programs. On a per-minute basis, it was less expensive to record a broadcast on wire than on discs. The one-hour program that required the four sides of two 16-inch discs could be recorded intact on a single spool of wire less than three inches in diameter and about half an inch thick. The audio fidelity of a good wire recording was comparable to acetate discs and by comparison the wire was practically indestructible, but it was soon rendered obsolete by the more manageable and easily edited medium of magnetic tape. Reel-to-reel tape recording
Bing Crosby became the first major proponent of magnetic tape recording for radio, and he was the first to use it on network radio, after he did a demonstration program in 1947. Tape had several advantages over earlier recording methods. Running at a sufficiently high speed, it could achieve higher fidelity than both electrical transcription discs and magnetic wire. Discs could be edited only by copying parts of them to a new disc, and the copying entailed a loss of audio quality. Wire could be divided up and the ends spliced together by knotting, but wire was difficult to handle and the crude splices were too noticeable. Tape could be edited by cutting it with a blade and neatly joining ends together with adhesive tape. By early 1949, the transition from live performances preserved on discs to performances pre-recorded on magnetic tape for later broadcast was complete for network radio programs. However, for the physical distribution of pre-recorded programming to individual stations, 16-inch 331⁄3 rpm vinyl pressings, less expensive to produce in quantities of identical copies than tapes, continued to be standard throughout the 1950s. Availability of recordings
The great majority of pre-World War II live radio broadcasts are lost. Many were never recorded; few recordings antedate the early 1930s. Beginning then several of the longer-running radio dramas have their archives complete or nearly complete. The earlier the date, the less likely it is that a recording survives. However, a good number of syndicated programs from this period have survived because copies were distributed far and wide. Recordings of live network broadcasts from the World War II years were preserved in the form of pressed vinyl copies issued by the Armed Forces Radio Service (AFRS) and survive in relative abundance. Syndicated programs from World War II and later years have nearly all survived. The survival of network programming from this time frame is more inconsistent; the networks started prerecording their formerly live shows on magnetic tape for subsequent network broadcast, but did not physically distribute copies, and the expensive tapes, unlike electrical transcription ("ET") discs, could be "wiped" and re-used (especially since, in the age of emerging trends such as television and music radio, such recordings were believed to have virtually no rerun or resale value). Thus, while some prime time network radio series from this era exist in full or almost in full, especially the most famous and longest-lived of them, less prominent or shorter-lived series (such as serials) may have only a handful of extant episodes. Airchecks, off-the-air recordings of complete shows made by, or at the behest of, individuals for their own private use, sometimes help to fill in such gaps. The contents of privately made recordings of live broadcasts from the first half of the 1930s can be of particular interest, as little live material from that period survives. Unfortunately, the sound quality of very early private recordings is often very poor, although in some cases this is largely due to the use of an incorrect playback stylus, which can also badly damage some unusual types of discs. Most of the Golden Age programs in circulation among collectors—whether on analogue tape, CD, or in the form of MP3s—originated from analogue 16-inch transcription disc, although some are off-the-air AM recordings. But in many cases, the circulating recordings are corrupted (decreased in quality), because lossless digital recording for the home market did not come until the very end of the twentieth century. Collectors made and shared recordings on analogue magnetic tapes, the only practical, relatively inexpensive medium, first on reels, then cassettes. "Sharing" usually meant making a duplicate tape. They connected two recorders, playing on one and recording on the other. Analog recordings are never perfect, and copying an analogue recording multiplies the imperfections. With the oldest recordings this can even mean it went out the speaker of one machine and in via the microphone of the other. The muffled sound, dropouts, sudden changes in sound quality, unsteady pitch, and other defects heard all too often are almost always accumulated tape copy defects. In addition, magnetic recordings, unless preserved archivally, are gradually damaged by the Earth's magnetic field. The audio quality of the source discs, when they have survived unscathed and are accessed and dubbed anew, is usually found to be reasonably clear and undistorted, sometimes startlingly good, although like all phonograph records they are vulnerable to wear and the effects of scuffs, scratches, and ground-in dust. Many shows from the 1940s have survived only in edited AFRS versions, although some exist in both the original and AFRS forms. As of 2020, the Old Time Radio collection at the Internet Archive contains 5,121 recordings. An active group of collectors makes digitally available, via CD or download, large collections of programs. RadioEchoes.com offers 98,949 episodes in their collection, but not all is old-time radio. Copyright status
Unlike film, television, and print items from the era, the copyright status of most recordings from the Golden Age of Radio is unclear. This is because, prior to 1972, the United States delegated the copyrighting of sound recordings to the individual states, many of which offered more generous common law copyright protections than the federal government offered for other media (some offered perpetual copyright, which has since been abolished; under the Music Modernization Act of September 2018, any sound recording 95 years old or older will be thrust into the public domain regardless of state law). The only exceptions are AFRS original productions, which are considered work of the United States government and thus both ineligible for federal copyright and outside the jurisdiction of any state; these programs are firmly in the public domain (this does not apply to programs carried by AFRS but produced by commercial networks). In practice, most old-time radio recordings are treated as orphan works: although there may still be a valid copyright on the program, it is seldom enforced. The copyright on an individual sound recording is distinct from the federal copyright for the underlying material (such as a published script, music, or in the case of adaptations, the original film or television material), and in many cases it is impossible to determine where or when the original recording was made or if the recording was copyrighted in that state. The U.S. Copyright Office states "there are a variety of legal regimes governing protection of pre-1972 sound recordings in the various states, and the scope of protection and of exceptions and limitations to that protection is unclear."[39] For example, New York has issued contradicting rulings on whether or not common law exists in that state; the most recent ruling, 2016's Flo & Eddie, Inc. v. Sirius XM Radio, holds that there is no such copyright in New York in regard to public performance.[40] Further complicating matters is that certain examples in case law have implied that radio broadcasts (and faithful reproductions thereof), because they were distributed freely to the public over the air, may not be eligible for copyright in and of themselves. The Internet Archive and other organizations that distribute public domain and open-source audio recordings maintain extensive archives of old-time radio programs. Legacy
United States
Some old-time radio shows continued on the air, although in ever-dwindling numbers, throughout the 1950s, even after their television equivalents had conquered the general public. One factor which helped to kill off old-time radio entirely was the evolution of popular music (including the development of rock and roll), which led to the birth of the top 40 radio format. A top 40 show could be produced in a small studio in a local station with minimal staff. This displaced full-service network radio and hastened the end of the golden-age era of radio drama by 1962. (Radio as a broadcast medium would survive, thanks in part to the proliferation of the transistor radio, and permanent installation in vehicles, making the medium far more portable than television). Full-service stations that did not adopt either top 40 or the mellower beautiful music or MOR formats eventually developed all-news radio in the mid-1960s. Scripted radio comedy and drama in the vein of old-time radio has a limited presence on U.S. radio. Several radio theatre series are still in production in the United States, usually airing on Sunday nights. These include original series such as Imagination Theatre and a radio adaptation of The Twilight Zone TV series, as well as rerun compilations such as the popular daily series When Radio Was and USA Radio Network's Golden Age of Radio Theatre, and weekly programs such as The Big Broadcast on WAMU, hosted by Murray Horwitz. These shows usually air in late nights and/or on weekends on small AM stations. Carl Amari's nationally syndicated radio show Hollywood 360 features 5 old-time radio episodes each week during his 5-hour broadcast. Amari's show is heard on 100+ radio stations coast-to-coast and in 168 countries on American Forces Radio. Local rerun compilations are also heard, primarily on public radio stations. Sirius XM Radio maintains a full-time Radio Classics channel devoted to rebroadcasts of vintage radio shows. Starting in 1974, Garrison Keillor, through his syndicated two-hour-long program A Prairie Home Companion, has provided a living museum of the production, tone and listener's experience of this era of radio for several generations after its demise. Produced live in theaters throughout the country, using the same sound effects and techniques of the era, it ran through 2016 with Keillor as host. The program included segments that were close renditions (in the form of parody) of specific genres of this era, including Westerns ("Dusty and Lefty, The Lives of the Cowboys"), detective procedurals ("Guy Noir, Private Eye") and even advertising through fictional commercials. Keillor also wrote a novel, WLT: A Radio Romance based on a radio station of this era—including a personally narrated version for the ultimate in verisimilitude. Upon Keillor's retirement, replacement host Chris Thile chose to reboot the show (since renamed Live from Here after the syndicator cut ties with Keillor) and eliminate much of the old-time radio trappings of the format; the show was ultimately canceled in 2020 due to financial and logistics problems. Vintage shows and new audio productions in America are accessible more widely from recordings or by satellite and web broadcasters, rather than over conventional AM and FM radio. The National Audio Theatre Festival is a national organization and yearly conference keeping the audio arts—especially audio drama—alive, and continues to involve long-time voice actors and OTR veterans in its ranks. Its predecessor, the Midwest Radio Theatre Workshop, was first hosted by Jim Jordan, of Fibber McGee and Molly fame, and Norman Corwin advised the organization. One of the longest running radio programs celebrating this era is The Golden Days of Radio, which was hosted on the Armed Forces Radio Service for more than 20 years and overall for more than 50 years by Frank Bresee, who also played "Little Beaver" on the Red Ryder program as a child actor. One of the very few still-running shows from the earlier era of radio is a Christian program entitled Unshackled! The weekly half-hour show, produced in Chicago by Pacific Garden Mission, has been continuously broadcast since 1950. The shows are created using techniques from the 1950s (including home-made sound effects) and are broadcast across the U.S. and around the world by thousands of radio stations. Today, radio performers of the past appear at conventions that feature re-creations of classic shows, as well as music, memorabilia and historical panels. The largest of these events was the Friends of Old Time Radio Convention, held in Newark, New Jersey, which held its final convention in October 2011 after 36 years. Others include REPS in Seattle (June), SPERDVAC in California, the Cincinnati OTR & Nostalgia Convention (April), and the Mid-Atlantic Nostalgia Convention (September). Veterans of the Friends of Old Time Radio Convention, including Chairperson Steven M. Lewis of The Gotham Radio Players, Maggie Thompson, publisher of the Comic Book Buyer's Guide, Craig Wichman of audio drama troupe Quicksilver Audio Theater and long-time FOTR Publicist Sean Dougherty have launched a successor event, Celebrating Audio Theater – Old & New, scheduled for October 12–13, 2012. Radio dramas from the golden age are sometimes recreated as live stage performances at such events. One such group, led by director Daniel Smith, has been performing re-creations of old-time radio dramas at Fairfield University's Regina A. Quick Center for the Arts since the year 2000. The 40th anniversary of what is widely considered the end of the old time radio era (the final broadcasts of Yours Truly, Johnny Dollar and Suspense on September 30, 1962) was marked with a commentary on NPR's All Things Considered. A handful of radio programs from the old-time era remain in production, all from the genres of news, music, or religious broadcasting: the Grand Ole Opry (1925), Music and the Spoken Word (1929), The Lutheran Hour (1930), the CBS World News Roundup (1938), King Biscuit Time (1941) and the Renfro Valley Gatherin' (1943). Of those, all but the Opry maintain their original short-form length of 30 minutes or less. The Wheeling Jamboree counts an earlier program on a competing station as part of its history, tracing its lineage back to 1933. Western revival/comedy act Riders in the Sky produced a radio serial Riders Radio Theatre in the 1980s and 1990s and continues to provide sketch comedy on existing radio programs including the Grand Ole Opry, Midnite Jamboree and WoodSongs Old-Time Radio Hour. Elsewhere
Regular broadcasts of radio plays are also heard in—among other countries—Australia, Croatia, Estonia,[46] France, Germany, Ireland, Japan, New Zealand, Norway, Romania, and Sweden. In the United Kingdom, such scripted radio drama continues on BBC Radio 3 and (principally) BBC Radio 4, the second-most popular radio station in the country, as well as on the rerun channel BBC Radio 4 Extra, which is the seventh-most popular station there.   
   #starradio #totalstar #star1075 #heart #heartradio #lbc #bbc #bbcradio #bbcradio1 #bbcradio2 #bbcradio3 #bbcradio4 #radio4extra #absoluteradio #absolute #capital #capitalradio #greatesthitsradio #hitsradio #radio #adultcontemporary #spain #bristol #frenchay #colyton #lymeregis #seaton #beer #devon #eastdevon #brettorchard #brettsoldtimeradioshow 
   fe2f4df62ffeeb8c30c04d3d3454779ca91a4871

Good evening and a huge welcome back to the show, I hope you've had a great day and you're ready to kick back and relax with another episode of Brett's old time radio show. Hello, I'm Brett your host for this evening and welcome to my home in beautiful Lyme Bay where it's lovely December night. I hope it's just as nice where you are. You'll find all of my links at www.linktr.ee/brettsoldtimeradioshow A huge thankyou for joining me once again for our regular late night visit to those dusty studio archives of Old Time radio shows right here at my home in the united kingdom. Don't forget I have an instagram page and youtube channel both called brett's old time radio show and I'd love it if you could follow me. Feel free to send me some feedback on this and the other shows if you get a moment, brett@tourdate.co.uk   #sleep #insomnia #relax #chill #night #nighttime #bed #bedtime #oldtimeradio #drama #comedy #radio #talkradio #hancock #tonyhancock #hancockshalfhour #sherlock #sherlockholmes #radiodrama #popular #viral #viralpodcast #podcast #podcasting #podcasts #podtok #podcastclip #podcastclips #podcasttrailer #podcastteaser #newpodcastepisode #newpodcast #videopodcast #upcomingpodcast #audiogram #audiograms #truecrimepodcast #historypodcast #truecrime #podcaster #viral #popular #viralpodcast #number1 #instagram #youtube #facebook #johnnydollar #crime #fiction #unwind #devon #texas #texasranger #beer #seaton #seaside  #smuggler #colyton #devon #seaton #beer #branscombe #lymebay #lymeregis #brett #brettorchard #orchard #greatdetectives #greatdetectivesofoldtimeradio #detectives #johnnydollar #thesaint #steptoe #texasrangers   
sleep insomnia relax chill night nightime bed bedtime oldtimeradio drama comedy radio talkradio hancock tonyhancock hancockshalfhour sherlock sherlockholmes radiodrama popular viral viralpodcast podcast brett brettorchard orchard east devon seaton beer lyme regis village condado de alhama spain murcia       Hancock's Half Hour was a BBC radio comedy, and later television comedy series, broadcast from 1954 to 1961 and written by Ray Galton and Alan Simpson. The series starred Tony Hancock, with Sidney James; the radio version also co-starred, at various times, Moira Lister, Andrée Melly, Hattie Jacques, Bill Kerr and Kenneth Williams.   The final television series, renamed simply Hancock, starred Hancock alone. Hancock played an exaggerated and much poorer version of his own character and lifestyle, Anthony Aloysius St John Hancock, a down-at-heel comedian living at the dilapidated 23 Railway Cuttings in East Cheam. The series was influential in the development of the situation comedy, with its move away from radio variety towards a focus on character development. The radio version was produced by Dennis Main Wilson for most of its run. After Main Wilson departed for his television career, his role was taken by Tom Ronald. The television series was produced by Duncan Wood. The distinctive tuba-based theme tune was composed by Angela Morley. Ten scripts (nine TV, one radio) were written but never recorded for a variety of reasons. The unused radio script for The Counterfeiter was finally recorded in 2019 with Kevin R. McNally as Tony Hancock.   Most of the radio episodes were recorded between one day and three weeks in advance of broadcast, except for Series 6 which was mostly recorded during a three-week period in June 1959 in order to avoid clashing with the recording of Series 5 of the television show. Galton and Simpson never gave titles to any of their Hancock scripts, for radio or television; this was usually left to the girl who filed the scripts at their office, who gave them names that were a reminder of what the script was about. So when Roger Wilmut came to write his book Tony Hancock – Artiste (first published 1978) he took the liberty of inventing titles where necessary and these titles, a combination of the file names and Wilmut's own, have become the accepted ones ever since, with the approval of Galton and Simpson and the BBC. The regular cast members generally played "themselves", in that the characters were called by the actor's real name (although the English actress Andrée Melly – sister of George – played a French character). However, there were exceptions: Kenneth Williams played a series of unnamed characters referred to in the scripts—but not on air—as "Snide". He also played the very occasional roles of Edwardian Fred (a criminal associate of Sid's) and Hancock's Vicar, as well as various other characters (e.g. a judge). In the episode "The Emigrant" he is allowed to break the fourth wall and refer to himself as "that bloke with the funny voice".
Hattie Jacques played Griselda Pugh, Hancock's secretary, with the exception of the episode "The East Cheam Drama Festival" where she played herself.
Alan Simpson played an unnamed man in early episodes who listened patiently to Hancock's long-winded stories. His lines would frequently be restricted to simply "Yes", "Really?", "Mm-hmm", or "I see".
These performers are present in the series as indicated below. Series 1 (1954–1955)
16 episodes, 2 November 1954 – 15 February 1955 
Regular cast: Tony Hancock, Bill Kerr, Moira Lister, Sid James, Kenneth Williams, Alan Simpson (uncredited). Three of this cast (Kerr, Lister and James) were born in South Africa.
Guest Stars: Gerald Campion (episode 1), Dora Bryan (episode 10), Paul Carpenter (episode 10), Brian Johnston (episode 12), Raymond Baxter (episode 12), Peter Sellers (episode 15).
The First Night Party
The Diamond Ring †
The Idol
The Boxing Champion
The Hancock Festival †
The New Car
The Department Store Santa †
Christmas at Aldershot †
The Christmas Eve Party †
Cinderella Hancock
A Trip To France
The Monte Carlo Rally
A House on the Cliff
The Sheikh
The Marriage Bureau
The End of the Series
Episodes 2, 5, 7, 8 and 9 no longer exist. On 30 September 2022 it was announced that Richard Harrison of the Radio Circle had found the original recording of The Marriage Bureau, and Keith Wickham, also of the Radio Circle, had restored the edition. The episode aired on BBC Radio 4 for the first time since 1955 on 18 October 2022. This episode was particularly significant given it featured the only Hancock guest appearance by Peter Sellers. In April 2014 the BBC started to re-record the lost episodes under the banner The Missing Hancocks, produced by Neil Pearson and Ed Morrish. The scripts for this five-episode run were selected by Galton and Simpson and recorded in their presence, with Kevin McNally taking the part of Tony Hancock. From the original first series they chose "The Hancock Festival", which aired in November 2014, the sixtieth anniversary of its first airing. The project would eventually re-record all the missing episodes. "The Marriage Bureau", which was still missing at the time, was re-recorded in September 2015 and broadcast on 7 December 2015. "The Department Store Santa" was re-recorded on 3 September 2017 and broadcast in December 2018, opening the fourth series of The Missing Hancocks. On 24 September 2017 "Christmas at Aldershot" was re-recorded for broadcast on Christmas Day 2019 along with "The Christmas Eve Party" which was broadcast on 21 December 2021. "The Diamond Ring" was re-recorded on 11 January 2019 and broadcast (in keeping with its Guy Fawkes theme) on 5 November 2019. One no longer extant episode (5) features the only Hancock guest appearance by Spike Milligan. Series 2 (1955)
12 episodes, 17 April – 2 July 1955
Regular cast: Harry Secombe (Episodes 1–4), Tony Hancock (Episodes 4–12), Bill Kerr, Sid James, Andrée Melly, Kenneth Williams, Alan Simpson (uncredited)
A Holiday in France †
The Crown Jewels †
The Racehorse †
A Visit To Swansea
The Holiday Camp
The Chef That Died of Shame
Prime Minister Hancock †
The Rail Strike
The Television Set
The Three Sons †
The Marrow Contest
The Matador †
Episodes 1, 2, 3, 7, 10 and 12 (half the series, including the first three of Harry Secombe's guest appearances) no longer exist. Shortly before the series was due to be recorded Hancock walked out on a theatre performance suffering from "nervous exhaustion" and flew to Rome. Harry Secombe was brought in at short notice to replace Hancock. Secombe starred in the first three episodes and made a guest appearance in the fourth, by which time Hancock had returned to complete the series as scheduled. The fourth episode, "A Visit To Swansea", featured Tony being forced to go and thank Harry who'd returned to Wales, and was littered with references to how good Secombe had been. Had Hancock not returned when he did, then Galton and Simpson planned to replace him permanently with Secombe and rename the series Secombe's Half Hour. In April 2014 the BBC re-recorded "The Matador", chosen by Galton and Simpson, for the first series of The Missing Hancocks. On 2 December 2016 the BBC re-recorded "A Holiday in France" followed by "The Race Horse" and "The Crown Jewels" with Andy Secombe as his late father Harry. On 13 January 2019 "Prime Minister Hancock" was re-recorded for broadcast on 18 December that year. Also re-recorded was "A Visit To Swansea" which was then missing, as none of the Secombe episodes had been kept: however, on 11 October 2023 radio enthusiast Richard Harrison announced he had found an off-air copy of "A Visit To Swansea", missing only the first two minutes prior to Hancock's entrance. Series 3 (1955–1956)
20 episodes, 19 October 1955 – 29 February 1956
Regular cast: Tony Hancock, Bill Kerr, Sid James, Andrée Melly, Kenneth Williams, Alan Simpson (uncredited).
Guest Stars: Graham Stark (episode 10), Dora Bryan (episode 11), John Arlott (episode 20), Godfrey Evans (episode 20), Colin Cowdrey (episode 20), Frank Tyson (episode 20).
The Pet Dog
The Jewel Robbery
The Bequest
The New Neighbour †
The Winter Holiday †
The Blackboard Jungle
The Red Planet †
The Diet
A Visit To Russia †
The Trial of Father Christmas †
Cinderella Hancock (a new production of the 10th of the 1st series) †
The New Year Resolutions †
Hancock's Hair
The Student Prince
The Breakfast Cereal †
How Hancock Won The War
The Newspaper †
The Greyhound Track
The Conjurer
The Test Match
Episodes 4, 5, 7, 9, 10, 11, 12, 15 and 17 no longer exist. Only a short extract from episode 12 survives; this plus episodes 8 and 16 only survive in poor sound quality. "The Blackboard Jungle" was recovered in 2002 from off-air home recordings made by listener Vic Rogers, along with the original version of "The New Secretary" from series 4. In April 2014 the BBC re-recorded "The New Neighbour", "The Breakfast Cereal" and "The Newspaper", selected by and recorded in the presence of Galton and Simpson, for the first series of The Missing Hancocks. The episodes were broadcast on Radio 4 in October and November 2014. On 21 July 2015 the BBC re-recorded "The Red Planet" and "How Hancock Won The War" for broadcast in November as part of the second series. "A Visit To Russia" and "The Trial of Father Christmas" were re-recorded in September 2015 for broadcast in December. On 3 September 2017 the BBC re-recorded "The Winter Holiday" for broadcast in the fourth series. Episode 11 of the third series was supposed to be a new episode called "The Counterfeiter", about Bill Kerr being forced to get a job, but the script went unused and a new version of "Cinderella Hancock" was recorded in its place. On 11 January 2019, the cast of The Missing Hancocks recorded the episode for the first time at the BBC Radio Theatre. It was broadcast on 1 January 2020. "The New Year Resolutions" was re-recorded on 13 January 2019 for broadcast on 31 December 2020. Series 4 (1956–1957)
20 episodes, 14 October 1956 – 24 February 1957
Regular cast: Tony Hancock, Sid James, Hattie Jacques (debut in Episode 5), Bill Kerr, Kenneth Williams.
Back From Holiday
The Bolshoi Ballet
Sid James's Dad
The Income Tax Demand
The New Secretary
Michelangelo 'Ancock
Anna and the King of Siam
Cyrano De Hancock
The Stolen Petrol
The Espresso Bar
Hancock's Happy Christmas
The Diary
The 13th of the Series
Almost A Gentleman
The Old School Reunion
The Wild Man of the Woods
Agricultural 'Ancock
Hancock in the Police
The Emigrant
The Last of the McHancocks - with James Robertson Justice
All episodes still exist, though episode 3 only survives in poor sound quality. Series 5 (1958)
20 episodes, 21 January – 3 June 1958
Regular cast: Tony Hancock, Sid James, Hattie Jacques, Bill Kerr, Kenneth Williams.
The New Radio Series - includes reference to series 3 of the TV series which had just finished.
The Scandal Magazine - with John Vere
The Male Suffragettes
The Insurance Policy
The Publicity Photograph
The Unexploded Bomb
Hancock's School
Around the World in Eighty Days
The Americans Hit Town
The Election Candidate
Hancock's Car
The East Cheam Drama Festival
The Foreign Legion
Sunday Afternoon at Home
The Grappling Game
The Junkman
Hancock's War
The Prize Money
The Threatening Letters
The Sleepless Night
All episodes still exist. Welcome to London was broadcast live on 3 August 1958 on the BBC Light Programme from the London Coliseum to commemorate the Cardiff British Empire and Commonwealth Games. It features a nine-minute sketch with Hancock, James and Kerr. A recording of the whole 90-minute programme was discovered in the collection of Bob Monkhouse after his death. The Hancock sketch has been broadcast on BBC Radio 4 Extra. Christmas Special
"Bill and Father Christmas" Cast: Tony Hancock, Sid James, Hattie Jacques, Bill Kerr, Warren Mitchell

 The Golden Age of Radio Also known as the old-time radio (OTR) era, was an era of radio in the United States where it was the dominant electronic home entertainment medium. It began with the birth of commercial radio broadcasting in the early 1920s and lasted through the 1950s, when television gradually superseded radio as the medium of choice for scripted programming, variety and dramatic shows. Radio was the first broadcast medium, and during this period people regularly tuned in to their favourite radio programs, and families gathered to listen to the home radio in the evening. According to a 1947 C. E. Hooper survey, 82 out of 100 Americans were found to be radio listeners. A variety of new entertainment formats and genres were created for the new medium, many of which later migrated to television: radio plays, mystery serials, soap operas, quiz shows, talent shows, daytime and evening variety hours, situation comedies, play-by-play sports, children's shows, cooking shows, and more. In the 1950s, television surpassed radio as the most popular broadcast medium, and commercial radio programming shifted to narrower formats of news, talk, sports and music. Religious broadcasters, listener-supported public radio and college stations provide their own distinctive formats. Origins A family listening to the first broadcasts around 1920 with a crystal radio. The crystal radio, a legacy from the pre-broadcast era, could not power a loudspeaker so the family must share earphones
During the first three decades of radio, from 1887 to about 1920, the technology of transmitting sound was undeveloped; the information-carrying ability of radio waves was the same as a telegraph; the radio signal could be either on or off. Radio communication was by wireless telegraphy; at the sending end, an operator tapped on a switch which caused the radio transmitter to produce a series of pulses of radio waves which spelled out text messages in Morse code. At the receiver these sounded like beeps, requiring an operator who knew Morse code to translate them back to text. This type of radio was used exclusively for person-to-person text communication for commercial, diplomatic and military purposes and hobbyists; broadcasting did not exist. The broadcasts of live drama, comedy, music and news that characterize the Golden Age of Radio had a precedent in the Théâtrophone, commercially introduced in Paris in 1890 and available as late as 1932. It allowed subscribers to eavesdrop on live stage performances and hear news reports by means of a network of telephone lines. The development of radio eliminated the wires and subscription charges from this concept. Between 1900 and 1920 the first technology for transmitting sound by radio was developed, AM (amplitude modulation), and AM broadcasting sprang up around 1920. On Christmas Eve 1906, Reginald Fessenden is said to have broadcast the first radio program, consisting of some violin playing and passages from the Bible. While Fessenden's role as an inventor and early radio experimenter is not in dispute, several contemporary radio researchers have questioned whether the Christmas Eve broadcast took place, or whether the date was, in fact, several weeks earlier. The first apparent published reference to the event was made in 1928 by H. P. Davis, Vice President of Westinghouse, in a lecture given at Harvard University. In 1932 Fessenden cited the Christmas Eve 1906 broadcast event in a letter he wrote to Vice President S. M. Kinter of Westinghouse. Fessenden's wife Helen recounts the broadcast in her book Fessenden: Builder of Tomorrows (1940), eight years after Fessenden's death. The issue of whether the 1906 Fessenden broadcast actually happened is discussed in Donna Halper's article "In Search of the Truth About Fessenden"[2] and also in James O'Neal's essays.[3][4] An annotated argument supporting Fessenden as the world's first radio broadcaster was offered in 2006 by Dr. John S. Belrose, Radioscientist Emeritus at the Communications Research Centre Canada, in his essay "Fessenden's 1906 Christmas Eve broadcast." It was not until after the Titanic catastrophe in 1912 that radio for mass communication came into vogue, inspired first by the work of amateur ("ham") radio operators. Radio was especially important during World War I as it was vital for air and naval operations. World War I brought about major developments in radio, superseding the Morse code of the wireless telegraph with the vocal communication of the wireless telephone, through advancements in vacuum tube technology and the introduction of the transceiver. After the war, numerous radio stations were born in the United States and set the standard for later radio programs. The first radio news program was broadcast on August 31, 1920, on the station 8MK in Detroit; owned by The Detroit News, the station covered local election results. This was followed in 1920 with the first commercial radio station in the United States, KDKA, being established in Pittsburgh. The first regular entertainment programs were broadcast in 1922, and on March 10, Variety carried the front-page headline: "Radio Sweeping Country: 1,000,000 Sets in Use." A highlight of this time was the first Rose Bowl being broadcast on January 1, 1923, on the Los Angeles station KHJ. Growth of radio
Broadcast radio in the United States underwent a period of rapid change through the decade of the 1920s. Technology advances, better regulation, rapid consumer adoption, and the creation of broadcast networks transformed radio from a consumer curiosity into the mass media powerhouse that defined the Golden Age of Radio. Consumer adoption
Through the decade of the 1920s, the purchase of radios by United States homes continued, and accelerated. The Radio Corporation of America (RCA) released figures in 1925 stating that 19% of United States homes owned a radio. The triode and regenerative circuit made amplified, vacuum tube radios widely available to consumers by the second half of the 1920s. The advantage was obvious: several people at once in a home could now easily listen to their radio at the same time. In 1930, 40% of the nation's households owned a radio,[8] a figure that was much higher in suburban and large metropolitan areas. The superheterodyne receiver and other inventions refined radios even further in the next decade; even as the Great Depression ravaged the country in the 1930s, radio would stay at the centre of American life. 83% of American homes would own a radio by 1940. Government regulation
Although radio was well established with United States consumers by the mid-1920s, regulation of the broadcast medium presented its own challenges. Until 1926, broadcast radio power and frequency use was regulated by the U.S. Department of Commerce, until a legal challenge rendered the agency powerless to do so. Congress responded by enacting the Radio Act of 1927, which included the formation of the Federal Radio Commission (FRC). One of the FRC's most important early actions was the adoption of General Order 40, which divided stations on the AM band into three power level categories, which became known as Local, Regional, and Clear Channel, and reorganized station assignments. Based on this plan, effective 3:00 a.m. Eastern time on November 11, 1928, most of the country's stations were assigned to new transmitting frequencies. Broadcast networks
The final element needed to make the Golden Age of Radio possible focused on the question of distribution: the ability for multiple radio stations to simultaneously broadcast the same content, and this would be solved with the concept of a radio network. The earliest radio programs of the 1920s were largely unsponsored; radio stations were a service designed to sell radio receivers. In early 1922, American Telephone & Telegraph Company (AT&T) announced the beginning of advertisement-supported broadcasting on its owned stations, and plans for the development of the first radio network using its telephone lines to transmit the content. In July 1926, AT&T abruptly decided to exit the broadcasting field, and signed an agreement to sell its entire network operations to a group headed by RCA, which used the assets to form the National Broadcasting Company. Four radio networks had formed by 1934. These were: National Broadcasting Company Red Network (NBC Red), launched November 15, 1926. Originally founded as the National Broadcasting Company in late 1926, the company was almost immediately forced to split under antitrust laws to form NBC Red and NBC Blue. When, in 1942, NBC Blue was sold and renamed the Blue Network, this network would go back to calling itself simply the National Broadcasting Company Radio Network (NBC).
National Broadcasting Company Blue Network (NBC Blue); launched January 10, 1927, split from NBC Red. NBC Blue was sold in 1942 and became the Blue Network, and it in turn transferred its assets to a new company, the American Broadcasting Company on June 15, 1945. That network identified itself as the American Broadcasting Company Radio Network (ABC).
Columbia Broadcasting System (CBS), launched September 18, 1927. After an initially struggling attempt to compete with the NBC networks, CBS gained new momentum when William S. Paley was installed as company president.
Mutual Broadcasting System (Mutual), launched September 29, 1934. Mutual was initially run as a cooperative in which the flagship stations owned the network, not the other way around as was the case with the other three radio networks. 
Programming
In the period before and after the advent of the broadcast network, new forms of entertainment needed to be created to fill the time of a station's broadcast day. Many of the formats born in this era continued into the television and digital eras. In the beginning of the Golden Age, network programs were almost exclusively broadcast live, as the national networks prohibited the airing of recorded programs until the late 1940s because of the inferior sound quality of phonograph discs, the only practical recording medium at that time. As a result, network prime-time shows would be performed twice, once for each coast. 
Rehearsal for the World War II radio show You Can't Do Business with Hitler with John Flynn and Virginia Moore. This series of programs, broadcast at least once weekly by more than 790 radio stations in the United States, was written and produced by the radio section of the Office of War Information (OWI).
Live events
Coverage of live events included musical concerts and play-by-play sports broadcasts. News
The capability of the new medium to get information to people created the format of modern radio news: headlines, remote reporting, sidewalk interviews (such as Vox Pop), panel discussions, weather reports, and farm reports. The entry of radio into the realm of news triggered a feud between the radio and newspaper industries in the mid-1930s, eventually culminating in newspapers trumping up exaggerated [citation needed] reports of a mass hysteria from the (entirely fictional) radio presentation of The War of the Worlds, which had been presented as a faux newscast. Musical features
The sponsored musical feature soon became one of the most popular program formats. Most early radio sponsorship came in the form of selling the naming rights to the program, as evidenced by such programs as The A&P Gypsies, Champion Spark Plug Hour, The Clicquot Club Eskimos, and King Biscuit Time; commercials, as they are known in the modern era, were still relatively uncommon and considered intrusive. During the 1930s and 1940s, the leading orchestras were heard often through big band remotes, and NBC's Monitor continued such remotes well into the 1950s by broadcasting live music from New York City jazz clubs to rural America. Singers such as Harriet Lee and Wendell Hall became popular fixtures on network radio beginning in the late 1920s and early 1930s. Local stations often had staff organists such as Jesse Crawford playing popular tunes. Classical music programs on the air included The Voice of Firestone and The Bell Telephone Hour. Texaco sponsored the Metropolitan Opera radio broadcasts; the broadcasts, now sponsored by the Toll Brothers, continue to this day around the world, and are one of the few examples of live classical music still broadcast on radio. One of the most notable of all classical music radio programs of the Golden Age of Radio featured the celebrated Italian conductor Arturo Toscanini conducting the NBC Symphony Orchestra, which had been created especially for him. At that time, nearly all classical musicians and critics considered Toscanini the greatest living maestro. Popular songwriters such as George Gershwin were also featured on radio. (Gershwin, in addition to frequent appearances as a guest, had his own program in 1934.) The New York Philharmonic also had weekly concerts on radio. There was no dedicated classical music radio station like NPR at that time, so classical music programs had to share the network they were broadcast on with more popular ones, much as in the days of television before the creation of NET and PBS. Country music also enjoyed popularity. National Barn Dance, begun on Chicago's WLS in 1924, was picked up by NBC Radio in 1933. In 1925, WSM Barn Dance went on the air from Nashville. It was renamed the Grand Ole Opry in 1927 and NBC carried portions from 1944 to 1956. NBC also aired The Red Foley Show from 1951 to 1961, and ABC Radio carried Ozark Jubilee from 1953 to 1961. Comedy
Radio attracted top comedy talents from vaudeville and Hollywood for many years: Bing Crosby, Abbott and Costello, Fred Allen, Jack Benny, Victor Borge, Fanny Brice, Billie Burke, Bob Burns, Judy Canova, Eddie Cantor, Jimmy Durante, Burns and Allen, Phil Harris, Edgar Bergen, Bob Hope, Groucho Marx, Jean Shepherd, Red Skelton and Ed Wynn. Situational comedies also gained popularity, such as Amos 'n' Andy, Easy Aces, Ethel and Albert, Fibber McGee and Molly, The Goldbergs, The Great Gildersleeve, The Halls of Ivy (which featured screen star Ronald Colman and his wife Benita Hume), Meet Corliss Archer, Meet Millie, and Our Miss Brooks. Radio comedy ran the gamut from the small town humor of Lum and Abner, Herb Shriner and Minnie Pearl to the dialect characterizations of Mel Blanc and the caustic sarcasm of Henry Morgan. Gags galore were delivered weekly on Stop Me If You've Heard This One and Can You Top This?,[18] panel programs devoted to the art of telling jokes. Quiz shows were lampooned on It Pays to Be Ignorant, and other memorable parodies were presented by such satirists as Spike Jones, Stoopnagle and Budd, Stan Freberg and Bob and Ray. British comedy reached American shores in a major assault when NBC carried The Goon Show in the mid-1950s. 
Some shows originated as stage productions: Clifford Goldsmith's play What a Life was reworked into NBC's popular, long-running The Aldrich Family (1939–1953) with the familiar catchphrases "Henry! Henry Aldrich!," followed by Henry's answer, "Coming, Mother!" Moss Hart and George S. Kaufman's Pulitzer Prize-winning Broadway hit, You Can't Take It with You (1936), became a weekly situation comedy heard on Mutual (1944) with Everett Sloane and later on NBC (1951) with Walter Brennan. Other shows were adapted from comic strips, such as Blondie, Dick Tracy, Gasoline Alley, The Gumps, Li'l Abner, Little Orphan Annie, Popeye the Sailor, Red Ryder, Reg'lar Fellers, Terry and the Pirates and Tillie the Toiler. Bob Montana's redheaded teen of comic strips and comic books was heard on radio's Archie Andrews from 1943 to 1953. The Timid Soul was a 1941–1942 comedy based on cartoonist H. T. Webster's famed Caspar Milquetoast character, and Robert L. Ripley's Believe It or Not! was adapted to several different radio formats during the 1930s and 1940s. Conversely, some radio shows gave rise to spinoff comic strips, such as My Friend Irma starring Marie Wilson. Soap operas
The first program generally considered to be a daytime serial drama by scholars of the genre is Painted Dreams, which premiered on WGN on October 20, 1930. The first networked daytime serial is Clara, Lu, 'n Em, which started in a daytime time slot on February 15, 1932. As daytime serials became popular in the early 1930s, they became known as soap operas because many were sponsored by soap products and detergents. On November 25, 1960, the last four daytime radio dramas—Young Dr. Malone, Right to Happiness, The Second Mrs. Burton and Ma Perkins, all broadcast on the CBS Radio Network—were brought to an end. Children's programming
The line-up of late afternoon adventure serials included Bobby Benson and the B-Bar-B Riders, The Cisco Kid, Jack Armstrong, the All-American Boy, Captain Midnight, and The Tom Mix Ralston Straight Shooters. Badges, rings, decoding devices and other radio premiums offered on these adventure shows were often allied with a sponsor's product, requiring the young listeners to mail in a boxtop from a breakfast cereal or other proof of purchase. Radio plays
Radio plays were presented on such programs as 26 by Corwin, NBC Short Story, Arch Oboler's Plays, Quiet, Please, and CBS Radio Workshop. Orson Welles's The Mercury Theatre on the Air and The Campbell Playhouse were considered by many critics to be the finest radio drama anthologies ever presented. They usually starred Welles in the leading role, along with celebrity guest stars such as Margaret Sullavan or Helen Hayes, in adaptations from literature, Broadway, and/or films. They included such titles as Liliom, Oliver Twist (a title now feared lost), A Tale of Two Cities, Lost Horizon, and The Murder of Roger Ackroyd. It was on Mercury Theatre that Welles presented his celebrated-but-infamous 1938 adaptation of H. G. Wells's The War of the Worlds, formatted to sound like a breaking news program. Theatre Guild on the Air presented adaptations of classical and Broadway plays. Their Shakespeare adaptations included a one-hour Macbeth starring Maurice Evans and Judith Anderson, and a 90-minute Hamlet, starring John Gielgud.[22] Recordings of many of these programs survive. During the 1940s, Basil Rathbone and Nigel Bruce, famous for playing Sherlock Holmes and Dr. Watson in films, repeated their characterizations on radio on The New Adventures of Sherlock Holmes, which featured both original stories and episodes directly adapted from Arthur Conan Doyle's stories. None of the episodes in which Rathbone and Bruce starred on the radio program were filmed with the two actors as Holmes and Watson, so radio became the only medium in which audiences were able to experience Rathbone and Bruce appearing in some of the more famous Holmes stories, such as "The Speckled Band". There were also many dramatizations of Sherlock Holmes stories on radio without Rathbone and Bruce. During the latter part of his career, celebrated actor John Barrymore starred in a radio program, Streamlined Shakespeare, which featured him in a series of one-hour adaptations of Shakespeare plays, many of which Barrymore never appeared in either on stage or in films, such as Twelfth Night (in which he played both Malvolio and Sir Toby Belch), and Macbeth. Lux Radio Theatre and The Screen Guild Theater presented adaptations of Hollywood movies, performed before a live audience, usually with cast members from the original films. Suspense, Escape, The Mysterious Traveler and Inner Sanctum Mystery were popular thriller anthology series. Leading writers who created original material for radio included Norman Corwin, Carlton E. Morse, David Goodis, Archibald MacLeish, Arthur Miller, Arch Oboler, Wyllis Cooper, Rod Serling, Jay Bennett, and Irwin Shaw. Game shows
Game shows saw their beginnings in radio. One of the first was Information Please in 1938, and one of the first major successes was Dr. I.Q. in 1939. Winner Take All, which premiered in 1946, was the first to use lockout devices and feature returning champions. A relative of the game show, which would be called the giveaway show in contemporary media, typically involved giving sponsored products to studio audience members, people randomly called by telephone, or both. An early example of this show was the 1939 show Pot o' Gold, but the breakout hit of this type was ABC's Stop the Music in 1948. Winning a prize generally required knowledge of what was being aired on the show at that moment, which led to criticism of the giveaway show as a form of "buying an audience". Giveaway shows were extremely popular through 1948 and 1949. They were often panned as low-brow, and an unsuccessful attempt was even made by the FCC to ban them (as an illegal lottery) in August 1949.[23] Broadcast production methods
The RCA Type 44-BX microphone had two live faces and two dead ones. Thus actors could face each other and react. An actor could give the effect of leaving the room by simply moving their head toward the dead face of the microphone. The scripts were paper-clipped together. It has been disputed whether or not actors and actresses would drop finished pages to the carpeted floor after use. 
Radio stations
Despite a general ban on use of recordings on broadcasts by radio networks through the late 1940s, "reference recordings" on phonograph disc were made of many programs as they were being broadcast, for review by the sponsor and for the network's own archival purposes. With the development of high-fidelity magnetic wire and tape recording in the years following World War II, the networks became more open to airing recorded programs and the prerecording of shows became more common. Local stations, however, had always been free to use recordings and sometimes made substantial use of pre-recorded syndicated programs distributed on pressed (as opposed to individually recorded) transcription discs. Recording was done using a cutting lathe and acetate discs. Programs were normally recorded at 331⁄3 rpm on 16 inch discs, the standard format used for such "electrical transcriptions" from the early 1930s through the 1950s. Sometimes, the groove was cut starting at the inside of the disc and running to the outside. This was useful when the program to be recorded was longer than 15 minutes so required more than one disc side. By recording the first side outside in, the second inside out, and so on, the sound quality at the disc change-over points would match and result in a more seamless playback. An inside start also had the advantage that the thread of material cut from the disc's surface, which had to be kept out of the path of the cutting stylus, was naturally thrown toward the centre of the disc so was automatically out of the way. When cutting an outside start disc, a brush could be used to keep it out of the way by sweeping it toward the middle of the disc. Well-equipped recording lathes used the vacuum from a water aspirator to pick it up as it was cut and deposit it in a water-filled bottle. In addition to convenience, this served a safety purpose, as the cellulose nitrate thread was highly flammable and a loose accumulation of it combusted violently if ignited. Most recordings of radio broadcasts were made at a radio network's studios, or at the facilities of a network-owned or affiliated station, which might have four or more lathes. A small local station often had none. Two lathes were required to capture a program longer than 15 minutes without losing parts of it while discs were flipped over or changed, along with a trained technician to operate them and monitor the recording while it was being made. However, some surviving recordings were produced by local stations. When a substantial number of copies of an electrical transcription were required, as for the distribution of a syndicated program, they were produced by the same process used to make ordinary records. A master recording was cut, then electroplated to produce a stamper from which pressings in vinyl (or, in the case of transcription discs pressed before about 1935, shellac) were moulded in a record press. Armed Forces Radio Service 
Frank Sinatra and Alida Valli converse over Armed Forces Radio Service during World War II
The Armed Forces Radio Service (AFRS) had its origins in the U.S. War Department's quest to improve troop morale. This quest began with short-wave broadcasts of educational and information programs to troops in 1940. In 1941, the War Department began issuing "Buddy Kits" (B-Kits) to departing troops, which consisted of radios, 78 rpm records and electrical transcription discs of radio shows. However, with the entrance of the United States into World War II, the War Department decided that it needed to improve the quality and quantity of its offerings. This began with the broadcasting of its own original variety programs. Command Performance was the first of these, produced for the first time on March 1, 1942. On May 26, 1942, the Armed Forces Radio Service was formally established. Originally, its programming comprised network radio shows with the commercials removed. However, it soon began producing original programming, such as Mail Call, G.I. Journal, Jubilee and GI Jive. At its peak in 1945, the Service produced around 20 hours of original programming each week. From 1943 until 1949 the AFRS also broadcast programs developed through the collaborative efforts of the Office of the Coordinator of Inter-American Affairs and the Columbia Broadcasting System in support of America's cultural diplomacy initiatives and President Franklin Roosevelt's Good Neighbour policy. Included among the popular shows was Viva America which showcased leading musical artists from both North and South America for the entertainment of America's troops. Included among the regular performers were: Alfredo Antonini, Juan Arvizu, Nestor Mesta Chayres, Kate Smith,[26] and John Serry Sr. After the war, the AFRS continued providing programming to troops in Europe. During the 1950s and early 1960s it presented performances by the Army's only symphonic orchestra ensemble—the Seventh Army Symphony Orchestra. It also provided programming for future wars that the United States was involved in. It survives today as a component of the American Forces Network (AFN). All of the shows aired by the AFRS during the Golden Age were recorded as electrical transcription discs, vinyl copies of which were shipped to stations overseas to be broadcast to the troops. People in the United States rarely ever heard programming from the AFRS,[31] though AFRS recordings of Golden Age network shows were occasionally broadcast on some domestic stations beginning in the 1950s. In some cases, the AFRS disc is the only surviving recording of a program. Home radio recordings in the United States
There was some home recording of radio broadcasts in the 1930s and 1940s. Examples from as early as 1930 have been documented. During these years, home recordings were made with disc recorders, most of which were only capable of storing about four minutes of a radio program on each side of a twelve-inch 78 rpm record. Most home recordings were made on even shorter-playing ten-inch or smaller discs. Some home disc recorders offered the option of the 331⁄3 rpm speed used for electrical transcriptions, allowing a recording more than twice as long to be made, although with reduced audio quality. Office dictation equipment was sometimes pressed into service for making recordings of radio broadcasts, but the audio quality of these devices was poor and the resulting recordings were in odd formats that had to be played back on similar equipment. Due to the expense of recorders and the limitations of the recording media, home recording of broadcasts was not common during this period and it was usually limited to brief excerpts. The lack of suitable home recording equipment was somewhat relieved in 1947 with the availability of magnetic wire recorders for domestic use. These were capable of recording an hour-long broadcast on a single small spool of wire, and if a high-quality radio's audio output was recorded directly, rather than by holding a microphone up to its speaker, the recorded sound quality was very good. However, because the wire cost money and, like magnetic tape, could be repeatedly re-used to make new recordings, only a few complete broadcasts appear to have survived on this medium. In fact, there was little home recording of complete radio programs until the early 1950s, when increasingly affordable reel-to-reel tape recorders for home use were introduced to the market. Recording media
Electrical transcription discs   The War of the Worlds radio broadcast by Orson Welles on electrical transcription disc
Before the early 1950s, when radio networks and local stations wanted to preserve a live broadcast, they did so by means of special phonograph records known as "electrical transcriptions" (ETs), made by cutting a sound-modulated groove into a blank disc. At first, in the early 1930s, the blanks varied in both size and composition, but most often they were simply bare aluminum and the groove was indented rather than cut. Typically, these very early recordings were not made by the network or radio station, but by a private recording service contracted by the broadcast sponsor or one of the performers. The bare aluminum discs were typically 10 or 12 inches in diameter and recorded at the then-standard speed of 78 rpm, which meant that several disc sides were required to accommodate even a 15-minute program. By about 1936, 16-inch aluminum-based discs coated with cellulose nitrate lacquer, commonly known as acetates and recorded at a speed of 331⁄3 rpm, had been adopted by the networks and individual radio stations as the standard medium for recording broadcasts. The making of such recordings, at least for some purposes, then became routine. Some discs were recorded using a "hill and dale" vertically modulated groove, rather than the "lateral" side-to-side modulation found on the records being made for home use at that time. The large slow-speed discs could easily contain fifteen minutes on each side, allowing an hour-long program to be recorded on only two discs. The lacquer was softer than shellac or vinyl and wore more rapidly, allowing only a few playbacks with the heavy pickups and steel needles then in use before deterioration became audible. During World War II, aluminum became a necessary material for the war effort and was in short supply. This caused an alternative to be sought for the base on which to coat the lacquer. Glass, despite its obvious disadvantage of fragility, had occasionally been used in earlier years because it could provide a perfectly smooth and even supporting surface for mastering and other critical applications. Glass base recording blanks came into general use for the duration of the war. Magnetic wire recording
In the late 1940s, wire recorders became a readily obtainable means of recording radio programs. On a per-minute basis, it was less expensive to record a broadcast on wire than on discs. The one-hour program that required the four sides of two 16-inch discs could be recorded intact on a single spool of wire less than three inches in diameter and about half an inch thick. The audio fidelity of a good wire recording was comparable to acetate discs and by comparison the wire was practically indestructible, but it was soon rendered obsolete by the more manageable and easily edited medium of magnetic tape. Reel-to-reel tape recording
Bing Crosby became the first major proponent of magnetic tape recording for radio, and he was the first to use it on network radio, after he did a demonstration program in 1947. Tape had several advantages over earlier recording methods. Running at a sufficiently high speed, it could achieve higher fidelity than both electrical transcription discs and magnetic wire. Discs could be edited only by copying parts of them to a new disc, and the copying entailed a loss of audio quality. Wire could be divided up and the ends spliced together by knotting, but wire was difficult to handle and the crude splices were too noticeable. Tape could be edited by cutting it with a blade and neatly joining ends together with adhesive tape. By early 1949, the transition from live performances preserved on discs to performances pre-recorded on magnetic tape for later broadcast was complete for network radio programs. However, for the physical distribution of pre-recorded programming to individual stations, 16-inch 331⁄3 rpm vinyl pressings, less expensive to produce in quantities of identical copies than tapes, continued to be standard throughout the 1950s. Availability of recordings
The great majority of pre-World War II live radio broadcasts are lost. Many were never recorded; few recordings antedate the early 1930s. Beginning then several of the longer-running radio dramas have their archives complete or nearly complete. The earlier the date, the less likely it is that a recording survives. However, a good number of syndicated programs from this period have survived because copies were distributed far and wide. Recordings of live network broadcasts from the World War II years were preserved in the form of pressed vinyl copies issued by the Armed Forces Radio Service (AFRS) and survive in relative abundance. Syndicated programs from World War II and later years have nearly all survived. The survival of network programming from this time frame is more inconsistent; the networks started prerecording their formerly live shows on magnetic tape for subsequent network broadcast, but did not physically distribute copies, and the expensive tapes, unlike electrical transcription ("ET") discs, could be "wiped" and re-used (especially since, in the age of emerging trends such as television and music radio, such recordings were believed to have virtually no rerun or resale value). Thus, while some prime time network radio series from this era exist in full or almost in full, especially the most famous and longest-lived of them, less prominent or shorter-lived series (such as serials) may have only a handful of extant episodes. Airchecks, off-the-air recordings of complete shows made by, or at the behest of, individuals for their own private use, sometimes help to fill in such gaps. The contents of privately made recordings of live broadcasts from the first half of the 1930s can be of particular interest, as little live material from that period survives. Unfortunately, the sound quality of very early private recordings is often very poor, although in some cases this is largely due to the use of an incorrect playback stylus, which can also badly damage some unusual types of discs. Most of the Golden Age programs in circulation among collectors—whether on analogue tape, CD, or in the form of MP3s—originated from analogue 16-inch transcription disc, although some are off-the-air AM recordings. But in many cases, the circulating recordings are corrupted (decreased in quality), because lossless digital recording for the home market did not come until the very end of the twentieth century. Collectors made and shared recordings on analogue magnetic tapes, the only practical, relatively inexpensive medium, first on reels, then cassettes. "Sharing" usually meant making a duplicate tape. They connected two recorders, playing on one and recording on the other. Analog recordings are never perfect, and copying an analogue recording multiplies the imperfections. With the oldest recordings this can even mean it went out the speaker of one machine and in via the microphone of the other. The muffled sound, dropouts, sudden changes in sound quality, unsteady pitch, and other defects heard all too often are almost always accumulated tape copy defects. In addition, magnetic recordings, unless preserved archivally, are gradually damaged by the Earth's magnetic field. The audio quality of the source discs, when they have survived unscathed and are accessed and dubbed anew, is usually found to be reasonably clear and undistorted, sometimes startlingly good, although like all phonograph records they are vulnerable to wear and the effects of scuffs, scratches, and ground-in dust. Many shows from the 1940s have survived only in edited AFRS versions, although some exist in both the original and AFRS forms. As of 2020, the Old Time Radio collection at the Internet Archive contains 5,121 recordings. An active group of collectors makes digitally available, via CD or download, large collections of programs. RadioEchoes.com offers 98,949 episodes in their collection, but not all is old-time radio. Copyright status
Unlike film, television, and print items from the era, the copyright status of most recordings from the Golden Age of Radio is unclear. This is because, prior to 1972, the United States delegated the copyrighting of sound recordings to the individual states, many of which offered more generous common law copyright protections than the federal government offered for other media (some offered perpetual copyright, which has since been abolished; under the Music Modernization Act of September 2018, any sound recording 95 years old or older will be thrust into the public domain regardless of state law). The only exceptions are AFRS original productions, which are considered work of the United States government and thus both ineligible for federal copyright and outside the jurisdiction of any state; these programs are firmly in the public domain (this does not apply to programs carried by AFRS but produced by commercial networks). In practice, most old-time radio recordings are treated as orphan works: although there may still be a valid copyright on the program, it is seldom enforced. The copyright on an individual sound recording is distinct from the federal copyright for the underlying material (such as a published script, music, or in the case of adaptations, the original film or television material), and in many cases it is impossible to determine where or when the original recording was made or if the recording was copyrighted in that state. The U.S. Copyright Office states "there are a variety of legal regimes governing protection of pre-1972 sound recordings in the various states, and the scope of protection and of exceptions and limitations to that protection is unclear."[39] For example, New York has issued contradicting rulings on whether or not common law exists in that state; the most recent ruling, 2016's Flo & Eddie, Inc. v. Sirius XM Radio, holds that there is no such copyright in New York in regard to public performance.[40] Further complicating matters is that certain examples in case law have implied that radio broadcasts (and faithful reproductions thereof), because they were distributed freely to the public over the air, may not be eligible for copyright in and of themselves. The Internet Archive and other organizations that distribute public domain and open-source audio recordings maintain extensive archives of old-time radio programs. Legacy
United States
Some old-time radio shows continued on the air, although in ever-dwindling numbers, throughout the 1950s, even after their television equivalents had conquered the general public. One factor which helped to kill off old-time radio entirely was the evolution of popular music (including the development of rock and roll), which led to the birth of the top 40 radio format. A top 40 show could be produced in a small studio in a local station with minimal staff. This displaced full-service network radio and hastened the end of the golden-age era of radio drama by 1962. (Radio as a broadcast medium would survive, thanks in part to the proliferation of the transistor radio, and permanent installation in vehicles, making the medium far more portable than television). Full-service stations that did not adopt either top 40 or the mellower beautiful music or MOR formats eventually developed all-news radio in the mid-1960s. Scripted radio comedy and drama in the vein of old-time radio has a limited presence on U.S. radio. Several radio theatre series are still in production in the United States, usually airing on Sunday nights. These include original series such as Imagination Theatre and a radio adaptation of The Twilight Zone TV series, as well as rerun compilations such as the popular daily series When Radio Was and USA Radio Network's Golden Age of Radio Theatre, and weekly programs such as The Big Broadcast on WAMU, hosted by Murray Horwitz. These shows usually air in late nights and/or on weekends on small AM stations. Carl Amari's nationally syndicated radio show Hollywood 360 features 5 old-time radio episodes each week during his 5-hour broadcast. Amari's show is heard on 100+ radio stations coast-to-coast and in 168 countries on American Forces Radio. Local rerun compilations are also heard, primarily on public radio stations. Sirius XM Radio maintains a full-time Radio Classics channel devoted to rebroadcasts of vintage radio shows. Starting in 1974, Garrison Keillor, through his syndicated two-hour-long program A Prairie Home Companion, has provided a living museum of the production, tone and listener's experience of this era of radio for several generations after its demise. Produced live in theaters throughout the country, using the same sound effects and techniques of the era, it ran through 2016 with Keillor as host. The program included segments that were close renditions (in the form of parody) of specific genres of this era, including Westerns ("Dusty and Lefty, The Lives of the Cowboys"), detective procedurals ("Guy Noir, Private Eye") and even advertising through fictional commercials. Keillor also wrote a novel, WLT: A Radio Romance based on a radio station of this era—including a personally narrated version for the ultimate in verisimilitude. Upon Keillor's retirement, replacement host Chris Thile chose to reboot the show (since renamed Live from Here after the syndicator cut ties with Keillor) and eliminate much of the old-time radio trappings of the format; the show was ultimately canceled in 2020 due to financial and logistics problems. Vintage shows and new audio productions in America are accessible more widely from recordings or by satellite and web broadcasters, rather than over conventional AM and FM radio. The National Audio Theatre Festival is a national organization and yearly conference keeping the audio arts—especially audio drama—alive, and continues to involve long-time voice actors and OTR veterans in its ranks. Its predecessor, the Midwest Radio Theatre Workshop, was first hosted by Jim Jordan, of Fibber McGee and Molly fame, and Norman Corwin advised the organization. One of the longest running radio programs celebrating this era is The Golden Days of Radio, which was hosted on the Armed Forces Radio Service for more than 20 years and overall for more than 50 years by Frank Bresee, who also played "Little Beaver" on the Red Ryder program as a child actor. One of the very few still-running shows from the earlier era of radio is a Christian program entitled Unshackled! The weekly half-hour show, produced in Chicago by Pacific Garden Mission, has been continuously broadcast since 1950. The shows are created using techniques from the 1950s (including home-made sound effects) and are broadcast across the U.S. and around the world by thousands of radio stations. Today, radio performers of the past appear at conventions that feature re-creations of classic shows, as well as music, memorabilia and historical panels. The largest of these events was the Friends of Old Time Radio Convention, held in Newark, New Jersey, which held its final convention in October 2011 after 36 years. Others include REPS in Seattle (June), SPERDVAC in California, the Cincinnati OTR & Nostalgia Convention (April), and the Mid-Atlantic Nostalgia Convention (September). Veterans of the Friends of Old Time Radio Convention, including Chairperson Steven M. Lewis of The Gotham Radio Players, Maggie Thompson, publisher of the Comic Book Buyer's Guide, Craig Wichman of audio drama troupe Quicksilver Audio Theater and long-time FOTR Publicist Sean Dougherty have launched a successor event, Celebrating Audio Theater – Old & New, scheduled for October 12–13, 2012. Radio dramas from the golden age are sometimes recreated as live stage performances at such events. One such group, led by director Daniel Smith, has been performing re-creations of old-time radio dramas at Fairfield University's Regina A. Quick Center for the Arts since the year 2000. The 40th anniversary of what is widely considered the end of the old time radio era (the final broadcasts of Yours Truly, Johnny Dollar and Suspense on September 30, 1962) was marked with a commentary on NPR's All Things Considered. A handful of radio programs from the old-time era remain in production, all from the genres of news, music, or religious broadcasting: the Grand Ole Opry (1925), Music and the Spoken Word (1929), The Lutheran Hour (1930), the CBS World News Roundup (1938), King Biscuit Time (1941) and the Renfro Valley Gatherin' (1943). Of those, all but the Opry maintain their original short-form length of 30 minutes or less. The Wheeling Jamboree counts an earlier program on a competing station as part of its history, tracing its lineage back to 1933. Western revival/comedy act Riders in the Sky produced a radio serial Riders Radio Theatre in the 1980s and 1990s and continues to provide sketch comedy on existing radio programs including the Grand Ole Opry, Midnite Jamboree and WoodSongs Old-Time Radio Hour. Elsewhere
Regular broadcasts of radio plays are also heard in—among other countries—Australia, Croatia, Estonia,[46] France, Germany, Ireland, Japan, New Zealand, Norway, Romania, and Sweden. In the United Kingdom, such scripted radio drama continues on BBC Radio 3 and (principally) BBC Radio 4, the second-most popular radio station in the country, as well as on the rerun channel BBC Radio 4 Extra, which is the seventh-most popular station there.   
   #starradio #totalstar #star1075 #heart #heartradio #lbc #bbc #bbcradio #bbcradio1 #bbcradio2 #bbcradio3 #bbcradio4 #radio4extra #absoluteradio #absolute #capital #capitalradio #greatesthitsradio #hitsradio #radio #adultcontemporary #spain #bristol #frenchay #colyton #lymeregis #seaton #beer #devon #eastdevon #brettorchard #brettsoldtimeradioshow 
   fe2f4df62ffeeb8c30c04d3d3454779ca91a4871

The boys drink and review Pigweed's Seal Team 6 -- a homebrewed Black IPA -- then discuss eugenics. Humans have been breeding animals and plants for a very long time. Most of the foods we eat are the result of thousands of years of careful breeding by farmers, and "man's best friend" was bred from wild dogs. Why shouldn't we do the same with humans? Sir Francis Galton, a cousin of Charles Darwin who was very influenced by The Origin of Species, proposed just such a plan and called it "eugenics." Darwinism convinced Galton that an organism's most important characteristics must be biological rather than shaped by environment or experience. The idea caught fire with the intellectual elite. John D. Rockefeller, Andrew Carnegie, Theodore Roosevelt, Margaret Sanger and Alexander Graham Bell all promoted the idea to one degree or another. The Supreme Court even weighed in. In upholding a Virginia law that permitted compulsory sterilization of individuals thought unfit to reproduce, Oliver Wendell Holmes said in Buck v. Bell, "three generations of imbeciles are enough." 38 States adopted some form of eugenics laws and more than 60,000 Americans were sterilized without their consent. Adolf Hitler read about this and thought, "gee, what a good idea." After the horrors of World War II, the west turned away from eugenics. It still stands as a reminder that fine-sounding ideas approved by intelligent people can still be horribly stupid.

Good evening and a huge welcome back to the show, I hope you've had a great day and you're ready to kick back and relax with another episode of Brett's old time radio show. Hello, I'm Brett your host for this evening and welcome to my home in beautiful Lyme Bay where it's lovely December night. I hope it's just as nice where you are. You'll find all of my links at www.linktr.ee/brettsoldtimeradioshow A huge thankyou for joining me once again for our regular late night visit to those dusty studio archives of Old Time radio shows right here at my home in the united kingdom. Don't forget I have an instagram page and youtube channel both called brett's old time radio show and I'd love it if you could follow me. Feel free to send me some feedback on this and the other shows if you get a moment, brett@tourdate.co.uk   #sleep #insomnia #relax #chill #night #nighttime #bed #bedtime #oldtimeradio #drama #comedy #radio #talkradio #hancock #tonyhancock #hancockshalfhour #sherlock #sherlockholmes #radiodrama #popular #viral #viralpodcast #podcast #podcasting #podcasts #podtok #podcastclip #podcastclips #podcasttrailer #podcastteaser #newpodcastepisode #newpodcast #videopodcast #upcomingpodcast #audiogram #audiograms #truecrimepodcast #historypodcast #truecrime #podcaster #viral #popular #viralpodcast #number1 #instagram #youtube #facebook #johnnydollar #crime #fiction #unwind #devon #texas #texasranger #beer #seaton #seaside  #smuggler #colyton #devon #seaton #beer #branscombe #lymebay #lymeregis #brett #brettorchard #orchard #greatdetectives #greatdetectivesofoldtimeradio #detectives #johnnydollar #thesaint #steptoe #texasrangers   
sleep insomnia relax chill night nightime bed bedtime oldtimeradio drama comedy radio talkradio hancock tonyhancock hancockshalfhour sherlock sherlockholmes radiodrama popular viral viralpodcast podcast brett brettorchard orchard east devon seaton beer lyme regis village condado de alhama spain murcia       Hancock's Half Hour was a BBC radio comedy, and later television comedy series, broadcast from 1954 to 1961 and written by Ray Galton and Alan Simpson. The series starred Tony Hancock, with Sidney James; the radio version also co-starred, at various times, Moira Lister, Andrée Melly, Hattie Jacques, Bill Kerr and Kenneth Williams.   The final television series, renamed simply Hancock, starred Hancock alone. Hancock played an exaggerated and much poorer version of his own character and lifestyle, Anthony Aloysius St John Hancock, a down-at-heel comedian living at the dilapidated 23 Railway Cuttings in East Cheam. The series was influential in the development of the situation comedy, with its move away from radio variety towards a focus on character development. The radio version was produced by Dennis Main Wilson for most of its run. After Main Wilson departed for his television career, his role was taken by Tom Ronald. The television series was produced by Duncan Wood. The distinctive tuba-based theme tune was composed by Angela Morley. Ten scripts (nine TV, one radio) were written but never recorded for a variety of reasons. The unused radio script for The Counterfeiter was finally recorded in 2019 with Kevin R. McNally as Tony Hancock.   Most of the radio episodes were recorded between one day and three weeks in advance of broadcast, except for Series 6 which was mostly recorded during a three-week period in June 1959 in order to avoid clashing with the recording of Series 5 of the television show. Galton and Simpson never gave titles to any of their Hancock scripts, for radio or television; this was usually left to the girl who filed the scripts at their office, who gave them names that were a reminder of what the script was about. So when Roger Wilmut came to write his book Tony Hancock – Artiste (first published 1978) he took the liberty of inventing titles where necessary and these titles, a combination of the file names and Wilmut's own, have become the accepted ones ever since, with the approval of Galton and Simpson and the BBC. The regular cast members generally played "themselves", in that the characters were called by the actor's real name (although the English actress Andrée Melly – sister of George – played a French character). However, there were exceptions: Kenneth Williams played a series of unnamed characters referred to in the scripts—but not on air—as "Snide". He also played the very occasional roles of Edwardian Fred (a criminal associate of Sid's) and Hancock's Vicar, as well as various other characters (e.g. a judge). In the episode "The Emigrant" he is allowed to break the fourth wall and refer to himself as "that bloke with the funny voice".
Hattie Jacques played Griselda Pugh, Hancock's secretary, with the exception of the episode "The East Cheam Drama Festival" where she played herself.
Alan Simpson played an unnamed man in early episodes who listened patiently to Hancock's long-winded stories. His lines would frequently be restricted to simply "Yes", "Really?", "Mm-hmm", or "I see".
These performers are present in the series as indicated below. Series 1 (1954–1955)
16 episodes, 2 November 1954 – 15 February 1955 
Regular cast: Tony Hancock, Bill Kerr, Moira Lister, Sid James, Kenneth Williams, Alan Simpson (uncredited). Three of this cast (Kerr, Lister and James) were born in South Africa.
Guest Stars: Gerald Campion (episode 1), Dora Bryan (episode 10), Paul Carpenter (episode 10), Brian Johnston (episode 12), Raymond Baxter (episode 12), Peter Sellers (episode 15).
The First Night Party
The Diamond Ring †
The Idol
The Boxing Champion
The Hancock Festival †
The New Car
The Department Store Santa †
Christmas at Aldershot †
The Christmas Eve Party †
Cinderella Hancock
A Trip To France
The Monte Carlo Rally
A House on the Cliff
The Sheikh
The Marriage Bureau
The End of the Series
Episodes 2, 5, 7, 8 and 9 no longer exist. On 30 September 2022 it was announced that Richard Harrison of the Radio Circle had found the original recording of The Marriage Bureau, and Keith Wickham, also of the Radio Circle, had restored the edition. The episode aired on BBC Radio 4 for the first time since 1955 on 18 October 2022. This episode was particularly significant given it featured the only Hancock guest appearance by Peter Sellers. In April 2014 the BBC started to re-record the lost episodes under the banner The Missing Hancocks, produced by Neil Pearson and Ed Morrish. The scripts for this five-episode run were selected by Galton and Simpson and recorded in their presence, with Kevin McNally taking the part of Tony Hancock. From the original first series they chose "The Hancock Festival", which aired in November 2014, the sixtieth anniversary of its first airing. The project would eventually re-record all the missing episodes. "The Marriage Bureau", which was still missing at the time, was re-recorded in September 2015 and broadcast on 7 December 2015. "The Department Store Santa" was re-recorded on 3 September 2017 and broadcast in December 2018, opening the fourth series of The Missing Hancocks. On 24 September 2017 "Christmas at Aldershot" was re-recorded for broadcast on Christmas Day 2019 along with "The Christmas Eve Party" which was broadcast on 21 December 2021. "The Diamond Ring" was re-recorded on 11 January 2019 and broadcast (in keeping with its Guy Fawkes theme) on 5 November 2019. One no longer extant episode (5) features the only Hancock guest appearance by Spike Milligan. Series 2 (1955)
12 episodes, 17 April – 2 July 1955
Regular cast: Harry Secombe (Episodes 1–4), Tony Hancock (Episodes 4–12), Bill Kerr, Sid James, Andrée Melly, Kenneth Williams, Alan Simpson (uncredited)
A Holiday in France †
The Crown Jewels †
The Racehorse †
A Visit To Swansea
The Holiday Camp
The Chef That Died of Shame
Prime Minister Hancock †
The Rail Strike
The Television Set
The Three Sons †
The Marrow Contest
The Matador †
Episodes 1, 2, 3, 7, 10 and 12 (half the series, including the first three of Harry Secombe's guest appearances) no longer exist. Shortly before the series was due to be recorded Hancock walked out on a theatre performance suffering from "nervous exhaustion" and flew to Rome. Harry Secombe was brought in at short notice to replace Hancock. Secombe starred in the first three episodes and made a guest appearance in the fourth, by which time Hancock had returned to complete the series as scheduled. The fourth episode, "A Visit To Swansea", featured Tony being forced to go and thank Harry who'd returned to Wales, and was littered with references to how good Secombe had been. Had Hancock not returned when he did, then Galton and Simpson planned to replace him permanently with Secombe and rename the series Secombe's Half Hour. In April 2014 the BBC re-recorded "The Matador", chosen by Galton and Simpson, for the first series of The Missing Hancocks. On 2 December 2016 the BBC re-recorded "A Holiday in France" followed by "The Race Horse" and "The Crown Jewels" with Andy Secombe as his late father Harry. On 13 January 2019 "Prime Minister Hancock" was re-recorded for broadcast on 18 December that year. Also re-recorded was "A Visit To Swansea" which was then missing, as none of the Secombe episodes had been kept: however, on 11 October 2023 radio enthusiast Richard Harrison announced he had found an off-air copy of "A Visit To Swansea", missing only the first two minutes prior to Hancock's entrance. Series 3 (1955–1956)
20 episodes, 19 October 1955 – 29 February 1956
Regular cast: Tony Hancock, Bill Kerr, Sid James, Andrée Melly, Kenneth Williams, Alan Simpson (uncredited).
Guest Stars: Graham Stark (episode 10), Dora Bryan (episode 11), John Arlott (episode 20), Godfrey Evans (episode 20), Colin Cowdrey (episode 20), Frank Tyson (episode 20).
The Pet Dog
The Jewel Robbery
The Bequest
The New Neighbour †
The Winter Holiday †
The Blackboard Jungle
The Red Planet †
The Diet
A Visit To Russia †
The Trial of Father Christmas †
Cinderella Hancock (a new production of the 10th of the 1st series) †
The New Year Resolutions †
Hancock's Hair
The Student Prince
The Breakfast Cereal †
How Hancock Won The War
The Newspaper †
The Greyhound Track
The Conjurer
The Test Match
Episodes 4, 5, 7, 9, 10, 11, 12, 15 and 17 no longer exist. Only a short extract from episode 12 survives; this plus episodes 8 and 16 only survive in poor sound quality. "The Blackboard Jungle" was recovered in 2002 from off-air home recordings made by listener Vic Rogers, along with the original version of "The New Secretary" from series 4. In April 2014 the BBC re-recorded "The New Neighbour", "The Breakfast Cereal" and "The Newspaper", selected by and recorded in the presence of Galton and Simpson, for the first series of The Missing Hancocks. The episodes were broadcast on Radio 4 in October and November 2014. On 21 July 2015 the BBC re-recorded "The Red Planet" and "How Hancock Won The War" for broadcast in November as part of the second series. "A Visit To Russia" and "The Trial of Father Christmas" were re-recorded in September 2015 for broadcast in December. On 3 September 2017 the BBC re-recorded "The Winter Holiday" for broadcast in the fourth series. Episode 11 of the third series was supposed to be a new episode called "The Counterfeiter", about Bill Kerr being forced to get a job, but the script went unused and a new version of "Cinderella Hancock" was recorded in its place. On 11 January 2019, the cast of The Missing Hancocks recorded the episode for the first time at the BBC Radio Theatre. It was broadcast on 1 January 2020. "The New Year Resolutions" was re-recorded on 13 January 2019 for broadcast on 31 December 2020. Series 4 (1956–1957)
20 episodes, 14 October 1956 – 24 February 1957
Regular cast: Tony Hancock, Sid James, Hattie Jacques (debut in Episode 5), Bill Kerr, Kenneth Williams.
Back From Holiday
The Bolshoi Ballet
Sid James's Dad
The Income Tax Demand
The New Secretary
Michelangelo 'Ancock
Anna and the King of Siam
Cyrano De Hancock
The Stolen Petrol
The Espresso Bar
Hancock's Happy Christmas
The Diary
The 13th of the Series
Almost A Gentleman
The Old School Reunion
The Wild Man of the Woods
Agricultural 'Ancock
Hancock in the Police
The Emigrant
The Last of the McHancocks - with James Robertson Justice
All episodes still exist, though episode 3 only survives in poor sound quality. Series 5 (1958)
20 episodes, 21 January – 3 June 1958
Regular cast: Tony Hancock, Sid James, Hattie Jacques, Bill Kerr, Kenneth Williams.
The New Radio Series - includes reference to series 3 of the TV series which had just finished.
The Scandal Magazine - with John Vere
The Male Suffragettes
The Insurance Policy
The Publicity Photograph
The Unexploded Bomb
Hancock's School
Around the World in Eighty Days
The Americans Hit Town
The Election Candidate
Hancock's Car
The East Cheam Drama Festival
The Foreign Legion
Sunday Afternoon at Home
The Grappling Game
The Junkman
Hancock's War
The Prize Money
The Threatening Letters
The Sleepless Night
All episodes still exist. Welcome to London was broadcast live on 3 August 1958 on the BBC Light Programme from the London Coliseum to commemorate the Cardiff British Empire and Commonwealth Games. It features a nine-minute sketch with Hancock, James and Kerr. A recording of the whole 90-minute programme was discovered in the collection of Bob Monkhouse after his death. The Hancock sketch has been broadcast on BBC Radio 4 Extra. Christmas Special
"Bill and Father Christmas" Cast: Tony Hancock, Sid James, Hattie Jacques, Bill Kerr, Warren Mitchell

 The Golden Age of Radio Also known as the old-time radio (OTR) era, was an era of radio in the United States where it was the dominant electronic home entertainment medium. It began with the birth of commercial radio broadcasting in the early 1920s and lasted through the 1950s, when television gradually superseded radio as the medium of choice for scripted programming, variety and dramatic shows. Radio was the first broadcast medium, and during this period people regularly tuned in to their favourite radio programs, and families gathered to listen to the home radio in the evening. According to a 1947 C. E. Hooper survey, 82 out of 100 Americans were found to be radio listeners. A variety of new entertainment formats and genres were created for the new medium, many of which later migrated to television: radio plays, mystery serials, soap operas, quiz shows, talent shows, daytime and evening variety hours, situation comedies, play-by-play sports, children's shows, cooking shows, and more. In the 1950s, television surpassed radio as the most popular broadcast medium, and commercial radio programming shifted to narrower formats of news, talk, sports and music. Religious broadcasters, listener-supported public radio and college stations provide their own distinctive formats. Origins A family listening to the first broadcasts around 1920 with a crystal radio. The crystal radio, a legacy from the pre-broadcast era, could not power a loudspeaker so the family must share earphones
During the first three decades of radio, from 1887 to about 1920, the technology of transmitting sound was undeveloped; the information-carrying ability of radio waves was the same as a telegraph; the radio signal could be either on or off. Radio communication was by wireless telegraphy; at the sending end, an operator tapped on a switch which caused the radio transmitter to produce a series of pulses of radio waves which spelled out text messages in Morse code. At the receiver these sounded like beeps, requiring an operator who knew Morse code to translate them back to text. This type of radio was used exclusively for person-to-person text communication for commercial, diplomatic and military purposes and hobbyists; broadcasting did not exist. The broadcasts of live drama, comedy, music and news that characterize the Golden Age of Radio had a precedent in the Théâtrophone, commercially introduced in Paris in 1890 and available as late as 1932. It allowed subscribers to eavesdrop on live stage performances and hear news reports by means of a network of telephone lines. The development of radio eliminated the wires and subscription charges from this concept. Between 1900 and 1920 the first technology for transmitting sound by radio was developed, AM (amplitude modulation), and AM broadcasting sprang up around 1920. On Christmas Eve 1906, Reginald Fessenden is said to have broadcast the first radio program, consisting of some violin playing and passages from the Bible. While Fessenden's role as an inventor and early radio experimenter is not in dispute, several contemporary radio researchers have questioned whether the Christmas Eve broadcast took place, or whether the date was, in fact, several weeks earlier. The first apparent published reference to the event was made in 1928 by H. P. Davis, Vice President of Westinghouse, in a lecture given at Harvard University. In 1932 Fessenden cited the Christmas Eve 1906 broadcast event in a letter he wrote to Vice President S. M. Kinter of Westinghouse. Fessenden's wife Helen recounts the broadcast in her book Fessenden: Builder of Tomorrows (1940), eight years after Fessenden's death. The issue of whether the 1906 Fessenden broadcast actually happened is discussed in Donna Halper's article "In Search of the Truth About Fessenden"[2] and also in James O'Neal's essays.[3][4] An annotated argument supporting Fessenden as the world's first radio broadcaster was offered in 2006 by Dr. John S. Belrose, Radioscientist Emeritus at the Communications Research Centre Canada, in his essay "Fessenden's 1906 Christmas Eve broadcast." It was not until after the Titanic catastrophe in 1912 that radio for mass communication came into vogue, inspired first by the work of amateur ("ham") radio operators. Radio was especially important during World War I as it was vital for air and naval operations. World War I brought about major developments in radio, superseding the Morse code of the wireless telegraph with the vocal communication of the wireless telephone, through advancements in vacuum tube technology and the introduction of the transceiver. After the war, numerous radio stations were born in the United States and set the standard for later radio programs. The first radio news program was broadcast on August 31, 1920, on the station 8MK in Detroit; owned by The Detroit News, the station covered local election results. This was followed in 1920 with the first commercial radio station in the United States, KDKA, being established in Pittsburgh. The first regular entertainment programs were broadcast in 1922, and on March 10, Variety carried the front-page headline: "Radio Sweeping Country: 1,000,000 Sets in Use." A highlight of this time was the first Rose Bowl being broadcast on January 1, 1923, on the Los Angeles station KHJ. Growth of radio
Broadcast radio in the United States underwent a period of rapid change through the decade of the 1920s. Technology advances, better regulation, rapid consumer adoption, and the creation of broadcast networks transformed radio from a consumer curiosity into the mass media powerhouse that defined the Golden Age of Radio. Consumer adoption
Through the decade of the 1920s, the purchase of radios by United States homes continued, and accelerated. The Radio Corporation of America (RCA) released figures in 1925 stating that 19% of United States homes owned a radio. The triode and regenerative circuit made amplified, vacuum tube radios widely available to consumers by the second half of the 1920s. The advantage was obvious: several people at once in a home could now easily listen to their radio at the same time. In 1930, 40% of the nation's households owned a radio,[8] a figure that was much higher in suburban and large metropolitan areas. The superheterodyne receiver and other inventions refined radios even further in the next decade; even as the Great Depression ravaged the country in the 1930s, radio would stay at the centre of American life. 83% of American homes would own a radio by 1940. Government regulation
Although radio was well established with United States consumers by the mid-1920s, regulation of the broadcast medium presented its own challenges. Until 1926, broadcast radio power and frequency use was regulated by the U.S. Department of Commerce, until a legal challenge rendered the agency powerless to do so. Congress responded by enacting the Radio Act of 1927, which included the formation of the Federal Radio Commission (FRC). One of the FRC's most important early actions was the adoption of General Order 40, which divided stations on the AM band into three power level categories, which became known as Local, Regional, and Clear Channel, and reorganized station assignments. Based on this plan, effective 3:00 a.m. Eastern time on November 11, 1928, most of the country's stations were assigned to new transmitting frequencies. Broadcast networks
The final element needed to make the Golden Age of Radio possible focused on the question of distribution: the ability for multiple radio stations to simultaneously broadcast the same content, and this would be solved with the concept of a radio network. The earliest radio programs of the 1920s were largely unsponsored; radio stations were a service designed to sell radio receivers. In early 1922, American Telephone & Telegraph Company (AT&T) announced the beginning of advertisement-supported broadcasting on its owned stations, and plans for the development of the first radio network using its telephone lines to transmit the content. In July 1926, AT&T abruptly decided to exit the broadcasting field, and signed an agreement to sell its entire network operations to a group headed by RCA, which used the assets to form the National Broadcasting Company. Four radio networks had formed by 1934. These were: National Broadcasting Company Red Network (NBC Red), launched November 15, 1926. Originally founded as the National Broadcasting Company in late 1926, the company was almost immediately forced to split under antitrust laws to form NBC Red and NBC Blue. When, in 1942, NBC Blue was sold and renamed the Blue Network, this network would go back to calling itself simply the National Broadcasting Company Radio Network (NBC).
National Broadcasting Company Blue Network (NBC Blue); launched January 10, 1927, split from NBC Red. NBC Blue was sold in 1942 and became the Blue Network, and it in turn transferred its assets to a new company, the American Broadcasting Company on June 15, 1945. That network identified itself as the American Broadcasting Company Radio Network (ABC).
Columbia Broadcasting System (CBS), launched September 18, 1927. After an initially struggling attempt to compete with the NBC networks, CBS gained new momentum when William S. Paley was installed as company president.
Mutual Broadcasting System (Mutual), launched September 29, 1934. Mutual was initially run as a cooperative in which the flagship stations owned the network, not the other way around as was the case with the other three radio networks. 
Programming
In the period before and after the advent of the broadcast network, new forms of entertainment needed to be created to fill the time of a station's broadcast day. Many of the formats born in this era continued into the television and digital eras. In the beginning of the Golden Age, network programs were almost exclusively broadcast live, as the national networks prohibited the airing of recorded programs until the late 1940s because of the inferior sound quality of phonograph discs, the only practical recording medium at that time. As a result, network prime-time shows would be performed twice, once for each coast. 
Rehearsal for the World War II radio show You Can't Do Business with Hitler with John Flynn and Virginia Moore. This series of programs, broadcast at least once weekly by more than 790 radio stations in the United States, was written and produced by the radio section of the Office of War Information (OWI).
Live events
Coverage of live events included musical concerts and play-by-play sports broadcasts. News
The capability of the new medium to get information to people created the format of modern radio news: headlines, remote reporting, sidewalk interviews (such as Vox Pop), panel discussions, weather reports, and farm reports. The entry of radio into the realm of news triggered a feud between the radio and newspaper industries in the mid-1930s, eventually culminating in newspapers trumping up exaggerated [citation needed] reports of a mass hysteria from the (entirely fictional) radio presentation of The War of the Worlds, which had been presented as a faux newscast. Musical features
The sponsored musical feature soon became one of the most popular program formats. Most early radio sponsorship came in the form of selling the naming rights to the program, as evidenced by such programs as The A&P Gypsies, Champion Spark Plug Hour, The Clicquot Club Eskimos, and King Biscuit Time; commercials, as they are known in the modern era, were still relatively uncommon and considered intrusive. During the 1930s and 1940s, the leading orchestras were heard often through big band remotes, and NBC's Monitor continued such remotes well into the 1950s by broadcasting live music from New York City jazz clubs to rural America. Singers such as Harriet Lee and Wendell Hall became popular fixtures on network radio beginning in the late 1920s and early 1930s. Local stations often had staff organists such as Jesse Crawford playing popular tunes. Classical music programs on the air included The Voice of Firestone and The Bell Telephone Hour. Texaco sponsored the Metropolitan Opera radio broadcasts; the broadcasts, now sponsored by the Toll Brothers, continue to this day around the world, and are one of the few examples of live classical music still broadcast on radio. One of the most notable of all classical music radio programs of the Golden Age of Radio featured the celebrated Italian conductor Arturo Toscanini conducting the NBC Symphony Orchestra, which had been created especially for him. At that time, nearly all classical musicians and critics considered Toscanini the greatest living maestro. Popular songwriters such as George Gershwin were also featured on radio. (Gershwin, in addition to frequent appearances as a guest, had his own program in 1934.) The New York Philharmonic also had weekly concerts on radio. There was no dedicated classical music radio station like NPR at that time, so classical music programs had to share the network they were broadcast on with more popular ones, much as in the days of television before the creation of NET and PBS. Country music also enjoyed popularity. National Barn Dance, begun on Chicago's WLS in 1924, was picked up by NBC Radio in 1933. In 1925, WSM Barn Dance went on the air from Nashville. It was renamed the Grand Ole Opry in 1927 and NBC carried portions from 1944 to 1956. NBC also aired The Red Foley Show from 1951 to 1961, and ABC Radio carried Ozark Jubilee from 1953 to 1961. Comedy
Radio attracted top comedy talents from vaudeville and Hollywood for many years: Bing Crosby, Abbott and Costello, Fred Allen, Jack Benny, Victor Borge, Fanny Brice, Billie Burke, Bob Burns, Judy Canova, Eddie Cantor, Jimmy Durante, Burns and Allen, Phil Harris, Edgar Bergen, Bob Hope, Groucho Marx, Jean Shepherd, Red Skelton and Ed Wynn. Situational comedies also gained popularity, such as Amos 'n' Andy, Easy Aces, Ethel and Albert, Fibber McGee and Molly, The Goldbergs, The Great Gildersleeve, The Halls of Ivy (which featured screen star Ronald Colman and his wife Benita Hume), Meet Corliss Archer, Meet Millie, and Our Miss Brooks. Radio comedy ran the gamut from the small town humor of Lum and Abner, Herb Shriner and Minnie Pearl to the dialect characterizations of Mel Blanc and the caustic sarcasm of Henry Morgan. Gags galore were delivered weekly on Stop Me If You've Heard This One and Can You Top This?,[18] panel programs devoted to the art of telling jokes. Quiz shows were lampooned on It Pays to Be Ignorant, and other memorable parodies were presented by such satirists as Spike Jones, Stoopnagle and Budd, Stan Freberg and Bob and Ray. British comedy reached American shores in a major assault when NBC carried The Goon Show in the mid-1950s. 
Some shows originated as stage productions: Clifford Goldsmith's play What a Life was reworked into NBC's popular, long-running The Aldrich Family (1939–1953) with the familiar catchphrases "Henry! Henry Aldrich!," followed by Henry's answer, "Coming, Mother!" Moss Hart and George S. Kaufman's Pulitzer Prize-winning Broadway hit, You Can't Take It with You (1936), became a weekly situation comedy heard on Mutual (1944) with Everett Sloane and later on NBC (1951) with Walter Brennan. Other shows were adapted from comic strips, such as Blondie, Dick Tracy, Gasoline Alley, The Gumps, Li'l Abner, Little Orphan Annie, Popeye the Sailor, Red Ryder, Reg'lar Fellers, Terry and the Pirates and Tillie the Toiler. Bob Montana's redheaded teen of comic strips and comic books was heard on radio's Archie Andrews from 1943 to 1953. The Timid Soul was a 1941–1942 comedy based on cartoonist H. T. Webster's famed Caspar Milquetoast character, and Robert L. Ripley's Believe It or Not! was adapted to several different radio formats during the 1930s and 1940s. Conversely, some radio shows gave rise to spinoff comic strips, such as My Friend Irma starring Marie Wilson. Soap operas
The first program generally considered to be a daytime serial drama by scholars of the genre is Painted Dreams, which premiered on WGN on October 20, 1930. The first networked daytime serial is Clara, Lu, 'n Em, which started in a daytime time slot on February 15, 1932. As daytime serials became popular in the early 1930s, they became known as soap operas because many were sponsored by soap products and detergents. On November 25, 1960, the last four daytime radio dramas—Young Dr. Malone, Right to Happiness, The Second Mrs. Burton and Ma Perkins, all broadcast on the CBS Radio Network—were brought to an end. Children's programming
The line-up of late afternoon adventure serials included Bobby Benson and the B-Bar-B Riders, The Cisco Kid, Jack Armstrong, the All-American Boy, Captain Midnight, and The Tom Mix Ralston Straight Shooters. Badges, rings, decoding devices and other radio premiums offered on these adventure shows were often allied with a sponsor's product, requiring the young listeners to mail in a boxtop from a breakfast cereal or other proof of purchase. Radio plays
Radio plays were presented on such programs as 26 by Corwin, NBC Short Story, Arch Oboler's Plays, Quiet, Please, and CBS Radio Workshop. Orson Welles's The Mercury Theatre on the Air and The Campbell Playhouse were considered by many critics to be the finest radio drama anthologies ever presented. They usually starred Welles in the leading role, along with celebrity guest stars such as Margaret Sullavan or Helen Hayes, in adaptations from literature, Broadway, and/or films. They included such titles as Liliom, Oliver Twist (a title now feared lost), A Tale of Two Cities, Lost Horizon, and The Murder of Roger Ackroyd. It was on Mercury Theatre that Welles presented his celebrated-but-infamous 1938 adaptation of H. G. Wells's The War of the Worlds, formatted to sound like a breaking news program. Theatre Guild on the Air presented adaptations of classical and Broadway plays. Their Shakespeare adaptations included a one-hour Macbeth starring Maurice Evans and Judith Anderson, and a 90-minute Hamlet, starring John Gielgud.[22] Recordings of many of these programs survive. During the 1940s, Basil Rathbone and Nigel Bruce, famous for playing Sherlock Holmes and Dr. Watson in films, repeated their characterizations on radio on The New Adventures of Sherlock Holmes, which featured both original stories and episodes directly adapted from Arthur Conan Doyle's stories. None of the episodes in which Rathbone and Bruce starred on the radio program were filmed with the two actors as Holmes and Watson, so radio became the only medium in which audiences were able to experience Rathbone and Bruce appearing in some of the more famous Holmes stories, such as "The Speckled Band". There were also many dramatizations of Sherlock Holmes stories on radio without Rathbone and Bruce. During the latter part of his career, celebrated actor John Barrymore starred in a radio program, Streamlined Shakespeare, which featured him in a series of one-hour adaptations of Shakespeare plays, many of which Barrymore never appeared in either on stage or in films, such as Twelfth Night (in which he played both Malvolio and Sir Toby Belch), and Macbeth. Lux Radio Theatre and The Screen Guild Theater presented adaptations of Hollywood movies, performed before a live audience, usually with cast members from the original films. Suspense, Escape, The Mysterious Traveler and Inner Sanctum Mystery were popular thriller anthology series. Leading writers who created original material for radio included Norman Corwin, Carlton E. Morse, David Goodis, Archibald MacLeish, Arthur Miller, Arch Oboler, Wyllis Cooper, Rod Serling, Jay Bennett, and Irwin Shaw. Game shows
Game shows saw their beginnings in radio. One of the first was Information Please in 1938, and one of the first major successes was Dr. I.Q. in 1939. Winner Take All, which premiered in 1946, was the first to use lockout devices and feature returning champions. A relative of the game show, which would be called the giveaway show in contemporary media, typically involved giving sponsored products to studio audience members, people randomly called by telephone, or both. An early example of this show was the 1939 show Pot o' Gold, but the breakout hit of this type was ABC's Stop the Music in 1948. Winning a prize generally required knowledge of what was being aired on the show at that moment, which led to criticism of the giveaway show as a form of "buying an audience". Giveaway shows were extremely popular through 1948 and 1949. They were often panned as low-brow, and an unsuccessful attempt was even made by the FCC to ban them (as an illegal lottery) in August 1949.[23] Broadcast production methods
The RCA Type 44-BX microphone had two live faces and two dead ones. Thus actors could face each other and react. An actor could give the effect of leaving the room by simply moving their head toward the dead face of the microphone. The scripts were paper-clipped together. It has been disputed whether or not actors and actresses would drop finished pages to the carpeted floor after use. 
Radio stations
Despite a general ban on use of recordings on broadcasts by radio networks through the late 1940s, "reference recordings" on phonograph disc were made of many programs as they were being broadcast, for review by the sponsor and for the network's own archival purposes. With the development of high-fidelity magnetic wire and tape recording in the years following World War II, the networks became more open to airing recorded programs and the prerecording of shows became more common. Local stations, however, had always been free to use recordings and sometimes made substantial use of pre-recorded syndicated programs distributed on pressed (as opposed to individually recorded) transcription discs. Recording was done using a cutting lathe and acetate discs. Programs were normally recorded at 331⁄3 rpm on 16 inch discs, the standard format used for such "electrical transcriptions" from the early 1930s through the 1950s. Sometimes, the groove was cut starting at the inside of the disc and running to the outside. This was useful when the program to be recorded was longer than 15 minutes so required more than one disc side. By recording the first side outside in, the second inside out, and so on, the sound quality at the disc change-over points would match and result in a more seamless playback. An inside start also had the advantage that the thread of material cut from the disc's surface, which had to be kept out of the path of the cutting stylus, was naturally thrown toward the centre of the disc so was automatically out of the way. When cutting an outside start disc, a brush could be used to keep it out of the way by sweeping it toward the middle of the disc. Well-equipped recording lathes used the vacuum from a water aspirator to pick it up as it was cut and deposit it in a water-filled bottle. In addition to convenience, this served a safety purpose, as the cellulose nitrate thread was highly flammable and a loose accumulation of it combusted violently if ignited. Most recordings of radio broadcasts were made at a radio network's studios, or at the facilities of a network-owned or affiliated station, which might have four or more lathes. A small local station often had none. Two lathes were required to capture a program longer than 15 minutes without losing parts of it while discs were flipped over or changed, along with a trained technician to operate them and monitor the recording while it was being made. However, some surviving recordings were produced by local stations. When a substantial number of copies of an electrical transcription were required, as for the distribution of a syndicated program, they were produced by the same process used to make ordinary records. A master recording was cut, then electroplated to produce a stamper from which pressings in vinyl (or, in the case of transcription discs pressed before about 1935, shellac) were moulded in a record press. Armed Forces Radio Service 
Frank Sinatra and Alida Valli converse over Armed Forces Radio Service during World War II
The Armed Forces Radio Service (AFRS) had its origins in the U.S. War Department's quest to improve troop morale. This quest began with short-wave broadcasts of educational and information programs to troops in 1940. In 1941, the War Department began issuing "Buddy Kits" (B-Kits) to departing troops, which consisted of radios, 78 rpm records and electrical transcription discs of radio shows. However, with the entrance of the United States into World War II, the War Department decided that it needed to improve the quality and quantity of its offerings. This began with the broadcasting of its own original variety programs. Command Performance was the first of these, produced for the first time on March 1, 1942. On May 26, 1942, the Armed Forces Radio Service was formally established. Originally, its programming comprised network radio shows with the commercials removed. However, it soon began producing original programming, such as Mail Call, G.I. Journal, Jubilee and GI Jive. At its peak in 1945, the Service produced around 20 hours of original programming each week. From 1943 until 1949 the AFRS also broadcast programs developed through the collaborative efforts of the Office of the Coordinator of Inter-American Affairs and the Columbia Broadcasting System in support of America's cultural diplomacy initiatives and President Franklin Roosevelt's Good Neighbour policy. Included among the popular shows was Viva America which showcased leading musical artists from both North and South America for the entertainment of America's troops. Included among the regular performers were: Alfredo Antonini, Juan Arvizu, Nestor Mesta Chayres, Kate Smith,[26] and John Serry Sr. After the war, the AFRS continued providing programming to troops in Europe. During the 1950s and early 1960s it presented performances by the Army's only symphonic orchestra ensemble—the Seventh Army Symphony Orchestra. It also provided programming for future wars that the United States was involved in. It survives today as a component of the American Forces Network (AFN). All of the shows aired by the AFRS during the Golden Age were recorded as electrical transcription discs, vinyl copies of which were shipped to stations overseas to be broadcast to the troops. People in the United States rarely ever heard programming from the AFRS,[31] though AFRS recordings of Golden Age network shows were occasionally broadcast on some domestic stations beginning in the 1950s. In some cases, the AFRS disc is the only surviving recording of a program. Home radio recordings in the United States
There was some home recording of radio broadcasts in the 1930s and 1940s. Examples from as early as 1930 have been documented. During these years, home recordings were made with disc recorders, most of which were only capable of storing about four minutes of a radio program on each side of a twelve-inch 78 rpm record. Most home recordings were made on even shorter-playing ten-inch or smaller discs. Some home disc recorders offered the option of the 331⁄3 rpm speed used for electrical transcriptions, allowing a recording more than twice as long to be made, although with reduced audio quality. Office dictation equipment was sometimes pressed into service for making recordings of radio broadcasts, but the audio quality of these devices was poor and the resulting recordings were in odd formats that had to be played back on similar equipment. Due to the expense of recorders and the limitations of the recording media, home recording of broadcasts was not common during this period and it was usually limited to brief excerpts. The lack of suitable home recording equipment was somewhat relieved in 1947 with the availability of magnetic wire recorders for domestic use. These were capable of recording an hour-long broadcast on a single small spool of wire, and if a high-quality radio's audio output was recorded directly, rather than by holding a microphone up to its speaker, the recorded sound quality was very good. However, because the wire cost money and, like magnetic tape, could be repeatedly re-used to make new recordings, only a few complete broadcasts appear to have survived on this medium. In fact, there was little home recording of complete radio programs until the early 1950s, when increasingly affordable reel-to-reel tape recorders for home use were introduced to the market. Recording media
Electrical transcription discs   The War of the Worlds radio broadcast by Orson Welles on electrical transcription disc
Before the early 1950s, when radio networks and local stations wanted to preserve a live broadcast, they did so by means of special phonograph records known as "electrical transcriptions" (ETs), made by cutting a sound-modulated groove into a blank disc. At first, in the early 1930s, the blanks varied in both size and composition, but most often they were simply bare aluminum and the groove was indented rather than cut. Typically, these very early recordings were not made by the network or radio station, but by a private recording service contracted by the broadcast sponsor or one of the performers. The bare aluminum discs were typically 10 or 12 inches in diameter and recorded at the then-standard speed of 78 rpm, which meant that several disc sides were required to accommodate even a 15-minute program. By about 1936, 16-inch aluminum-based discs coated with cellulose nitrate lacquer, commonly known as acetates and recorded at a speed of 331⁄3 rpm, had been adopted by the networks and individual radio stations as the standard medium for recording broadcasts. The making of such recordings, at least for some purposes, then became routine. Some discs were recorded using a "hill and dale" vertically modulated groove, rather than the "lateral" side-to-side modulation found on the records being made for home use at that time. The large slow-speed discs could easily contain fifteen minutes on each side, allowing an hour-long program to be recorded on only two discs. The lacquer was softer than shellac or vinyl and wore more rapidly, allowing only a few playbacks with the heavy pickups and steel needles then in use before deterioration became audible. During World War II, aluminum became a necessary material for the war effort and was in short supply. This caused an alternative to be sought for the base on which to coat the lacquer. Glass, despite its obvious disadvantage of fragility, had occasionally been used in earlier years because it could provide a perfectly smooth and even supporting surface for mastering and other critical applications. Glass base recording blanks came into general use for the duration of the war. Magnetic wire recording
In the late 1940s, wire recorders became a readily obtainable means of recording radio programs. On a per-minute basis, it was less expensive to record a broadcast on wire than on discs. The one-hour program that required the four sides of two 16-inch discs could be recorded intact on a single spool of wire less than three inches in diameter and about half an inch thick. The audio fidelity of a good wire recording was comparable to acetate discs and by comparison the wire was practically indestructible, but it was soon rendered obsolete by the more manageable and easily edited medium of magnetic tape. Reel-to-reel tape recording
Bing Crosby became the first major proponent of magnetic tape recording for radio, and he was the first to use it on network radio, after he did a demonstration program in 1947. Tape had several advantages over earlier recording methods. Running at a sufficiently high speed, it could achieve higher fidelity than both electrical transcription discs and magnetic wire. Discs could be edited only by copying parts of them to a new disc, and the copying entailed a loss of audio quality. Wire could be divided up and the ends spliced together by knotting, but wire was difficult to handle and the crude splices were too noticeable. Tape could be edited by cutting it with a blade and neatly joining ends together with adhesive tape. By early 1949, the transition from live performances preserved on discs to performances pre-recorded on magnetic tape for later broadcast was complete for network radio programs. However, for the physical distribution of pre-recorded programming to individual stations, 16-inch 331⁄3 rpm vinyl pressings, less expensive to produce in quantities of identical copies than tapes, continued to be standard throughout the 1950s. Availability of recordings
The great majority of pre-World War II live radio broadcasts are lost. Many were never recorded; few recordings antedate the early 1930s. Beginning then several of the longer-running radio dramas have their archives complete or nearly complete. The earlier the date, the less likely it is that a recording survives. However, a good number of syndicated programs from this period have survived because copies were distributed far and wide. Recordings of live network broadcasts from the World War II years were preserved in the form of pressed vinyl copies issued by the Armed Forces Radio Service (AFRS) and survive in relative abundance. Syndicated programs from World War II and later years have nearly all survived. The survival of network programming from this time frame is more inconsistent; the networks started prerecording their formerly live shows on magnetic tape for subsequent network broadcast, but did not physically distribute copies, and the expensive tapes, unlike electrical transcription ("ET") discs, could be "wiped" and re-used (especially since, in the age of emerging trends such as television and music radio, such recordings were believed to have virtually no rerun or resale value). Thus, while some prime time network radio series from this era exist in full or almost in full, especially the most famous and longest-lived of them, less prominent or shorter-lived series (such as serials) may have only a handful of extant episodes. Airchecks, off-the-air recordings of complete shows made by, or at the behest of, individuals for their own private use, sometimes help to fill in such gaps. The contents of privately made recordings of live broadcasts from the first half of the 1930s can be of particular interest, as little live material from that period survives. Unfortunately, the sound quality of very early private recordings is often very poor, although in some cases this is largely due to the use of an incorrect playback stylus, which can also badly damage some unusual types of discs. Most of the Golden Age programs in circulation among collectors—whether on analogue tape, CD, or in the form of MP3s—originated from analogue 16-inch transcription disc, although some are off-the-air AM recordings. But in many cases, the circulating recordings are corrupted (decreased in quality), because lossless digital recording for the home market did not come until the very end of the twentieth century. Collectors made and shared recordings on analogue magnetic tapes, the only practical, relatively inexpensive medium, first on reels, then cassettes. "Sharing" usually meant making a duplicate tape. They connected two recorders, playing on one and recording on the other. Analog recordings are never perfect, and copying an analogue recording multiplies the imperfections. With the oldest recordings this can even mean it went out the speaker of one machine and in via the microphone of the other. The muffled sound, dropouts, sudden changes in sound quality, unsteady pitch, and other defects heard all too often are almost always accumulated tape copy defects. In addition, magnetic recordings, unless preserved archivally, are gradually damaged by the Earth's magnetic field. The audio quality of the source discs, when they have survived unscathed and are accessed and dubbed anew, is usually found to be reasonably clear and undistorted, sometimes startlingly good, although like all phonograph records they are vulnerable to wear and the effects of scuffs, scratches, and ground-in dust. Many shows from the 1940s have survived only in edited AFRS versions, although some exist in both the original and AFRS forms. As of 2020, the Old Time Radio collection at the Internet Archive contains 5,121 recordings. An active group of collectors makes digitally available, via CD or download, large collections of programs. RadioEchoes.com offers 98,949 episodes in their collection, but not all is old-time radio. Copyright status
Unlike film, television, and print items from the era, the copyright status of most recordings from the Golden Age of Radio is unclear. This is because, prior to 1972, the United States delegated the copyrighting of sound recordings to the individual states, many of which offered more generous common law copyright protections than the federal government offered for other media (some offered perpetual copyright, which has since been abolished; under the Music Modernization Act of September 2018, any sound recording 95 years old or older will be thrust into the public domain regardless of state law). The only exceptions are AFRS original productions, which are considered work of the United States government and thus both ineligible for federal copyright and outside the jurisdiction of any state; these programs are firmly in the public domain (this does not apply to programs carried by AFRS but produced by commercial networks). In practice, most old-time radio recordings are treated as orphan works: although there may still be a valid copyright on the program, it is seldom enforced. The copyright on an individual sound recording is distinct from the federal copyright for the underlying material (such as a published script, music, or in the case of adaptations, the original film or television material), and in many cases it is impossible to determine where or when the original recording was made or if the recording was copyrighted in that state. The U.S. Copyright Office states "there are a variety of legal regimes governing protection of pre-1972 sound recordings in the various states, and the scope of protection and of exceptions and limitations to that protection is unclear."[39] For example, New York has issued contradicting rulings on whether or not common law exists in that state; the most recent ruling, 2016's Flo & Eddie, Inc. v. Sirius XM Radio, holds that there is no such copyright in New York in regard to public performance.[40] Further complicating matters is that certain examples in case law have implied that radio broadcasts (and faithful reproductions thereof), because they were distributed freely to the public over the air, may not be eligible for copyright in and of themselves. The Internet Archive and other organizations that distribute public domain and open-source audio recordings maintain extensive archives of old-time radio programs. Legacy
United States
Some old-time radio shows continued on the air, although in ever-dwindling numbers, throughout the 1950s, even after their television equivalents had conquered the general public. One factor which helped to kill off old-time radio entirely was the evolution of popular music (including the development of rock and roll), which led to the birth of the top 40 radio format. A top 40 show could be produced in a small studio in a local station with minimal staff. This displaced full-service network radio and hastened the end of the golden-age era of radio drama by 1962. (Radio as a broadcast medium would survive, thanks in part to the proliferation of the transistor radio, and permanent installation in vehicles, making the medium far more portable than television). Full-service stations that did not adopt either top 40 or the mellower beautiful music or MOR formats eventually developed all-news radio in the mid-1960s. Scripted radio comedy and drama in the vein of old-time radio has a limited presence on U.S. radio. Several radio theatre series are still in production in the United States, usually airing on Sunday nights. These include original series such as Imagination Theatre and a radio adaptation of The Twilight Zone TV series, as well as rerun compilations such as the popular daily series When Radio Was and USA Radio Network's Golden Age of Radio Theatre, and weekly programs such as The Big Broadcast on WAMU, hosted by Murray Horwitz. These shows usually air in late nights and/or on weekends on small AM stations. Carl Amari's nationally syndicated radio show Hollywood 360 features 5 old-time radio episodes each week during his 5-hour broadcast. Amari's show is heard on 100+ radio stations coast-to-coast and in 168 countries on American Forces Radio. Local rerun compilations are also heard, primarily on public radio stations. Sirius XM Radio maintains a full-time Radio Classics channel devoted to rebroadcasts of vintage radio shows. Starting in 1974, Garrison Keillor, through his syndicated two-hour-long program A Prairie Home Companion, has provided a living museum of the production, tone and listener's experience of this era of radio for several generations after its demise. Produced live in theaters throughout the country, using the same sound effects and techniques of the era, it ran through 2016 with Keillor as host. The program included segments that were close renditions (in the form of parody) of specific genres of this era, including Westerns ("Dusty and Lefty, The Lives of the Cowboys"), detective procedurals ("Guy Noir, Private Eye") and even advertising through fictional commercials. Keillor also wrote a novel, WLT: A Radio Romance based on a radio station of this era—including a personally narrated version for the ultimate in verisimilitude. Upon Keillor's retirement, replacement host Chris Thile chose to reboot the show (since renamed Live from Here after the syndicator cut ties with Keillor) and eliminate much of the old-time radio trappings of the format; the show was ultimately canceled in 2020 due to financial and logistics problems. Vintage shows and new audio productions in America are accessible more widely from recordings or by satellite and web broadcasters, rather than over conventional AM and FM radio. The National Audio Theatre Festival is a national organization and yearly conference keeping the audio arts—especially audio drama—alive, and continues to involve long-time voice actors and OTR veterans in its ranks. Its predecessor, the Midwest Radio Theatre Workshop, was first hosted by Jim Jordan, of Fibber McGee and Molly fame, and Norman Corwin advised the organization. One of the longest running radio programs celebrating this era is The Golden Days of Radio, which was hosted on the Armed Forces Radio Service for more than 20 years and overall for more than 50 years by Frank Bresee, who also played "Little Beaver" on the Red Ryder program as a child actor. One of the very few still-running shows from the earlier era of radio is a Christian program entitled Unshackled! The weekly half-hour show, produced in Chicago by Pacific Garden Mission, has been continuously broadcast since 1950. The shows are created using techniques from the 1950s (including home-made sound effects) and are broadcast across the U.S. and around the world by thousands of radio stations. Today, radio performers of the past appear at conventions that feature re-creations of classic shows, as well as music, memorabilia and historical panels. The largest of these events was the Friends of Old Time Radio Convention, held in Newark, New Jersey, which held its final convention in October 2011 after 36 years. Others include REPS in Seattle (June), SPERDVAC in California, the Cincinnati OTR & Nostalgia Convention (April), and the Mid-Atlantic Nostalgia Convention (September). Veterans of the Friends of Old Time Radio Convention, including Chairperson Steven M. Lewis of The Gotham Radio Players, Maggie Thompson, publisher of the Comic Book Buyer's Guide, Craig Wichman of audio drama troupe Quicksilver Audio Theater and long-time FOTR Publicist Sean Dougherty have launched a successor event, Celebrating Audio Theater – Old & New, scheduled for October 12–13, 2012. Radio dramas from the golden age are sometimes recreated as live stage performances at such events. One such group, led by director Daniel Smith, has been performing re-creations of old-time radio dramas at Fairfield University's Regina A. Quick Center for the Arts since the year 2000. The 40th anniversary of what is widely considered the end of the old time radio era (the final broadcasts of Yours Truly, Johnny Dollar and Suspense on September 30, 1962) was marked with a commentary on NPR's All Things Considered. A handful of radio programs from the old-time era remain in production, all from the genres of news, music, or religious broadcasting: the Grand Ole Opry (1925), Music and the Spoken Word (1929), The Lutheran Hour (1930), the CBS World News Roundup (1938), King Biscuit Time (1941) and the Renfro Valley Gatherin' (1943). Of those, all but the Opry maintain their original short-form length of 30 minutes or less. The Wheeling Jamboree counts an earlier program on a competing station as part of its history, tracing its lineage back to 1933. Western revival/comedy act Riders in the Sky produced a radio serial Riders Radio Theatre in the 1980s and 1990s and continues to provide sketch comedy on existing radio programs including the Grand Ole Opry, Midnite Jamboree and WoodSongs Old-Time Radio Hour. Elsewhere
Regular broadcasts of radio plays are also heard in—among other countries—Australia, Croatia, Estonia,[46] France, Germany, Ireland, Japan, New Zealand, Norway, Romania, and Sweden. In the United Kingdom, such scripted radio drama continues on BBC Radio 3 and (principally) BBC Radio 4, the second-most popular radio station in the country, as well as on the rerun channel BBC Radio 4 Extra, which is the seventh-most popular station there.   
   #starradio #totalstar #star1075 #heart #heartradio #lbc #bbc #bbcradio #bbcradio1 #bbcradio2 #bbcradio3 #bbcradio4 #radio4extra #absoluteradio #absolute #capital #capitalradio #greatesthitsradio #hitsradio #radio #adultcontemporary #spain #bristol #frenchay #colyton #lymeregis #seaton #beer #devon #eastdevon #brettorchard #brettsoldtimeradioshow 
   fe2f4df62ffeeb8c30c04d3d3454779ca91a4871